Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Voorzitter, minister, ongeveer een half jaar geleden antwoordde u op een aantal vragen over de stopzetting van het Vlaams-Marokkaans Culturenhuis Daarkom en de toen door u aangekondigde opstart van de nieuwe vzw Daarna. Het was toen duidelijk dat er nog een aantal hete hangijzers bestonden die de stopzetting van de samenwerkingsovereenkomst enerzijds en van de huurovereenkomst anderzijds konden bemoeilijken. Zo vertelde u toen in de commissie dat de onderhandelingen met de eigenaar over de minnelijke beëindiging van de huurovereenkomst volop aan de gang waren. Om die onderhandelingen niet in het gedrang te brengen, kon u toen geen informatie kwijt over de voorwaarden voor de beëindiging en de schadeloosstelling die eventueel zou moeten worden betaald, dan wel of er eventueel een procedure zou worden opgestart tot verbreking van de huurovereenkomst.
U zei toen ook dat u de structuur en de invulling van de vernieuwde samenwerking met uw collega van het koninkrijk Marokko deze zomer rond wou hebben. Nu, de zomer is al enkele weken achter de rug. Het lijkt me dan ook zinvol om dit opnieuw ter sprake te brengen. Daarom heb ik enkele heel concrete vragen voor u.
Minister, kunt u meer vertellen over het verloop van de onderhandelingen met de eigenaar? Is er ondertussen een akkoord gevonden over de stopzettingsvoorwaarden, over de beëindiging, de verbreking van het contract? Of is er eventueel een procedure opgestart om de huurovereenkomst te verbreken? Hoe ziet u verder de structuur en de invulling van de vernieuwde samenwerking tussen Vlaanderen en Marokko? Is er al een akkoord over een beheersovereenkomst tussen de drie partijen, dus de vzw en de twee partners? Werd de oude vzw reeds opgeheven? Bestaat die vzw Daarkom nog steeds? Is dat gebouw ondertussen nog open? Ik passeer daar regelmatig, maar heb daar eigenlijk weinig beweging gezien. Dat was de voorbije jaren echter eigenlijk ook al zo. Zo niet, welke stappen moeten er nog worden gezet, goed wetend dat er in die raad van bestuur vertegenwoordigers van Vlaanderen en van Marokko zetelen? Werd er al een definitieve beslissing genomen over de keuze voor een nieuwe locatie? Ik heb daar een en ander over horen waaien. Kunt u ook toelichten welke lokalen, welke panden eventueel in aanmerking komen? Is er al een projectoproep gelanceerd? Zo neen, wanneer zou die worden gelanceerd? Zo ja, hoeveel projecten kwamen er reeds binnen?
Minister Gatz heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, er werd een dadingovereenkomst onderhandeld en afgesloten met de eigenaar van het pand aan de Wolvengracht. Deze overeenkomst behelst de beëindiging van de huurovereenkomst, maar ook de beëindiging van het geschil aangaande de bouwschade en de wederzijdse afstand van recht en rechtsvordering in verband met dat geschil. De dadingovereenkomst voorziet in de betaling van een bedrag van 1.467.000 euro, bestaande uit een forfaitaire som van 1.000.000 euro als vergoeding voor de voortijdige beëindiging van de huurovereenkomst, de 117.000 euro huur die van 1 september tot en met 31 december 2016 nog was verschuldigd en een forfaitaire som van 350.000 euro om de kosten te vergoeden voor het aanpassen van het gebouw door de eigenaar in de oorspronkelijke staat. De helft van dat bedrag zal ten laste worden genomen door de begroting Cultuur, meer bepaald het Fonds Culturele Infrastructuur (FoCI). De andere helft is ten laste van het Vlaams Fonds voor de Lastendelging (VFLD). Zoals u weet, is dat gebruikelijk.
Ik ben me ervan bewust dat dit een hoog bedrag is, maar het ligt minder hoog dan de totale som die wij onder normale omstandigheden zouden hebben moeten betalen om de huurovereenkomst volledig uit te zitten. Ik ben met andere woorden de eigenaar van het pand aan de Wolvengracht erkentelijk omdat hij zich inschikkelijk heeft opgesteld door de kosten toch voor een deel te drukken.
Deze dading en de overeengekomen bedragen liggen in lijn met de bepalingen van het huurcontract uit 2006. Het betreft een omvangrijk bedrag, maar tegelijkertijd was het de enige optie om op korte termijn een nieuwe start te kunnen nemen met de samenwerking en deze los te koppelen van het gebouw aan de Wolvengracht. U zult trouwens ook gemerkt hebben dat het gebouw aan de Wolvengracht nu volledig gesloten is. Het afscheid van en binnen de oude vzw is een week of twee geleden wel degelijk genomen.
Het is de bedoeling om op korte termijn een nieuwe vzw ‘Daarna’, wat ‘ons huis’ betekent, op te richten. We blijven daarbij streven naar culturele uitwisseling en kruisbestuiving tussen de Vlaamse en Marokkaanse gemeenschappen. De nieuwe organisatie zal echter veel meer inzetten op partnerschappen en coproducties met andere organisaties – en dus niet alleen op eigen activiteiten – om haar werking wijd te vertakken in het culturele weefsel. Het is de bedoeling om activiteiten te ontplooien in heel Vlaanderen en Brussel, om voldoende zichtbaarheid te geven aan de opdracht. Zo wordt er gedacht aan een projectoproep als tijdens BesteBuren.
De thematische en geografische verbreding van de programmatie moet als hefboom dienen om partnerschappen op te zetten en extra inkomsten te verwerven via onder meer sponsoring.
Ten slotte zal de organisatie ook bijzondere aandacht besteden aan haar rol als makelaar en facilitator van jong talent.
De oude vzw gaat in vereffening en stelt daartoe een vereffenaar aan. Het is aan de vereniging zelf om de nodige stappen te zetten voor de vereffening, maar het spreekt uiteraard voor zich dat er frequent contact is met de betrokken bestuurders en dat de cultuuradministratie deze procedure nauw opvolgt. Er zijn op dit moment geen bijzondere problemen te melden. De procedure voor vereffening volgt haar gebruikelijke verloop.
We hebben ondertussen, in overleg met de Marokkaanse collega’s, gekozen voor een pand gelegen aan de Steenstraat 25-27 in het centrum van Brussel. Deze locatie is op maat van de organisatie en de werking die we beogen: open, toegankelijk en flexibel. De centrale ligging en de nabijheid van andere culturele hotspots, en met uiteraard de Ancienne Belgique als directe buur, zijn zeker extra troeven. Ik ben verheugd u te kunnen meedelen dat de Ancienne Belgique een vorm van samenwerking met vzw Daarna absoluut ziet zitten.
De projectoproep zal gelanceerd worden na de oprichting van de nieuwe organisatie. U zult een van de volgende weken in het parlement een minidecreet mogen ontvangen, waarin de machtiging om die nieuwe organisatie op te richten decretaal verankerd wordt. Dat is de normale procedure die we moeten volgen. Dan zullen we de uitvoering en opvolging van de oproep kunnen verzekeren.
Zoals gewoonlijk zitten we net iets later dan we hopen. Het gaat daarbij eerder over weken dan over jaren. Maar we volgen de normale procedure. Alles verloopt normaal. Wanneer u langsloopt in de Steenstraat, zult u zien dat het vernieuwde gebouw, waarin vroeger het Muziekcentrum was gehuisvest, op een ‘light’ manier is gerenoveerd. Het straalt nu al uit waar we naartoe willen: het is nu minder een cultuurtempeltje – niemand zal betwisten dat het oude huis mooi was, maar het was te groot voor een kleine organisatie die een eigen programmatie wilde uitbouwen, met alle moeilijkheden van dien. Daarom hebben we nu veeleer voor een ‘hub’ gekozen. Er is wel wat ruimte, voor kleine groepsactiviteiten in het algemeen. Maar de producties dienen zich in de toekomst wel degelijk meer af te spelen in de context die ik in het antwoord heb gegeven, en dus op verplaatsing. Dat is een veel betere manier om de middelen die we hebben, maatschappelijk te doen renderen.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister, het is positief dat er eindelijk een einde wordt gemaakt aan dit debacle. Ik blijf het een debacle noemen. Het is bijzonder jammer en zelfs ernstig, dat er een schadeloosstelling verschuldigd is, een verbrekingsvergoeding, de lopende huur en nog kosten voor de aanpassing van het gebouw – alles samen voor een bedrag van 1.467.000 euro. In de documenten van 2006 wordt onder meer gezegd, door de toenmalige minister van Begroting, dat er de facto onwettige rechtshandelingen werden gesteld door onder meer die huurovereenkomst te sluiten.
We moeten daaruit leren. Het is een aanzienlijke schadeloosstelling, die enerzijds op uw budget komt, maar anderzijds ook op het Vlaams Fonds voor de Lastendelging. Ik hoop dat we nu opnieuw met een propere lei kunnen beginnen. Het is misschien een doorstart. Het is goed dat het niet gebonden is aan één welbepaald gebouw, en dat er wordt gewerkt vanuit Brussel voor initiatieven hier in Brussel maar tegelijkertijd ook in de rest van Vlaanderen. U hebt het over coproducties en partnerschappen. Dat lijkt mij positief. Maar als ik zie dat dit meer dan tien jaar een debacle is geweest, hoop ik dat er, indien nodig, nog meer stappen worden gezet. U mag alleszins onze steun verwachten voor de start van die nieuwe vzw. Ik hoop dat er, zodra er ook maar iets misloopt, kan worden bijgestuurd, en dat we niet op dezelfde manier voortgaan.
Voor alle duidelijkheid, wij zijn absoluut voorstanders van culturele samenwerking. Wij denken dat deze manier, waarbij we niet aan een duur gebouw gebonden blijven, veel beter is. Maar het kan natuurlijk niet zijn dat Vlaanderen bijna anderhalf miljoen euro schadeloosstelling moet betalen, terwijl er ondertussen al bijna 8 miljoen euro werd betaald voor een werking die amper een werking kan worden genoemd.
De heer Poschet heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoord. Het scheelt inderdaad een serieuze slok op de borrel. Bijna 1,5 miljoen euro, dat is een zware pil die we moeten slikken, zeker in de huidige budgettaire context. Maar we moeten de pagina nu omslaan en kijken wat de opportuniteiten van die nieuwe locatie zijn.
Ik heb nog twee vragen over het financiële plaatje van vzw Daarna. Wie draagt wat bij? Is er een opsplitsing binnen de subsidies volgens waar het geld voor bestemd moet zijn? Heeft de Marokkaanse overheid bijvoorbeeld gezegd dat er zoveel euro naar projecten of werking moet gaan, en niet naar infrastructuur?
Stond de Marokkaanse overheid open voor een verbreding van de werking, bijvoorbeeld richting een Vlaams-Maghrebijns culturenhuis? Of is dat niet besproken?
Minister, wat zou de normale kostprijs geweest zijn, mocht het contract willens nillens uitgediend worden? Dat is natuurlijk de sleutel. Ik heb de algemene indruk dat er hiermee een zeer redelijke, weliswaar dure, oplossing is gekomen. Het is natuurlijk altijd jammer als je als samenleving dat geld verliest.
Het is goed afgerond. Het is op zich een pijnlijke historie geweest in ons cultuurbeleid, met veel vaders en daders, in de politiek, maar evenzeer op het veld, niet alleen in de Vlaamse politiek, maar ook in de Marokkaanse, met onduidelijke overeenkomsten enzovoort.
Ik blijf betreuren dat vooral in de vorige legislatuur het herstel van de werking nooit mogelijk is gemaakt. Men heeft eigenlijk vakkundig het huis de nek omgewrongen door de dotatie dusdanig te maken dat je er eigenlijk niets anders mee kon betalen dan de huur. Niettemin vind ik de nieuwe oplossing een goede oplossing. Het is een goede keuze om een infrastructurele ‘light’-piste te kiezen, en te kiezen voor de inzet van middelen voor werking en partnerschappen en coproducties. Ik begrijp ook dat er vanuit uw Marokkaanse evenknie een positieve wending is. Die was er eigenlijk bijna tien jaar geleden al, maar er zijn heel lang onduidelijkheden geweest over wie welk deel van de dotatie moest betalen. Ik hoop dat dat nu van de baan is, dat we heel cleane en klare afspraken hebben en dat dat een nieuwe start mag betekenen, zodat die inhoudelijke werking verder kan gaan.
Ik wil bij wijze van afscheid van Daarkom ook nog even onderstrepen dat de vorige raad van bestuur in heel moeilijke omstandigheden heeft moeten werken. Ik zeg niet dat hij perfect gefunctioneerd heeft – wie ben ik om te oordelen? – maar hij heeft een heel moeilijk project voorgeschoteld gekregen en heeft nooit de kans gekregen om het uit te bouwen zoals het moest. Ik wil dus echt niet met de vinger naar de vorige bestuurders wijzen voor het falen van dat verhaal. Er is een element van inhoudelijk falen, er is een bestuurlijk aspect, er is een politiek aspect. Dat zijn allemaal dingen die samengaan.
Het is een pijnlijk verhaal in onze cultuurgeschiedenis. Ik hoop dat de nieuwe pagina wel een heel positieve wending kan betekenen in die Vlaams-Marokkaanse samenwerking, die een diversiteitsverhaal is en een verbetering van ons cultuurleven en ons cultuurbegrip. En dat kunnen we alleen maar toejuichen.
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Minister, ik heb nog twee aanvullende vragen. De nieuwe raad van bestuur zal worden samengesteld door de Vlaamse Gemeenschap en Marokko. Wie zal het voorzitterschap daarvan opnemen? Is dat Vlaanderen of Marokko? Ik hoop dat u heel goed gaat toezien op wie Vlaanderen zal afvaardigen, omdat daar ook het welslagen van Daarna zal afhangen.
Hoe zit de verhouding met Moussem? Moussem is ook naar Brussel gekomen en zit nu in de Ravensteingalerij. Is dat complementair? Zullen die in elkaars vaarwater zitten?
Minister Gatz heeft het woord.
Collega’s, we zullen u nog twee bijkomende cijfers geven. Mijnheer Caron, ik heb in mijn antwoord meegegeven wat we effectief gaan betalen. Het bedrag dat we in normale omstandigheden hadden moeten betalen, heb ik nu niet bij me, maar we zullen het u bezorgen, zodat u het verschil kunt zien. U zult dan zien welke korting wij verkregen hebben en wat het positieve resultaat van de onderhandeling is.
Mijnheer Poschet, we zullen u nog eens de subsidieverdeling geven van wie wat bijdraagt. Maar dat is niet veranderd. U zult dus niet verwonderd zijn over de bedragen die we u zullen doorgeven. Maar ik heb ze nu niet in mijn hoofd zitten.
Ik wil nog eens herhalen wat ik een jaar geleden al eens heb gezegd in de plenaire vergadering: als je de twee middelen samentelde, zat je met 60 procent van de middelen die naar het huis gingen en schoot er nog maar 40 procent over voor de werking. We hebben nu, samen met de Marokkaanse overheid, afgesproken dat we mikken op een overhead – lees: personeel en huis – van 20 procent en dat we dus 80 procent van de beschikbare middelen op het terrein willen inzetten. En ik denk dat we dat ook gaan halen. Ik zal u die cijfers schriftelijk bezorgen.
Ik heb de discussie niet verbreed naar het Maghrebijnse gegeven. Ik begrijp uw vraag en ik vind ze niet onterecht, maar gelet op de moeilijkheidsgraad van een en ander, koos ik voor een op korte termijn haalbare landingspiste. Ik denk dat we uw vraag veeleer moeten bekijken na een evaluatie van een of twee jaar. Daarna, om te zien of we bijvoorbeeld de facto daarnaartoe evolueren, hoe de Marokkaanse overheid daar dan tegenover staat en zo meer. Nu moeten we eerst kijken hoe de nieuwe vzw op het terrein functioneert. Ik zeg niet dat de Marokkaanse overheid daar geen oren naar heeft. Ik wil alleen de moeilijkheidsgraad niet nog verhogen in deze toch wel complexe omslag van de ene naar de andere instelling.
Mevrouw Idrissi, het is nog niet uitgemaakt wie het voorzitterschap zal hebben. Dat is wel een zeer pertinente vraag. Gelet op de voorgaande geschiedenis, weten we wat de impact daarvan is. Ik ben nu noodgedwongen even aan het afwachten, nu het stof aan het vallen is na de verkiezingen in Marokko, wie de volgende gesprekspartner zal zijn en dergelijke meer. Daarom was het ook belangrijk dat we het een en ander hebben kunnen afronden voor de verkiezingen. We zullen dan zeker met de nodige voorzichtigheid uw goede raad meenemen.
Uw vraag over Moussem is zeer pertinent. Het is net de complementariteit tussen Moussem en Daarna en andere actoren die zeer belangrijk zal zijn. Daarna zal geen doorslagje zijn van Moussem. Het is ook de bedoeling dat die beide werkingen elkaar kunnen versterken. Hoe dat juist zal gebeuren, dat wil ik allemaal bekijken. Maar het is effectief met dit soort partners en organisaties dat men de uitstraling in het geheel zal kunnen vergroten, maar ook de kwaliteit van de werking. Laten we niet vergeten dat dat ook belangrijk is. Dat zal de toekomst uitwijzen. Ik heb er wel vertrouwen in dat, als de juiste mensen in de vzw Daarna terechtkomen en de huidige verantwoordelijken van Moussem kennende, die samenwerking goed gebeurt.
Voor de rest wil ik u oproepen, collega’s, om ons nu – tenzij het echt noodzakelijk zou blijken en er zaken fout gaan met de vereffening of weet ik veel wat – te concentreren op de nieuwe vzw, en de nieuwe en de oude vzw ook in ons politiek denken volledig van elkaar los te koppelen. Ik heb daar mijn uiterste best voor gedaan, weliswaar ook met een aantal bedankingen richting een aantal bestuurders van de oude vzw, omdat zij dat toch ook naar best vermogen gedaan hebben.
We moeten ons nu echt focussen op die schone lei. Ik zie een andere generatie opduiken rond het Daarnagebeuren. We moeten hun alle krediet geven om binnen de geschetste context een goede werking te kunnen ontplooien. Dat is essentieel. We mogen het nieuwe enthousiasme niet fnuiken door de hypotheek van het verleden daar telkens aan te koppelen. Het zijn voor mij twee aparte dossiers geworden. Ik ga ze voortaan ook zo bekijken.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
We moeten focussen op de nieuwe werking, de nieuwe vzw, maar we moeten toch ook leren uit de zware fouten uit het verleden. Als er 8 miljoen euro naar werking is gegaan en nu nog een schadevergoeding verschuldigd is van ongeveer 1,5 miljoen euro zitten we aan 10 miljoen euro, iets minder. Dit overheidsgeld had op een andere en betere manier geïnvesteerd kunnen worden.
U zegt dat er een minnelijke beëindiging van de huurovereenkomst is afgesloten. U bent de eigenaar erkentelijk, dus ik vermoed dat er wat toegevingen gedaan zijn. Het zou inderdaad nuttig zijn om te weten hoeveel er normaal verschuldigd was, want als ik het goed voorheb – en ik heb het huurcontract toevallig eens gelezen – was daar toch wel mogelijk sprake van een buitenissig schadebeding als er een voortijdige beëindiging zou zijn. Ingeval de huurder voortijdig zou overgaan tot beëindiging van de activiteit wat hier gebeurd is en wou overgaan tot stopzetting van het huurcontract, dan was de schadevergoeding verschuldigd door de huurder gelijk aan de huur voor de resterende looptijd van de overeenkomst. Men zet de huur dus stop, maar betaalt gewoon verder. Als jurist vind ik dat buitenissig. Waarom zou men dan de huurovereenkomst stopzetten? Ik hoop dat er inderdaad ernstige toegevingen gedaan zijn. Het is nuttig om die cijfers te kennen.
Voorzitter, u betreurt dat in de vorige legislatuur bepaalde subsidies verminderd werden. Toen ik het contract las, moest ik echt wel concluderen dat er sprake was van een wurgcontract. Het contract maakte de werking eigenlijk onmogelijk. Van in het begin ging het geld overwegend naar het gebouw. Er is wel iemand beter geworden van heel die zaak, en dat is de eigenaar van het gebouw. Minister, normaal ging er 60 procent van de middelen naar het gebouw en amper 40 procent naar de werking. Dat is een slechte start geweest. Dat was een wurgcontract. Het werd trouwens afgesloten zonder de toestemming van de Vlaamse Regering. Het was op dat moment dus een onwettige rechtshandeling, met zeer zware financiële implicaties tot gevolg.
De vraag om uitleg is afgehandeld.