Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Keulen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, volgens artikel 38, paragraaf 3 van de Wegverkeerswet kan de rechter het herstel van het recht tot sturen na een vervallenverklaring afhankelijk maken van examens en onderzoeken, meer bepaald een theoretisch examen opleggen, eventueel gecombineerd met een praktisch examen, een geneeskundig onderzoek, een psychologisch onderzoek en een specifieke opleiding bepaald door de Koning.
Minister, voor sommige overtredingen is de rechter zelfs verplicht om deze proeven op te leggen vooraleer het herstel van het recht tot sturen mogelijk is.
Sinds half maart zijn deze examens en onderzoeken evenwel opgeschort. Dat heeft alles te maken met de maatregelen tegen de verdere verspreiding van het COVID-19-virus. Dit betekent dat bestuurders die een verval van het recht tot sturen hebben opgelegd gekregen, hierdoor hun straf automatisch verlengd zien worden. Dat vloeit daar logischerwijze nu eenmaal uit voort.
In Gazet van Antwerpen verzet federaal minister van Justitie Geens zich met klem tegen een voorstel om de ingetrokken rijbewijzen, in afwachting van de proeven, voorlopig terug te geven. Dat lijkt me terecht te zijn. De proeven hebben tot doel om de rijgeschiktheid van een bestuurder te testen, en daar mag niet lichtzinnig mee worden omgesprongen.
Sommige bestuurders hebben hun rijbewijs evenwel nodig voor het uitoefenen van hun professionele activiteiten. Sommige van die bestuurders zijn zelfs actief in zeer essentiële sectoren. Denk maar aan medisch personeel, mensen die actief zijn bij de hulpdiensten of in de logistieke sector. In het kader van de exitstrategie lijkt het mij dan ook belangrijk om zeker voor deze categorie van bestuurders, namelijk degenen die in een van de essentiële sectoren actief zijn, in te zetten op een snelle organisatie van deze examens en onderzoeken.
Minister, hoeveel bestuurders bevinden zich momenteel in de situatie waarbij de periode van het verval van het recht tot sturen intussen is verlopen, maar ze voor het herstel van het recht tot sturen in afwachting zijn van de voorziene examens en eventueel bijhorende medische onderzoeken? Wat is uw visie over de geleidelijke heropstart van deze examens en onderzoeken? Is het hierbij mogelijk om de nodige voorzorgsmaatregelen na te leven? Bent u bereid om te onderzoeken of het mogelijk is om een specifieke regeling uit te werken voor bestuurders die hun rijbewijs nodig hebben voor hun professionele activiteiten die zich situeren in de verschillende essentiële sectoren?
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Keulen, we hebben het inderdaad al even gehad over het verhaal van de herstelexamens die moeilijk zijn, nu onze examencentra gesloten zijn. We hebben toch niet stil gezeten en gekeken wat dienaangaande mogelijk is.
Op de vraag hoeveel bestuurders zich momenteel in deze situatie bevinden, moet ik u helaas het antwoord schuldig blijven. Wij hebben vanuit Vlaanderen geen zicht op hoeveel politierechters al dan niet een sanctie hebben uitgesproken van het verval van het recht tot sturen met een bijkomende verplichting om een nieuw theoretisch of praktisch af te leggen of een psychologisch onderzoek te ondergaan. Daar hebben wij geen zicht op. Op het ogenblik dat zij zich straks allemaal komen aanbieden bij de examencentra, zullen we meer zicht hebben op die cijfers.
Wij hebben naar aanleiding van de vragen die werden gesteld, ik denk door u mijnheer Keulen, in de commissie van 14 dagen geleden, onmiddellijk opdracht gegeven om te kijken wat we kunnen doen. Maar door enerzijds het feit dat de examencentra en opleidingscentra gesloten zijn naar analogie met de onderwijsinstellingen, en anderzijds het verhaal van de social distancing en dergelijke, zijn het geneeskundig onderzoek en het psychologisch onderzoek niet zo evident. Op dit ogenblik zijn de coronamaatregelen nog altijd van toepassing.
We hebben inmiddels bijna een ontwerp van ministerieel besluit klaar waarin we vragen om zo snel mogelijk dat herstelexamen te kunnen laten uitvoeren. Het is in principe onze bedoeling dat de examencentra vanaf 18 mei terug open kunnen gaan en dat in de week van 11 mei al een planning kan worden opgemaakt door de examencentra. Hierbij wordt dan een onmiddellijke voorrang verleend aan degenen die een herstelexamen moeten afleggen. Zo worden zij niet langer gestraft of dubbel gestraft door het feit dat zij al gedurende een periode niet mogen rijden en ze tegelijkertijd geen rijexamen of bijkomende andere proeven kunnen afleggen in de examencentra. Daarom hebben we dat opgenomen in het ontwerp van ministerieel besluit waarvan we hopen dat we dat zo snel mogelijk kunnen finaliseren. Zodoende hebben we een oplossing voor de mensen die vervallen zijn van het recht op sturen en daarbij een bijkomende verplichting hebben zoals een theoretisch examen, een praktisch examen of een geneeskundig of psychologisch onderzoek. We proberen daar zo snel mogelijk te kunnen remediëren. Het is alleszins onze bedoeling dat de proeven vanaf 18 mei kunnen plaatsvinden, maar uiteraard alles onder voorbehoud van wat de Nationale Veiligheidsraad zegt. Daar moeten we ons altijd aan blijven houden.
De heer Keulen heeft het woord.
Ik vind het dubbel redelijk. Redelijk in de zin dat men rekening moet houden met ‘safety first’ en met al wat te maken heeft met veiligheid en het tegengaan van de verspreiding van COVID-19. De analogie met de onderwijsinstellingen is duidelijk en die trekt u ook door, minister. Op 18 mei gaan de examencentra terug open en vanaf 11 mei kan men in de planning al rekening houden met die overzichtelijke groep. Die is niet kolossaal groot. Men kan die dan eventueel voorrang geven, al was het maar omdat sommigen ondertussen een aantal extra dagen of weken aan hun been hebben gekregen. Dat moet dan ook niet langer duren dan nodig is. Bij sommigen is die straf al dubbel op.
Ik kan perfect leven met uw antwoord en ik ben verder benieuwd naar het afronden en het uitvaardigen van dat ontwerp van ministerieel besluit.
De vraag om uitleg is afgehandeld.