Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, over het vrijhandelsakkoord, het ontwerp of de onderhandelingen ervan hebben we al meermaals in de commissie en in de plenaire vergadering gediscussieerd.
Als presidentskandidaat voerde Trump campagne tegen verschillende handelsakkoorden waardoor de Verenigde Staten gebonden waren en voerde hij tegelijk actie tegen de onderhandelingen voor nieuwe handelsakkoorden die de Verenigde Staten wilden afsluiten.
In die visie van 'America First' van de ondertussen verkozen president Trump, bleek er geen ruimte te zijn voor traditionele handelsakkoorden over tariefvrije in- en uitvoer, over handelsbelemmeringen, douanetarieven enzovoort. Dit zorgde er dan ook voor dat het er niet goed uitzag voor het TTIP-verdrag, het handels- en investeringsakkoord tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie, zodat de tegenstanders van het TTIP-verdrag de medestanders werden van de huidige president.
Nu blijkt de administratie Trump toch een bocht te hebben gemaakt en het blijkt niet de eerste te zijn. De Amerikaanse Kamer van Koophandel spreekt over een constructieve aanpak, maar ook Europees commissaris voor Handel, Cecilia Malmström – van wie we het voorrecht hebben gehad dat ze in onze commissie aanwezig was –, had heel recent een gesprek met de Amerikaanse handelsgezant Wilbur Ross. Uit dat gesprek zou blijken dat die nieuwe Amerikaanse administratie toch wil samenwerken met de EU op het vlak van handelsrelaties.
Aangezien dat ook een heel belangrijk thema is voor onze Vlaamse economie, gekenmerkt door onze export, onze havens en tegelijk door onze baggerbedrijven die wereldwijd, behalve op de Amerikaanse markt, handel kunnen drijven, is het nuttig dat we dat dossier heel strikt opvolgen.
Minister-president, hebt u bijkomende informatie over het gesprek dat Europees commissaris Malmström in Washington heeft gehad? Ik weet dat u goede contacten hebt met Europees commissaris Malmström. Wat is uw reactie op de bocht die werd gemaakt, op dat schijnbaar nieuwe standpunt van president Trump over het TTIP? Op welke manier probeert Vlaanderen de contacten met de Verenigde Staten aan te halen om te pleiten voor de voortzetting, een hervatting – eigenlijk zijn het nu' frozen contacts' – van de onderhandelingen? Op welke manier probeert Vlaanderen de contacten met andere Europese lidstaten en de Europese Unie als geheel aan te halen om te pleiten voor een voortzetting van de TTIP-onderhandelingen?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Het nieuwe standpunt van president Trump moet als volgt worden geduid: president-elect Trump heeft altijd gezegd dat hij bilaterale akkoorden wil, dat hij geen handelsakkoorden wil met handelsblokken. Hij heeft in de eerste plaats zeer zwaar ingezet op een akkoord met Duitsland. Mede naar aanleiding van zijn ontmoeting met Angela Merkel en andere gesprekken, is hij tot het besef gekomen dat je met de Europese Unie in haar geheel een akkoord moet sluiten, ofwel geen akkoord kunt sluiten. Je kunt met elk van de lidstaten van de Europese Unie apart geen handelsakkoorden meer sluiten. Dit is zo sinds 1 januari 1958, zoals ik al een paar keer heb gezegd.
Dus dat is een positieve kentering, dat het besef er is dat men niet rond de EU heen kan. Het lijkt me ook positief dat de EU blijkbaar een grotere prioriteit is dan het Verenigd Koninkrijk. De EU is dan ook een veel belangrijkere en grotere markt. Maar laat ons toch nog even wat reserves inbouwen. Veel is nog niet duidelijk. Ik heb morgen een onderhoud met de zaakgelastigde van de Verenigde Staten – u weet dat er momenteel geen ambassadeur is in Brussel – en zal hem, naast andere thema’s, ook over een mogelijk handelsverdrag EU-VS spreken. Ik zal daar sterk voor pleiten, dat hoeft geen betoog.
Over de inhoud van de verschillende gesprekken die commissaris Malmström heeft gehad, kan ik u helaas weinig bijkomende informatie bezorgen. Dit zal aan bod komen op de volgende ministerraad Handel. Dan zullen we informatie krijgen, maar de ministerraad Handel had al plaatsgehad op het moment dat de gesprekken tussen Malmström en de VS gebeurden.
De focus in de VS ligt op Berlijn. Er zijn Duitse verkiezingen op 24 september. De kans op een versnelling van TTIP – of welke nieuwe naam het ook wordt – daarvoor lijkt me behoorlijk klein. Bovendien zijn er nu de Franse presidentsverkiezingen en daarna de verkiezingen voor de Assemblée nationale. Er zijn Britse verkiezingen. Dus ik denk dat er nu een periode is waarin de zaken misschien wel informeel zullen worden besproken, maar waarin toch weinig grote vooruitgang te verwachten is.
De gedachtegang in Washington is die van een uitgesproken economisch protectionisme. ‘Buy American’ is niet onder president Trump uitgevonden trouwens. Maar het zal erop aankomen om tot een goede win-winsituatie te komen voor beide partijen.
Voor uw vraag op welke manier ik de contacten zal aanhalen, verwijs ik naar wat ik al gezegd heb, naar het gesprek dat ik morgen heb. Onze algemene vertegenwoordiger in New York en de Vlaamse economische vertegenwoordigers in hun contact met bedrijven en overheidsinstanties stippen natuurlijk altijd het belang van TTIP aan.
Ik proef uit uw laatste vraag een beetje – of heb ik het mis? – dat er bij de Europese lidstaten geen animo meer zou zijn om de TTIP-onderhandelingen voort te zetten. Ik denk dat het omgekeerde waar is. Ik denk dat de EU-lidstaten nog wel degelijk gewonnen zijn voor een ambitieus TTIP, maar we moeten de nieuwe Amerikaanse administratie tijd geven om tot een standpunt te komen.
Als er de laatste maanden minder intensief contacten waren, heeft dat niet te maken met een gebrek aan wil bij de Europese lidstaten, maar wel met de nieuwe Amerikaanse regering en de houding van president Trump ten aanzien van de TTIP-onderhandelingen.
Zoals ik al zei, zitten we in een verkiezingsperiode: eerst de Amerikaanse verkiezingen, dan Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland. Nederland is ondertussen achter de rug. Ik denk dat het nu een beetje een luwe periode is ten gevolge daarvan.
In alle geval hebben de Europese Commissie en de nieuwe Trump-administratie op 17 januari nog een rapport met de ‘landingszones’ voor TTIP opgesteld. In dit document sommen beide partijen volgende opties op: invoerheffingen op 0 brengen voor 97 procent van de goederen, administratieve non-tarifaire belemmeringen minimaliseren, een sterk kmo-hoofdstuk en een akkoord met sterke milieu-, arbeids- en transparantievereisten.
TTIP – of hoe het ook zou mogen heten in de toekomst – is niet begraven. Het is te vroeg om daar optimistisch, laat staan euforisch, over te doen, maar er zijn tekenen dat de zaak absoluut niet geblokkeerd zit en dat er kansen zijn om uiteindelijk toch tot een resultaat te komen.
Minister-president, het is inderdaad goed dat u samen met de Vlaamse administratie en diplomatie in de Verenigde Staten het dossier verder blijft opvolgen. We hebben inderdaad lidstaten en deelstaten gezien die meer problemen hadden met het handelsakkoord met Canada, het CETA-akkoord, dan met andere afspraken die moesten worden gemaakt of andere handelsakkoorden met andere landen. Wij hopen dat de ratio het haalt boven de emotie.
U hebt terecht de nadruk gelegd op het feit dat er hoofdstukken moeten zijn met betrekking tot arbeidsvoorwaarden en milieunormen. Op die vlakken staan wij soms verder dan de Verenigde Staten; op andere domeinen staan zij dan weer verder.
Ik vind het ook bijzonder positief dat u de contacten rechtstreeks onderhoudt met de Amerikaanse ambassade, met de handelsgezant, omdat er nog geen nieuwe ambassadeur is. Het is ook goed dat de VS intussen die kentering, die bocht, heeft ingezet en beseft dat een multilaterale aanpak nodig is met de verschillende lidstaten en met de EU in plaats van bilaterale afspraken.
Ik zal dit dossier alleszins verder opvolgen. We zullen zien wat de informatie die de zaakgelastigde aan u bezorgt, verder oplevert. Ik hoop inderdaad dat ook andere lidstaten het belang inzien van dat handelsverdrag, onder welke naam het ook wordt afgesloten. Het is voor een land als Vlaanderen alleszins van belang dat wij goede handelsakkoorden hebben, dat er weinig handelsbelemmeringen zijn, en dat er weinig douanetarieven zijn. Dat is van belang voor een land dat sterke havens heeft en vooral gericht is op export, ook omdat er een dermate grote afzetmarkt in de Verenigde Staten is.
Het CETA-akkoord moet ondertussen nog worden bekrachtigd. Dat is ook niet evident, als we sommige geluiden uit het zuiden van dit land mogen geloven. Maar we denken alvast dat het TTIP-akkoord, of welke naam het ook zal hebben, onder welke voorwaarden dan ook, een goede zaak is voor de economie en de welvaart in ons land.
De vraag om uitleg is afgehandeld.