Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik stel mijn vraag naar aanleiding van enkele artikels die eind november in de kranten zijn verschenen over de geluidsnormen bij evenementen met versterkte muziek.
We hebben in Vlaanderen intussen een zevental jaar nieuwe geluidsnormen. Die zorgen ervoor dat de versterkte muziek onder een bepaald geluidsniveau moet blijven. Jammer genoeg is dat vaak niet het geval. Uit onderzoek van onder andere de Universiteit Gent is gebleken dat bij driekwart van de muziekevenementen de geluidsnormen worden overschreden. Bezoekers van die evenementen kunnen dan al dan niet permanente gehoorschade oplopen. We hebben allemaal ooit wel al eens een getuigenis gelezen van mensen die gehoorschade hebben ten gevolge van overschrijding van geluidsnormen.
Nochtans werden al veel inspanningen gedaan om bezoekers te sensibiliseren en op te roepen om aangepaste oordoppen te gebruiken. Organisatoren zijn soms zelfs verplicht om ze ter beschikking te stellen vanaf een bepaald aantal decibels. Het kan echter niet de bedoeling zijn om de verantwoordelijkheid volledig bij de bezoeker te leggen door hem het dragen van oordoppen verplicht op te leggen. Ons lijkt het beter om het probleem aan de bron aan te pakken en ervoor te zorgen dat de geluidsnormen worden nageleefd. Zo zouden we de geluidsinstallatie kunnen koppelen aan de metingen – wat volgens mij ook verplicht is bij bepaalde geluidsniveaus – waarbij bij overschrijding van de normen het geluidsniveau automatisch wordt aangepast. Vele dj’s en organisatoren van muziekevenementen hebben al zo'n ‘sound limiter’. Ik denk dat dit in vaste concertzalen ook al aanwezig is.
Minister, op welke manier kijkt u naar dit recente onderzoek? Welke gevolgen trekt u hieruit voor uw beleid? Bent u van plan bijkomende maatregelen te nemen, zoals mijn voorstel om geluidsbegrenzers te verplichten?
Minister Demir heeft het woord.
Collega, ik ben het eens met u dat er nog steeds veel onwetendheid is over lawaaibelasting en gehoorschade. Omdat schade niet altijd meteen optreedt, is men zich vaak niet bewust van het potentiële gevaar.
In de afgelopen jaren is er op verschillende manieren ingezet op sensibilisatie. Op de website ‘Help ze niet naar de tuut’ blijft informatie beschikbaar over wat gehoorschade is. Er is ook een kortfilm en de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB’s) zijn daarmee aan de slag gegaan in hun lespakketten. Ondanks de sensibilisatie stel ik samen met experten vast dat we de problematiek van ernstige gehoorschade niet onder controle hebben. Er worden overtredingen vastgesteld.
Het Departement Omgeving stelt een brochure ter beschikking van organisatoren. Hierin wordt op een laagdrempelige manier uitgelegd wat ze moeten doen om te voldoen aan de regelgeving. Er zijn subsidies beschikbaar voor geluidsmeters, zowel voor handhaving als voor het meten en registreren van geluidsniveaus door organisatoren van activiteiten. Er worden vanuit de Vlaamse overheid dus al een aantal hulpmiddelen aangereikt.
Daarnaast dragen de lokale besturen hierin een verantwoordelijkheid. Zij staan in voor het geven van toelatingen of vergunningen en ook voor de handhaving. Ik stel vast dat die handhaving helaas heel weinig wordt gehanteerd.
Ik zal in de toekomst blijven inzetten op de combinatie van sensibilisatie en handhaving. Ik heb opdracht gegeven aan mijn administratie om te onderzoeken hoe we onze activiteiten op Vlaams en lokaal niveau beter op elkaar kunnen afstemmen en desgevallend moeten aanpassen om te zorgen dat ze elkaar versterken, om zo de gewenste effecten te realiseren op het terrein.
Ik zal het voorstel voor het verplichten van geluidsbegrenzers bekijken.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord en ik dank u omdat u mijn voorstel wilt bestuderen. U verwees naar communicatie en sensibilisatie. Ik zou daar zeker op blijven inzetten. In voorbereiding van deze vraag heb ik gelezen dat amper 4 procent van de organisatoren op de hoogte is van de geluidsnormen. Er is dus nog zeker werk aan de winkel.
Wat betreft de handhaving door lokale besturen: in mijn eigen gemeente hebben we gebruikgemaakt van de subsidie om een geluidsmeter aan te kopen en ter beschikking te stellen van verenigingen. Zij gebruiken die ook, maar als het evenement gedaan is en als de meter binnengeleverd wordt, dan zien we dat er overschrijdingen zijn geweest. Dan wijzen wij hen daar natuurlijk altijd op, zelfs al is die kortfilm ook getoond aan de vereniging. Wij kunnen natuurlijk op het moment zelf er moeilijk iemand bij zetten. Ze zien het zelf, ze moeten zelf ingrijpen, ofwel moet de installatie zo ingesteld zijn dat ze automatisch verlaagt. Daarom mijn voorstel.
Iets anders dat we zouden kunnen doen als lokaal bestuur, is de volgende keer geen toelating meer geven om het evenement te organiseren, maar dat is natuurlijk vrij verregaand. Ik denk niet dat veel lokale besturen staan te springen om zo ver te gaan.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Het is een thema dat al een aantal jaren in dit parlement meegaat. Ik heb dit ook al een aantal jaren ter harte genomen. De schade die berokkend kan worden door geluidsoverlast, vaak onbewust of door onwetendheid, en waarmee men nadien geconfronteerd wordt, is dramatisch. We moeten allemaal, zowel de overheid als de ouders, het onderwijs en de organisatoren, de krachten bundelen om dit voldoende kenbaar te maken en mensen er voldoende bewust van te maken. Kenbaarheid is één zaak, maar bewustwording, er effectief naar handelen, is nog een andere.
We moeten vaststellen dat een ‘mental switch’ niet evident is. We hebben de afgelopen jaren daar een belangrijk intensief traject in afgelegd. Maar dat is een traject dat van alle tijden zal zijn. We hebben steeds nieuwe organisatoren en er zijn steeds nieuwe mensen die naar fuiven of feestelijkheden gaan. Dit zal dus iets van alle tijden zijn. We moeten die sensibiliseringscampagnes blijven herhalen en er telkens een nieuwe schwung aan geven zodat ze ook opvalt. Je kunt een boodschap altijd op dezelfde manier vertellen, maar het is belangrijk dat ze blijft binnenkomen.
Minister, ik ben heel blij dat u aangeeft dat u heel sterk op deze sensibilisering wilt blijven inzetten. Ik hoop dat u dat met de nodige schwung doet.
Ik denk dat een heel specifieke aandachtsgroep waar mensen nog minder van bewust zijn, de kinderen zijn. Als mama weet je dat geluid bij baby’s en kleine kinderen veel feller binnenkomt dan bij volwassenen. Als jonge kinderen worden meegenomen naar activiteiten of als er een kinderfuif of iets dergelijks is, is de bewustwording een heel belangrijk issue en moet men daar heel specifiek aandacht voor hebben.
Sensibilisering staat natuurlijk niet alleen. Een tweede luik zijn de lokale besturen en de handhaving. Minister, ik ben heel blij dat u het toezicht op die lokale handhaving mee wilt opnemen. Ik hoor de collega heel duidelijk zeggen dat ze wel meters binnenkrijgt. Ik ben ook schepen van Jeugd geweest. Wij hebben de afgelopen jaren daar ook een beleid rond uitgebouwd. We zorgen dat er meters ter beschikking worden gesteld en we krijgen meters binnen, maar we hebben na twee jaar heel duidelijk de afspraak gemaakt – het eerste jaar sensibilisering en het tweede jaar bewustwording – dat wanneer men het derde jaar terugkomt met een te hoge meting, men geen vergunning meer zal krijgen. Als we dat als lokale besturen niet durven op te nemen, dan wordt het heel moeilijk. Het is belangrijk dat we ervoor zorgen dat men zich eraan kan houden, dat we alles ter beschikking stellen en hen ondersteunen en sensibiliseren, maar handhaving is uiteindelijk ook belangrijk.
Minister, ik wil u enkel aanmoedigen, om zeker samen met de lokale besturen en andere partners dat traject verder af te leggen.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, ik denk dat we hier allemaal de problemen van inzien. Sensibilisering: ja. Correct een geluidsmeter installeren of meegeven: ja. Maar handhaving heb je nooit in de hand. Ik wil collega Rombouts bijtreden dat als iemand de organisator is, dat twee jaar later een andere persoon is. Ik heb lang genoeg in de jeugdbeweging en in tal van verenigingen gezeten. In de hitte van de strijd, tijdens het evenement, gaat het nogal eens mis en kun je als organisator ook wel ingrijpen, maar dat heb je ook niet altijd in de hand. Het is moeilijk als je na twee jaar zegt dat men geen vergunning meer krijgt en het zijn dan andere organisatoren. Misschien is het wel dezelfde groep of dj.
Omdat handhaving vrij moeilijk wordt, denk ik, heb ik in de gemeenteraad zelf voorgesteld om bij die geluidsmeter ook een scherm te laten installeren waarop de decibels worden aangegeven. Er zijn jongeren die er wel mee bezig zijn maar die niet beseffen hoe luid de muziek wel staat en die dat dan toch kunnen zien. Het scherm verandert van kleur wanneer men over een grens gaat. Er zijn jongeren genoeg die oordopjes bij zich hebben maar die niet weten wanneer ze ze moeten gebruiken. Ze gebruiken ze eventueel puur op het gevoel maar ze weten niet wanneer het over de grens gaat. Er zijn misschien tal van manieren, maar sensibilisering is nodig, handhaving als het kan, maar het is moeilijk.
Minister Demir heeft het woord.
Voorzitter, ik voel aan de commissieleden dat ze dit zeer belangrijk vinden; daar zijn we het over eens. Ik zal verder inzetten op sensibilisering en op informatie doorgeven, al dan niet met een eigen schwung. Dat wil ik allemaal doen.
Het is natuurlijk een belangrijke problematiek. Er is vaak blijvende schade. Vandaar dat ik vind dat we zeker voor de allerkleinsten een inspanning moeten doen.
Voor de handhaving reken ik toch ook op de lokale besturen die een vergunning afleveren, die toelatingen geven. Ik weet dat het niet gemakkelijk is, maar zoals bijvoorbeeld gebeurt voor alcoholcontrole, zou ik aan de lokale besturen willen suggereren – en het is natuurlijk niet altijd even sympathiek, maar wel in het belang van iedereen – om af en toe een grote controle te doen en binnen metingen te gaan doen. Als het niet in orde is, moeten er ook de nodige signalen worden gegeven. Ook voor de bewustmaking is dit van groot belang.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoorden. Collega's, ik dank u voor de tussenkomsten. Ik ben blij dat het belang van de problematiek wordt gedeeld door alle collega's in deze commissie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.