Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Minister, ik las in ‘t Pallieterke van 13 mei een interessant artikel gewijd aan de Vlaamse Topstukkenlijst. De auteur stelt dat onze topstukken natuurlijk heel belangrijk zijn, voor Vlaanderen, maar ook voor het buitenland. Ze zijn zeldzaam en onmisbaar. We houden ze wel goed bij, alleen worden ze niet voldoende ontsloten. De auteur heeft het zowel over meer digitale ontsluiting als over fysieke ontsluiting. Ik kan de auteur daar eigenlijk helemaal in bijtreden. Verder geeft hij ook de suggestie mee om eventueel alle diverse topstukken – want het gaat niet alleen over schilderijen, dat is een heel diverse lijst – via een route met elkaar te verbinden en ze op die manier ook toeristisch te gaan vermarkten. Minister, deelt u ook de mening van de auteur dat een betere ontsluiting van onze Vlaamse topstukken aangewezen is?
In het kader van de heropstart van het toerisme wordt samen met de provincies en de kunststeden al werk gemaakt van een campagne om de Vlamingen de onbekende parels te laten ontdekken. In welke mate is ook erfgoedbeleving, met eventueel een link naar de topstukken van Vlaanderen, daarin opgenomen? Bent u eventueel ook bereid om samen met de minister van Cultuur en de minister van Onroerend Erfgoed een soort plan van aanpak uit te werken waarbij die topstukken zowel vanuit Onroerend Erfgoed als vanuit Cultuur meer naar waarde worden geschat, maar ook beter worden vermarkt? Ik denk dat Toerisme Vlaanderen een ongelooflijke expertise heeft inzake het vermarkten van zaken, terwijl men bij Cultuur en Onroerend Erfgoed absoluut expertise heeft met betrekking tot de waarde, maar ook het bewaren van die topstukken. Dan denk ik dat die samenwerking een ideale match zou zijn om die topstukken nog meer te ontsluiten, zowel voor de Vlamingen als voor de internationale bezoekers die Vlaanderen bezoeken.
Ik dacht eigenlijk ook onmiddellijk aan het project ‘Vlaamse Meesters in Situ’, dat misschien kan worden geheroriënteerd en als een soort startbasis kan dienen om onze topstukken, die vaak ook in kerken verscholen zitten of in kleine gemeenten – want ze zitten niet allemaal in musea –, ook op die manier te ontsluiten.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Coudyser, dank u voor uw vraag. De bijzondere waarde van de Vlaamse topstukken vraagt inderdaad ook een volwaardige en kwalitatieve bezoekersontsluiting. Het lijkt me dan ook zinvol om, samen met de ministers bevoegd voor Cultuur en Onroerend Erfgoed, na te gaan wat mogelijk en financieel haalbaar is in dezen. De duurzame ontsluiting van de topstukken en het behoud en de veiligheid van het erfgoed staan daarbij natuurlijk centraal.
Naast sensibiliseren willen we de Vlamingen inderdaad ook inspireren en aanzetten tot het boeken van een overnachting, om op die manier de toeristische bestedingen in Vlaanderen te verhogen. De website www.vlaanderenvakantieland.be staat daarbij centraal. Toeristisch Vlaanderen zal de komende weken en maanden ook goed vertegenwoordigd zijn op alle belangrijke tv-zenders. Onze vele kunst- en erfgoedtroeven zullen daar zeker in worden opgenomen. In een specifieke link naar de Topstukkenlijst werd niet voorzien, maar de individuele topstukken kunnen uiteraard wel aan bod komen.
Het project ‘Vlaamse Meesters in Situ’ wijst bezoekers de weg naar unieke plekken, weg van de drukte van de platgetreden paden. Dat zijn verborgen parels, in de kunststeden, maar vooral ook in kleinere stadjes en in weggestoken dorpjes overal in Vlaanderen. Het project werd in 2018 opgestart door Openbaar Kunstbezit Vlaanderen (OKV) als onderdeel van het project Vlaamse Meesters van Toerisme Vlaanderen, en werd eind 2019 door de initiatiefnemer verlengd tot eind 2020. Dit project past perfect in de heropstart van het toerisme in Vlaanderen na de coronacrisis.
In mijn beleidsnota gaf ik reeds de opdracht aan Toerisme Vlaanderen om dit tijdelijke initiatief voort te zetten en te onderzoeken in welke vorm dit Vlaanderenbrede netwerk kan groeien. Als hierover een lokaal draagvlak bestaat, met inbegrip van de lokale partners, kan het agentschap investeren in de verdere ontsluiting van Vlaamse Meesterssites, ook buiten de kunststeden. De Topstukkenlijst kan daarbij een zeer belangrijke basis bieden voor de selectie van nieuwe sites.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Minister, dank u wel. Ik ben heel blij dat zeker in deze tijden, nu we Vlaanderen op een andere manier moeten ontdekken, ook al die verborgen parels die er overal in Vlaanderen zijn, onder de aandacht komen. Ik nodig alle Vlamingen uit om die in de komende maanden te ontdekken. Het feit dat daar heel wat media-aandacht naartoe gaat, zorgt er natuurlijk ook voor dat Vlamingen vanuit hun kot of voor hun televisiescherm ook met die vele parels kennismaken.
Als ik het goed begrijp, loopt ‘Vlaamse Meesters in Situ’ nog door tot oktober of november 2020. Er wordt bekeken of er ook voldoende draagvlak is bij de lokale besturen om dat verder te ontsluiten. Ik denk dat we dat inderdaad goed moeten bekijken, want dat project heeft heel veel in zich, niet alleen om verborgen Vlaamse meesters verder te ontsluiten, maar in de eerste plaats ook onze topstukken.
Vorige week donderdag heb ik in de commissie Cultuur eigenlijk dezelfde vraag gesteld. Ook de minister van Cultuur was, net als u, bereid om een plan van aanpak te overwegen, met de drie ministers, want ook Onroerend Erfgoed speelt hierbij een rol. Hij had het ook over het mogelijk ontwikkelen van een soort topstukkententoonstelling. Dat kan zowel virtueel als fysiek. Hij gaf daarbij ook het voorbeeld van het ‘Stay At Home Museum’, het virtuele project dat de afgelopen maanden de wereld in ging. Als ik het goed heb onthouden, heeft dat project de afgelopen maanden 2,5 miljoen bezoekers gekregen. Ik denk dat dat goede voorbeelden zijn om zowel virtueel-digitaal als fysiek een basis te leggen voor topstukkenroutes, waarbij men de vele plekken in Vlaanderen waar topstukken te vinden zijn, gaat verbinden met elkaar. Zoals ik zei, de expertise die Toerisme Vlaanderen heeft, past perfect bij de expertise die er is in de cultuur- en erfgoedsector. Als we daar dus de krachten bundelen, net zoals we dat ook doen om topevenementen naar Vlaanderen te halen, via EventFlanders, moet het mogelijk zijn om ook die topstukken verder te ontsluiten. Ik kijk er dus al naar uit.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik zou nog willen suggereren om dit te koppelen aan bestaande wandelingen, fietsroutes, knooppuntroutes, om zo de handen in elkaar te slaan. Dit lijkt me ook echt een opportuniteit om aan te grijpen voor fiets- en erfgoedbeleving, toch twee belangrijke speerpunten in uw beleid. Er moet zeker ook in de richting van de lokale besturen en de provincies worden gekeken om hier samen mee aan de slag te gaan.
Minister Demir heeft het woord.
Ik heb niet veel toe te voegen, behalve dat ik zeer akkoord ga met collega Coudyser en collega Talpe. Wij gaan dat zo doorgeven, mevrouw Talpe, inderdaad de fietsroute, de lokale besturen enzovoort.
De vraag om uitleg is afgehandeld.