Taalwetgeving faciliteitengemeenten na arrest Hof van Cassatie
Het Hof van Cassatie gaf in december 2018 een Franstalige inwoner van een faciliteitengemeente gelijk in een zaak over de taal waarin een belastingaanslag aan hem werd bezorgd. Dit kan mogelijk gevolgen hebben voor de zogenaamde omzendbrief-Peeters die de taalwetgeving in de faciliteitengemeenten interpreteert. Wat zijn de gevolgen van dit arrest voor de taalwetgeving in de faciliteitengemeenten? Welke maatregelen wil minister Liesbeth Homans nemen? Houdt ze vast aan de restrictieve interpretatie van de omzendbrief-Peeters? Strookt een en ander met de privacywetgeving?