Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer De Clercq heeft het woord.
Minister, middenvakrijden is volgens een enquête van Vias het gedrag waar de Belg zich het meest aan ergert op autosnelwegen. Volgens Vias zou de bijhorende boete voor het middenvakrijden dan ook moeten worden verhoogd. Minister Bellot deelt de mening om boetes daaromtrent effectief te verhogen.
Daarnaast zijn er ook de Vlaamse bevoegdheden op het vlak van sensibilisering en bekendmaken van een en ander. U beschikt als Vlaams minister van Mobiliteit over de bevoegdheid om burgers het verkeersreglement uit te leggen, hen op te leiden enzovoort. Vast staat dat minstens een deel van de mensen die op de middenstrook blijven hangen, niet weten dat ze een fout maken. Ze doen dat onbewust en te goeder trouw. Ik geloof dat ook oprecht. Dat geldt trouwens ook voor andere gedragingen in het verkeer. Vaststaat dat als de overheid overgaat tot het opleggen van hogere boetes, we de taak hebben te sensibiliseren.
Welke maatregelen kunt u nemen om bestuurders te sensibiliseren inzake de problematiek van het middenvakrijden? Plant u desgevallend een campagne om mensen zich daar beter van te laten vergewissen? In welke mate wordt daar vandaag al op gefocust binnen uw beleid?
Zoals gezegd, zijn veel burgers niet helemaal op de hoogte van een aantal verkeersregels. Ondertussen wordt er wel gewerkt aan een modernisering van de wegcode, samen met federaal verkeersminister Bellot. Kunt u de stand van zaken en het verwachte tijdspad schetsen inzake deze werkzaamheden?
De nieuwe wegcode kan ook worden aangegrepen om een grootschalige informatiecampagne op poten te zetten samen met alle hier relevante partners. Zal er in een dergelijke grote campagne worden voorzien?
Minister Weyts heeft het woord.
U schetst terecht dat de federale overheid bevoegd is voor de bepaling van de strafmaat van deze overtreding. Zelf ben ik nogal terughoudend om mee te gaan in een vaak gehoorde roep om steeds hogere geldboetes bij verkeersovertredingen. Ik ben er niet tegen, maar ik stel wel vast dat dit bijna alle Vlamingen irriteert, zodat je je gaat afvragen wie er zich überhaupt aan bezondigt. Het is volgens mij ook een inbreuk die meer irriteert dan dat ze verkeersonveilig is. We moeten opletten dat we het onderscheid behouden tussen de vier gradaties in de wegcode, gaande van overtredingen in de eerste graad tot en met de vierde graad. We moeten vermijden dat alles opschuift naar boven toe en dat uiteindelijk alles op dezelfde hoogte komt te staan. Heel wat zaken zijn volgens mij veel verkeersonveiliger dan dat. U wijst er terecht op dat veel mensen zich daar onbewust of uit verstrooidheid aan bezondigen.
Vanuit Vlaanderen voorzien we daarom om rond dit probleem te gaan sensibiliseren maar in een ruimere campagne, die sociaal en preventief rijgedrag promoot. Deze campagne lanceren we in februari 2018 onder het koepelconcept ‘Beloofd’. Er worden hierbij twee campagneluiken uitgewerkt: een eerste die gericht zal zijn naar de weggebruikers op de autosnelwegen en waarbij aandacht gevraagd wordt om een veilige afstand te houden, richtingsaanwijzers te gebruiken en het probleem van het middenrijstrookrijden aan te kaarten. Een tweede luik wordt gericht naar het rijden binnen de bebouwde kom waarbij de nadruk ligt op de verstandhouding tussen fietsers en automobilisten. Daarnaast komt het onderwerp aan bod in het verkeersveiligheidsprogramma Kijk Uit.
Wat de herziening van de wegcode betreft, heeft mijn administratie op 20 oktober een eerste versie van het globale ontwerp tot herziening van de wegcode ontvangen en daarop geantwoord. Er zijn nog twee nieuwe overlegmomenten, eind november en half december geweest en het ontwerp zal nu ongeveer zijn beslag krijgen. We hebben goed samengewerkt. Een formele overmaking voor advies van de al dan niet nog verder aangepaste ontwerpversie kan daarna verwacht worden. Zoals gebruikelijk zal ik dan aan de Vlaamse Regering een voorstel van advies ten gronde voorleggen.
De heer De Clercq heeft het woord.
Minister, het verheugt mij dat u uitdrukkelijk onderlijnt dat u in het kader van de aanpassing van de wegcode goed samenwerkt. Het verheugt me ook dat vandaag al rond het middenvakrijden preventief en sensbiliserend wordt gewerkt. Uw antwoord bevat dus alleen maar positieve elementen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.