Report plenary meeting
Report
De heer Daniëls heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, vorige vrijdag heeft de Vlaamse Regering beslist om in 2015 36 miljoen euro aan capaciteitsmiddelen te verdelen: 35 miljoen euro voor bouw en ongeveer 1 miljoen euro voor huur. Die capaciteitsmiddelen worden toegekend boven op de reguliere middelen die sinds 2010 worden vrijgemaakt en ongeveer 280 miljoen euro bedragen. Samen met ons stelde u vast dat van de 188 miljoen euro die sinds 2010 reeds is verdeeld, eigenlijk maar 36 miljoen euro of 19 procent voor extra stoelen heeft gezorgd. We weten uiteraard allemaal dat het niet volstaat om vandaag geld te hebben om ook morgen een school te hebben. Het bouwtraject kan bezaaid liggen met allerlei hindernissen. Maar het valt toch op: 44 procent van de middelen – 82 miljoen euro die sinds 2010 zijn toegekend – blijven op dit ogenblik volledig ongebruikt. Er zijn nog geen plannen of vergunningen.
Ik ben eens gaan kijken over welke regio’s het gaat. Gent krijgt sinds 2010 capaciteitsmiddelen. In Gent blijf 60 procent van die middelen ongebruikt. Brussel krijgt sinds 2010 capaciteitsmiddelen. In Brussel blijf 44 procent van die middelen ongebruikt. Halle krijgt sinds 2010 capaciteitsmiddelen. In Halle blijf 54 procent van die middelen ongebruikt. In de begroting was 50 miljoen euro opzijgezet voor capaciteitsuitbreiding. Nu hebt u 36 miljoen euro uitgedeeld. Mijn vraag is dan ook: hebt u slechts 36 van de 50 miljoen euro verdeeld omdat u rekening hebt gehouden met het feit dat in sommige regio’s nog steeds slapend geld ligt?
Minister Crevits heeft het woord.
Mijnheer Daniëls, het antwoord op uw vraag is neen. In de begroting 2015 is 50 miljoen euro uitgetrokken. U kunt in talrijke verslagen terugvinden dat die waren bestemd voor zowel capaciteit als reguliere scholenbouw. In het regeerakkoord willen we een dubbel evenwicht houden. Er zijn heel grote noden qua capaciteit en ook qua reguliere scholenbouw.
Het was aanvankelijk mijn idee, ik zal er open over zijn, om het 25/25 te verdelen. Maar toen we de aanmeldingen van de gemeenten binnenkregen, hebben we dan toch beslist om 35 van de 50 miljoen euro te besteden voor capaciteit. De 15 miljoen euro die overblijft, gaat naar reguliere scholenbouw. Bij de verdeling is wel rekening gehouden met de capaciteitsdruk, de bevolkingsprognoses en de middelen die in het verleden al zijn toebedeeld.
De procedure zelf vind ik niet zo ideaal, ze wordt nu al een aantal jaar gevolgd. We moeten kijken hoe we dat transparanter kunnen maken en vooral hoe we ervoor kunnen zorgen dat de middelen die worden uitgetrokken zeer snel worden ingezet. Ik kan niet ingaan op alle regio’s, maar ik stel vast en dat vind ik een heel positieve evolutie, dat sinds de communicatie vrijdag verschillende steden al eigen inventarissen aan het maken zijn. Ik heb nu een heel gedetailleerd overzicht van Antwerpen, waar de knelpunten zitten.
Mijn bedoeling is om voor de middelen waarvoor nog geen AGIOn-dossier is ingediend of waarvoor nog geen eerste tekeningen zijn gemaakt, te kijken hoe we sneller tot realisatie kunnen overgaan. De capaciteitsmiddelen die worden toebedeeld, zijn middelen om dringend in extra capaciteit te voorzien, en dan moet je er natuurlijk voor zorgen dat het allemaal zo snel mogelijk kan gaan. De verdeling van de 50 miljoen euro is dus 15/35. Nu kijken we, bij de oude dossiers, hoe we voor de 44 procent waarvoor nog niets vergund is, dat zo snel mogelijk kunnen laten doen. Ik heb toch de indruk dat de gemeenten daar nu zeer actief in zijn en er ook zeer intens aan zullen meewerken.
Minister, ik ben blij dat u erop hamert en dat u de cijfers nu eens naar buiten brengt van hoeveel er in se niet wordt gebruikt. Middelen voor capaciteit, en dat zegt u zeer terecht, moeten zeer dringend zijn en snel inzetbaar. Daar gaat het over. Mensen die een plaats zoeken voor hun kinderen, willen daar zeker van zijn, en dan krijg je het moeilijk uitgelegd.
Ik verwijs ook naar de motie van 16 oktober 2014 die ik samen met enkele collega’s heb ingediend en die ook is goedgekeurd door dit parlement. We hebben gesteld dat er extra capaciteit moet worden ingezet in de meest urgente situaties. Ik ben het dus met u eens dat we in die criteria dringend moeten kijken wat nu het meest urgent is. Er zijn voor 408 miljoen euro dossiers ingediend. Ze zijn allemaal allicht urgent, maar er zijn er altijd die meer urgent zijn dan andere.
We hebben op dit moment ook nog altijd leegstaand schoolpatrimonium en zelfs schoolpatrimonium dat wordt verkocht. Bent u bereid om daarmee iets te doen?
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik blijf hameren op een evenwicht tussen de middelen voor capaciteit, waar er een vraag is voor tientallen miljoenen euro’s, en de reguliere wachtlijsten, waar er een problematiek is van 4 miljard euro. Voor de capaciteitsmiddelen, minister, wijs ik er al jaren op dat het evenwicht dat is opgenomen in Onderwijsdecreet II niet wordt nageleefd. Het is uiteraard veel gemakkelijker als je voor 100 procent subsidies krijgt dan voor 70 procent.
Bovendien is het voor mij niet nieuw. Ik heb al tot vervelens toe in de commissie gezegd dat de huidige procedure voor capaciteitsmiddelen niet altijd efficiënt verloopt. Ik ben uitdrukkelijk vragende partij en mijn fractie ook om AGIOn een grotere rol te geven bij de capaciteitsdossiers.
De heer De Ro heeft het woord.
Minister, ik heb het u vrijdag ook persoonlijk laten weten. Ik wil u danken voor de duidelijke keuze die u hebt gemaakt. U hebt 50 miljoen euro. U krijgt voor meer dan 400 miljoen euro aanvragen. Dan keuzes maken en methodieken ontwikkelen is niet gemakkelijk. Ik denk dat deze Vlaamse Regering voor het eerst een aantal dingen echt heeft bekeken en verschillende parameters en criteria heeft genomen om die keuzes te maken.
Ik was daarnet samen met de heer Segers te gast bij de taskforce Onderwijs in de Vlaamse Rand. Capaciteit was daar een van de thema’s. Er is grote tevredenheid in de Rand en in Brussel dat het gebied samen is bekeken door de Vlaamse Regering. Dat moeten we ook eens zeggen.
De heer Daniëls heeft het over een aantal gemeenten waar het realisatiepercentage nog niet is wat het moet zijn. Ik heb op een aantal fora gehoord dat er op heel korte termijn in een aantal steden en gemeenten echt wel vooruitgang is geboekt. We moeten de steden en gemeenten niet met de vinger wijzen maar hen aanmoedigen om de middelen die al ter beschikking zijn gesteld en die nu opnieuw ter beschikking staan, zo snel mogelijk in te zetten. Elke ouder die staat te wachten of een tentje moet opzetten, is er een te veel in 2015.
Minister, ik heb een prangende vraag die ook daarnet al is gesteld. Deze beslissing is heel belangrijk maar gaat alleen over het basisonderwijs. Ik denk dat het ook belangrijk is dat u aangeeft op welke termijn het masterplan scholenbouw zal worden opgesteld en dat er ook aandacht zal gaan naar het secundair onderwijs. De kinderen worden ook in die capaciteitsgemeenten ouder dan 12 jaar
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Minister, ik ben toch een beetje verbaasd dat uw collega-partijgenoot zegt dat de Vlaamse Regering een investeringsregering moet zijn waar we volop voor gaan. We zien echter dat in het meest prangende infrastructuurprobleem in Vlaanderen – duizenden kinderen die in de rij staan om een plekje op school te vinden of duizenden schoolgebouwen die verouderd zijn – niet extra wordt geïnvesteerd maar gedesinvesteerd. Er is 43 miljoen euro minder uitgetrokken bij de begrotingsopmaak 2015. En nu presteert men het om nog eens 15 miljoen euro minder uit te geven. En dan trekt men hier in het Vlaams Parlement de paraplu open en zegt men dat het de schuld is van de lokale taskforces, van het Gemeenschapsonderwijs, van de inrichtende machten. Wel minister, als ik op uw plek zou zitten, dan zou ik echt wel proberen na te gaan hoe ik de regelgeving kan vereenvoudigen zodat die investeringen sneller kunnen en hoe ik de lokale taskforces kan engageren om die investeringen sneller gerealiseerd te zien op het terrein. In alle intellectuele eerlijkheid zou ik ook zeggen wat we nu effectief overhebben voor scholenbouw, en dat is niet meer maar minder dan vorig jaar terwijl de noden elk jaar toenemen, en dat is een grote schande. (Applaus bij sp.a)
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, dit is inderdaad geen nieuw geld. Die 50 miljoen euro provisie had u vorig jaar al bekendgemaakt. Het is ook geen extra geld want u hebt toen 43 miljoen euro bespaard op de reguliere middelen. Dit is oude wijn in nieuwe zakken, opgewarmde kost. Wat u wel hebt gedaan, is inderdaad die verdeling bekendgemaakt. Maar 36 miljoen euro in het licht van 408 miljoen euro die de taskforces nodig hebben en gevraagd hebben, is absoluut veel te weinig.
Een aantal steden doen het volgens uw cijfers niet zo goed wat de realisatiegraad betreft, maar dat zijn dan ook steden die ervoor kiezen om geen containers te zetten maar om grondige verbouwingen te doen, nieuwbouwprojecten te realiseren. Zij botsen natuurlijk op de regelgeving van de Vlaamse overheid. Zij vragen dan ook om de procedures te versoepelen en sneller te maken. En daar hebt u wel degelijk een verantwoordelijkheid.
Minister, hoe zult u voorzien in meer middelen die nodig zijn wanneer er 408 miljoen euro is gevraagd en u trekt er maar 36 miljoen uit? Hoe zult u de procedures versoepelen, verbeteren en versnellen?
Mijnheer Daniëls, het is evident dat wij proberen een zicht te krijgen op het leegstaand schoolpatrimonium of op het patrimonium dat wordt verkocht. Ik heb samen met GO! en AGIOn bekeken hoe we daar sneller informatie over kunnen krijgen.
Mevrouw Gennez, ik wil me ook even persoonlijk tot u richten. Ik vind het eigenlijk spectaculair dat u zegt ‘als ik op uw plek zou zitten’. U hebt niet een maar twee legislaturen op mijn stoel gezeten en wat zien we? Lange wachtlijsten en ontransparante procedures! (Applaus bij de meerderheid)
Het is voor mij, na zeven maanden, hallucinant om vast te stellen dat als ik aan de administratie vraag om een perfect overzicht te krijgen van hoe de middelen sinds 2010 worden aangewend, het bijzonder moeilijk is om dit te krijgen. Het is voor mij ook zeer hallucinant om vast te stellen dat we anno 2015 nog moeten starten met het permanent monitoren van al die dringende capaciteitsdossiers. U kunt me dan verwijten dat het mij op zeven maanden nog niet is gelukt, maar ik verwijt het dan evengoed mijn voorgangers dat ze er nooit aandacht aan hebben besteed. Dat is nu eenmaal de realiteit. (Applaus bij de N-VA)
Mijnheer De Ro, ik apprecieer trouwens heel erg uw opmerking. U hebt de moeite gedaan om vanmiddag, samen met een aantal andere collega’s, naar de taskforce Vlaamse Rand te gaan. De Vlaamse Rand zegt nu ook voor het eerst dat het geïntegreerd wordt bekeken. Dat is natuurlijk het grote probleem van de Rand: er zijn de middelen voor Brussel, maar het probleem deint uit en moet dus geïntegreerd worden onderzocht.
Collega’s, het masterplan scholenbouw is een van de uitdagingen van deze legislatuur. Zoals ik ook al in de commissie heb gezegd, moeten tegen de zomer de grote lijnen hiervan vastliggen. Evident is het van belang om het scholenpatrimonium te monitoren en te zorgen dat er geen gebouwen leeg staan. Mijnheer Daniëls, soms is het natuurlijk moeilijk: als een school die capaciteit niet meer nodig heeft, kun je die niet zomaar verhuizen naar een andere school. We moeten sneller en korter op de bal spelen.
De 50 miljoen euro stond inderdaad op een provisioneel artikel. Ik heb notulen van de voorbije weken en maanden opnieuw gelezen en wat de heer De Meyer zegt, is natuurlijk terecht. We moesten zoeken op welke manier we die 50 miljoen euro zouden verdelen. Ik heb altijd gezegd dat ze enerzijds naar capaciteit zou gaan en anderzijds naar reguliere investeringen. Het is geen 25 miljoen-25 miljoen euro geworden. Mijnheer De Meyer, ik weet dat u dat misschien liever had gehad, maar het is 35 miljoen-15 miljoen euro geworden omdat het voor mij wel cruciaal is om elk kind een stoeltje te kunnen geven. Even cruciaal is het dat die 188 miljoen euro, die in de voorbije jaren is vrijgemaakt, ook effectief tot uitbreiding aanleiding geeft. Dat is wat er de komende periode zal gebeuren.
Mevrouw Meuleman, u zegt dat ik de steden niet mag stigmatiseren en dat is juist. Ik stel wel vast dat sinds vrijdag de steden, ook Gent, nauwkeurig een overzicht maken van hun problemen. Het interesseert mij totaal niet om overzichtjes te maken van wat nog niet in orde is. Het interesseert me wel om, naar aanleiding van een interventie, ervoor te kunnen zorgen dat het sneller gaat en om eventuele hinderpalen weg te nemen.
U zegt dat er gekozen wordt om capaciteitsmiddelen te gebruiken om zeer uitgebreid grote verbouwingen te doen, dan moeten we misschien ook eens de vragen die gesteld worden, onderzoeken. Nu hebben de steden de middelen gekregen en er wordt gevraagd om dossiers in te dienen die heel snel gerealiseerd kunnen worden. Ik denk dat de lokale taskforces er ook moeten op letten dat de middelen worden geïnvesteerd in die zaken die snel tot resultaten kunnen leiden.
Collega’s, ik deel uw gezamenlijke zorg dat we met de bestaande middelen zoveel mogelijk moeten investeren. Het is een dubbel spoor volgen: capaciteit en reguliere investeringen.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. We moeten inderdaad de twee sporen volgen: capaciteit en reguliere investeringen.
Het siert deze regering dat ze eindelijk eens die oplijsting van de capaciteitsmiddelen maakt. Het beeld is niet zo fraai en u krijgt uiteraard de vragen. We moeten ook zo snel mogelijk werken aan een objectieve en accurate evaluatie van het systeem van de criteria en juiste prognoses maken.
Mevrouw Gennez, soms denk ik ‘Spreken is zilver en zwijgen is goud’. Die 5 miljard euro is niet ontstaan op het moment dat deze regering is gestart. Die 5 miljard euro is niet ontstaan toen deze meerderheid is begonnen. Ik heb één slogan van de voorgangers van uw partij goed onthouden: “Stenen betogen niet.” Daarom waren de kredieten voor infrastructuur weg, mevrouw. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.