Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Pira heeft het woord.
Minister, uit antwoorden op verschillende schriftelijke vragen, niet enkel van mij, maar ook van collega Vandaele, blijkt dat er nog steeds vlot kan worden gebouwd in signaalgebieden. In 2015 werden er 9 vergunningen afgeleverd voor nieuwbouwwoningen of verkavelingen in signaalgebieden waarvoor de Vlaamse Regering een vervolgtraject heeft vastgesteld en waar verdere ontwikkeling ongewenst is. In de eerste helft van 2016 werden er 32 vergunningen in signaalgebieden toegekend. Dat blijkt uit een recent antwoord op een schriftelijke vraag van mij. Daarvan zijn 6 vergunningen voor nieuwbouw of verkaveling in een gebied waar verdere ontwikkeling ongewenst is.
Nochtans zegt de Vlaamse Regering al sinds 2013 herhaaldelijk dat bouwen in overstromingsgevoelige gebieden onverantwoord is en dat er voor 135 signaalgebieden een screening en vervolgtraject moet worden opgesteld. Voor 83 signaalgebieden gebeurde dit intussen, op de 52 andere blijft het wachten.
Voor alle signaalgebieden geldt dat zolang de Vlaamse Regering geen startbeslissing heeft genomen of de vervolgstappen niet gerealiseerd zijn, de omzendbrief ‘Richtlijnen voor de toepassing van de watertoets bij het vrijwaren van het waterbergend vermogen in signaalgebieden’ voorziet in een bewarend beleid op basis van de overstromingskans. Uit bovenstaande cijfers blijkt duidelijk dat de Vlaamse Regering er niet in slaagt een bewarend beleid te voeren en dat er nog steeds volop in overstromingsgevoelig gebied kan worden gebouwd.
Minister, mijn vraag is eigenlijk heel eenvoudig. Aangezien u er niet in slaagt het bouwen in overstromingsgevoelig gebied te voorkomen, zijn extra maatregelen dringend nodig. Bent u bereid om een moratorium op bouwen in overstromingsgevoelige gebieden af te kondigen tot wanneer het regelgevend kader in orde is?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw Pira, we hebben deze discussie al een paar keer gevoerd en ik kan alleen maar herhalen wat ik al verscheidene keren heb gezegd. We kiezer ervoor de zaak op een goede, rechtszekere manier aan te pakken en zullen daarom de decreten in de codex aanpassen. Zo maken we het mogelijk dat we als Vlaamse Regering over de signaalgebieden beslissen. De Vlaamse Regering heeft haar plan al twee keer goedgekeurd en het naar de Raad van State gestuurd. Daar is het net van terug, het advies wordt verwerkt en het dossier zal snel terug naar de regering gaan. Daarna kan het bij het parlement worden ingediend.
We zullen over de 152 signaalgebieden nog beslissen. Daarmee ligt de ambitie zeer hoog. Zomaar van bovenaf met één pennentrek, zonder dat de zaak juridisch afdwingbaar is, een moratorium instellen is echter niet wenselijk en we zullen dat dan ook niet doen. Daarom hebben we onze verantwoordelijkheid genomen en wordt de regelgeving in de codex ingeschreven.
Mevrouw Pira heeft het woord.
Minister, ik weet dat ik de vraag al een aantal keren heb gesteld en dat u al een aantal keren hebt geantwoord, maar de tijd speelt in uw nadeel en ik hoop dat u mijn bezorgdheid op dit punt deelt. U hebt de juiste inzichten en de juiste acties worden in het vooruitzicht gesteld, maar ik mis het gevoel van urgentie. Dat is trouwens een beetje een rode draad doorheen de antwoorden op de vragen om uitleg vandaag. Het duurt allemaal zo lang, en wat doet u intussen? Vlaanderen wordt in een hoog tempo volgebouwd en zeker in overstromingsgevoelige gebieden gaat dat gepaard met heel veel menselijke en materiële miserie. U stelt een decreet in het vooruitzicht en dat is een prima zaak, maar hoe lang zal dat weer duren? Gebieden moeten worden opgelijst, er moet een openbaar onderzoek komen, het moet in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt. Allemaal begrijpelijk, maar het vraagt tijd. U zegt wel dat signaalgebieden niet dienen om bebouwd te worden, maar wat gebeurt er intussen? Uit de antwoorden op schriftelijke vragen blijkt dat het bouwen in signaalgebieden toch blijft doorgaan. Moeten we ons voorstellen dat dat nog een paar jaar zo blijft, alvorens de eerste gebieden in het decreet kunnen worden opgenomen?
Minister, ik vraag niet om een moratorium, maar wat gaat u intussen doen om te verhinderen dat er verder wordt gebouwd in signaalgebieden?
De heer Ronse heeft het woord.
Ik deel het sentiment van mevrouw Pira. Elk weldenkend mens in deze commissie deelt wellicht die bezorgdheid. Het is compleet absurd dat er vandaag nog vergunningen worden afgeleverd in gebieden waarvan we perfect weten dat ze watergevoelig zijn en dat ze de watertoets niet doorstaan. Dat moet zo snel mogelijk aan banden worden gelegd, daar ben ik het volledig mee eens.
Uit verschillende vragen is gebleken dat niet zozeer de gemeenten daarin de boosdoener zijn, maar wel de deputatie, die in beroepsprocedures tegen beslissingen van de gemeenten om vergunningen te weigeren in watergevoelige gebieden, ze en masse blijkbaar toch goedkeurt. We weten allemaal dat het mee in die VCRO-trein zit. Dat is historisch te verklaren. Als we al die signaalgebieden, dankzij die VCRO-trein in één trek, mits planschade en de nodige compensatie, kunnen hervormen naar open ruimte en de harde bestemming kunnen schrappen, denk ik dat we in ons opzet geslaagd zijn.
Minister, ik hoop inderdaad dat er intussen geen of bijna geen vergunningen meer worden afgeleverd in die signaalgebieden. Dat is immers echt stuitend.
Ik wil me daarbij aansluiten. Ik deel eveneens het sentiment, maar ik wil niet meedoen aan het opbod om het gevoel te creëren dat er nog en masse gebouwd wordt in signaalgebieden, ongeacht of het de gemeente of de provincie is die dat zou toestaan. Als Vlaanderen een controlerende overheid is en mocht de provincie dat en masse doen, dan hoop ik dat het instrument van toezicht wordt gebruikt om dat op die manier te verhinderen.
Minister, er is vandaag een watertoets die te allen tijde moet worden toegepast. Ik ga ervan uit dat die op een correcte manier wordt toegepast. Mocht dat niet zo zijn, bestaat de mogelijkheid om als toezichthoudende overheid op te treden. Om het gevoel dat er nog en masse in signaalgebieden zou worden gebouwd te ontkrachten, wil ik u vragen of u als toezichthoudende overheid vaak moet optreden omdat watertoetsen door de ene of de andere overheid niet correct zouden worden toegepast.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Het klopt dat er in signaalgebied niet zomaar gebouwd kan worden. De watertoets hebben we verbeterd en verscherpt, en die wordt correct toegepast. Mevrouw Pira, van de 131 vergunningen die verleend zijn, gaat het in het merendeel van die dossiers over kleine werken, bijvoorbeeld aan gevels van bestaande woningen. Het gaat niet om vergunningen om te bouwen, er zitten zelfs sloopvergunningen in. Daar zou u dus tevreden mee moeten zijn.
Van die 131 vergunningen zijn er 17 dossiers waarvan je zou kunnen zeggen dat er effectief een vergunning afgeleverd is om in een gebied te bouwen waar een probleem zou kunnen ontstaan. Het wordt nu verder onderzocht hoe dat komt, om daar conclusies te kunnen uit trekken. Nogmaals, we zullen afstappen van dat systeem. Niet voor alle gebieden, maar wel voor de signaalgebieden zijn we een decretale juridische oplossing aan het onderbouwen, waarna we vanuit Vlaanderen onze verantwoordelijkheid daarin kunnen opnemen. Dat is de keuze die de Vlaamse Regering, terecht denk ik, daarin heeft gemaakt.
Mevrouw Pira heeft het woord.
Minister, ik had het over de 9 van vorig jaar en de 6 van dit jaar. Dat zijn de ernstige gevallen. Dat gaat niet altijd over één woning, maar soms over een verkaveling of over meer dan 20 sociale woningen in signaalgebied. Ik weet best dat er tussen die 131 vergunningen kleine zaken zitten, maar daar gaat het mij niet om.
In uw antwoord op de schriftelijke vraag van Wilfried Vandaele daarover van februari 2016 stelt u het volgende: “Ruimte Vlaanderen stelt vast dat het aantal verleende vergunningen in signaalgebieden over de periode 2009 tot en met 2015 geen trendbreuk kent na de beslissing van de Vlaamse Regering over deze gebieden.” Er is dus geen trendbreuk. In 2013 wil de Vlaamse Regering iets doen aan de signaalgebieden met vervolgtrajecten en screening, maar in 2015 en 2016 wordt geen kentering vastgesteld. Ik stel alleen de cijfers vast en ik zal er u mee blijven confronteren, want zoals de andere commissieleden hier al hebben gezegd, is het absurd dat dit nog gebeurt. We staan met de rug tegen de muur tot de Vlaamse Regering de eerste gebieden aanduidt volgens het decreet. Hoeveel jaren zal dat nog duren, voor daar iets in verandert? Intussen blijft men bouwen in signaalgebied. Dat is het enige wat ik vaststel. U hebt daar geen oplossing voor. Ik vraag niet dat er van bovenuit gebieden worden geschrapt, maar wel dat u tijdelijk bepaalde gebieden beschermt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.