Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Het is tijd voor iets leuks, namelijk eten, meer bepaald gezond eten. Minister, ik heb u vorige week zien koken. U deed dat niet zomaar. U doet dat waarschijnlijk wel vaker. U deed dat met een welbepaalde reden, namelijk om gezonde voeding te promoten. Voor alle duidelijkheid, ik vind dat enorm belangrijk. Gezonde voeding is een enorm positieve zaak. Dat we daar informatie en ‘best practices’ over delen, heeft maatschappelijk alleen maar voordelen. Als mensen goed eten, dan voelen ze zich goed, en als ze slecht eten, dan voelen ze zich minder goed. Ik kan daar uit persoonlijke ervaring over meespreken. Ik denk dat iedereen het daarmee eens is.
De vraag is tot hoe ver de rol van de overheid daarin reikt. Hoe die rol van de overheid was opgevat, was duidelijk door het initiatief dat genomen is door het Vlaams Instituut Gezond Leven. Dat heeft een heel platform naar buiten gebracht, bestaande uit een kookboek, een app en een website. Ze hebben dat trouwens heel grondig en heel goed gedaan. De afgelopen weken heb ik ook heel veel reclame gekregen. Ik heb de app zelf gedownload. Ik kreeg dan reclame via Facebook en ik zag reclame op de televisie. Ik voelde me al heel schuldig als ik durfde te zondigen tegen de voorschriften die mij werden meegedeeld door het Vlaams Instituut Gezond Leven.
Minister, u hoort me al komen. Mijn vraag is of dit de manier is waarop de overheid het best die dingen doet. En is dat eigenlijk geen zaak waarvoor er al alternatieven op de private markt bestaan?
Ik hoor daar zo dadelijk graag uw mening over. Er bestaan al duizenden apps en initiatieven over gezonde voeding die toch ook niet weinig mensen bereiken. Is het dan nodig dat de overheid die zaken kopieert? Ik zeg dat niet zozeer uit bescherming van die private spelers, maar omdat de middelen van de overheid beperkt zijn en elk initiatief een zekere opportuniteitskost inhoudt. Dat is een economisch begrip: als je het ene doet kan je het andere niet meer doen. Het is dus nodig dat de overheid inzet op waar de grootste nood is.
Minister, hoeveel middelen vergde de opbouw, lancering, verdere ontwikkeling en het onderhoud van dit kookplatform?
Het Vlaams Instituut Gezond Leven zei in een persbericht dat er inzake gezonde voeding, gezonde kookboeken en apps nog veel mensen niet worden bereikt. Bent u het met hen eens dat daar een marktfalen inzit? Vindt u dat het uitbrengen van kookboeken en aanverwanten tot de kerntaken van de overheid behoort?
Minister Beke heeft het woord.
Dames en heren, daarnet hadden we een vraag over gezondheidsgeletterdheid. Dit hier valt onder de brede definitie van gezondheidsgeletterdheid omdat niemand het belang van gezonde voeding onderschat en omdat iedereen zijn schouders wil zetten onder het aansporen tot gezonde voeding. Uit uw inleiding heb ik begrepen dat dit ook voor u geldt.
Er zijn verschillende budgetten uitgetrokken voor het project ‘Zeker Gezond’. Het gros van deze middelen is ingezet voor de app en het webplatform. In totaal gaat het over 550.000 euro.
In 2017 lanceerde het Vlaams Instituut Gezond Leven de omgekeerde voedingsdriehoek. Het beeld en de achterliggende adviezen vertellen je wat je best eet, al bleken die richtlijnen voor de Vlaming misschien wat te theoretisch. Na de lancering van de voedingsdriehoek was er regelmatig vraag naar bijhorende recepten, zowel van gewone burgers als van gezondheidsprofessionals en diëtisten.
Dat de Vlaming nood had aan advies en ondersteuning om de richtlijnen van de omgekeerde voedingsdriehoek in de praktijk te brengen, bleek ook uit een enquête die het Vlaams Instituut Gezond Leven hierover begin 2019 liet afnemen bij een representatieve steekproef van vijfhonderd Vlamingen. Op de vraag om een top drie aan te duiden bij ‘Wat zou u kunnen helpen om gezonder te eten?’, was het tweede populairste antwoord, met 47 procent: recepten aangeboden via verschillende kanalen zoals een website of app. Aan recepten is er op zich geen gebrek, maar een betrouwbare, onafhankelijke bron van gezonde recepten in de vorm van een app en webplatform ontbrak tot nu toe.
Verschillende Vlaamse organisaties bezorgden een selectie van hun recepten, die Gezond Leven dan toetste aan gezondheidscriteria in functie van de voedingsdriehoek. Het Nederlandse Voedingscentrum stelde zelfs zijn volledige receptendatabase ter beschikking. Behalve het kosteloos ter beschikking stellen van de app en website ‘Zeker Gezond’, is er ook de integratie van een filter voor budgetvriendelijke recepten. Dat is een meerwaarde ten opzichte van het bestaande aanbod.
Sinds de lancering van de app, een week geleden, is deze al meer dan 37.000 keer gedownload. Bovendien krijgt de app van gebruikers een gemiddelde score van 4,4 op 5. De hoge ingebruikname van de app, de vele positieve reacties en ook de eerste cijfers laten zien dat dit een welkom product is voor de Vlaming dat inspeelt op een grote behoefte.
Er worden andere implementatiemogelijkheden verkend om ‘Zeker Gezond’ ook ruimer in te zetten en de gezondheid van alle Vlamingen te verbeteren, zoals het ook opgenomen is in het strategisch plan ‘De Vlaming leeft gezonder in 2025’. Zo zal ‘Zeker Gezond’ ook als inspiratiebron voor gezonde en betaalbare gerechten gepromoot worden naar gezondheidsprofessionals en organisaties die instaan voor het voedingsaanbod in onder andere scholen, bedrijven, dienstencentra, sociale voedselvoorzieningen en zorginstellingen. Daarnaast kan het platform verder uitgebreid worden om zo blijvend in te spelen op de noden van de eindgebruiker.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Minister, ik twijfel er niet aan dat dat een goede app is. Ik heb hem ook gedownload. Ik ben erdoor gegaan. Dat zit goed in elkaar. Ik twijfel er ook niet aan dat dat op wetenschappelijk gefundeerde manieren is opgebouwd. En ik twijfel er zeker niet aan dat heel veel mensen die app zullen downloaden als ze de reclame zien.
Waar ik wel aan twijfel, en dat gaat verder dan dit voorval alleen, is of het de taak van de overheid is om daar iets meer dan een half miljoen euro aan te spenderen. Ik betwijfel of dat een gerechtvaardigde uitgave van de overheid is, als er daarvoor op de markt al perfecte alternatieven bestaan. Het argument dat het betrouwbaar en objectief moet zijn, betekent dan dat het instituut ergens aangeeft dat al die anderen niet betrouwbaar of objectief zijn. Het is in samenwerking met partners als Ferm, de voormalige KVLV, daarvoor de Boerinnenbond, en EVA, het Ethisch Vegetarisch Alternatief. Dat zijn allemaal goede partners, maar het geeft toch ook een beetje de indruk dat dat een soort van compromis is van wat het meest gezond is.
Ik ga niet akkoord om te zeggen dat dat dan dé enige betrouwbare maatstaf is. Er zijn op de markt al genoeg alternatieven die ook fel worden afgenomen en waarover de tevredenheid ook wel enorm goed is. Dit is natuurlijk één voorval. Ik wil daar niet te dramatisch over doen, maar het bewijst wel dat er ergens een probleem is in hoe overheidsdiensten en de overheid in het algemeen zich zetten tegenover kerntaken. Er is volgens mij onvoldoende besef dat het enorm belangrijk is om die kerntaken goed af te bakenen en te bewaken. Dat zorgt ervoor dat wij heel veel geld geven aan heel veel dingen die maatschappelijk ergens een nut hebben en waarvan mensen zeggen dat het goed is dat de overheid dat doet, maar waar wij als bestuurders eigenlijk van moeten analyseren of het dat is waar het geld het meest nodig is.
Misschien zijn er andere taken, die misschien wat saaier zijn of die wat minder waardering krijgen van de bevolking, maar die maatschappelijk wel meer relevant zijn. Dat is de definitie van een kerntakendebat. Ik mis dat binnen de ruime Vlaamse overheid. Ik ga initiatieven nemen om dat vanuit het parlement aan te zwengelen en ervoor te zorgen dat we budgettair alles onder de loep nemen en ervoor zorgen dat de dingen daar naartoe gaan waar de overheid een rol te spelen heeft en waar de markt echt een falen laat zien.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Ik ben heel tevreden dat collega Vande Reyde die vraag gesteld heeft. Ik volg zijn redenering ook voor 100 procent. Ik moet eerlijk zeggen dat ik schrok toen die app kwam. Ik vind dat leuk, ik heb die ook direct gedownload, want wie graag kookt, vind dat een leuk hebbeding. Maar ik heb eigenlijk al heel veel andere apps om te koken. Ik vroeg mij ook af of dat nu de opdracht van dat instituut is. Moeten wij op die manier de Vlaming gezonder leren eten? Dat was één bedenking. Het gaat maar over 550.000 euro, maar als we zo'n krapte hebben, vind ik dat dat geld in vraag moet worden gesteld.
Ik heb nog een volgende bedenking. Er stond ook ‘budgetvriendelijke recepten’ op, maar voor mij is het niet duidelijk wat budgetvriendelijk is. Dat is relatief, afhankelijk van hoe groot je portemonnee is. Mensen die het moeilijk hebben in onze samenleving om gezond te eten, dan denk ik vooral aan mensen met een laag inkomen. Waarom heeft men dan geen initiatief genomen om iets te doen voor mensen met een laag inkomen? Geen app, want veel apps zijn voor hen ook niet toegankelijk, maar men had met dat geld misschien beter een initiatief kunnen nemen om iets te doen voor mensen met een laag inkomen, mensen in armoede, mensen die problemen hebben om gezonde voeding te kopen en kennis daarover te hebben.
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, is een dergelijke website onzinnig? Neen. Maar als je op dit moment de website raadpleegt, krijgt je ook stilletjesaan het water in de mond: champignonragout met noten, sperzieboontjes en rijst, gevulde paprika, preisoep met curry en kip.
Maar de vraag is inderdaad – en daar moeten we eerlijk in zijn – in welke mate het nu een kerntaak van de overheid is om dit te doen. Want als je in de zoekbalk van diezelfde browser ‘gezonde gerechten’ intikt, kom je terecht op heel wat websites van allerhande organisaties. Die vermelden vaak zelfs het aantal kilocalorieën en de nutriscore bij hun gerechten. Die initiatieven zijn zinvol, maar had de overheid daar middelen moeten in investeren, laat staan dat ze die website verder onderhoudt? Want op een bepaald moment gaat dat misschien wel verdwijnen.
Met alle problemen die we in de commissie Welzijn bespreken, en de uitdagingen die op de plank liggen, moet ik zeggen dat dit voor onze fractie niet de hoogste prioriteit geniet. Al was het maar omdat de doelgroep die momenteel geen gezonde maaltijden maakt ook niet perse naar deze website zal surfen, maar misschien naar andere, reeds bestaande websites. Ik zie het verschil niet.
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Er is al veel gezegd. Het is natuurlijk belangrijk dat de gerechten die in de app zitten ook gezond, eenvoudig en lekker zijn. Het lijkt mij ook heel belangrijk dat er laagdrempelig kan worden gekeken. Want heel wat websites en kookboeken die nu bestaan bieden toch heel wat recepten aan die vaak duurdere ingrediënten bevatten. En die zijn niet altijd voor iedereen haalbaar.
Het is dus belangrijk dat deze app laagdrempelig is en vanuit een betrouwbare bron komt. Deze gratis app is toch een hele geruststelling voor heel wat mensen; zij kunnen nu ook gezond koken. Ik ben dus heel blij met dit initiatief.
Minister Beke heeft het woord.
Ten eerste heeft het onderzoek en de bevraging geleerd dat de Vlaming zegt dat daar wel degelijk nood aan is. Er zijn natuurlijk tientallen, honderden of zelfs duizenden apps. Dat is ook niet de vraag. Maar het is een feit dat de Vlaming zich in toenemende mate terecht vragen stelt. Waar komt de informatie vandaan die ik krijg? Is dat wel goede informatie, is dat wel objectief en neutraal? Zit daar geen bedrijf of concern achter die een product als gezond promoot, enkel om winst te maken met de verkoop van dat product?
Voor vele andere kwesties ben ik het ermee eens dat de overheid zich niet op alle terreinen van het maatschappelijk leven moet begeven. Maar als het gaat om gezondheid, gezonde voeding en preventie, denk ik dat dit wel degelijk zijn plaats heeft.
Wat de laagdrempeligheid betreft: dat is een ander issue, en in die zin ben ik een beetje verbaasd over de tussenkomst van een van de collega’s. Het idee dat gezond eten duur eten is, leeft bij veel mensen heel sterk. En dat moet absoluut niet het geval zijn: gezond eten hoeft niet duur te zijn. Maar veel mensen willen de juiste richtlijnen hebben, zodat men betaalbaar, goedkoop en gezond eten met elkaar weet te combineren. Dat is wat hier naar voren wordt gebracht.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ik ben het er fundamenteel mee oneens dat wat de overheid naar voren brengt, de enige betrouwbare bron is. Ik geef twee elementen om dat te staven. Ten eerste eet de Vlaming de laatste decennia veel gezonder dan vroeger, dankzij alle private initiatieven die daarrond zijn ontstaan. En als mensen daar winst mee willen maken, is dat des te beter. Maar ik denk dat daar heel wat nuttige initiatieven rond bestaan.
Ten tweede: ik denk niet dat overheid het altijd bij het rechte eind heeft. Dat wordt ook aangetoond door het feit dat de adviezen van de overheid geregeld veranderen. Denk aan de voedingsdriehoek die werd aangepast. Wat vroeger als enige betrouwbare maatstaf gold, ziet er vandaag al helemaal anders uit. Ik denk dat de overheid daarin de juiste invalshoek moet vinden: toegankelijkheid van informatie, wetenschappelijk onderzoek. En de overheid moet zich ook richten tot de doelgroepen die misschien minder toegang hebben tot gezonde voeding, bijvoorbeeld op school, via de 1 euromaaltijden. Dat zijn initiatieven waarvan ik zeg dat de overheid een rol kan spelen. Maar een half miljoen euro voor zaken waar een perfect privaat initiatief voor bestaat, moeten we vermijden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.