Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Verstreken heeft het woord.
De minister-president heeft krachtig gereageerd op wat er is gebeurd in Turkije, de zuivering door de Turkse president na de mislukte staatsgreep van 15 juli. Als reactie op de staatsgreep liet president Erdogan meer dan 800 rechters – intussen wellicht al meer – afzetten, duizenden ambtenaren werden geschorst, 21.000 leerkrachten – intussen wellicht al meer – zijn hun licentie kwijt, en van de 1500 universiteitsdecanen werd het ontslag geëist. Daarnaast zijn ook heel wat radio- en televisiestations hun licentie kwijt. Vandaag nog werd een Koerdische tv-zender het zwijgen opgelegd door de politie. Daarvoor waren al meer dan 9000 mensen uit het leger verdacht van betrokkenheid bij de staatsgreep.
De minister-president heeft in de pers afgelopen zomer de zuivering, die niet thuishoort in een democratische rechtsstaat, onaanvaardbaar genoemd en vergeleken met nazipraktijken. In die periode werden immers ook rectoren en professoren ontslagen en magistraten afgezet. Volgens de minister-president kan Turkije, dat de scheiding der machten niet respecteert, geen volwaardige kandidaat zijn voor lidmaatschap van de Europese Unie.
De minister-president was ook van plan om de Turkse ambassadeur op het matje te roepen. De woordvoerder van de ambassadeur heeft gesuggereerd dat de Vlaamse Regering financiële steun geeft aan Turkse organisaties die een dekmantel zijn voor terrorisme. Het gaat over organisaties van de Gülen-beweging.
Minister-president, welke invloed heeft de staatsgreep en de zuivering in Turkije op de relaties tussen Vlaanderen en Turkije? Hebt u contact gehad met de Turkse ambassadeur over de uitspraken van zijn woordvoerder? Wat was desgevallend het resultaat?
In welke mate hebt u met de premier contact gehad over Turkije? In welke mate deelt de Federale Regering het standpunt van de Vlaamse Regering? In welke mate deelt de Federale Regering het standpunt van de Vlaamse Regering omtrent het lidmaatschap van Turkije van de EU? Heeft het federale ministerie van Buitenlandse Zaken de Turkse ambassadeur daaromtrent op het matje geroepen op uw vraag? Hoe ziet u de verdere evoluties? We hebben immers heel wat Turken hier bij ons. De vriendschapsbanden blijven belangrijk. Die blijf ik hoog in het vaandel voeren, net als de democratie. We kunnen daar met zijn allen achter staan, maar ik denk dat iedereen wel vragen heeft bij een aantal zaken.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Collega Verstreken, de poging tot staatsgreep door een deel van het leger in Turkije van 15 en 16 juli kwam voor iedereen over als een verrassing. De coup is gelukkig onmiddellijk neergeslagen en de regering kreeg snel weer greep op het leger. Onmiddellijk na de couppoging werd er begrijpelijkerwijze zeer heftig gereageerd in Turkije, maar ondertussen lijkt de toon iets gemilderd, hoewel ik begrepen heb dat de noodtoestand opnieuw verlengd is.
De Turkse regering wees naar de Gülen-beweging als aanstoker en startte met een ongeziene repressie, die nog altijd voortduurt. Die verdeeldheid sloeg helaas ook over naar Vlaanderen, vooral in Beringen, waar aanhangers van de Gülen-beweging werden belaagd. Sommigen onder hen hebben zelfs politiebescherming moeten krijgen. Sommigen moesten tijdelijk onderduiken.
Ik heb duidelijk gesteld dat het niet kan dat de binnenlandse spanningen van Turkije bij ons zouden worden geïmporteerd. Wij leven in een rechtsstaat. Er is het recht op vrije mening van eenieder. Dat geldt voor eenieder, van welke afkomst zij of hij ook is.
Voor Vlaanderen zijn er inderdaad een aantal praktische gevolgen, en wel op het vlak van de projecten van wetenschappelijk onderzoek en de uitwisseling van studenten. De Vlaamse Interuniversitaire Raad heeft de beslissing genomen om voorlopig geen Vlaamse studenten meer uit te sturen, tot er meer duidelijkheid is of hun veiligheid voldoende gegarandeerd is. De samenwerkingsprojecten blijven lopen en Turkse inkomende studenten blijven welkom. Voor onderzoekers bekijkt men de situatie geval per geval. Sommigen van die onderzoekers zullen toch naar Turkije afreizen.
Het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek heeft veiligheidshalve zijn projecten opgeschort. Ondanks de grote bezorgdheid over de ontslagen van academisch personeel, het sluiten van campussen en instituten en de intimidatie van studenten, heeft de Europese Commissie besloten om de uitwisselingen met Turkije onder haar programma’s, waaronder Erasmus+, niet te stoppen.
De FOD Buitenlandse Zaken heeft geen negatief reisadvies afgekondigd voor Turkije. Flanders Investment & Trade (FIT) deelde mee dat Vlaamse bedrijven geen gewijzigde houding hebben aangenomen ten aanzien van Turkije.
Ik was inderdaad verontwaardigd over een aantal uitspraken van de woordvoerder van de ambassade en heb dat ook aan de ambassadeur in Brussel laten weten. Ik heb mijn ongenoegen zeer sterk geuit. Ik heb benadrukt dat hier onze wetten en onze principes van de rechtsstaat gelden. Beschuldigingen dat de Vlaamse Regering terroristische organisaties zou steunen, neem ik niet. De ambassadeur heeft zich bij mij persoonlijk verontschuldigd. Ik heb die excuses ook aanvaard.
Ik heb hierover geen contact gehad met de premier. Onmiddellijk na het begin van de repressie ten aanzien van rechters, ambtenaren, academici en leerkrachten, heb ik in scherpe bewoordingen mijn zorg uitgesproken over de proportionaliteit van de genomen maatregelen na de coup. Ook premier Michel heeft zijn verontwaardiging over wat er in Turkije gebeurt, laten blijken en noemde het een totaal onaanvaardbare autoritaire ontsporing.
Ik heb de indruk dat de visie van de Federale Regering en die van de Vlaamse Regering gelijklopend zijn. Als de Federale Regering hierover een standpunt inneemt op het Europese niveau, dan moet er uiteraard convergentie zijn en moet daarover afgestemd worden op interfederaal niveau. Het lidmaatschap van Turkije kwam op 9 maart 2016 aan bod in het Vlaams Parlement ter gelegenheid van een aantal actuele vragen over de schending van de persvrijheid. Ik heb dat toen zeer scherp veroordeeld en heb benadrukt dat er geen enkel EU-toekomstperspectief is voor Turkije, zolang het zich niet conformeert aan wat ons in de politieke unie bindt. Dat gaat over de fundamentele rechten en vrijheden, die de basis vormen van ons burgerschap, van ons samenleven en van onze samenleving. Ik heb toen ook meegedeeld dat premier Michel tijdens die periode hetzelfde heeft verklaard. De gebeurtenissen van de jongste maanden in Turkije op het vlak van repressie zijn uiteraard niet van dien aard om af te stappen van dat eerder ingenomen standpunt.
De uitspraken van de Turkse ambassadewoordvoerder in ons land net na de coup, gericht tegen de Vlaamse Regering, vormden de aanleiding om de Turkse ambassadeur bij het federale ministerie van Buitenlandse Zaken op het matje te roepen, zoals u hebt kunnen vernemen.
De heer Verstreken heeft het woord.
Ik dank de minister-president voor zijn duidelijke antwoord en zijn goede, klare taal. Met emoties moeten we inderdaad oppassen. Ik kan begrijpen dat mensen van de eerste, tweede of derde generatie die hier wonen, emotioneel opgaan in wat daar gebeurt. Een coup kunnen we nooit goedkeuren als mensen democratisch verkozen zijn. Maar ik was wel enorm geschrokken door de antireacties en het feit dat bevolkingsgroepen hier bij ons tegen elkaar werden opgezet. Het prediken van haat, dat zijn natuurlijk zaken die we moeten veroordelen.
In hoeverre waren er ook contacten, minister-president, met Vlaamse burgemeesters in gemeenten waar veel mensen van Turkse origine wonen, om te kijken welke problemen zich zouden voordoen?
Ik blijf ook bezorgd. Ik ken mensen uit Turkije als vredelievend, sympathiek, aangenaam. En ik was toch wel verbaasd om te zien wat dit allemaal teweegbracht.
Ik kan nog een voorbeeldje geven van een andere nationaliteit, namelijk Filipino’s die hier wonen en die mij al hebben aangesproken als politicus. Tot mijn verbazing maken zij hier heel veel propaganda voor de huidige president en roepen ze ook Filipino’s in ons land op om hem te ondersteunen. Blijkbaar is er dus bij heel wat bevolkingsgroepen die hier wonen onderhuids af en toe wat wrevel.
Ik was enorm verbaasd en ik denk dat we daar wat waakzaam voor moeten zijn. Men moet uiteindelijk ook hier de wetten van ons land respecteren. Tot haat oproepen is vrij gevaarlijk. Daar moeten we waakzaam voor zijn.
De heer Van Overmeire heeft het woord.
Minister-president, ik wil me aansluiten bij wat hier gezegd is over de staatsgreep en de gevolgen daarvan in Vlaanderen. Maar ik wil het ook even opentrekken, als het gaat over het toetredingsproces van Turkije tot de Europese Unie. We moeten ons ervoor hoeden om de evolutie te zien als een proces dat op de goede weg zat en nu ineens doorkruist werd door die staatsgreep. Dat is helemaal niet de realiteit. Die toetredingsonderhandelingen zijn gestart in 2005. Iedereen weet dat er over 33 hoofdstukken onderhandeld moest worden. Over 2 hoofdstukken moesten er geen onderhandelingen zijn. Na 11 jaar onderhandelen is er welgeteld 1 van die 33 hoofdstukken afgesloten.
Ik kan geen enkele andere kandidaat-lidstaat opnoemen waarbij het tempo zo laag ligt. Ik kan alleen maar besluiten dat het volwaardige lidmaatschap van de Europese Unie voor een land als Turkije, dat een heel andere historiek, een heel andere achtergrond en ook heel andere ambities heeft, niet de juiste keuze is geweest.
Ik vraag me af, minister-president, of het ogenblik niet gekomen is om ook vanuit de Europese Unie eens te zeggen dat dit een piste is waar we noch onszelf, noch Turkije een plezier mee doen en dat het veel beter zou zijn om te gaan naar een ad-hocsamenwerking. We noemen dat dan een strategisch partnerschap. Hoe je dat dan concreet invult, is natuurlijk nog een andere discussie.
Ik denk dat we zowel Turkije als Europa een plezier zouden doen door de waarheid eens onder ogen te durven zien en niet langer dat EU-lidmaatschap, maar een strategisch partnerschap voorop te stellen.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Verstreken, ik heb geen contact gehad met burgemeesters. Ik denk dat dat er wel geweest is met de federale autoriteit, omdat het over veiligheidskwesties ging. Onder andere de federale minister van Binnenlandse Zaken, collega Jambon, heeft zich daarover uitgelaten en heeft ook de gepaste maatregelen genomen opdat de veiligheid van mensen zou worden gegarandeerd.
Mijnheer Van Overmeire, we hebben het debat over de uitbreiding van de Europese Unie naar Turkije hier gevoerd. Er is inderdaad nog maar één hoofdstuk afgerond. Er zijn er acht opnieuw gesloten. Die gesprekken verlopen zeer moeizaam. Het standpunt van de Vlaamse Regering is dat er in die periode geen uitbreiding kan komen. En dat is ook het standpunt van de commissie-Juncker. Er is bij het aantreden van de commissie-Juncker gezegd dat er geen ruimte is voor uitbreiding.
Er zijn opnieuw onderhandelingen, maar er zitten hoofdstukken bij die geopend zijn en weer dichtgegaan zijn. Dat verloopt dus uitermate moeilijk. Een ervan gaat over het vrij verkeer en het openstellen van de infrastructuur, wat Turkije tot nu toe geweigerd heeft, vanwege de relaties met Cyprus. Hun havens en luchthavens worden niet opengesteld, wat toch een van de essentiële zaken is. Maar er zijn dus nog heel wat andere hoofdstukken. Ik heb al gezegd dat als er over grondrechten en justitie gepraat zal worden, dat tot zeer fundamentele discussie zal leiden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.