Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister-president, zowat een maand geleden kondigde de Schotse minister-president Nicola Sturgeon aan een nieuw onafhankelijkheidsreferendum te eisen vooraleer de Britse regering de uitstap uit de Europese Unie formaliseert. Margaritas Schinas, woordvoerder van de Europese Commissie, bevestigde meteen de zogenaamde Barroso-doctrine, dewelke voorschrijft dat een staat die zich afscheidt van een EU-lidstaat niet automatisch het lidmaatschap verwerft. Schinas benadrukte dat voor een onafhankelijk Schotland artikel 49 van het Verdrag van de Europese Unie van toepassing zou zijn, wat hen op dezelfde hoogte plaatst als kandidaat-lidstaten als pakweg – met het volste respect natuurlijk – Montenegro of Bosnië. Dat is een proces waar niemand de duur van kan voorspellen. Gedurende al die tijd zou het juridische statuut van Schotse burgers en bedrijven binnen de unie onduidelijk zijn, wat mogelijk catastrofale gevolgen kan hebben.
Wij wisselden reeds van gedachten over deze problematiek wat betreft de parallelle situatie in Noord-Ierland begin vorig jaar. Ook in eerdere vragen aan uw voorganger over Catalonië sneden wij deze kwestie aan. U wees er toen op dat de verklaringen hierover van de Commissie niet noodzakelijk stroken met het artikel van het Verdrag van de Europese Unie. Artikel 50 van het handvest, dat de uitzetting van een lidstaat regelt, is immers ook van toepassing. Schotland kan niet op een dag zijn statuut verliezen. Ook zij hebben recht op een onderhandelingsperiode van minstens twee jaar, waarin intussen een akkoord kan worden bereikt, ook over een herinstap. Dat is dus een heel andere situatie dan na een onafhankelijkheidsreferendum sito presto te worden terug gekatapulteerd naar het statuut van Montenegro of Bosnië.
U sprak zich alvast uitdrukkelijk uit voor deze piste en wees onder meer op de intrede van de Duitse Democratische Republiek en uittreding van Groenland als precedenten.
Ik stel vast dat de Commissie nu de deur lijkt dicht te slaan voor de artikel 50-piste. Ik vraag mij af wie hen hiervoor heeft gemandateerd en hoe gedragen deze houding is.
Minister-president, hebt u kennis genomen van de uitspraken van Schinas inzake een eventuele Schotse onafhankelijkheid? Zo ja, hoe evalueert u deze stellingname? In hoeverre is die het resultaat van overleg met de lidstaten? Zo ja, welke houding nam België hierbij aan? Is deze materie reeds besproken op het federale Overlegcomité?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Collega's, ik heb die uitspraak ook gelezen. Dit is een uitspraak die volledig voor conto is van de Europese Commissie. Het staat haar vrij om dergelijke standpunten in te nemen. Het ligt in de lijn – zoals u aangeeft – van de zogenaamde Barroso-doctrine, die voorschrijft dat een staat die zich afscheidt van een EU-lidstaat niet automatisch het lidmaatschap verwerft. Ik denk dat je dat ook moet lezen met de klemtoon op elk van die onderdelen. Niet automatisch kan natuurlijk betekenen dat er een formele toetreding is. Alles hangt er vanaf hoe je dat invult.
Het is ook niet zo dat dit meteen betekent dat dit het standpunt is van de Raad van de EU of de Europese Raad wanneer ze geconfronteerd zouden worden met een eventuele Schotse vraag. Er is overigens ook begrip bij de Europese Unie voor de positie van Schotland. U weet dat Nicola Sturgeon op bezoek is geweest bij commissievoorzitter Juncker en dat ze zich verheugd toonde over wat ze noemde ‘de warme ontvangst’ door de commissievoorzitter. Het is een man van Luxemburg; hij kust graag en heeft uiteraard ook Nicola Sturgeon gekust. Maar ze is ook bij Martin Schulz geweest en ook daar is ze goed ontvangen.
We zien trouwens ook elders voortschrijdend inzicht, als ik het zo mag beschrijven. Zo liet de Spaanse minister van buitenlandse Zaken Alfonso Dastis begin april in El País weten een Schotse toetreding tot de Europese Unie niet te zullen blokkeren. Dit is toch een niet onbelangrijke uitspraak voor een land waar zich desgevallend eenzelfde proces met betrekking tot Catalonië zou kunnen ontwikkelen.
De Vlaamse Regering – en dat is ook verwoord in de visienota van de Vlaamse Regering – vindt in ieder geval dat deelstaten van lidstaten die op wettelijke en democratische wijze onafhankelijk worden, moeten kunnen toetreden tot de EU via een vereenvoudigde toetredingsprocedure. Deze deelstaten passen het Unierecht of het acquis communautaire immers reeds toe en maken al deel uit van de Unie; hun burgers zijn EU-burgers en hun bedrijven, onderzoeks-en kennisinstellingen maken dagelijks gebruik van het vrij verkeer. We hebben dit expliciet opgenomen in onze visienota.
U wijst er terecht op dat ik vroeger al gezegd heb dat er in het verleden pragmatische oplossingen zijn gevonden bij de uittreding van Groenland en bij de opname van de voormalige DDR in de Europese Unie. Ik zou het persoonlijk zeer kafkaiaans vinden en ook tegengesteld aan de principes van de EU, die zeggen dat men een steeds hechter verbond tussen de volkeren van Europa nastreeft, als men zou zeggen dat een EU-deelstaat – die op een democratische en wettelijke wijze onafhankelijk wordt – eerst uit de EU moet worden verwijderd en alle banden moeten worden doorgeknipt, tot ontzetting ongetwijfeld van de burgers, de bedrijven, de onderzoeksinstellingen, de jonge mensen die deelnemen aan Erasmusprogramma's, en dat men een einde zou maken aan de samenwerking en dat men jaren zou onderhandelen over een vrijhandelsverdrag in dit geval, want je moet toch zorgen dat er op een of andere manier handelsbetrekkingen kunnen zijn. Dat zou vrij kafkaiaans zijn en ook tot chaos leiden. Die mensen gaan ervan uit dat zij lid zijn van de Europese Unie. Eerst een harde buitengrens gaan creëren met alle gevolgen van dien – ik heb er enkele genoemd – en jaren invoertarieven gaan heffen in de zeehavens, op de luchthavens, op het transport en dan zeggen dat ze eerst artikel 49 moeten activeren waarover we jaren gaan onderhandelen om dan tot een inbreiding van de unie te komen, lijkt me vrij kafkaiaans.
Er is geen overleg geweest met de lidstaten. De Europese Commissie beschikt over autonomie om hierover standpunten in te nemen. Als de situatie zich ooit voordoet, is het uiteraard zo dat het voorwerp zal zijn van bespreking binnen de Raad zelf. Dan zal het zaak zijn voor, in dit geval Schotland, om zijn belangen goed te behartigen. We zijn nog niet zover. Het kan natuurlijk pas nadat er een proces daartoe is georganiseerd. Ik heb er op dit ogenblik geen weet van dat Theresa May akkoord gaat met een nieuw referendum. Er is er één geweest onder Cameron. Na de brexit is er natuurlijk een nieuw gegeven en dat is ook wat Nicola Sturgeon inroept omdat – we hebben het er hier al over gehad – er in Schotland een overgrote meerderheid was, bovendien in elk van de kiesdistricten, om in de Europese Unie te blijven. Dat is natuurlijk wel een apart en bijzonder gegeven dat nu ongetwijfeld in de loop van de discussies over de brexit en de toekomstige relaties met het Verenigd Koninkrijk mee aan de orde zal zijn.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister president, ik dank u voor uw formeel maar zeer duidelijk standpunt en antwoord waarbij u nogmaals onderstreept wat de Vlaamse Regering nu toch al enkele maanden zeer duidelijk heeft gesteld en ook de komende maanden zal aanhouden. Dat sterkt mij in mijn overtuiging dat we dit in het oog moeten houden, ook na wat vandaag bekend is gemaakt over hoe de Britse regering de brexit-onderhandelingen wil voeren met een versterkt mandaat als het ware – dat is toch wat de premier nastreeft. Dat is misschien voer voor discussies in de komende maanden in deze commissie.
De heer Kennes heeft het woord.
Het zal de volgende maanden nog een belangrijke discussie blijven, zeker ook als de verkiezingsuitslag van de nieuwe verkiezingen die aangekondigd zijn, de kracht van de Schotse nationalistische partij nog zal versterken of bevestigen. Het gaat dan niet meer van de agenda weg.
Merkwaardig is ook de houding van Spanje. Misschien heeft het te maken met Gibraltar waarover we onze commissie recent ook toelichting heeft gekregen tijdens ons bezoek aan Madrid. Dat Spanje nu plots een wat meer open houding zou aannemen tegenover een aparte Schotse toenadering, is eigenlijk toch heel bijzonder gezien de krampachtige houding van de afgelopen jaren om bijvoorbeeld zelfs Kosovo te erkennen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.