Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Vraag om uitleg over de houding van de Vlaamse Regering met betrekking tot het Catalaanse autonomiestreven na de verkiezingsuitslag van 27 september 2015
Verslag
De heer Van Esbroeck heeft het woord.
Op 27 september gaf een overweldigende meerderheid van de Catalanen een duidelijk signaal over haar politieke toekomst. De Catalanen willen de ingeslagen weg van meer culturele, politieke en financiële autonomie voortzetten en hebben duidelijk gekozen voor een soeverein Catalonië. De uitslag van de Catalaanse verkiezingen is een duidelijk signaal waar voortaan rekening mee moet worden gehouden.
Tot op vandaag heeft de Spaanse centrale overheid die weg naar een soeverein Catalonië altijd geblokkeerd en een verdere evolutie van de Spaanse federale constellatie belemmerd. De regering van de Spaanse premier Rajoy liet verstaan te willen luisteren maar niet bereid te zijn om te “discussiëren over de eenheid van Spanje, de nationale soevereiniteit of de vrijheid van alle Spanjaarden.”
Minister-president, de manier waarop de Spaanse regering met deze uitslag en de verkozenen omgaat, baart mij zorgen. Catalaans minister-president Mas en een aantal medestanders van hem worden naar de rechtbank geleid om een schijnproces te ondergaan. Dit doet me denken aan de Catalaanse president die 75 jaar geleden in Frankrijk door de Gestapo werd gearresteerd en aan Franco uitgeleverd. Na een zeer kort schijnproces werd hij geëxecuteerd in Barcelona.
In het belang van de stabiliteit van de Europese Unie is een grondig debat over een interne uitbreiding meer dan ooit noodzakelijk. Het recht op de eigen keuze en zelfstandigheid moet daarbij voorop staan. Enkel zo kunnen conflicten ontmijnd worden en chaotische situaties vermeden.
Ik heb via de media vernomen dat u minister-president Mas ondertussen feliciteerde met de verkiezingsoverwinning van de lijst Junts pel Sí/Samen voor Ja. Ik heb nog vragen voor u.
Minister-president, hoe staat u ten aanzien van de uitslag van de recente verkiezingen in Catalonië? Wat betekent dit voor de samenwerking tussen Vlaanderen en Catalonië? Zal de Vlaamse Regering stappen ondernemen om binnen de EU de stelling van de ‘interne uitbreiding’ te verdedigen? Zal Vlaanderen de Spaanse regering op de gepaste plaatsen op haar verantwoordelijkheid wijzen?
De heer Janssens heeft het woord.
Minister-president, er wordt bij ons vaak gegoocheld met de term ‘moeder aller verkiezingen’, maar voor de Catalanen zal zondag 27 september van dit jaar terecht de moeder aller verkiezingen worden genoemd. Die dag zal naar alle waarschijnlijkheid de geschiedenis ingaan als een historische dag. De regionale verkiezingen – die in principe als een onafhankelijkheidsreferendum werden opgevat – resulteerden in een verpletterende overwinning voor de partijen die streven naar een onafhankelijk Catalonië. Volgens het vooraf verkondigde stappenplan is het de bedoeling om in de komende maanden en jaren stappen te zetten naar de oprichting van een soevereine Catalaanse staat.
De betrekkingen tussen Vlaanderen en Catalonië zijn goed. De voorbije maanden hebt u herhaaldelijk contact gehad met Catalaans minister-president Mas. Via het werkprogramma 2015-2017 werden er tussen Vlaanderen en Catalonië afspraken gemaakt voor een intensieve samenwerking op institutioneel en EU-vlak. Beide regeringsleiders ondertekenden een gezamenlijke politieke verklaring die mikt op een nauwere samenwerking tussen deze twee deelstaten.
De heer Van Esbroeck verwees er al naar, u hebt na het bekendmaken van de uitslag uw felicitaties uitgesproken aan Junts pel Sí. U pleitte ook voor meer samenwerking tussen Vlaanderen en Catalonië de volgende jaren.
De twee partijen die expliciet opkomen voor een onafhankelijk Catalonië – de Junts pel Sí van de huidige minister-president Mas en de linkse CUP-partij – hadden gezegd dat ze in geval van een overwinning binnen de achttien maanden de onafhankelijkheid van Catalonië zouden uitroepen. Zoals verwacht kondigde de Spaanse Regering echter aan zich daartegen te zullen verzetten omdat een afscheuring volgens Madrid “grondwettelijk niet mogelijk is”.
Spanje lijkt zich inderdaad niet neer te leggen bij een eventuele Catalaanse onafhankelijkheid. De Spaanse premier Rajoy zei in een eerste reactie op het resultaat van de Catalaanse verkiezingen bereid te zijn tot een “dialoog”. Die dialoog is bij voorbaat kansloos omdat die zich volgens premier Rajoy moet beperken tot de grondwet en nooit kan gaan over “het einde van de eenheid van Spanje”. Dat betekent en onderstreept dat hij de verkiezingsuitslag in Catalonië totaal ontkent en negeert.
Minister-president Mas werd intussen bedankt door de Spaanse overheid met een brief van het Spaanse gerecht voor zijn rol in het onafhankelijkheidsreferendum.
Welke gevolgen heeft de verkiezingsuitslag op de betrekkingen tussen Vlaanderen en Catalonië? Op welke wijze zal Vlaanderen de samenwerking met Catalonië de volgende jaren nog versterken?
Zal de Vlaamse Regering protesteren bij Spanje naar aanleiding van het politieke proces dat tegen minister-president Mas gevoerd wordt?
Zal Vlaanderen op het diplomatieke forum een rol spelen om een draagvlak te creëren voor de Catalaanse onafhankelijkheid? Zal Vlaanderen desgevallend actief lobbyen pro erkenning van de onafhankelijke Catalaanse staat?
De Europese Commissie heeft de onafhankelijkheidsplannen intussen zo goed als getorpedeerd. Hoe zal Vlaanderen zich opstellen in het conflict tussen Spanje en Catalonië met betrekking tot de zelfbeschikking van Catalonië?
Trekt de Vlaamse Regering desgevallend lessen uit de Catalaanse situatie die aantoont dat er ook voor de Vlaamse natie en Vlaamse Regering andere opties zijn dan de huidige lijdzame onderworpenheid aan de verouderde Belgische staatsstructuur?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Ik heb inderdaad, onmiddellijk na de verkiezingen, mijn goede collega Mas die ik al langer ken en in het vorig semester tweemaal heb ontmoet, gefeliciteerd met de overwinning van de lijst Samen voor Ja.
De uitslag van die verkiezingen is een duidelijk politiek signaal van het Catalaanse volk dat niet kan of mag worden genegeerd. In het Catalaanse parlement hebben de voorstanders van onafhankelijkheid momenteel een meerderheid van de zetels.
Ik heb in mijn felicitaties aan Artur Mas beklemtoond dat ik ernaar uitkijk om de samenwerking tussen Vlaanderen en Catalonië de volgende jaren verder te versterken. De uitslag van de verkiezingen van 27 september jongstleden heeft hierop in principe geen weerslag. Of Catalonië nu onafhankelijk wordt of niet, wij zijn van plan om die relaties aan te houden en te versterken. We hebben daartoe trouwens een overeenkomst gesloten toen Artur Mas op 1 juli jongstleden een bezoek heeft gebracht aan Vlaanderen. In een antwoord op een schriftelijke vraag van de heer Van Esbroeck heb ik meer tekst en uitleg gegeven over dat samenwerkingsakkoord. We hebben een gezamenlijke politieke verklaring ondertekend waarin we ons engageren tot nauwere samenwerking binnen de Europese Unie en waarin we ons inschrijven in het subsidiariteitsbeginsel in Europese aangelegenheden. Ook beklemtonen we onze gehechtheid aan een Europa van de burgers dat van onderuit moet worden opgebouwd. Het beleid van de Vlaamse Regering ten aanzien van de Europese Unie blijft op dat punt ongewijzigd.
Mocht de tenuitvoerlegging van het stappenplan van de nieuwe Catalaanse regering leiden tot onafhankelijkheid, rijzen er twee problemen. Het eerste is een interne Spaanse aangelegenheid. Daarover ga ik me niet uitspreken. Ik stel enkel vast dat er twee aangelegenheden zijn. In de Schotse aangelegenheid heeft Brits premier Cameron het standpunt ingenomen dat hij de uitslag zou respecteren, wat die ook mocht zijn, dus ook als het Schotse volk voor onafhankelijkheid zou kiezen. De Spaanse regering stelt zich anders op.
Een tweede punt is hoe de Europese Unie zal omgaan met een vraag tot toetreding van een deelstaat die onafhankelijkheid wenst en tegelijkertijd lid wil worden van de Europese Unie. Mijn voorganger, Kris Peeters, heeft in dit parlement naar aanleiding van een soortgelijke vraag reeds omstandig toegelicht dat er twee strekkingen zijn. De leden kennen die ongetwijfeld. Dit is overigens niet expliciet geregeld in het Verdrag betreffende de Europese Unie, het VEU. De eerste strekking gaat ervan uit dat de nieuw afgescheiden staat als eender welke derde staat moet worden beschouwd. Ze moet de hele toetredingsprocedure van artikel 48 VEU doorlopen. Die strekking biedt geen antwoord op de vraag hoe het juridische vacuüm moet worden ingevuld dat aldus zal ontstaan tussen het ogenblik van de onafhankelijkheid en het moment dat de toetredingsonderhandelingen zouden zijn afgerond en de staat dus effectief lidstaat van de Europese Unie kan worden.
Er zal dan rechtsonzekerheid zijn voor de Catalanen. Dat geldt zowel voor de Catalaanse burgers, die zich nu overeenkomstig het Verdrag van Lissabon op het Europese burgerschap kunnen beroepen, als voor de Catalaanse bedrijven, die nu binnen de Europese Economische Ruimte kunnen opereren.
De andere strekking baseert zich op de verplichting van de lidstaten om alles in het werk te stellen om in het belang van de rechtszekerheid de continuïteit te verzekeren van de rechten waarover de EU-burgers, de investeerders en de bedrijven beschikken. Die strekking steunt op artikel 50 VEU dat de procedure om uit de Unie te treden omschrijft. In die procedure beschikken alle lidstaten over een veto. In dat geval kun je moeilijk aannemen dat een eenzijdige afscheiding een uitzetting uit de EU met zich zou brengen zonder dat een beroep wordt gedaan op de verdragsrechtelijke procedure voor uittreding.
Bij eerdere staatsrechtelijke problemen in de Europese Unie is steeds een pragmatische en politieke oplossing gevonden voor kwesties waarvoor geen juridische regeling bestond. Ik heb reeds gezegd dat ik ervan uitga dat we de hoop mogen koesteren dat ook hier een pragmatische aanpak zal worden gehanteerd. Een aantal Europese leiders hebben aangegeven dat in een dergelijk geval de hele toetredingsprocedure moet worden doorlopen. In dit concrete geval gaat het om Catalaanse burgers en bedrijven die sinds de toetreding van Spanje tot de Europese Unie in 1986 de fundamentele rechten en vrijheden die verbonden zijn aan het Europese burgerschap en de rechten en vrijheden voor de bedrijven en de investeerders kunnen inroepen. Artur Mas heeft het in dit verband, met een impliciete verwijzing van artikel 50 VEU, over een periode van twee jaar om tot een onderhandelde oplossing te komen.
Ik heb reeds gezegd dat er precedenten zijn waarbij de Europese Unie op een pragmatische manier is omgegaan met zaken die niet onmiddellijk geregeld waren. Ik denk hierbij aan de uittreding van Groenland uit de Europese Unie of aan de Duitse eenmaking, waarbij zonder slag of stoot werd aanvaard dat de DDR lid werd van de Europese Unie. Ook inzake de toetreding tot de Europese Muntunie is pragmatisch gehandeld.
Dat brengt me bij het proces tegen Artur Mas. Het is inderdaad zeer opvallend dat twee dagen na de parlementsverkiezingen een aanklacht is ingediend tegen Mas. Hij heeft zich trouwens bij het gerechtshof aangemeld. Daarbij werd hij publiekelijk gesteund door honderden burgemeesters en tienduizenden verkozenen. Hij pleitte inderdaad schuldig en gaf toe dat hij een referendum had georganiseerd. Het is evident dat die procedure uiteindelijk in het Europees Hof in Straatsburg zal worden beslecht. Het is inderdaad zeer toevallig dat de aanklacht tegen Mas werd ingediend exact op de dag dat 75 jaar eerder de toenmalige president van Catalonië, Lluis Companys i Jover, die naar Frankrijk was gevlucht, door het Franco-regime was geëxecuteerd nadat hij door de Gestapo was uitgeleverd. Dat maakte de zaak nog dramatischer.
De Catalaanse regering zegt dat het om een politiek proces gaat. Ik spreek me daar niet over uit. Ik hoop dat de procedure correct zal worden gevoerd, met respect voor alle Europese regels. Vergelijkingen gaan nooit helemaal op, maar ik herinner me dat Sus Verleyen ooit de Belgische justitie heeft getrotseerd toen nog een verbod gold om opiniepeilingen te doen op een aantal weken voor de verkiezingen. Hij heeft zich toen beroepen op het Europese recht van vrije meningsuiting en het verbod aan zijn voeten geveegd. Hij werd uiteindelijk vrijgesproken nadat hij correctioneel was gedagvaard. Dergelijke procedures zijn zeer principiële aangelegenheden. Ik neem dan ook dat de procedure haar beslag zal hebben in Straatsburg.
Uiteindelijk gaat het om een politieke discussie. Het valt op dat de Britse premier Cameron helemaal anders heeft gereageerd dan de Spaanse regering. De les die we hieruit trekken, is dat we de democratie moeten laten spelen. Dergelijke kwesties zijn in de eerste plaats gebaseerd op de vraag of er een democratische meerderheid is voor bepaalde opties of niet.
De heer Van Esbroeck heeft het woord.
Het verheugt me zeer dat wij, hoe het ook afloopt, de samenwerking met Catalonië nooit zullen opzeggen en zelfs verder zullen uitbreiden. Het proces tegen Artur Mas is inderdaad politiek geïnspireerd. We zullen wel zien voor welk rechtscollege het uiteindelijk zal eindigen.
Ik wil de Vlaamse Regering wel nog vragen om op alle internationale fora waarop ze actief is elke kans aan te grijpen om duidelijk te maken dat Vlaanderen en de Vlaamse Regering het democratische proces willen ondersteunen.
De heer Janssens heeft het woord.
Ik kan het pleidooi van de minister-president om de relaties tussen Vlaanderen en Catalonië te versterken en binnen de Europese Unie een nauwere samenwerking tot stand te brengen op basis van het subsidiariteitsbeginsel, uiteraard enkel maar steunen.
Ik hoop en ik durf uit het antwoord van de minister-president besluiten dat hij wat betreft de erkenning van nieuwe lidstaten of de onafhankelijkheidsverklaring van nieuwe regio’s behoort tot de strekking die artikel 50 VEU aanhangt. Minister-president, ik hoop dat u ook op het diplomatieke forum op zijn minst die houding aanneemt en verdedigt.
U zult het me pardonneren dat ik anderzijds niet anders kan dan wijzen op het grote contrast met de situatie in Vlaanderen. Want terwijl u terecht Artur Mas hebt gefeliciteerd met de moed die hij heeft opgebracht om de onafhankelijkheid van zijn regio succesvol tot inzet van de verkiezingen te maken, hebt u en heeft de Vlaamse Regering, tot ongenoegen van niet alleen mezelf maar ook een groot deel van de Vlaamse Beweging, hier in Vlaanderen zoals bekend vijf jaar communautaire stilte afgesproken. Als je dan kijkt naar de situatie in Catalonië, dan heeft de Catalaanse onafhankelijkheidsbeweging de voorbije jaren hard gewerkt aan die strategie richting onafhankelijkheid. Ze heeft daarbij brede steun gevonden, zowel in politieke als in economische kringen, de media, de cultuur, het middenveld en de zogenaamde elite. Men heeft daarvoor steun gezocht en die uiteindelijk ook gevonden, met als resultaat een succesvolle verkiezingsoverwinning.
Ik kan u alleen maar oproepen om ook een dergelijk stappenplan uit te werken richting onafhankelijkheid, en om daar niet over te zwijgen maar om net dat debat aan te zwengelen en het hier in Vlaanderen te stofferen met de vele goede argumenten die er zijn pro onafhankelijkheid. Zo kan ook de Vlaming bewust worden gemaakt van een zo groot mogelijke autonomie voor zijn regio, die voor mij eigenlijk alleen maar een Vlaamse onafhankelijkheid kan zijn. Want als er op dit moment nog geen draagvlak is, dan denk ik dat het toch zeker aan de grootste partij van Vlaanderen is, die althans in theorie pro Vlaamse onafhankelijkheid is, om daar mee een draagvlak voor te creëren.
De heer Kennes heeft het woord.
Het is een goed gebruik als staats- en regeringsleiders en regionale leiders elkaar in geval van overwinning van democratische verkiezingen, feliciteren. Maar in de dagen en de weken na de verkiezingsuitslag hebben natuurlijk heel wat analisten de zaken een beetje in een ander perspectief geplaatst, en dan is de overwinning wellicht iets minder eclatant dan ze in de eerste uren in de euforie bleek. Maar goed, we zullen zien hoe het afloopt. Ik denk niet dat het Vlaams Parlement uitspraken moet doen over de ontwikkelingen in andere landen. Daar moet het democratisch proces werken. Wij moeten dat met veel interesse volgen, maar ons daar niet onmiddellijk in gaan mengen.
De banden tussen Vlaanderen en Catalonië zijn goed. In het verleden, destijds al onder Luc Van den Brande en anderen, is daar hard aan gewerkt. Het is heel positief dat we daarop voortbouwen. Betrekkingen tussen staten maar ook tussen volkeren, mogen niet afhangen van verkiezingsuitslagen. Het kan zijn dat je eens geconfronteerd wordt met partners die op uw ideologische lijn zitten, het kan ook zijn dat die een andere richting uitgaan. Maar ik denk dat dit soort betrekkingen, die redelijk breed moeten gaan, die de samenleving erbij moeten betrekken en niet alleen de politici, niet afhankelijk mogen zijn van de verkiezingsuitslag. Het zou jammer zijn dat een buitenlands beleid daar de gevangene van wordt.
Ik wil waarschuwen om ons niet te veel te mengen in de interne aangelegenheden van andere staten. Wij appreciëren het niet als hier Zwitsers komen rondlopen die ons komen zeggen welke verdragen wij moeten ratificeren. Als hier mensen ons vrij complex evenwicht rond de faciliteiten zien en het feit dat er ook in gemeenten met een Franstalige meerderheid, toch in Vlaanderen liggen en het Nederlands daar de officiële bestuurstaal is, dan appreciëren wij het niet als er van buitenaf mensen ons de les komen lezen. Er zijn in Catalonië en Spanje wat ons betreft democraten die streven naar een onafhankelijk Catalonië. Er zijn daar ook democraten die voor de eenheid van Spanje pleiten en zich daarvoor beroepen op de grondwet. Ik zou dat proces daar zijn gang laten gaan. Ik heb vooralsnog geen aanwijzing dat de democratische spelregels daar in gevaar zijn. En mocht dat zo zijn, dan neem ik aan dat de Europese instellingen in actie zullen schieten, maar ik zou niet te snel de ene of de andere van ondemocratische neigingen beschuldigen.
Als daar een strekking is in Schotland of in Catalonië die duidelijk pleit voor onafhankelijkheid en men komt via een onderhandeling en dergelijke in zo’n proces, dan kan dat zijn weg gaan en hebben we inderdaad de discussie over de artikelen 48, 49 en 50 van het EU-verdrag. Dan zal daar wellicht een pragmatische oplossing moeten worden gevonden. Dat moet altijd gebeuren in overleg en in dialoog. Als daar een dynamiek ontstaat, moeten wij die ook respecteren, dat is evident, maar ik zou niet te snel de ene of de andere van ondemocratische strekkingen durven beschuldigen.
De heer Vanbesien heeft het woord.
Ik zal toch iets uitgesprokener zijn dan mijn collega Kennes. Spanje en de Spaanse regering duwen Catalonië steeds meer richting onafhankelijkheid. Als ze die onafhankelijkheid willen vermijden, zijn ze niet zo intelligent bezig in mijn ogen.
Ik vind het wel een principiële zaak. Er wordt door verschillende mensen gezegd dat er wel een pragmatische oplossing voor zal zijn. Ik denk als rechtgeaarde Europeaan, dat als Catalonië onafhankelijk wordt, dat natuurlijk bij de Europese Unie hoort. Wat mij en onze partij betreft, is daar geen enkele onduidelijkheid over.
Ik hoor de minister-president een beetje suggereren, maar niet zeggen – en ik begrijp dat – dat om tot onafhankelijkheid over te gaan, een referendum een logischer en wat mij betreft een duidelijker democratisch instrument is dan parlementsverkiezingen. Het ligt natuurlijk niet aan de Catalanen dat dat referendum er niet is. Internationaal gezien is het veel logischer en interessanter om dat te baseren op een rechtstreekse uitspraak van de bevolking, eerder dan dat in een vertegenwoordigend proces te steken waar bij verkiezingen allerlei verschillende motieven kunnen spelen waarom men voor de ene of de andere partij stemt.
Ik ben het eens met wat de heer Kennes zegt, namelijk dat we onze samenwerking met regio’s, die er moet zijn onder meer op basis van het versterken van de rol van regio’s in Europa, maar ook rechtstreekse samenwerking op andere terreinen, niet mogen laten afhangen van een verkiezingsuitslag, zoals de heer Kennes zei. Ik zou daar nog aan willen toevoegen dat we het ook niet mogen laten afhangen van de onafhankelijkheidsstrekking. Het is niet omdat er in de ene regio meer mensen zijn die de onafhankelijkheid willen of meer op autonomie gericht zijn, dat dan een meer natuurlijke partner voor Vlaanderen zou moeten zijn. Ik vind dat een slecht criterium. Ik vind dat we met regio’s in heel Europa moeten samenwerken, maar dat die samenwerking niet gebaseerd moet zijn op het feit of er ook autonomisten zijn of niet.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Janssens, de Catalaanse situatie en de Schotse situatie zijn anders dan de Vlaamse. U moet geen vragen stellen over de Vlaamse en Belgische situatie in het kader van de Catalaanse situatie. In Catalonië is een meerderheid van partijen verkozen die gaan voor onafhankelijkheid. Dat is een aangelegenheid die zich hier bij ons in Vlaanderen niet voordoet.
Collega Kennes en collega Vanbesien, het is evident dat de politieke constellatie in een land, in een regio of in een deelstaat er niet toe doet. Vlaanderen heeft al heel lang betrekkingen met Catalonië. Volgens mij zijn ze gestart onder de eerste minister-president van Vlaanderen, Gaston Geens. Toen was daar de Convergència i Unió aan de macht. Ik heb een samenwerkingsakkoord gesloten met Catalonië in 2008 toen daar de Partit dels Socialistes de Catalunya en de Esquerra Republicana de Catalunya, twee linkse partijen, het land bestuurden. Dit doet niets af van de betrekkingen van deelstaat tot deelstaat. Dat heeft daar helemaal niets mee te maken.
Ik heb daarstraks in mijn antwoord op de vraag ook gezegd: wat ook de toekomst weze van Catalonië, wij gaan die samenwerking voortzetten en versterken. We zijn dat overeengekomen. Dat heeft niets te maken met de kleur van de mensen die aan de macht zijn. Ik heb met de Convergència i Unió goede contacten gehad. Ik heb met de socialisten en Esquerra goede contacten gehad. Ik heb er nog altijd een vriendschap aan overgehouden met iemand van de zeer linkse Esquerra Republicana. Voorzitter, ik hoop dat u het niet besterft. (Opmerkingen van Rik Daems. Gelach)
Ter afsluiting citeer ik letterlijk mijn voorganger die toen namens de Vlaamse Regering het volgende geantwoord heeft: “Als Schotland of Catalonië onafhankelijk zou worden na een referendum, dienen mijns inziens de EU-lidstaten voor elke vorm van onderhandelingen open te staan om zo snel mogelijk een oplossing te zoeken voor de situatie en vooral ook om de rechtszekerheid voor alle EU-burgers en -bedrijven te garanderen. Dat lijken eerder onderhandelingen te zijn om het verdrag aan te passen aan de nieuwe situatie dan toetredingsonderhandelingen van de nieuwe onafhankelijke lidstaten.”
Ik denk dat daar geen regeling voor is. Er moet daarmee pragmatisch worden omgegaan. Ik heb u twee voorbeelden gegeven van zaken die destijds ook niet geregeld waren. Het interne probleem is dat in Spanje de centrale staat zegt: “Onder geen beding”, en dat Cameron, die tegen de onafhankelijkheid van de Schotten is, vooraf zei dat hij de uitslag van het referendum zou aanvaarden. En dan hebben de Schotten zich uitgesproken voor onafhankelijkheid, wat in de toekomst misschien opnieuw zal gebeuren. Ik denk dat mevrouw Sturgeon nog wel eens een referendum zal organiseren. Dan ligt het op de plank van de EU, en dan zit je met EU-burgers die al altijd EU-burgers zijn geweest, en met een nieuw land dat zegt dat het alle regels wil aanvaarden. We hebben het communautaire acquis, we moeten daar niet meer over onderhandelen. Het is binnenlands van toepassing. Dan pleit ik ervoor dat daarvoor een pragmatische oplossing wordt gevonden, zoals dat hoort in een EU die gebaseerd is op vreedzame samenwerking.
De heer Janssens heeft het woord.
Mijnheer Vanbesien, u hebt het misschien niet zo graag als het van mij komt, maar ik wil u toch expliciet bedanken voor de duidelijkheid waarmee u zegt dat wanneer er in Catalonië een meerderheid wordt gevonden om in het parlement de onafhankelijkheid uit te roepen, dat u dan ook vindt dat die regio of staat dan een lidstaat van de EU kan en moet worden.
Na een referendum, niet in het parlement.
Naar aanleiding van een referendum, dat er sowieso nog komt. In tegenstelling tot wat de heer Kennes zegt, overigens. Hij heeft zich eens te meer een voorzichtig Belgisch staatsman getoond, zoals we dat intussen van hem gewend zijn.
Minister-president, u zegt dat de situatie niet vergelijkbaar is met Vlaanderen. Ik zou natuurlijk willen dat de situatie wel vergelijkbaar was. U hebt zelfs een tekst van uw voorganger, Kris Peeters, geciteerd. Ik hoop dat dat niet uw richtlijn wordt voor institutionele veranderingen in dit land, en dat u niet alleen maar een copernicaanse omwenteling gaat nastreven en niet meer dan dat. Ik zou willen dat het wat meer is, maar tot nu toe blijven de institutionele toekomstplannen van zowel uw partij als van de Vlaamse Regering politieke sciencefiction. We weten alleen dat er vandaag communautaire stilstand is en dat er zelfs in uw Visie 2050 geen sprake is van een onafhankelijke staat. Ik kan dat alleen maar betreuren.
Waarvan akte, net zoals van de denominatie van een CD&V-Belgisch staatsman in ons midden. We zijn vereerd. (Gelach)
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.