Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Kennes heeft het woord.
Minister-president, het thema van mijn vraag komt geregeld aan bod omdat het al heel lang aansleept en er verschillende partijen zetten in moeten doen. Het Vlaamse standpunt is bekend. Het is vooral belangrijk om te weten hoe er op federaal niveau in dit dossier vooruitgang wordt geboekt of niet geboekt en welke rol het Overlegcomité daarin kan spelen. Iedereen kent het dossier als een anomalie in ons staatsbestel, namelijk dat men wel voor het ene parlement kan stemmen maar niet voor het parlement met het grootste te besteden budget. Dat in ons systeem alle overheden op een gelijk niveau staan en dat er geen kwestie kan zijn van onderschikking, is ook een bekend element.
Een nieuw element is dat tijdens de vakantie in ‘Le Soir’ op 22 augustus de woordvoerder van federaal minister Jambon bekend heeft gemaakt dat zijn minister een aantal wetsvoorstellen heeft uitgewerkt in dit dossier. Met name gaat het om een voorstel van een gewone wet ter realisatie van het stemrecht voor Belgen in het buitenland voor de Europese verkiezingen, een voorstel van bijzondere wet ter realisatie van het stemrecht voor Belgen in het buitenland voor de deelstaatverkiezingen en een voorstel om de modaliteiten voor het stemrecht voor Belgen in het buitenland te vereenvoudigen. Dat zal dan wel slaan op alle verkiezingen.
Er wordt in dat artikel gesteld dat het de bedoeling zou zijn dat dit stemrecht mogelijk zal zijn bij de verkiezingen van 2019. Dat is natuurlijk geen dag te vroeg. Er zou door de federale minister ook zeer snel overleg worden gepleegd over deze voorstellen met de deelstaten. Dat is de reden waarom ik mij tot u richt, minister-president.
Is er reeds overleg geweest over de voorleggende voorstellen of is dit overleg gepland? Wat is de strekking van de voorliggende voorstellen die we via de krant hebben vernomen maar waar u wellicht meer kennis van hebt, ook wat de modaliteiten betreft voor de uitoefening van dit stemrecht? Welke modaliteiten worden door u namens en met de Vlaamse Regering naar voren geschoven wat deze modaliteiten betreft? Bent u van mening dat dit stemrecht effectief zal kunnen worden uitgeoefend in 2019? Zult u daarvoor ook de nodige contacten leggen met uw collega’s in de diverse regeringen? Het zijn immers meer dan de Vlaamse en de Federale Regering die gevat zijn in dit dossier.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Ik sluit me graag aan bij de vraag van collega Kennis. Ik heb in het verleden al meermaals over deze materie het woord gevoerd. Ik heb tijdens het reces ook nog de schriftelijke vraag gesteld om het verloop op het Overlegcomité te specifiëren. Het antwoord daarop is mij enkele dagen geleden toegekomen.
Het thema is al geschetst door de collega. Het is een anomalie in ons bestel. Het versterkt het cliché dat wij met onze bevoegdheden enkel rond de kerktoren werken als het ware. Het maakt dat Vlamingen over bepaalde bevoegdheden die hun heel erg aanbelangen, bijvoorbeeld onderwijs, zich niet kunnen uitlaten. Het versterkt ook de fout dat wij hier zitten en niet volkomen representatief zijn, want een deel van ons volk kan zich niet uitlaten over het gevoerde beleid. Het belang van het Vlaams Parlement wordt kleiner voorgesteld dan dat van het federale parlement. Ik kan zo nog wel even doorgaan. Ik kijk met heel veel vertrouwen uit naar het antwoord dat de minister-president zal verstrekken, goed wetende dat de bal in het kamp van de overkant ligt.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Voorzitter, aansluitend bij de laatste woorden van collega Hendrickx: inderdaad, de bal ligt in het kamp van de overkant. U weet dat wij constitutieve autonomie hebben maar dat die niet volkomen is. We kunnen geen eigen Vlaamse Grondwet maken. We zijn niet bevoegd voor de kieswet van Vlamingen in het buitenland. Dat zat niet in het pakket van de zesde staatshervorming, en dus zijn we afhankelijk van de federale overheid. Anders dan de vorige regering is het wel zo dat deze Federale Regering in haar regeerakkoord opgenomen heeft om daar werk van te maken, maar dat moet natuurlijk gebeuren met een wet bij bijzondere meerderheid.
Ik heb het aangekaart op het Overlegcomité. Ondertussen hebben we publieke communicatie gezien van de minister van Binnenlandse Zaken Jambon. Ik stel vast dat u net als ik een aandachtig lezer bent van Le Soir, collega. Hij heeft inderdaad in Le Soir gezegd dat deze wetsontwerpen in voorbereiding zijn. Dat is volgens mijn informatie nog altijd zo. Ik bedoel dat er nog geen teksten zijn die helemaal rond of af zijn. Op het ogenblik is er geen verder overleg geweest. Ik heb gevraagd op het Overlegcomité dat op het moment dat er concrete voorstellen zijn, we daarbij betrokken zijn.
Minister Jambon werkt op drie sporen. U hebt ze aangehaald: de modaliteiten voor het kiesrecht voor Belgen in het buitenland voor de federale parlementen vereenvoudigen, kiesrecht verlenen voor de Europese verkiezingen en tot slot ook voor de deelstaten. Wat de deelstaten betreft, volstaat geen gewone meerderheid; daar is een bijzondere meerderheid voor nodig. Het is een sleutel die ook federaal helemaal niet in handen heeft. Ik ben van plan om de zaak opnieuw te agenderen op het Overlegcomité.
Ik hoop dat het zal kunnen worden toegepast in 2019. Ik heb al gezegd dat ik samen met u daar vragende partij voor ben. Ik denk dat het parlementsbreed gedragen wordt. In hetzelfde artikel in Le Soir ziet u ook de posities die worden ingenomen langs Franstalige kant. De PS was tegen en blijft tegen. We zien dat cdH pro is, dat Ecolo pro is en dat MR pro is. Als ik snel tel, dan kom ik aan de vereiste meerderheid aan Franstalige kant. Wat het standpunt finaal zal zijn, weet je natuurlijk niet. Er zijn ook partijen die deel uitmaken van een Franstalige meerderheid in de Franse Gemeenschapsregering en in de Waalse Gewestraad. FDF is ook pro. Als ik snel tel, kom ik aan Franstalige kant aan 37 op 63. Als iedereen doet wat meegedeeld wordt in het artikel van Le Soir, dan heb je de vereiste dubbele meerderheid en kan er werk van worden gemaakt. Als cdH wegvalt, heb je die niet meer. Ik hoop dat daar werk van kan worden gemaakt. MR is er ook sterk voorstander van, maar er moet meer dan één Franstalige partij steun aan verlenen.
Ik ga het opnieuw agenderen omdat het de moeite is om de modaliteiten en dergelijke te kennen. Ik heb dat ook gevraagd toen ik het de eerste keer op het Overlegcomité heb gebracht. Al de rest is partijpolitiek. De publieke verklaringen in Le Soir, voor wat ze waard zijn, stemmen toch overeen met wat mijn aanvoelen was, namelijk dat er een kans is dat er zich een tweederde en een dubbele meerderheid aftekent.
De heer Kennes heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor het antwoord en de stand van zaken. Het is goed dat u het opnieuw zult agenderen op het Overlegcomité en dat als iedereen bij zijn standpunt blijft, er een oplossing komt. We zullen afwachten of dat effectief zo zal zijn.
Ik dank de minister-president ook voor zijn antwoord. Ik wil er nog aan toevoegen dat ik dit persoonlijk een belangrijk dossier vind. Het is ‘not done’ dat men op een democratisch niveau landgenoten in het buitenland wel kan laten meebeslissen over de toekomst van het eigen land en dat men dat op een ander niveau niet kan. Het is gisteren trouwens uitvoerig aan bod gekomen op de informatiedag die we hebben gehad met onze Vlaamse afgevaardigden in het buitenland, die het zelf hebben aangebracht als een van de elementen waar onze Vlaamse landgenoten in het buitenland echt niet mee kunnen lachen, ‘between brackets’.
Minister-president, ik apprecieer dat u die inspanning verder zult leveren. Mocht er vanuit de commissie of het parlement enig initiatief bijkomend kunnen worden genomen, dan zullen we dat zeker niet laten. Misschien kunnen we daar ooit eens tijdens de regeling van de werkzaamheden over praten, uiteraard in overleg met het kabinet. Het enige wat hier telt, is het resultaat. We moeten geen initiatieven nemen die het eindresultaat in gevaar zouden kunnen brengen. Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat dit absoluut een democratisch deficit is dat we moeten oplossen. Dank u voor het antwoord en zeker voor het feit dat u het opnieuw zult agenderen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.