Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Een fietssuggestiestrook is niet opgenomen in het verkeersreglement, en heeft dus ook geen juridische basis. Toch zien we ze vaak, in de meest exotische kleuren, opduiken in Vlaanderen.
Het doel van een fietssuggestiestrook is het optisch versmallen van de rijbaan en het aanduiden van de positie van de fietser op de weg. Het overige verkeer wordt zo gewezen op het medegebruik van de rijbaan door de fietser. Dit heeft als voordeel dat de fietser een duidelijke en zichtbare plaats krijgt op de weg, maar de suggestiestrook kent ook enkele nadelen. Zo kan het een vals gevoel van veiligheid creëren aangezien fietssuggestiestroken geen fietspaden zijn en er dus ook voertuigen op mogen rijden. Het kan ook als excuus gebruikt worden om geen krachtig fietsbeleid te voeren en ondertussen de verkeersinfrastructuur ongewijzigd te laten. In sommige gevallen mag ook geparkeerd worden op fietssuggestiestroken, waardoor deze hun nut helemaal verliezen.
Het fietsvademecum geeft duidelijke richtlijnen mee wat betreft de fietssuggestiestroken. Bij een lage intensiteit van het autoverkeer is de aanleg van fietssuggestiestroken niet nodig. Maar wanneer er te veel autoverkeer is, kan het nut van fietssuggestiestroken ook in vraag gesteld worden. Als grenswaarden wordt vooropgesteld dat de intensiteit van het autoverkeer ligt tussen de tweeduizend en vijfduizend per dag.
Aangezien fietssuggestiestroken een toepassing zijn van gemengd verkeer, wordt aanbevolen deze enkel aan te brengen bij een maximale snelheidsbeperking van 50 kilometer per uur of minder. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen wegen binnen of buiten de bebouwde kom.
Indien een asmarkering op de rijbaan aanwezig is, worden fietssuggestiestroken niet toegepast. Fietssuggestiestroken trekken het gemotoriseerde verkeer namelijk naar het midden van de rijbaan, terwijl een asmarkering het verkeer op haar beurt opnieuw naar de fietssuggestiestrook duwt. Fietssuggestiestroken zijn soms een goede maatregel om de overgang tussen aan- of vrijliggende fietspaden en gemengd verkeer op een veilige wijze te laten gebeuren, maar daarover bestaat heel veel onduidelijkheid.
Minister, hoe staat u tegenover het gebruik van fietssuggestiestroken? Is het volgens u een veilig alternatief voor fietspaden? Hoeveel kilometer fietssuggestiestroken liggen er langs gewestwegen? Kunt u een overzicht per provincie geven? Hoeveel ongevallen hebben de laatste drie jaar plaatsgevonden op fietssuggestiestroken in Vlaanderen? Kunt u deze cijfers per provincie opsommen? Worden daar analyses rond gemaakt en, zo niet, lijkt het u nuttig eens een grondige evaluatie te maken? In welke specifieke gevallen kan er volgens u geopteerd worden voor fietssuggestiestroken? Worden de richtlijnen uit het fietsvademecum strikt opgevolgd door de wegbeheerders bij de aanleg van fietspaden? Hebt u plannen om in de toekomst binnen uw fietsbeleid meer in te zetten op fietssuggestiestroken en, zo ja, om welke reden maakt u die keuze?
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw Lambrecht, voor uw vragen.
Zijn fietssuggestiestroken veilige alternatieven voor fietspaden? Ik denk dat we daar onmiddellijk duidelijk het onderscheid moeten maken tussen fietssuggestiestroken, een heel duidelijke vorm van gemengd verkeer, en fietspaden, waarop fietsers volledig gescheiden blijven van het gemotoriseerd verkeer. Om nu het een tegen het ander af te zetten, ligt wat moeilijk. Fietspaden zijn sowieso een stuk veiliger, want daar geldt er gescheiden verkeer.
De fietssuggestiestroken als dusdanig duiden wel de positie van de fietser op de rijbaan aan en hebben zodoende een sturend effect, zowel naar de fietsers als het overige verkeer toe. Het is niet de bedoeling om de fietsers te verdringen naar de rand van de rijbaan, waar ze mogelijk in conflict komen met openslaande portieren van geparkeerde voertuigen of gevaarlijk dicht bij de boordsteen of goot komen. Dat is niet de bedoeling.
U hebt zelf natuurlijk ook al gezegd dat fietssuggestiestroken een aantal voordelen hebben, alsook een aantal nadelen. De voordelen kunnen we duidelijk meegeven. Fietssuggestiestroken zijn een duidelijke plaats voor en bieden zichtbaarheid aan de fietser op de rijbaan. Ze dienen ook als optische versmalling van de rijbaan, wat de weggebruiker noopt tot trager rijden, en dat is sowieso een goede zaak. Ze geven fietsers ook een iets groter gevoel van veiligheid, en bij kruising en inhaalbewegingen zorgen ze voor een duidelijkere conflictpresentatie.
Nu, natuurlijk, er zijn ook nadelen. U hebt zelf al aangegeven dat ze geen juridische basis hebben, dat er geen fysieke bescherming is, en er is soms onduidelijkheid. Niet iedereen beseft even goed de gevolgen van een fietssuggestiestrook of beschouwt die als een fietspad, terwijl het dat wel degelijk niet is. Een alternatief voor fietspaden? Neen, er is een heel duidelijk onderscheid tussen het gemengde verkeer en gescheiden verkeer. Een gescheiden fietspad blijft nog altijd veel veiliger.
Langs de gewestwegen zijn er in Antwerpen 32,9 kilometer fietssuggestiestrook, in Limburg 8,6 kilometer, in Oost-Vlaanderen 20,4 kilometer, in Vlaams-Brabant 8,1 kilometer en in West-Vlaanderen 41,2.
Betreffende de ongevallen op fietssuggestiestroken wordt nog maar recent de variabele rond fietssuggestiestroken opgenomen in de ongevallenstatistieken. Die krijgen we van de FOD. Daaruit blijft dat dit er in Vlaanderen een 447-tal zijn. Ik geef de opdeling per provincie. Voor Antwerpen zijn er 172, voor Oost-Vlaanderen 119, voor West-Vlaanderen 78, voor Vlaams-Brabant 48 en voor Limburg 30. Die cijfers gaan niet alleen over de fietssuggestiestroken langs gewestwegen maar over alle stroken.
Uw volgende vraag ging over de specifieke gevallen waar geopteerd kan worden voor fietssuggestiestroken. In situaties van gemengd verkeer kan een fietssuggestiestrook een goede en veilige oplossing zijn, maar opnieuw: een afgezonderd of apart fietspad krijgt nog altijd de voorkeur. Heel vaak is de rijbaan te smal en kan een fietspad niet, dan is een suggestiestrook een goed alternatief door de voordelen van zo’n strook.
Bij de aanleg van fietspaden worden de richtlijnen uit het fietsvademecum gevolgd voor de gewestwegen. Langs de wegen waar de lokale besturen de wegbeheerder zijn, kunnen wij niets opvolgen. Ik neem aan dat de lokale besturen die richtlijnen respecteren en opvolgen.
Ik heb geen specifieke plannen om in de toekomst meer in te zetten op fietssuggestiestroken. Ze zijn geen alternatief voor fietspaden, en voor de gewestwegen is het veiliger en beter om fietspaden te hebben. Dat is duidelijk. Fietspaden, en zeker gescheiden fietspaden, zorgen nog altijd voor meer veiligheid en daar zijn we in eerste instantie voorstander van.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, uw antwoord stemt mij enigszins gerust, omdat u een beetje op dezelfde lijn zit als ik en vele anderen. Het is niet omdat ik in mijn tekst de voor- en de nadelen heb opgesomd, dat ik daarmee akkoord ga. Een fietssuggestiestrook kan inderdaad nooit een alternatief zijn voor een deftig fietspad. Als we het al gedaan hebben, lokaal, is het omdat we met de rug tegen de muur stonden, omdat er in het verleden zulke slechte en smalle wegen aangelegd werden en we niet anders konden.
Als er nieuwe gewest- of lokale wegen worden gelegd, moet het STOP-principe (eerst stappers, dan trappers, dan openbaar en tot slot privévervoer) gelden. Eerst moet het veilig zijn voor de stappers, dan voor de trappers enzovoort. Er moet ruimte zijn voor goede, veilige, brede fietspaden. Het verheugt mij zeer, minister, dat u ook in die lijn uw redenering opbouwt.
Als we over het aantal ongevallen praten, 447, dan is dat echt wel veel. Ik schrik daarvan. Bij de voordelen staat dat fietssuggestiestroken doen afremmen. Wel, ze doen afremmen en toch zijn er nog 447 ongevallen in Vlaanderen. Dat is veel te veel, en dat noopt ons in de komende jaren in het fietsbeleid met het groter budget, te zorgen voor veel meer kilometers echte fietspaden.
Minister, u zegt dat u het fietsvademecum volgt op de gewestwegen en dat u daarop toekijkt. Is er een stok achter de deur in Vlaanderen om de lokale besturen te verplichten de richtlijnen van het fietsvademecum te volgen zodat alles veel veiliger kan worden op lokale wegen dan het nu is? Als dat er niet is, hebt u dan juridische middelen om ervoor te zorgen dat dat er ooit kan komen, zodat u vanuit Vlaanderen die regels kunt opleggen –niet regelen om te regelen, wel om het aantal ongevallen naar beneden te krijgen en de verkeersveiligheid te laten toenemen?
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, als je in een smalle straat rijdt met tegenoverliggend verkeer, dan kan dat maken dat je opmerkzamer naar de fietser kijkt omdat je denkt dat er een fietser uit de tegenovergestelde richting kan komen. Een fietssuggestiestrook is natuurlijk geen fietspad. Iemand die daarop rijdt moet natuurlijk ook beseffen dat hij niet op een fietspad rijdt. Het is niet altijd sympathiek om dat te zeggen, want als je dat luidop zegt, is het net of je tegen de fietser bent.
Onze partij is vooral bezorgd over de veiligheid van de fietser. Dit heeft geen juridisch statuut, maar vandaag kun je zelfs parkeren of stilstaan op een fietssuggestiestrook. Dat maakt het nog gevaarlijker.
Nederland heeft een juridisch verankerde tussenvorm en dat is de fietsstrook. Het is een strook waarop auto's wel mogen rijden, maar niet parkeren. Ze moeten wel voorrang verlenen als er een fietser op rijdt. Minister, hoe staat u daartegenover?
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, we kunnen de bezorgdheid van collega Lambrecht volgen. Fietssuggestiestroken zijn inderdaad niet wettelijk verankerd en geven soms een vals gevoel van veiligheid. Dat mag je niet gebruiken als excuus om fietssuggestiestroken aan te leggen in plaats van fietspaden. Daar gaan we volledig mee akkoord. Een fietspad is nog altijd veel veiliger en beter voor de fietser.
Als ik zelf op een fietssuggestiestrook rijd in mijn eigen stad, dan geeft me dat het gevoel dat ik een plaats krijg in het verkeer. Als ik als automobilist in een straat rijd met een fietssuggestiestrook, dan pas ik beter op. Ik weet wel dat men erop kan parkeren en dat dat niet echt wettelijk is verankerd, maar toch geeft het een gevoel dat er fietsers kunnen zijn op die plaats; we moeten dus wat beter opletten.
De Fietsersbond is tevreden met de aanpassing van het fietsvademecum die in 2017 is gebeurd. Er is nu een uniforme kleur. Vroeger was er een kakofonie van verschillende kleuren: er was groen, er was een rood, er was oker. Nu is er een uniforme kleur en een uniforme breedte. Samen met de Fietsersbond vinden wij de aanpassing die in 2017 is gebeurd, ook wel goed.
Wij zeggen ja tegen fietssuggestiestroken, maar zeker niet in vervanging van fietspaden. We zijn nog altijd voorstander om die maximaal aan te leggen.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik merk dat iedereen op dezelfde golflengte zit: liever een fietspad dan een fietssuggestiestrook. Waar een fietspad niet kan door bijvoorbeeld een te smalle weg, kan een fietssuggestiestrook wel een meerwaarde zijn. Het heeft voordelen, maar ook een aantal nadelen.
Mevrouw Lambrechts, wij houden zeker vast aan het STOP-principe. Dat zal straks bij de toelichting van de beleidsnota zeker ook nog aan bod komen. Het vademecum is op dit ogenblik niet bindend, maar ik ga ervan uit dat alle lokale besturen sowieso de verkeersveiligheid van de fietser hoog in het vaandel dragen, en dat ze alles op alles zetten om te zorgen voor de hoogste veiligheid. De suggesties die zijn opgenomen in het vademecum zijn dan ook voor iedereen goed bruikbaar, zonder dat ze bindend zijn. Het zijn zeer goede richtlijnen die we best meenemen.
Mevrouw Van Volcem, uw fietsstrook vanuit Nederland kan misschien een goede suggestie zijn, en we zullen ze zeker meenemen. Het is inderdaad zo dat sommige mensen niet goed op de hoogte zijn van de regels rond de fietssuggestiestrook, en die vinden het dan vreemd dat er plots een auto geparkeerd staat op zo’n fietssuggestiestrook. In principe geldt er op die stroken gemengd verkeer en mogen auto’s er dus op parkeren, maar het is misschien inderdaad een goede suggestie. We gaan het zeker meenemen om te kijken of er daar opties voor zijn en of dat eventueel ook in het vademecum kan worden opgenomen. Dat vademecum is al aangepast, zoals mevrouw Fournier al zei, en dat is een goede zaak, maar misschien is het een goede suggestie om een regeling uit te werken die parkeren op fietssuggestiestroken verbiedt. Ik ga daar niet op vooruitlopen, maar ik denk dat het zeker het onderzoeken waard is.
Mevrouw Lambrecht, wenst u nog een wederwoord?
Nee, voorzitter, ik wil de minister bedanken voor het antwoord en voor de keuze om het STOP-principe heel erg te gaan volgen. Ik had de indruk dat men daar in de vorige legislatuur wat van was afgeweken. Het is echt nodig om dat principe te volgen, want de verkeersveiligheid gaat boven alles. Als je veilig verkeer wilt, dan kun je niet anders dan de stappers en trappers eerst voorrang te geven.
De vraag om uitleg is afgehandeld.