Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
De heer Janssens heeft het woord.
Op 14 januari 2016 en 9 juni 2016 ondervroeg ik de minister over de gedwarsboomde controle op Franstalige faciliteitenscholen en de gebrekkige naleving van de voorwaarden van het Interpretatiedecreet van 23 oktober 2009. Daardoor kan de Vlaamse overheid niet nagaan of de wettelijk verplichte uren Nederlands in die scholen worden verstrekt, laat staan dat we ons zouden kunnen vergewissen van de kwaliteit ervan. De pedagogische inspectie gebeurt immers door de Franse Gemeenschap, ook omdat het Grondwettelijk Hof het toezicht door de Vlaamse onderwijsinspectie, zoals wij die in dat Interpretatiedecreet hadden voorzien, heeft afgewezen. Intussen moet de Vlaamse overheid de faciliteitenscholen wel blijven betoelagen, maar of het geld goed besteed wordt, daar hebben we het raden naar. De Franse Gemeenschap zou een vertaling van haar inspectieverslagen aan de Vlaamse onderwijsadministratie moeten bezorgen, maar zelfs dat gebeurt niet. Ook de bepaling uit het Interpretatiedecreet dat de betrokken scholen een overeenkomst zouden moeten aangaan met een Vlaams CLB, bleef tot nog toe dode letter.
Minister, u beloofde eerder dit jaar in uw antwoorden dat daar verandering in zou komen, maar op uw eerste verzoek omtrent die inspectieverslagen kreeg u geen reactie. Ook op de latere herinneringsbrief kreeg u, zo vernam ik in de commissie op 9 juni, nog geen reactie. U zei toen ook dat u op 22 juni 2016 een onderhoud zou hebben met uw Franstalige collega Schyns. Wat is het resultaat van dat gesprek geweest? Welke initiatieven hebt u eventueel zelf nog genomen in verband met de beleidscontracten met de CLB’s?
Nog een ander aspect betreft de eindtermen. U bevestigde op 9 juni 2016 nog eens dat de faciliteitenscholen er in principe toe verplicht zijn de Vlaamse eindtermen te volgen. Als ze een afwijkingsaanvraag indienen en daarbij de geldende einddoelen van de Franse Gemeenschap als alternatief indienen, moet de gelijkwaardigheid worden toegekend. De Franstalige scholen hebben sedert 2011 zo’n aanvraag ingediend, maar de vorige Vlaamse Regering is niet tot een beslissing gekomen over de gelijkwaardigheid. Hebben de faciliteitenscholen in de periode juni-juli 2016 een nieuwe afwijkingsvraag ingediend en zo ja, wat bent u van plan daarmee te doen?
Minister, bij mijn vorige vraag in juni heb ik u enig krediet gegeven, omdat dit een complex en moeilijk dossier is, dat voor u, als nieuwe minister van Onderwijs, ook helemaal nieuw was. Indien er nu, tien maanden na mijn eerste vraag, nog altijd geen vooruitgang is geboekt en de voorwaarden van dat Interpretatiedecreet na zeven jaar nog steeds niet nageleefd worden, wilt u dan de erkenning en de subsidiëring van de faciliteitenscholen toch nog onverkort behouden?
Minister Crevits heeft het woord.
Ik begin met het goede nieuws: minister Schyns heeft de inspectieverslagen van de Franstalige faciliteitenscholen bezorgd. Ik heb de onderwijsinspectie gevraagd een analyse te maken van die inspectieverslagen. Uit die verslagen kunnen we informatie halen over de kwaliteit van het geboden onderwijs in die scholen. Wel moet hierbij de kanttekening gemaakt worden dat het systeem van kwaliteitscontrole verschilt. Daar waar onze inspectie gebruikt maakt van schooldoorlichtingen, gaat het bij de Franstalige collega’s nog om individuele inspecties. Uit de doorgestuurde informatie blijkt dat de kwaliteit goed is. Omdat er geen informatie geleverd werd over de kennis van het Nederlands, heb ik mijn collega Schyns gevraagd of het mogelijk is om in de toekomst ook het Nederlands mee te nemen bij de inspectie van de faciliteitenscholen.
Ik heb de administratie gevraagd een aantal scenario’s uit te werken die in uitvoering van het arrest mogelijk zijn. De Vlaamse CLB’s die deze scholen zouden begeleiden, kunnen dat doen indien het personeel dat deze begeleiding doet bewijs levert van de kennis van het Frans. Er wordt gezocht naar een scenario waarin zowel de betrokken CLB’s als de scholen zich zouden kunnen vinden.
Alle betrokken scholen dienden in de periode tot 31 augustus een hernieuwde aanvraag in om te kunnen afwijken van onze eindtermen en in plaats daarvan te werken op basis van de Franstalige ‘socles de compétence’. Door die aanvraag voldoen ze aan wat het arrest van het Grondwettelijk Hof heeft bepaald. Het is dan aan de Vlaamse overheid om die afwijkingsaanvraag te beoordelen. Zolang de aanvraag niet is beantwoord, zou het bestuursrechtelijk een verkeerde beslissing zijn te zeggen dat de scholen niet voldoen. Ik ben mij nu nog aan het beraden hoe we daarmee zullen omgaan.
De heer Janssens heeft het woord.
Het is een kleine stap in de goede richting dat die inspectieverslagen bezorgd zijn. Ik kan u bevestigen dat die inderdaad voor alle scholen bezorgd zijn. Essentieel is dat we daaruit kunnen opmaken of de kwaliteit en de kennis van het Nederlands dat aangeboden wordt voldoende is. Het lijkt me een bijkomende voorwaarde die u aan uw collega-minister moet vragen om in te willigen.
Ik stel vast dat het element van de CLB’s nog steeds niet in orde is gekomen en dat u uzelf nog enige tijd geeft om dat in orde te brengen.
Wat betreft het derde aspect, over de afwijkingsaanvraag in verband met de eindtermen die men al dan niet moet volgen, binnen welke termijn denkt u daarover te beslissen? Bent u van plan met een bekrachtigingsdecreet te komen, of wilt u daarover eerst nog met het parlement in debat gaan? Hoe ziet u het verdere verloop daarvan?
Om de context nog even te schetsen: het voorbije schooljaar bedroeg de kostprijs van de omkadering en van de werkingsmiddelen voor de Franstalige basisscholen in de zes faciliteitengemeenten rond Brussel zo’n 11 miljoen euro. Dat is Vlaams belastinggeld waarmee de Rand verder wordt verfranst. Om maar een voorbeeld te geven, dat is dubbel zoveel als de toelage die de vzw ‘de Rand’ ontvangt om het Vlaams karakter van de regio te verdedigen.
De vraag die ook gesteld kan worden, is: indien men de andere voorwaarden uit dat Interpretatiedecreet niet wil naleven, waarom zouden wij dan nog verder blijven betalen voor dergelijk Franstalig onderwijs in onze Vlaamse Rand? Het geduld dat de opeenvolgende Vlaamse regeringen en de opeenvolgende Vlaamse ministers van Onderwijs hebben gehad ten aanzien van Franstaligen, die zomaar wetten en voorschriften naast zich neerleggen en daarenboven ook nog een anti-Vlaams beleid voeren, lijkt wel onuitputtelijk. Ik denk dat het nu genoeg is geweest en dat u uw collega moet vragen de bijkomende voorwaarden in te lossen of dat we anders vanuit de Vlaamse overheid de geldkraan zouden moeten dichtdraaien.
De heer Daniëls heeft het woord.
Onze collega Kris Van Dijck is niet aanwezig, maar het feit dat dit decreet toen moest worden ingediend, lag niet aan de onwil van de Vlaamse Gemeenschap. Alle stadia die dat decreet heeft doorlopen ten spijt, met onder meer vernietigingen en schorsingen, blijkt dat dit alles niet eenvoudig is.
Ik stel vast dat u, minister, inspanningen doet om de documenten te krijgen die we moeten krijgen, maar het zal u niet verbazen dat wij vinden dat we niet moeten loslaten, integendeel. We moeten er maximaal voor gaan dat de punten die in het Interpretatiedecreet overeind zijn gebleven, ook worden uitgevoerd.
Minister Crevits heeft het woord.
We hebben een stap vooruit gezet, en ik heb ook goede contacten met collega Schyns. Het is mijn absolute wens dit dossier uitgeklaard te krijgen. Voor mij is het ook interessant te zien hoe de inspecties langs Franstalige kant verlopen. Daar leren we ook veel uit. Ik wil het probleem van de CLB’s oplossen en de manier waarop we de informatie krijgen, moet worden geautomatiseerd. Het moet gaan over de punten waarover we het eens kunnen zijn. Ik kan alleen niet toveren. We hebben vanochtend nog een paar dossiers gezien waarin we stapjes vooruit zetten. Onder mijn voorganger is er zelfs nooit gevraagd om de resultaten te krijgen. Ik blijf aan het been knagen en als ik het niet doe, dan zitten jullie me toch achter de veren, dat weet ik wel. Wordt dus vervolgd en ik hoop uiteindelijk een volledige doorbraak te krijgen.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, het doel van het Interpretatiedecreet was een einde te maken aan de onvoorwaardelijke subsidiëring van het Franstalig onderwijs in de Vlaamse Rand. De voorwaarden die in het decreet zijn opgenomen, moeten wel degelijk worden nageleefd. U hebt in elk geval de verdienste, een beetje geïnspireerd door het Vlaams Parlement, dat u daartoe initiatieven neemt. Ik hoop dat u ook nu al uw bevoegdheden en middelen zult uitputten om alle voorwaarden van het Interpretatiedecreet te laten naleven.
Voorzitter, ik wil een keer afstand doen van mijn recht op het laatste woord en wil graag van de minister weten of ze de inspectieverslagen die ze heeft gekregen, publiek zal maken, zodat het parlement ze ook kan inkijken.
Minister Crevits heeft het woord.
Ik weet niet of die verslagen bij onze Franstalige vrienden publiek zijn, mijnheer Janssens. Ik heb er geen probleem mee ze desnoods vertrouwelijk door te geven, maar ik moet even checken of het kan en zo ja, op welke voorwaarden. Zelf heb ik er geen enkel belang bij om ze niet publiek te maken, maar ik moet zorgen dat ik niet in de problemen kom. Ik bekijk het.
De vraag om uitleg is afgehandeld.