Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Vraag om uitleg over mogelijke loodvervuiling als gevolg van het gebruik van metaalslakken voor oeverversteviging
Verslag
De heer Vandaele heeft het woord.
Minister, de nieuwssite Apache meldde vorige week dat onderzoek van de Universiteit Antwerpen aangeeft dat op sommige plaatsen de vervuiling met zware metalen, met name lood, van oppervlaktewater negentien keer hoger ligt dan de richtwaarde door het gebruik van metaalslakken als oeverversterking.
Die metaalslakken zijn blijkbaar afkomstig van Umicore, dat er elk jaar 150.000 tot 200.000 ton van produceert als restproduct. Die slakken worden al sinds jaar en dag gebruikt, onder meer door Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) om de oevers van de waterlopen mee te verstevigen. Stalen uit de Schelde zouden zeer hoge concentraties aan lood aangeven. De Vlaamse Milieumaatschappij, ook beheerder van waterlopen, zegt enkel breukstenen, een natuurlijk materiaal, te gebruiken en geen slakken, om het voorzorgsprincipe te huldigen.
Umicore zelf stelt dat enkel de buitenste schil van de slakken een beetje metaal loslaat, maar niets dat ons zorgen kan baren. Volgens Apache zou de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) het gebruik van metaalslakken nochtans voorlopig hebben opgeschort, of toch een bepaalde soort ervan. Ook zegt Apache dat de slakken op sommige plaatsen verkruimelen, bijvoorbeeld bij Fort Liefkenshoek, waardoor er zeker meer metalen vrijkomen dan Umicore beweert.
Minister, over welke informatie beschikt u met betrekking tot het gebruik van en de mogelijke vervuiling met zware metalen door metaalslakken? Ik denk dan bijvoorbeeld aan onderzoeksresultaten van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en/of OVAM. Welke conclusies trekt u uit die gegevens? Is er extra onderzoek nodig? Zo ja, wie moet dat uitvoeren en binnen welke termijn?
De heer Tobback heeft het woord.
Mijn vraag om uitleg is grotendeels gelijk aan die van de heer Vandaele, want wij luisteren duidelijk naar dezelfde tamtam. Minister, ik zie u al zuchten, maar u kunt ons waarschijnlijk objectiever, minder spectaculair, grondiger en beter wetenschappelijk onderbouwd informeren. Want blijkbaar zijn er wel degelijk studies, zowel van W&Z als van OVAM, met onderzoek, nazicht en bedenkingen over het gebruik van die metaalslakken. OVAM zou van minstens een type het gebruik een tijdlang hebben opgeschort, en zou nu overwegen om het opnieuw goed te keuren.
Minister, de grond van het bericht op de site is één zaak, maar wat is de precieze stand van zaken van de onderzoeken of van de kennis ter zake van het gebruik van die metaalslakken? Dat ze veelvuldig worden gebruikt, is wel een feit. Niemand zal dat tegenspreken, tenzij u dat nu gaat doen, minister. Ze worden veelvuldig gebruikt en actief gepromoot door Umicore. Op zich is daar niets mis mee in het kader van de circulaire economie, maar dat is het niet echt, want het is natuurlijk downcycling. Maar goed, het is in elk geval positief dat het kan met hergebruik, tenzij het natuurlijk grondige nadelen heeft.
Minister, wat is de stand van zaken van die studies? Wat is de kennis van zaken bij OVAM? Wat zijn de evolutie en de ideeën van Waterwegen & Zeekanaal? Welke zijn in grote lijnen de mogelijke gevolgen van verhoogde loodconcentraties in het oppervlaktewater, waar toch uiteindelijk drinkwater mee wordt geproduceerd op nogal wat plaatsen in Vlaanderen? Wat zijn de potentiële milieugevolgen en de gevolgen voor volksgezondheid? Hoe ernstig moeten we dit nemen?
In het stuk wordt gesuggereerd dat OVAM gedurende een hele tijd minstens één type materiaal dat Umirock zou heten, niet heeft toegelaten voor gebruik, maar nu opnieuw zou willen vrijgeven. Klopt dat? Wat betekent dat concreet voor waar en hoeveel het wordt gebruikt?
Minister Schauvliege heeft het woord.
De OVAM kent de VITO-studie (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek), maar de studie van de Universiteit Antwerpen is haar niet bekend. Blijkbaar is die studie, waarnaar hier wordt verwezen, ook nog niet afgerond. Op basis van de VITO-studie van 2013 is besloten dat op basis van de resultaten van de uitloogproeven van 2006 tot 2013 door een erkend labo, er geen overschrijding werd vastgesteld van de emissiegrenswaarden. Op basis van deze gegevens werd een grondstofverklaring afgeleverd voor het gebruik van de loodslakken van Umicore als dijkversterkingsmateriaal aan de waterkantzijde in waterlopen met een minimumdebiet van 25 kubieke meter per seconde.
Umicore laat momenteel een nieuwe studie uitvoeren, omdat er in december 2015 een nieuwe wetgeving is. De wetgeving op oppervlaktewater is aangepast, en de norm is verstrengd. Als gevolg hiervan is de grondstofverklaring niet meer geldig. De nieuwe studie wordt uitgevoerd door Arche, een studiebureau dat ook betrokken was bij de ontwikkeling van de nieuwe Europese normen voor oppervlaktewater.
In de nieuwe studie zal het gebruik van de loodslakken worden geëvalueerd in het licht van die normen. De OVAM beschikt nog niet over deze studie. Umicore zal een nieuwe aanvraag voor een grondstofverklaring indienen zodra de studie is afgewerkt. De OVAM zal deze studie dan evalueren en hiervoor ook een beroep doen op de expertise van VITO. Zolang er geen nieuwe grondstofverklaring wordt afgeleverd, is het gebruik van loodslakken niet toegestaan.
De heer Vandaele heeft het woord.
We kunnen niemand in dit dossier met de vinger wijzen. Er zijn door de jaren heen al meer stoffen geweest waarvan we aanvankelijk dachten dat ze niet schadelijk waren, denk maar aan asbest. Dat werd op ruime schaal gebruikt, maar bleek dan toch schadelijk te zijn. Er zijn ook wijzigingen van de normen die strenger kunnen worden, waardoor het gebruik van een bepaalde stof ineens wel een probleem kan zijn, terwijl dat voordien niet het geval was.
We blijven hier wat op onze honger zitten omdat we moeten wachten op die studie van de Universiteit Antwerpen die nog niet is afgerond enerzijds, en op wat Umicore zelf naar boven brengt. Daardoor kunnen we hier niet onmiddellijk tot conclusies komen. Het zou toch goed zijn, minister, dat u nauwlettend in het oog houdt hoe dat verder evolueert.
Ik sluit me daarbij aan, minister, omdat uw antwoord eerlijk gezegd meer vragen oproept dan beantwoordt. Ik dank u voor de stand van zaken van het gebruik en de studies. Daar is geen discussie over blijkbaar, maar u zegt dat er vandaag nieuwe elementen zijn voor gerede twijfel. Uit de studie bleek dat er vroeger, tot 2014, geen probleem was met de overschrijding van grenswaarden. Er is nu reden om zich zorgen te maken, ofwel over de relevantie van die grenswaarden, ofwel over de gevolgen van het gebruik van de loodslakken.
Minister, ik zou toch graag een antwoord krijgen op mijn tweede vraag. Wat zijn de potentiële risico’s en gevolgen van verhoogde loodconcentraties? Als men het vandaag niet meer toelaat en bepaalde dingen in vraag stelt, dan moet het toch zijn dat er twijfels zijn, zowel over het feit dat de materialen in het verleden zijn gebruikt, als over de vraag of het nog verstandig is om ze in de toekomst te gebruiken. Wat is de totale omvang van het gebruik van die oeververstevigingen? Wat zijn de nieuwe elementen die aanleiding geven tot een voorlopig moratorium, want dat is toch wat de OVAM blijkbaar heeft gedaan? Wat is het potentiële risico? Als het zonder gevaar was, was er ook geen reden voor een moratorium. Dan kon men rustig voortdoen, want het is hoe dan ook de goedkoopste methode.
Minister, hou ons op de hoogte, maar wat meer informatie over de mogelijke risico’s zou toch wel nuttig zijn, aangezien dit wijdverbreid is in heel Vlaanderen.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Dit is een heel vervelende onzekerheid. Dat is het minste wat we kunnen zeggen. Minister, ik stel voor dat u aandringt bij de Universiteit Antwerpen en dat u, zodra die studie is afgerond en u ze ontvangt, ze overmaakt aan de leden van deze commissie. Dan kunnen we erop terugkomen.
Het is me niet duidelijk wat vandaag de omvang is van het gebruik van die metaalslakken. Dat is een belangrijk element om binnen afzienbare tijd het potentiële risico in te schatten.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Uiteraard volgen wij dit verder op de voet op.
Mijnheer Tobback, u roept op tot een soort van moratorium, maar eigenlijk is dat er al: vanaf die strengere normen mag het ook niet meer worden gebruikt tot er duidelijkheid is. We hebben onmiddellijk actie ondernomen om dit niet verder te verspreiden.
Op de algemene omvang heb ik niet onmiddellijk zicht. Ik zal aan de diensten vragen of daar een overzicht van bestaat. Ofwel is dat voorhanden bij Umicore zelf, ofwel bij verschillende waterdiensten die dat hebben gebruikt.
Wat de potentiële gevaren betreft, is een verhoogde loodconcentratie schadelijk. Ik wil echter herhalen dat in de oorspronkelijke studie van VITO is gebleken dat er geen problemen waren. We wachten af, op basis van de studie van de universiteit van Antwerpen en op basis van de studie van Arche, wat de volgende resultaten zijn. Op basis daarvan kunnen we beslissen wat er verder gebeurt.
De heer Vandaele heeft het woord.
We rekenen op de minister, zoals altijd.
De heer Tobback heeft het woord.
Om een misverstand te vermijden: ik heb niet opgeroepen tot een moratorium, maar ik heb erkend wat er is, en daar ben ik blij om. Het was dus een positieve opmerking. Mijn enige vraag is wat de reden is voor dit plotse moratorium en waarover we ons dan ongerust moeten maken. Hoe snel zullen we daarover zekerheid krijgen? Het is een goede zaak dat er een moratorium is: bravo! De vraag is wat we intussen riskeren en wat de erfenis is uit het verleden – u hebt misschien moeten opruimen – en de mogelijke gevaren daarvan. Bij dezen een oproep om daar snel en grondig duidelijkheid over te geven.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.