Vlaams Parlement neemt wijzigingsdecreet begeleidende taken voor dienstenchequewerknemers aan
Wie tewerkgesteld wordt met dienstencheques mag – of liever mocht – geen begeleidende taken uitvoeren op de werkvloer. Denk maar aan het opleiden van een nieuwe collega of iemand begeleiden in het kader van een stage of leertraject. Die begeleidende taken kunnen echter een cruciale rol spelen bij het uitbreiden van de opleidingsmogelijkheden voor de sector en het invullen van openstaande vacatures, twee ambities uit het Vlaams regeerakkoord. Hoe klonk het debat tijdens de plenaire vergadering?
Wijziging bestaande decreet
Volgens het bestaande decreet mochten dienstenchequewerknemers enkel activiteiten uitoefenen die betrekking hebben op thuishulp, taken die dus louter van huishoudelijke aard zijn. Een nieuwe werknemer begeleiden op de werkvloer in het kader van bijvoorbeeld een VDAB-stage was niet mogelijk. Daar wil de Vlaamse Regering met dit wijzigingsdecreet komaf mee maken. Een woordje uitleg van enkele Vlaamse volksvertegenwoordigers …
Debat in de plenaire vergadering
Voor Axel Ronse (N-VA) was het ontwerp van decreet een teken van waardering voor de huishoudhulpen: “Het laat toe dat een huishoudhulp vergezeld wordt van een andere, meer ervaren, collega om via een individuele beroepsopleiding (IBO) of VDAB-leertraject de job te leren. Daarmee zeggen we: beste huishoudhulp, je hebt een job waar we enorm veel respect voor hebben en wij willen in jou, in je leermogelijkheden, investeren.”
“Dankzij dit decreet wordt werkplekleren mogelijk in een van onze grootste en meest groeiende sectoren”, vertelde Robrecht Bothuyne (cd&v). “Ik denk dat het een stuk volwassenwording is van de sector, waarbij we erkenning geven aan de ervaring, kennis en kunde van huishoudhulpen.”
Ook Tom Ongena (Open Vld) vond het decreet een goede zaak: “Er zijn vandaag 750.000 gezinnen die rekenen op poetshulpen en jammer genoeg geconfronteerd worden met lange wachttijden. Er is in de dienstenchequesector een grote krapte aan arbeidskrachten. Met dit decreet kunnen we een bescheiden stap zetten om die wachttijden in te korten.”
Caroline Gennez (Vooruit) zag opportuniteiten in de basis van het ontwerp van decreet maar zal zich onthouden van de stemming: “We vinden dat er een gemiste kans is door zowel de mentor op de werkvloer als de stageloper niet te vergoeden. We hebben in de commissie gezegd dat we ons zullen onthouden van de stemming uit respect voor de duizenden dienstenchequemedewerkers die beter verdienen.”
“Er worden hier veel grote woorden gebruikt van hulde aan de helden van onze samenleving”, vertelde Jos D’Haese (PVDA). “En dan komen jullie met een ontwerp van decreet in een sector waar men al met ondermaatse loon- en arbeidsvoorwaarden zit, dat nu nog een slechter statuut invoert voor stagiairs.” Om die reden keurde PVDA het decreet niet goed.
85 parlementsleden stemden voor het decreet, 3 tegen en 22 onthielden zich van de stemming. Het ontwerp van decreet werd dan ook aangenomen.
