Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Poschet heeft het woord.
In de hedendaagse maatschappij blijft diversiteit en gendergelijkheid een uitdaging. Op de website van çavaria leest men dat slechts 10 procent van de sporters zich volledig out in zijn sportomgeving. In het onderzoek ‘Out on the Fields’ uit 2014 leest men dat 73 procent van de homosporters meer homofobie ondervindt in ploegsporten dan in de gemiddelde samenleving.
Volgens het Internationaal Centrum Ethiek in de Sport (ICES) is zelfs 80 procent van de sporters al getuige geweest van homofobie in de sport. ICES zelf verspreidt een aantal goedepraktijkvoorbeelden.
Minister, in mijn vraag van 9 maart 2017 vroeg ik u om contact op te nemen met çavaria om te zien hoe deze organisatie het beleid inzake holebiacceptatie en het wegwerken van de heteronormativiteit in onder andere de sportwereld kan versterken.
Hebt u intussen contact gehad met çavaria? Zo ja, zijn er interessante beleidsideeën uit naar voren gekomen? Zo nee, wanneer zult u dat doen?
Welke stappen hebt u nog gezet om te werken aan de diversifiëring van rolmodellen in de sport? Dat is immers een heel belangrijk element voor het wegwerken van heteronormativiteit. Komt er bijvoorbeeld een vervolg op de campagne ‘Sports4Every1’ van Sport Vlaanderen en çavaria? Hoe worden de lgbt-sportclubs bij het beleid betrokken?
Minister Muyters heeft het woord.
Ik wil opnieuw herhalen dat ik als minister van Sport elke vorm van discriminatie, geweld, misbruik, uitsluiting of pesten onder welke vorm en reden dan ook ten strengste afkeur. Homofoob gedrag of discriminatie op basis van seksuele geaardheid heeft voor mij totaal ook geen plaats binnen sport.
Uit mijn beleidsnota en beleidsbrieven van de afgelopen jaren blijkt dat ik in mijn beleid heel sterk focus op het promoten van een gezonde en veilige sportomgeving voor alle Vlamingen. Alleen al aan het nieuwe decreet over de georganiseerde sportsector maar ook in de generieke campagnes ‘#sportersbelevenmeer’ of ‘Time Out tegen Pesten’ richten we ons er echt op dat alle Vlamingen en alle doelgroepen mee kunnen doen in dat sportbeleid. Daarnaast is er zeker ook bijzondere aandacht voor een aantal prioritaire doelgroepen zoals mensen met een beperking, mensen in kansarmoede en senioren.
De voorbije maanden is er heel hard gewerkt aan ethiek in de sport, maar dan specifiek inzake seksueel grensoverschrijdend gedrag in de sport.
Wat seksuele geaardheid, homofobie en heteronormativiteit betreft, hebben we intussen geen overleg gehad met çavaria. Dat betekent uiteraard niet dat er niets gebeurt en dat er niets meer moet gebeuren. Het is heel duidelijk dat we met ICES in het verleden al aan dit thema hebben gewerkt. Dit jaar hebben wij, eerder symbolisch, in alle centra van Sport Vlaanderen op 17 mei de regenboogvlag gehesen.
Naar aanleiding van uw vraag in maart en die van vandaag heb ik met het oog op de opmaak van mijn beleidsbrief die we later in de commissie zullen bespreken, en op de acties 2018-2019 die moeten gebeuren in het kader van het gelijkekansenbeleid, gevraagd dat men onder meer op korte termijn overleg pleegt met çavaria om samen te kijken of er binnen de sportsector nog iets kan gebeuren rond dit thema.
Als ik heel eerlijk ben, is er de laatste maanden, door de actualiteit gedreven, aan andere aspecten gewerkt. Daardoor is het overleg met çavaria en het accent op homofobie niet verder uitgewerkt. Ik heb wel uitdrukkelijk de opdracht gegeven om daar nu opnieuw werk van te maken.
De heer Poschet heeft het woord.
Minister, ik denk dat u alleen op mijn eerste vraag heb geantwoord. U zegt dat u het nog niet hebt gedaan maar dat u het op korte termijn zult doen, voor de opmaak van de beleidsbrieven. Ik denk dat die opmaak nu bezig is. Wanneer we die korte termijn vertalen, dan is dat dus nu. We komen daar dan op terug tijdens de bespreking van uw beleidsbrief en bij de bespreking van de beleidsbrief van de minister van Gelijke Kansen.
Wat die rolmodellen en lgbt-sportclubs betreft, was mijn vraag of u daar contact mee hebt gehad. Of werkt u daarvoor via çavaria?
Het antwoord is effectief hetzelfde. Er is nog geen overleg geweest. Dat zal een van de acties zijn wanneer dat blijkt uit het overleg met çavaria.
De heer Moyaers heeft het woord.
Minister, in mijn vraag van 9 maart heb ik ook gesproken over die rolmodellen in de sport en dan meer bepaald over rolmodellen die onder contract staan bij Sport Vlaanderen. Misschien kunt u die rolmodellen meer naar voren schuiven om de taboes in de sport op het vlak van genderseksualiteit en alles wat met discriminatie te maken heeft, te kunnen doorbreken.
Wanneer die rolmodellen daarover zelf willen getuigen, heb ik daar geen probleem mee.
De heer Poschet heeft het woord.
Ik blijf voorlopig op mijn honger, maar ik ga ervan uit dat die over enkele weken zal worden gestild.
Ik wil nog eens het belang benadrukken van die rolmodellen. Het is volgende week, op 11 oktober, internationale Coming Out Day. Degenen die plannen hebben, kunnen zich alvast voorbereiden. Niemand kan dat verplichten of doen voor iemand anders, maar het helpt uiteraard wel om een aantal modellen te zien die ervoor zorgen dat het normaal is en dat we zelf van de woorden normaal en abnormaal af kunnen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.