Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Voorzitter, vorige maand stond in de krant dat er 50 procent meer ongevallen gebeuren op een tweerichtingsfietspad dan op een fietspad waarop fietsers maar in één richting mogen rijden. De voorbije vijf jaar zijn op dergelijke fietspaden 22 doden en 3444 gewonden gevallen.
Minister, uit uw antwoord op de schriftelijke vraag blijkt dat er de voorbije twee jaar 35 kilometer aan dubbelrichtingsfietspaden bij is gekomen. Ik heb uit het artikel begrepen dat sp.a ervoor pleit niet langer in tweerichtingsfietspaden te investeren. Ondanks de duidelijke waarschuwingsborden, met vaak nog pijlen op de grond, zijn dubbelrichtingsfietspaden gevaarlijk. Zowel het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) als de Fietsersbond en Fietsberaad Vlaanderen willen de dubbelrichtingsfietspaden echter niet zomaar afschrijven.
Wies Callens van de Fietsersbond heeft het volgende verklaard: “We moeten eerder aan de automobilisten duidelijk maken dat ze ook naar rechts moeten kijken.” Persoonlijk kan ik me ook vinden in de opmerkingen van Veva Daniels van AWV: “We leggen liever fietspaden aan die niet vlak naast de rijweg liggen, maar die nemen meer plaats in en dan is een dubbelrichtingsfietspad plaatsbesparend. We kiezen er soms ook voor omdat er maar één kant huizen staan, waardoor de bewoners niet moeten oversteken.”
Het Vademecum Fietsvoorzieningen is mijns inziens ook duidelijk: ‘Bij primaire wegen is het wenselijk tweerichtingsfietsverkeer te voorzien aan beide zijden om op die manier gevaarlijke oversteken tot een minimum te beperken. Kruispunten worden op een bijzondere manier beveiligd. Bij de overige wegen in verkeersgebieden met een snelheidsregime van 90 of 70 km/uur per uur dient omwille van de hoge snelheidsverschillen tussen fietsers en auto’s het gebruik van vrijliggende fietspaden veralgemeend te worden. (…) Met het gebruik van tweerichtingsfietspaden aan één zijde van de weg dient behoedzaam te worden omgesprongen.”
Tot slot wordt in de studie van het Rekenhof over fietspaden van enkele jaren geleden gesproken over slechts 75 kilometer aan nieuwe fietspaden en vooral over de trage vooruitgang. Als we dan horen dat er op twee jaar tijd 35 kilometer aan dubbelzijdige fietspaden bij is gekomen, is het duidelijk dat er meer eenrichtingsfietspaden bij zijn gekomen. We weten dat het moeilijk is snel meer fietspaden te verwezenlijken, en remmende aanpassingen, zoals een verbod op tweerichtingsfietspaden, kunnen een grote impact hebben.
Minister, iedereen is ervan overtuigd dat de fietsveiligheid steeds voorop moet staan. Randvoorwaarden voor de aanleg van tweerichtingsfietspaden zijn voor de verkeersveiligheid van de fietsers van groot belang. Acht u de bepalingen die in het Vademecum Fietsvoorzieningen staan voldoende of wenst u deze bepalingen aan te scherpen om ongevallen te vermijden? Is er al een diepteonderzoek naar de veiligheid of de onveiligheid van tweerichtingsfietspaden geweest? Zo ja, wat zijn de conclusies? Zo neen, plant u een dergelijk onderzoek?
Minister Peeters heeft het woord.
Voorzitter, het Vademecum Fietsvoorzieningen is hier al aan bod gekomen. We willen er zeker voor zorgen dat het in de loop van 2020 wordt aangepast waar het nodig is. We kijken dan natuurlijk ook naar de tweerichtingsfietspaden.
Wat het diepteonderzoek betreft, moet ik zeggen dat het momenteel op basis van de beschikbare ongevallendata onmogelijk is om de specifieke oorzakelijke factoren van de ongevallen op tweerichtingsfietspaden te achterhalen. We hebben natuurlijk de ongevallencijfers, onder meer voor de periode 2014-2018. Wat de ongevallen met fietsers op tweerichtingsfietspaden betreft, leren die cijfers ons dat het belangrijkste gedeelte, 57 procent van het aantal ongevallen, aanrijdingen door personenwagens betreft. Aanrijdingen tussen fietsers onderling zijn goed voor 12 procent van de ongevallen. Ongevallen gebeuren meestal bij kruispunten en dergelijke, maar niet zozeer omdat het gaat om een tweerichtingsfietspad.
Er is natuurlijk ook nog literatuur: uit onderzoek van 2011 blijkt opnieuw dat fietsers op fietspaden de verwachting hebben dat ze gezien worden en dat ze voorrang krijgen van de andere autobestuurders. Dan gaat het weer over een conflict tussen fietsers en autobestuurders. Op de fietspaden waar de fietsers uit de twee richtingen kunnen komen, kan dat gevaarlijk zijn, omdat bestuurders meestal slechts naar één richting kijken en niet verwachten dat fietsers uit de andere richting komen. Dat is een gegeven dat voor zich spreekt. Wat dat betreft is het aangewezen te kijken welk soort herinrichting er moet gebeuren. Ik verwijs daarvoor opnieuw naar het fietsvademecum. Misschien moeten er aanpassingen gebeuren om daar waar dubbelerichtingsfietspaden kruisen met andere wegen, dit door middel van pijlmarkeringen duidelijk te maken.
In 2014 voerde het studiebureau Technum in opdracht van het Departement MOW een studie uit naar de infrastructuurkenmerken die veelvuldig voorkomen op verschillende kruispunttypes met tweerichtingsfietspaden langs het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk (BFF). De studie focuste op kruispunten in landelijk gebied omdat eerder onderzoek van 2011 voornamelijk op stedelijk gebied gericht was. Een belangrijke vaststelling was dat op de onderzochte kruispunten de fietspaden vaak niet conform de richtlijnen uit het Vademecum Fietsvoorzieningen ingericht waren. Er werd aanbevolen om het tweerichtingsfietspad verhoogd aan te leggen zodat auto’s moeten vertragen en de potentiële conflictsituatie goed kunnen inschatten. Pijlmarkeringen en markeringen die de voorrang accentueren, vormen een noodzakelijke signalisatie.
Om verder zicht te krijgen op de oorzaken van fietsongevallen is bijkomend diepteonderzoek nodig. Dergelijk diepteonderzoek zal deel uitmaken van de onderzoeksagenda verkeersveiligheid.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, het zou ideaal zijn als we op iedere weg een vrijliggend fietspad kunnen realiseren, langs beide zijden. We moeten realistisch zijn: in Vlaanderen is dat niet mogelijk. We zullen zeker niet zover gaan om tweerichtingsfietspaden volledig te verbieden. Sommige willen daar wel voor opteren. In sommige gevallen is het wel ideaal om langs één kant van de weg toch een veilig fietspad te kunnen aanleggen. We kijken allemaal hoopvol uit naar de evaluatie van het fietsvademecum in de loop van 2020. Wellicht zullen er vanuit de fracties vragen voor aanpassingen komen. We zullen ons werk grondig doen om aan fietsers de grootst mogelijke veiligheid te garanderen.
Voor de rest vroeg ik mij enkel nog af of het diepteonderzoek in de toekomst iets is voor de verre of de nabije toekomst. Wordt dit ook meegenomen in de evaluatie van het fietsvademecum?
De heer Verheyden heeft het woord.
Steden en gemeenten zijn zich volgens mij wel bewust van de problematiek van tweerichtingsfietspaden, naast die van de maximumsnelheid van speedpedelecs op die fietspaden. Ik ga niet meer terugkomen op de snelheid, maar ik wil het wel even hebben over de vormgeving van onze fietspaden en of die al dan niet aangepast is aan de hoge fietsintensiteit. Onze nieuwe fietspaden blijken daar namelijk niet altijd aan aangepast.
Ons lijkt het aangewezen om een campagne te voeren rond hoffelijkheid, rond snelheid, ook op die fietspaden. Ik heb begrepen dat de Fietsersbond in mei een dergelijke campagne zal organiseren. Daarnaast denk ik dat er nog actiever kan worden ingezet op de handhaving en op asociaal en ongepast rijgedrag. Die handhaving moet op alle weggebruikers gericht zijn, dus ook op de fietsers.
Er zijn blijkbaar voorstellen om middellijnen aan te brengen op de tweerichtingsfietspaden. De Fietsersbond is daar alvast voor gewonnen.
Bovendien is het noodzakelijk dat men ook eens grondig nadenkt over waar er eenrichtingsfietspaden en waar tweerichtingsfietspaden noodzakelijk zijn. Zoals mevrouw Fournier terecht opmerkt, zijn er op sommige locaties waar nu eenrichtingsfietspaden liggen, misschien wel tweerichtingsfietspaden noodzakelijk of een sterke verbetering van de oversteekbaarheid van bepaalde wegen.
Ik denk ook dat het heel belangrijk is om het advies van Fietsberaad Vlaanderen mee te nemen over het aanleggen van de fietspaden en om deze een minimale breedte mee te geven. Dat advies luidt dat er naar een absolute minimale breedte van 2 meter voor eenrichtingsfietspaden en 3 meter voor tweerichtingsfietspaden moet worden gestreefd, maar met een grotere breedte bij hogere intensiteiten of fietssnelwegen.
Minister, zult u bij de aanleg van die fietspaden of het herstel van die fietspaden het advies van Fietsberaad rond de handhaving en minimale breedte van de fietspaden opvolgen?
De heer Meremans heeft het woord.
Ik denk dat iedereen het erover eens dat je langs beide kanten veilig gescheiden van de rijweg moet kunnen fietsen, het liefst op een eenrichtingsfietspad, alleen is dat niet overal in Vlaanderen mogelijk.
Het is soms wachten op de heraanleg van wegen om dat te kunnen realiseren. Ondertussen zit je wel met die fietspaden. We zullen afwachten wat de aanpassing van het vademecum met zich mee brengt. Ik zou hier opnieuw ook niet pleiten om het allemaal af te schaffen. We moeten absoluut vermijden dat je dan niet langer de fiets neemt. Ook hier speelt het maatwerk. Volgens mij moet het toch perfect mogelijk zijn om als er gevaar is bij het oversteken op bepaalde kruispunten, dat infrastructureel goed aan te duiden. Het doel moet zijn dat je naar mooi gescheiden eenrichtingsfietspaden gaat, maar dat zal soms niet mogelijk zijn. Dan is maatwerk nodig.
Over de breedte van de fietspaden moeten we het inderdaad nog hebben. Fietsen zijn ook veranderd. Je hebt allerlei soorten fietsen, zelfs buitenmaatse fietsen, die ook op die fietspaden terechtkomen. We moeten bekijken hoe we dat zullen aanpassen, maar laten we afwachten wat het vademecum met zich meebrengt.
Minister Peeters heeft het woord.
Of het nu over vrijliggende fietspaden, aanliggende fietspaden, eenrichtingsfietspaden of tweerichtingsfietspaden gaat, het is een kluwen waarbij veel afhangt hoe de situatie ter plaatse is. Vaak heeft men dan aan één kant van de baan veel aantakkingen van ondergeschikte wegen, zodat het meer aangewezen is om aan de andere kant van de weg toch een tweerichtingsfietspad aan te leggen om minder conflicten te hebben. Soms is er aan een bepaalde kant van de weg ook te weinig ruimte door lintbebouwing of door andere redenen.
Ik krijg ook de vraag of ik er overal voor zal zorgen dat de eenrichtingsfietspaden minstens 2 meter breed zijn en de tweerichtingsfietspaden minstens 3 meter, en als het enigszins kan, het liefst nog wat breder, zodat we daar nog meer capaciteit voor onze fietsgebruikers hebben. Veel hangt af van de lokale situatie. We willen allemaal de meest ideale situatie. We zullen het vademecum aanpassen. We zitten hier met heel veel mensen, die heel wat mooie suggesties en aanbevelingen aanreiken. Alle suggesties zijn zeker welkom. Als die ook nog eens allemaal heel gelijkluidend zouden zijn en ook nog eens perfect binnen onze ruimtelijke context passen, dan zou dat helemaal ideaal en perfect zijn. Ik weet niet of we zo ver zullen raken. Opnieuw: we zullen dat vademecum aanpassen, en daarvoor zijn alle suggesties en aanbevelingen welkom, maar het moet binnen de context allemaal mogelijk zijn.
Daar waar mogelijk: het liefst van al een vrijliggend breed fietspad dat maximaal benut kan worden door zoveel mogelijk fietsers. We weten echter dat dit niet overal mogelijk zal zijn. Daar waar tweerichtingsfietspaden nog altijd hun nut bewijzen, zullen we ze zeker handhaven. Liever een tweerichtingsfietspad dan geen fietspad. We kijken uit hoe we straks het vademecum kunnen aanpassen aan de aanbevelingen die hier nog verder geuit zullen worden.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Met alle voorstellen, suggesties en vragen over de fiets zult u de 300 miljoen euro waarin voorzien is voor deze legislatuur heel goed kunnen benutten. Ik heb het gevoel dat u van alle fracties steun krijgt met betrekking tot de fiets. We zitten zo goed als allemaal op dezelfde golflengte. We zijn benieuwd naar de 300 miljoen euro die in deze legislatuur uitgegeven zal worden aan fietsinfrastructuur.
De vraag om uitleg is afgehandeld.