Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, minister, u zei daarnet dat u enorm veel werk voor de boeg hebt. Bij dezen moet ik u toch nog eens herinneren aan iets dat ook nog op de plank ligt, namelijk het Energiearmoedeprogramma. Op 4 maart van dit jaar keurde de regering de conceptnota over het Energiearmoedeprogramma goed. De nota geeft een heel duidelijke situering van de energiearmoedeproblematiek in Vlaanderen en somt 34 verschillende acties en maatregelen op om concreet uitvoering te geven aan het Energiearmoedeprogramma. Die maatregelen kunnen worden opgedeeld in twee grote groepen. Sommige maatregelen hebben tot doel het energieverbruik te verminderen. Andere maatregelen zijn erop gericht dat de gezinnen in energiearmoede niet zonder energievoorziening zouden vallen. Dat is toch niet onbelangrijk om in het nodige comfort te voorzien.
Bij de goedkeuring van het Energiearmoedeprogramma hebben we opgemerkt dat bij diverse acties nog stond dat ze moesten worden onderzocht of uitgewerkt. Bij de bespreking van de conceptnota hebben we heel duidelijk aan uw voorganger gevraagd om de diverse acties snel in de praktijk om te zetten. Nu we enkele maanden verder zijn, willen we met deze vraag toch eens polsen naar de stand van zaken wat het uitwerken van de acties betreft.
Ondertussen hebben de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV), de Vlaamse Woonraad en Samenlevingsopbouw hun advies gegeven over het Energiearmoedeprogramma. Ik denk dat alle collega’s die adviezen ook hebben ontvangen. Ik heb in de schriftelijke neerslag van mijn vraag een aantal zaken opgesomd die terug te vinden zijn in die adviezen. Ik meen te mogen stellen dat in die adviezen een aantal zeer interessante suggesties worden geleverd over een aantal thema’s.
In een brief aan onze parlementsvoorzitter heeft het Rekenhof ook een audit over energiearmoede aangekondigd. Iedereen heeft ook die brief ontvangen. Het Rekenhof wil onderzoeken of er in Vlaanderen een duidelijk beleid inzake energiearmoede is, wat de resultaten van dat beleid zijn en hoe het beleid wordt bijgestuurd op basis van de resultaten. Minister, is het nu de bedoeling dat u wacht op die audit, of neemt u geen afwachtende houding aan en werkt u ondertussen aan het concretiseren van die 34 maatregelen? Wat is de stand van zaken met betrekking tot die 34 maatregelen die werden aangekondigd? Kan er ook al worden aangegeven wat het budget is voor die maatregelen? Bent u van plan een aantal zaken uit de uitgebrachte adviezen ook nog bijkomend te implementeren in het Energiearmoedeprogramma? Heel belangrijk lijkt me ook het advies dat de Vlaamse Woonraad heeft gegeven, maar dat ook terug te vinden is bij Samenlevingsopbouw, namelijk dat er een grote vraag leeft om tot een betere afstemming te komen tussen het energiebeleid en het woonbeleid.
Minister Tommelein heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, ik dank u voor uw vraag. Het Rekenhof liet op 1 juni 2016 inderdaad per brief weten eerstdaags van start te zullen gaan met een audit van het beleid van de Vlaamse Regering inzake energiearmoede. Ik kijk met interesse uit naar de aanbevelingen die deze audit zal opleveren. Ik veronderstel dat de audit meerdere maanden in beslag zal nemen. Ik ben geenszins van plan het resultaat daarvan af te wachten en om de opgestarte uitwerking en implementatie van de acties uit de conceptnota stil te leggen. Het zou van zeer slecht bestuur getuigen als je dat doet. Ik kan achteraf bijsturen, maar ik zal niet wachten.
Aansluitend op de goedkeuring door de Vlaamse Regering op 4 maart 2016 van de vermelde conceptnota, werkte mijn kabinet samen met het Vlaams Energieagentschap (VEA) een planning uit voor de uitwerking en implementatie van de ruim dertig voorgestelde acties. In het kader van die goedkeuring door de Vlaamse Regering kreeg de Vlaamse minister van Energie de opdracht jaarlijks via mededeling aan de Vlaamse Regering te rapporteren over de voortgang. Ik geef naar aanleiding van uw vraag echter graag nu al een stand van zaken. U hebt de primeur, vóór de regering!
Over de verschillende acties die de dienstverlening van de leveranciers en de netbeheerders op het vlak van de sociale openbaredienstverplichtingen betreffen, vond op 12 mei 2016 op mijn kabinet een overleg plaats met Eandis, Infrax, de Federatie van de Belgische Elektriciteits- en Gasbedrijven (FEBEG) en het VEA. De netbeheerders en FEBEG werken voor de acties waarbij zij betrokken zijn, concrete voorstellen uit, met inbegrip van een duidelijke motivatie. Volgens planning zal ik hun feedback nog voor het zomerreces inventariseren en op basis daarvan voor elk van de opgenomen acties een voorstel finaliseren. U ziet: ik heb nog meer werk!
Het gaat hier onder meer over de optimalisatie van het systeem van de schuldafbouw, een oplossing voor het verbod op de plaatsing van de autonome stroombegrenzer en het streven naar meer haalbare afbetaalplannen voor energieschulden. Verder werden ook de aanpak van de waarborgregeling, de deur-aan-deurverkoop en de garantie op de ononderbroken beschikbaarheid van de 10 ampèrefunctie uitgebreid met hen besproken. Voor de uitvoering van elk van deze acties wordt in overleg met de distributienetbeheerders, de leveranciers, het VEA en mijn kabinet het verdere beleid uitgewerkt.
Wat de acties op het vlak van energie-efficiëntie in de woningen van kwetsbare gezinnen betreft, werd reeds het nodige regelgevend werk aangevat. Als onderdeel van het lopende dossier voor de premiehervorming keurde de Vlaamse Regering op mijn voorstel op 20 mei 2016 de uitbreiding goed vanaf 2017 van de sociale dakisolatieprojecten in de private huursector naar de plaatsing van spouwmuurisolatie en hoogrendementsglas. Ook de voorgestelde lichte wijziging aan de doelgroep voor scans en voor de vermelde sociale energie-efficiëntiemaatregelen werd daarin meegenomen. De premie voor een condensatieketel voor beschermde afnemers wordt vanaf 2017 ook opgetrokken van 800 naar 1800 euro. Ten slotte werd ook de periode voor de minimale levering van aardgas met dit besluit al aangepast, zoals was voorzien in het Energiearmoedeprogramma.
Tegen de zomer volgt nog de evaluatie van de huishoudelijke energiescans, met als doel het aanzwengelen van de doorstroom naar de uitvoering van energiebesparende werken. En ook het dossier van de energielening is, zoals u wellicht al weet, op dit moment in volle evolutie.
Voor de uitvoering van de voorgestelde acties is geen budget uit de Vlaamse begroting voorzien. De meeste voorgestelde maatregelen betreffen openbaredienstverplichtingen, zowel sociale als op het vlak van rationeel energiegebruik. De kosten daarvan worden opgenomen in de distributienettarieven. De impact van deze maatregelen werd ingeschat bij het opmaken van het Energiearmoedeprogramma en zal bij de uitvoering nauwkeurig gemonitord worden. De beperkte kosten die samenhangen met de acties rond communicatie, zullen worden gedragen door de werkingsbudgetten van het VEA. Ook ik zal gratis mijn bijdrage leveren.
Wat betreft uw vraag naar overleg met de sociale sector, deel ik u mee dat mijn kabinet en het VEA in het kader van het sociaal energiebeleid continu in overleg zijn met organisaties uit de sociale sector, zoals het Netwerk tegen Armoede, Samenlevingsopbouw en de OCMW’s, dat laatste via de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). Aangezien de acties uit het Energiearmoedeprogramma aanbevelingen zijn, is er uiteraard voor de invulling ervan ruimte voor gefundeerde bijsturingen. Daarbij is het voor mij wel van belang om rekening te houden met de belangen van alle betrokkenen, en die vallen niet altijd volledig samen. Het is net die aftoetsing die voor het merendeel van de acties momenteel in uitvoering is.
Tot slot geef ik u volledig gelijk dat het energiebeleid en het woonbeleid op heel wat punten nog verder op elkaar moeten worden afgestemd. Onder meer in het kader van het Renovatiepact, het besluit rond woningkwaliteit en de intergemeentelijke samenwerking wonen-werken werken beide beleidsdomeinen al erg nauw samen. Met minister Homans zal ik via regelmatig overleg bespreken op welke vlakken we deze legislatuur nog een betere afstemming kunnen realiseren. Ook in het kader van het Energiepact en het Klimaatpact, een bevoegdheid van minister Schauvliege, wordt er intensief samengewerkt tussen de verschillende betrokken ministers in de Vlaamse Regering.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Het stelt mij zeer gerust dat u de audit van het Rekenhof niet zult afwachten, en dat u intussen werk maakt van de 34 maatregelen die aangekondigd staan in het Energiearmoedeprogramma. U hebt het initiatief genomen om met de sector concreet invulling te geven aan die maatregelen en aan die acties. Die worden nu volop voorbereid en besproken. Ik ben ook tevreden dat u ons hier al kunt zeggen welke maatregelen er in uitvoering zijn. Ik wil u daarvoor danken.
Minister, gisteren heeft de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) zijn jaarlijkse rapport met sociale statistieken voorgelegd. Die geven ons een goed beeld van de energiearmoede in Vlaanderen. Ik heb de tijd nog niet gehad om het lijvige document te lezen, maar wel het persbericht en de conclusies.
De tendensen voor 2015 zetten de VREG aan tot voorzichtig optimisme omdat de cijfers aantonen dat het aantal afnemers met een ingebrekestelling naar beneden gaat, het aantal afbetalingsplannen daalt, het aantal gedropte klanten daalt, het aantal budgetmeters daalt, het aantal afsluitingen bij de lokale adviescommissie (LAC) dalen. Maar, minister, het grootste aandachtspunt blijven de beschermde klanten. De problemen blijven zich opstapelen bij hen. Als we het rapport Sociaal Energiebeleid goed nalezen en dat koppelen aan het Energiearmoedeplan, denk ik dat we niet anders kunnen dan zo snel mogelijk de 34 concrete maatregelen implementeren en uitvoeren. Ik meen te hebben begrepen dat dat de bedoeling is.
De heer Danen heeft het woord.
Ik heb de conceptnota nog eens gelezen ter voorbereiding van deze vergadering. Het was voor een deel een analyse van het Energiearmoedebeleid, met de acties die zouden worden gevoerd. Minister, ik begrijp uit uw antwoord dat er vijf of zes maatregelen zijn besproken die in beleid zullen worden omgezet. Wat is hiervan de timing? Bijvoorbeeld wat is de timing van de maatregel dat mensen niet kunnen worden afgesloten en 10 ampère behouden? Dat is wel een belangrijke maatregel. Wat is de timing van de andere maatregelen?
Wie heeft de prioritisering gemaakt? De maatregelen, zoals ze in de conceptnota staan, staan er zonder prioritisering. Wie heeft de keuze gemaakt? Ik zou misschien dezelfde keuze als u hebben gemaakt, maar wie heeft deze keuze gemaakt?
Minister Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Danen, ik was er niet bij. Ik veronderstel dat de mensen die de keuzes hebben gemaakt, dat hebben gedaan op basis van de praktische simpele uitvoerbaarheid van de maatregelen. Ik ga ervan uit dat deze lijn is gevolgd. Ik kan u niet uit de losse pols antwoorden. Het is een onverwachte vraag en ik klets niet graag uit mijn nek, maar ik zal u het antwoord bezorgen.
Ik deel uiteraard uw bezorgdheid dat er aandacht moet zijn voor de beschermde klanten. U weet dat ik al reacties op de opmerkingen heb gegeven en de juiste context heb geschetst. Ik merk dat men er nu weer de energieheffing bij betrekt. De beschermde klanten hebben een aangepast tarief. Er zijn 220.000 gezinnen die er gebruik van maken. Ik vind het weer goed geframed van sommigen om de energieheffing aan te duiden als een potentieel groot gevaar voor energiearmoede. Ik deel de bezorgdheid, maar ik denk dat er andere elementen zullen meespelen dan wat men telkens probeert naar voren te brengen. Ik zal het zeer goed monitoren. Het geniet ook mijn aandacht en mijn bezorgdheid.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, we hebben het met uw voorganger ook in goede samenwerking gedaan, maar ik denk dat het nodig is om af en toe tijd te maken om terug te koppelen over de stand van zaken over het Energiearmoedeplan. Dat thema ligt ons allen na aan het hart.
De vraag om uitleg is afgehandeld.