Het Vlaamse Gewest telt bijna 1.800 rooms-katholieke parochiekerken. Hiervan vervult een toenemend aantal niet langer of louter een religieuze functie. De Vlaamse Regering diende een ontwerp van decreet in om de her- en nevenbestemming van deze kerken te begeleiden. Afgelopen dinsdag besproken de leden van de verenigde commissies Binnenlands Bestuur en Onroerend Erfgoed het ontwerp van decreet en stemden ze erover.

Blijf op de hoogte van nieuws van het Vlaams Parlement

Kerken krijgen een tweede leven

De kerkpraktijk evolueert. Hierdoor verliezen steeds meer rooms-katholieke kerken hun religieuze functie. Toch zijn de kerken niet zomaar vastgoed dat vervangen kan worden. Veelal zijn het gebouwen met karakter, een boeiende geschiedenis en zijn ze neergepoot op prominente plaatsen in steden en dorpen. De vraag naar de toekomst van de kerken, die meestal eigendom zijn van de gemeente of een kerkfabriek, ligt aan de basis voor het ontwerp van decreet van de Vlaamse Regering. “Onze doelstelling is om steden en gemeenten, nog meer dan vroeger, te ondersteunen bij de her- en nevenbestemming van parochiekerken”, vertelde Bart Somers, minister van Binnenlands Bestuur, in de commissie.

In het ontwerp van decreet zitten nieuwe tools om de her- of nevenbestemming van de voormalige parochiekerken in goede banen te leiden. Enerzijds is er de verplichting een kerkenbeleidsplan op te maken, ofwel een schriftelijk document waarin de langetermijnvisie voor de kerk staat uitgetekend. “Zo’n kerkenbeleidsplan moet lokale besturen een beter beeld geven van de kwaliteiten, waarden en mogelijkheden van de kerk”, lichtte Matthias Diependaele, minister van Onroerend Erfgoed, toe. Anderzijds kunnen lokale en kerkbesturen een beroep doen op ruimere subsidiemogelijkheden om de her- of nevenbestemming te organiseren.

Commissieleden uitten enkele bijkomende vragen

Verschillende Vlaamse volksvertegenwoordigers vinden het ontwerp van decreet een goede zaak. “Dankzij dit ontwerp van decreet zullen er meer her- en nevenbestemmingen van parochiekerken kunnen worden gerealiseerd”, luidde het bij Manuela Van Werde (N-VA). Al vroeg ze zich wel af hoe en door wie er zal worden gewaakt over de kwaliteit van de plannen voor her- en nevenbestemming. Commissielid Joke Schauvliege (cd&v) plaatste het nut van dit ontwerp van decreet in volgende context: “Ongeveer een vijfde van de parochiekerken komt in aanmerking voor een herbestemming en een tiende voor een nevenbestemming.”

Er kwamen ook positieve geluiden vanuit oppositiepartijen Groen en Vooruit. Jeremie Vaneeckhout (Groen) zei dat hij het ontwerp van decreet zou ondersteunen, maar uitte nog twee bezorgdheden. “Enerzijds moeten we waken over de goede uitvoering van zo’n kerkenbeleidsplan en anderzijds moeten we blijven nadenken over de betrokkenheid van lokale actoren”, aldus Jeremie Vaneeckhout. Ook Kurt De Loor (Vooruit) had een bedenking: “We zijn een beetje bezorgd over het mogelijke onevenwicht van de subsidiëring van de Vlaamse overheid tegenover de inspanningen van de kerkelijke overheid. We hadden liever gezien dat in het ontwerp van decreet ook een concreet engagement van de kerkfabrieken werd opgenomen.”

Vlaams Belang onthield zich van de stemming om volgende redenen: “Her- of nevenbestemming kan zeker voor ons, mits er aandacht is voor burgerparticipatie en een respectvolle invulling van de gebouwen”, vertelde Kristof Slagmulder (Vlaams Belang). Daarbij kan het volgens hem niet de bedoeling zijn dat de gebouwen bijvoorbeeld worden overgenomen door een andere geloofsdienst.

De volgende stap?

De commissieleden stemden met 19 stemmen voor het ontwerp van decreet. Vijf commissieleden onthielden zich van de stemming. Binnenkort zal het ontwerp van decreet dus besproken worden tijdens de plenaire vergadering en zal het Vlaams Parlement erover stemmen.

Herbekijk de bespreking en de stemming

Scroll naar boven