Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik heb een korte punctuele vraag omdat ons steeds meer alarmsignalen bereiken over de studiekeuzebegeleiding voor toekomstige studenten hoger onderwijs naar aanleiding van de hele coronacrisis. Normaal zouden monitoraten en studiebegeleiders nu overstelpt worden met vragen van laatstejaars die zich willen inschrijven in het hoger onderwijs. Op heel veel plaatsen blijft het op dit ogenblik zorgwekkend stil. Het lijkt er een beetje op dat het wegvallen van de lessen in het secundair onderwijs ervoor gezorgd heeft dat de zoektocht naar de juiste opleiding wat is stilgevallen en dat laatstejaars niet zo goed weten waar ze terecht kunnen.
Minister, wij zijn het vaak heel erg oneens over hoe die studieoriëntering moet worden georganiseerd. Maar ik ben er zeker van dat we het er wel over eens zijn dat de juiste keuze maken van ongelooflijk groot belang is voor de toekomst van de studenten. We moeten te allen prijze vermijden dat studenten door de coronacrisis een foute keuze maken of de keuze een jaar uitstellen.
Minister, hebt u ook al soortgelijke signalen ontvangen? Plant u initiatieven om de studieoriëntering weer op te starten? Overweegt u een zomeraanbod rond studiekeuze? Bent u in overleg met de hogeronderwijsinstellingen en het leerplichtonderwijs over deze uitdaging in coronatijden? Bent u het ermee eens dat er in het eerste semester van volgend academiejaar wellicht versterkt zal moeten worden ingezet op studiebegeleiding voor eerstejaarsstudenten en dat dit waarschijnlijk ook extra middelen zal vragen?
Minister Weyts heeft het woord.
Ben ik op de hoogte van die signalen? Die signalen hebben mij alleszins niet bereikt via ons wekelijks overleg dat we organiseren met alle hogeronderwijsinstellingen en met de studenten zelf. Soms krijg ik daarover individuele vragen in mijn mailbox, maar dat is toch beperkt.
De schoolteams hebben al geruime tijd vóór de coronacrisis het studiekeuzeproces van de laatstejaarsleerlingen secundair onderwijs begeleid en ondersteund. Onderwijsloopbaanbegeleiding is een continu, dynamisch en geïntegreerd proces. Dat is niet beperkt tot één scharniermoment.
De werking van de secundaire scholen is voor een deel doorkruist geworden door de coronacrisis, maar niet alle initiatieven rond de ondersteuning van de studiekeuze zijn weggevallen. Ik zal u daarover een uitvoerige toelichting geven. Het belangrijkste is dat de SID-ins, de studie-informatiedagen, gelukkig net achter de rug waren. Dat is een van de belangrijkste bronnen van informatie. Dat is dus een geluk bij een ongeluk
De exploratietool Columbus ondersteunt leerlingen bij hun studiekeuze naar het hoger onderwijs. Columbus wordt normaal in klassikaal verband afgenomen. Het gaat echter om een digitale tool, die ook zonder de fysieke aanwezigheid van de leerlingen in de klas kan worden gebruikt. Om scholen aan te zetten ook in coronatijden gebruik te maken van de tool, hebben we via Schooldirect, via de Facebookpagina en de website van Columbus opgeroepen om met hun leerlingen aan de slag te gaan met Columbus. We hebben dat mogelijk gemaakt door digitaal een klassikaal afnamemoment in te plannen of door leerlingen aan te sporen individueel aan de slag te gaan. Om leerlingen individueel te ondersteunen, werden instructiefilmpjes ontwikkeld.
Leerlingen kunnen daarnaast ook gebruikmaken van andere instrumenten rond studiekeuze, die gratis ter beschikking staan op www.onderwijskiezer.be. Verder biedt de vraagmodule van de onderwijskiezer de kans aan leerlingen om specifieke vragen rond studiekeuze te stellen en uiteraard staat ook de CLBchat daarvoor open. Uit het jaarrapport van de CLB-sector en de CLBchat blijkt dat jongeren CLBchat vaak gebruiken om allerhande vragen met betrekking tot studiekeuzebegeleiding te stellen. Dat blijkt een goed antwoord te zijn op vragen die leven bij de leerlingen.
De organisatie van verplichte, niet-bindende toelatingsproeven voor bepaalde bacheloropleidingen in het hoger onderwijs is gewoon voortgezet. De verplichte ijkingstoetsen bij de universiteiten worden schriftelijk afgenomen op 29 augustus en 12 september op verschillende locaties van de universiteiten. De niet-verplichte toetsen zullen online plaatsvinden op 24 augustus of 31 augustus. Ook de verplichte instaptoets voor de lerarenopleiding kan sinds eind april opnieuw digitaal worden afgenomen. Het blijkt dat we nu al aan het dubbele aantal deelnames voor de instaptoets zitten in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Dat blijkt dus wel te werken.
Er zijn ook heel wat leuke individuele initiatieven genomen. Er zijn jongeren die op sociale media aan hun vrienden laten weten welke studierichting zij kozen en dat ze aan hen vragen mogen stellen over die studierichting en/of de universiteit of hogeschool waar ze studeren of studeerden.
Ik heb ook vastgesteld dat fysieke infomomenten bij universiteiten en hogescholen werden vervangen door online-initiatieven, waardoor studenten en ouders zich kunnen informeren.
U weet ook dat ik recent een oproep voor de organisatie van de COVID-19-zomerscholen lanceerde, waarbij je natuurlijk ook een remediërend of stimulerend aanbod kunt bieden voor laatstejaars secundair onderwijs, of allebei.
Er werd nog gevraagd of ik een overlegplan heb tussen het hoger onderwijs en het leerplichtonderwijs. Er is het overlegplatform Studiekeuze van secundair naar hoger onderwijs binnen de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor), waar vertegenwoordigers zitten van secundair en hoger onderwijs, en daar is op korte termijn een vergadering gepland. Daarbij agenderen we net de impact van de coronacrisis op de werkzaamheden.
Tot slot wil ik erop wijzen dat de instellingen hoger onderwijs momenteel bezig zijn met een plan van aanpak voor de organisatie van het eerste semester van het volgend academiejaar. Dat zal nog gaan over een combinatie van contactonderwijs en online onderwijs. Daarom hebben ze al laten weten dat ze extra aandacht zullen besteden aan generatiestudenten en aan studenten uit kansengroepen. Ik denk ook dat een versterkte studiebegeleiding daar heel veel zal uitmaken.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Inderdaad, studieoriëntering is een continu en dynamisch project, en dat zou het nog meer moeten zijn. Het blijft een werkpunt voor deze legislatuur. Want heel veel studenten of laatstejaars van het secundair weten op het einde eigenlijk nog altijd niet zo goed wat ze moeten kiezen, en beslissen nogal last minute. Dat blijft dus een belangrijk moment.
Ik moet wel zeggen dat ik blij ben om te horen dat er toch heel veel initiatieven worden genomen, dat is zeker een goede zaak. Ik hoor u ook zeggen dat verschillende hogeronderwijsinstellingen inderdaad op eigen initiatief een aantal zaken op poten hebben gezet om ervoor te zorgen dat direct face-to-facecontact mogelijk is. Want dat is vaak toch iets doorslaggevends in een keuze, dat je eens kunt praten met iemand van een faculteit of met een oud-student, om heel concrete input te krijgen over wat een richting precies inhoudt.
Ik heb nog een korte afsluitende vraag: hebt u concreet zicht op hoeveel hogeronderwijsinstellingen in dat soort online contactmomenten voorzien? Geldt dat voor ze allemaal? Ik ben sowieso blij dat de studiekeuze een aandachtspunt is op het overleg van de Vlor. Ik wil u dan tot slot vragen om daar aandacht aan te blijven besteden, en dat punt misschien toch nog eens op de agenda te zetten. Want u krijgt misschien niet die signalen, maar ik krijg ze in ieder geval wel. Ik denk dat dat verder in de gaten moet worden gehouden. Ik dank u.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister, ik ga helemaal akkoord dat we moeten vermijden dat toekomstige studenten door de coronacrisis een foute studiekeuze maken of de keuze zelfs uitstellen. Ook wij vrezen dat de instroom daar zal dalen, vooral bij jongeren die een hogere studie zouden aankunnen maar zich in een sociaal-economisch zwakkere situatie bevinden. Zij dreigen weg te vallen omdat ze bijvoorbeeld niet naar een fysieke infodag konden gaan.
Er zijn heel wat online initiatieven, maar ik denk dat heel wat ouders die zelf nooit hoger onderwijs hebben gevolgd, de fysieke infodag ook heel belangrijk vinden. Ze willen immers weten waar hun zoon of dochter terechtkomt, ze willen weten wat de opleiding inhoudt, en ze willen vooral weten wat het kost. Voor veel ouders die moeilijk de eindjes aan elkaar kunnen knopen is een student best wel een financiële last. Studeren kost nu eenmaal geld.
Ik zou het alleszins betreuren mocht het aandeel jongeren van laagopgeleide ouders in het hoger onderwijs zakken vanwege de coronacrisis. Ik hoop dat u daar de nodige aandacht aan zult besteden.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Collega Goeman, dank u wel voor de vraag. Ik heb even mijn licht opgestoken bij de mensen van de CLB’s om te zien of de leerlingen uit het zesde jaar van het secundair onderwijs hen contacteren met een vraag over studiekeuzebegeleiding. Zij merken geen vermindering of een grotere vraag van leerlingen die inzitten met hun toekomstperspectief.
Het is inderdaad zo, en gelukkig, dat er nog SID-in-beurzen waren net voor de lockdown. Het traject dat leerlingen afleggen, is in eerste instantie samen met de school en de CLB’s. In tweede instantie kunnen ze ook op individuele basis info vragen. Wat wel opmerkelijk is, is dat leerlingen vragen hebben over hun toekomstige diploma, over de mogelijke achterstand die ze hebben door corona. Minister, ik denk dat we daar ook aandacht voor moeten hebben. Misschien kunnen we daarover overleggen met de hogescholen en universiteiten, om tegemoet te komen aan die zorgen van die leerlingen. Hebt u daartoe ook al initiatieven genomen?
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega Goeman, dit is inderdaad een interessante vraag, maar ook uit mijn gegevens blijkt toch dat het probleem niet zo heel groot is. Dat is niet zo groot, omdat scholen uiteraard al veel vroeger bezig waren met die studiekeuze, wat goed is. U weet – en u zult daar allicht heel blij over zijn – dat er nu met de modernisering van het secundair onderwijs sprake is van een trapsgewijze studiekeuze. Dat is beter: men gaat niet enkel en alleen eind juni kiezen wat men volgend jaar zal doen. Zeker in die scholen is dat traject al opgestart in het vijfde middelbaar, ook door Columbus, want de bedoeling van Columbus is eigenlijk dat traject niet helemaal op het einde, maar al veel vroeger op te starten. Dat is een goede keuze. Het is niet zo dat men, zoals weleer, in juni eens gaat bekijken wat men zal studeren. Die keuze wordt eigenlijk al gemaakt in het vijfde en de loop van het zesde middelbaar. We zijn dus blij dat we én Columbus én onderwijskiezer én de niet-bindende toelatingsproeven hebben. We hebben dus eigenlijk diverse momenten om studenten te oriënteren. Het is niet omdat ze nu een bepaalde keuze hebben dat ze die nadien ook daadwerkelijk zo maken.
Dat neemt niet weg dat voor een aantal leerlingen een fysiek contact met de instelling, een fysieke babbel met studiebegeleiders, onder andere over een kot, over studiefinanciering, zeker als het de eerste keer is dat iemand in dat gezin gaat studeren, echt nog wel belangrijk kan zijn. Onze fractie is daar wel gevoelig voor. Minister, we hopen dus dat er binnen afzienbare tijd misschien opnieuw fysieke bezoeken en contacten mogelijk zijn om studenten en hun ouders te begeleiden.
Minister Weyts heeft het woord.
Bij mijn weten doen alle universiteiten zo’n digitaal infomoment, maar ik zou het moeten checken. Ik weet dat niet vanbuiten, maar ga ervan uit.
Wat de alternatieven betreft, die ik ook uitvoerig heb geschetst: het is eigenlijk heel goed dat we daarvoor nu worden beloond. Studiekeuze is een heel proces, dat eigenlijk al zelfs vóór het laatste jaar start. We hebben dus alle oriëntatie-instrumenten blijvend kunnen inzetten, weze het in een andere vorm en soms inderdaad zonder het fysieke contact, maar dat kan altijd wel een verschil maken. Alternatieven zoals Columbus digitaal en CLBchat zijn toch ook wel dienstbaar. Collega Vandromme, het is wel zo dat in het jaarrapport van de CLB’s expliciet staat dat het aantal vragen met betrekking tot studiekeuze echt gevoelig is toegenomen, wat dus een goede zaak is.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik kan besluiten met te zeggen dat ik hoop dat er zo snel mogelijk toch opnieuw fysieke momenten mogelijk zijn om toekomstige studenten de kans te geven om beter kennis te maken met de universiteit, zeker de eerstegeneratiestudenten. Ik hoop dat dit in de aanloop naar de inschrijvingen in september toch nog mogelijk zal zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.