Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Nevens heeft het woord.
Zwerfvuil kost de verschillende overheden jaarlijks een massa geld. De Vlaamse overheid en de bedrijfswereld sloegen recent de handen in elkaar om de zwerfvuilproblematiek verder terug te dringen en te bestrijden. Het opvoeren van de strijd tegen zwerfvuil is onmiskenbaar een goede zaak want, de talloze anti-zwerfvuilcampagnes ten spijt, blijft er nog heel wat zwerfvuil langsheen de Vlaamse wegen liggen. Logisch ook, want het duurt maar liefst twee jaar voor een sigarettenpeuk of een bananenschil vergaan is. Voor plastic flesjes gaat het om vijf tot tien jaar, terwijl blikjes en autobanden maar liefst vijftig jaar nodig hebben om te vergaan. Het kan nog erger, want conservenblikken hebben maar liefst tweehonderd jaar nodig om te vergaan.
De meeste vervuilers die achteloos hun sigarettenpeuk of blikje in de natuur gooien, hebben hoogstwaarschijnlijk geen idee hoelang hun vervuiling meegaat. Helaas wordt het uitzicht van de Vlaamse wegen en bossen er wel decennialang op enorm negatieve wijze door vormgegeven.
Werden er reeds campagnes gevoerd waarin duidelijk de levensduur van de vervuiling wordt aangegeven? Vindt u het een goed idee om de levensduur van de vervuiling mee te nemen in campagnes? Een andere vraag is natuurlijk of de Vlaming weet hoe lang de natuur nodig heeft om een blikje, kauwgom of sigarettenpeuk af te breken. Bestaan hier gegevens over? Indien niet, acht u het nuttig om dit te onderzoeken en een enquête te houden bij de Vlaming om zijn besef ten aanzien van de afbreekbaarheid van het zwerfvuil te monitoren?
Zoals bekend, hebben de overheid en de bedrijfswereld de handen in elkaar geslagen in de strijd tegen zwerfvuil. Tijdens de gedachtewisseling over de zwerfvuilproblematiek stelde de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM): “Het beslissingsorgaan Zwerfvuil voert nu ook specifieke onderhandelingen met de kauwgom- en sigarettenindustrie om hun bijdrage aan het Operationeel Plan Zwerfvuil te bepalen.” In de plenaire vergadering hebt u gezegd dat u dit breder gedragen wilde zien dan dit op heden het geval is en ook andere fabrikanten en verpakkingsmateriaal erbij wilt betrekken. Kunt u een stand van zaken geven? Hoe wilt u alle producenten mee in bad krijgen? Hoe ziet u de verantwoordelijkheden van de producenten voor zwerfvuil?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Nevens, er is in 2012-2013 een campagne gevoerd. Er werd met aparte affiches gewerkt met de vermelding van de levensduur van de vervuiling. In de lopende campagnes wordt vooral gemikt op het belonen van positief gedrag in plaats van het vermelden van negatieve aspecten. Uit onderzoek blijkt immers dat dit beter werkt.
Hierover is ook onderzoek gedaan door Nederland Schoon. We mogen aannemen dat de afbraaktijden in Nederland en Vlaanderen dezelfde zijn. Op www.indevuilbak.be onder de rubriek educatie kunt u deze resultaten raadplegen.
De onderhandelingen met de tabaksindustrie lopen. Vanwege de internationale wetgeving is het niet zo evident om akkoorden af te sluiten, maar de private partners van het beslissingsorgaan kunnen daar wel een oplossing bieden. Onderhandelingen met de kauwgomindustrie worden voortgezet en geconcretiseerd. We onderzoeken op dit ogenblik ook de mogelijkheden om andere relevante bedrijfssectoren te betrekken. Indien nodig, is het de bedoeling dat we het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA) aanpassen.
Producenten moeten uiteraard al het redelijke doen opdat hun goederen door de consument niet als zwerfvuil worden achtergelaten. De verantwoordelijkheid van de consument die producten buitenshuis gebruikt, is er ook. Ook die moet er zorg voor dragen dat het restant wordt verwijderd. Ik zie het als een gedeelde verantwoordelijkheid, zowel van de producent, consument als de overheid.
De heer Nevens heeft het woord.
Het is inderdaad belangrijk dat de mensen beseffen dat het deponeren van zwerfvuil een grote impact heeft door de afbraaktijd. Zou het niet nuttig zijn om daar nog meer de nadruk op te leggen? U zegt dat u in de campagne een positief beeld wilt scheppen en de mensen wilt sensibiliseren. Mensen moeten beseffen hoe lang het duurt vooraleer een blikje of sigarettenpeuk verdwijnt. Het is misschien nuttig om dit op te nemen in toekomstige campagnes.
Wat betreft het Operationeel Plan Zwerfvuil ben ik blij te vernemen dat u blijft praten met andere producenten, vooral de sigaretten- en kauwgomindustrie. Voor lokale besturen blijft dit een pijnpunt, want het verwijderen van zwerfvuil vraagt veel tijd en energie en kost veel aan de maatschappij.
Ik hoop dat zij inzien dat zij hun verantwoordelijkheid als producent moeten opnemen. Ik zou graag vernemen of er een deadline is waarop de producenten moeten aangeven of ze al dan niet bereid zijn de strijd tegen zwerfvuil mee aan te gaan.
Zwerfvuil neemt een belangrijke plaats in het ontwerp van uitvoeringsplan in. In dat plan wordt duidelijk verwezen naar productspecifieke aanpak en gedragspatronen, en hiernaar zal verder onderzoek gebeuren. In het plan is ook opgenomen dat rekening zal worden gehouden met hun impact bij het opstellen van gerichte campagnes.
Ik had graag vernomen wanneer de resultaten van de productspecifieke aanpak kunnen worden verwacht. Staat daarop een timing of is dat een permanent lopend onderzoek? Ik had ook graag geweten wat de stand van zaken van het ontwerp zelf is.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Ik zal eerst antwoorden op de vraag naar de stand van zaken. Er werden heel wat bezwaren en opmerkingen ingediend. Aan de verwerking daarvan wordt momenteel de laatste hand gelegd. Ik ga ervan uit dat we daarna redelijk snel, dus voor de zomer, het ontwerp kunnen voorleggen aan de Vlaamse Regering. Het overleg met de kauwgomsector en de sigarettenproducenten is aan het ‘samensporen’. Ook hier is de zomer voor mij de deadline. Het onderzoek naar de productspecifieke aanpak op zijn beurt zou in het najaar tot resultaten moeten leiden.
Mijnheer Nevens, u vraagt er meer de nadruk op te leggen. De campagnes worden ontwikkeld door specialisten, die weten hoe men mensen moet overtuigen. Ik ga voort op hun expertise, maar ik zal uw suggestie aan de experts bezorgen.
De heer Nevens heeft het woord.
Zwerfvuil blijft hoog op de agenda staan en vormt een heel gevoelig thema bij onze inwoners. 85 procent ervan vindt het immers belangrijk om in een nette, propere omgeving te vertoeven. We hebben er alle baat bij acties te doen om de strijd tegen zwerfvuil voort te zetten.
Ik ben blij te vernemen dat de deadline voor de zomer is vastgesteld, zodat we weten of de producenten bereid zijn een deel van de financiering op zich te nemen.
Ik wacht het huishoudelijk afvalplan geduldig af. Er werden inderdaad bezwaren ingediend door besturen, milieu- en adviesraden, en dergelijke. Ik kijk uit naar wat er uit de bus zal komen en welke doelstellingen voorop worden gesteld.
De vraag om uitleg is afgehandeld.