Minstens 150 minuten bewegen per week zou goed zijn voor de gezondheid. Meer dan een vierde van de volwassenen in Vlaanderen doet dat niet, zo blijkt uit de Preventiebarometer van Sciensano. De grootste belemmeringen? Te weinig tijd, geen zin of het gebrek aan een metgezel om samen mee te bewegen. Wat vindt minister Ben Weyts van deze resultaten? En hoe wil hij meer bewegen stimuleren? Het ging erover in de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media.

Blijf op de hoogte van nieuws van het Vlaams Parlement

“Minister, een kwart van de volwassenen in Vlaanderen beweegt minder dan 150 minuten of 2,5 uur per week”, begon commissielid Annick Lambrecht (Vooruit). Het zijn cijfers uit de Preventiebarometer van Sciensano, die werd afgenomen in opdracht van het Vlaams agentschap Zorg en Gezondheid. Ze bevroegen 4.011 inwoners van Vlaanderen, die ouder zijn dan 18 jaar. Annick Lambrecht somde de grootste struikelblokken op waarom er te weinig wordt bewogen: “tijdsgebrek, te weinig interesse in lichaamsbeweging en een gemis van iemand om samen mee te bewegen”. Wie beweegt er onvoldoende? Vaker zijn het vrouwen dan mannen. Verder zijn het meestal laagopgeleiden, personen die het financieel niet zo breed hebben en personen met overgewicht, gaf Annick Lambrecht aan. En qua leeftijdsgroepen springen de 35- tot 54-jarigen en 75-plussers erbovenuit.

“Wat is uw reactie op die resultaten? Hoe wilt u groepen die onvoldoende bewegen, aan het bewegen krijgen? En hoe wilt u mensen bereiken die het financieel moeilijk hebben, zeker nu veel sportclubs hun lidgeld verhogen als compensatie voor de gestegen energiekosten?”, wou ze van de minister weten.

Sportbeleid zet al stevig in op meer bewegen

Minister Ben Weyts begon met een positieve noot: “Er zijn gelukkig steeds meer Vlamingen die sporten of bewegen. De groep die wekelijks aan sport doet, zit in stijgende lijn. En Vlamingen die al sporten, doen dat steeds vaker.” In zijn beleid focust hij daarom bijvoorbeeld sterk op de ‘sportoverwegers’, diegenen die nog een laatste duwtje in de rug nodig hebben. Hij verwees daarbij naar acties zoals de ‘goedevoornemenscampagne’, samen sporten met een buddy of het promoten van sport op het werk. Hij haalde daarnaast cijfers van Statistiek Vlaanderen aan, waaruit blijkt dat 86 procent van de bevolking minstens één keer per jaar aan sport doet. “Dat zijn goede cijfers, waar we op verder kunnen bouwen”, zei hij.

De minister wil zich naast de ‘sportoverwegers’ ook richten op andere doelgroepen die nog te weinig bewegen, zoals meisjes en vrouwen. “We zien nog steeds een lagere sportparticipatie van vrouwen ten opzichte van mannen: 41 procent ten opzichte van 59 procent. Dat is toch nog altijd een aanzienlijk verschil. Er is ook een hogere drop-out bij meisjes in de leeftijdscategorie 10 tot 19 jaar”, gaf hij aan. De komende twee jaar wil de minister 11 sportfederaties ondersteunen om meer meisjes en vrouwen te activeren. Een andere doelgroep die de minister op de radar heeft staan, zijn kansengroepen. Dankzij projectfinanciering kunnen sportfederaties zich hier beter op afstemmen.

Ook kwetsbare groepen, die bijvoorbeeld door gezondheidsredenen minder sporten, vallen niet uit de boot. De minister gaf aan dat meer en meer artsen beseffen dat sporten belangrijk is als preventiemiddel, maar ook als ‘medicijn’. “Starten met sporten en blijven sporten na een diagnose, zij het onder medische begeleiding, kan voor veel patiënten het verschil maken. Gezond Sporten heeft verschillende informatiebrochures ontwikkeld rond sport in combinatie met kanker of diabetes”, zei hij.

Over de mogelijke financiële drempels om aan sport te doen, zei de minister dat er toch al wat tegemoetkomingen werden gedaan. Zo hebben sportclubs de mogelijkheid om de factuur van leden te verlichten door een gespreide betaling voor te stellen. Hij besloot dat er vanuit het Vlaams sportbeleid dus heel wat inspanningen worden gedaan om sporten en voldoende te bewegen aan te moedigen.

Het debat vond plaats op woensdag 3 mei.

Herbekijk het volledige debat

Relevante thema's

Sport

Lees verder

Scroll naar boven