Report plenary meeting
Report
De heer Ceyssens heeft het woord.
Voorzitter, we hebben het verleden week in de commissie nog gehad over de terbeschikkingstelling van publieke data over mobiliteit voor de ontwikkeling van private mobiliteitsapps. Uiteindelijk is de oprichting aangekondigd van een open platform waarin de verschillende data ter beschikking zullen worden gesteld. Op die manier zullen de mensen die zich verplaatsen, snel kunnen berekenen welke vervoersmodi voor hen het geschiktst of het snelst zijn.
Minister, we hebben het tijdens dat debat ook gehad over de terughoudendheid van de NMBS om die data ter beschikking te stellen. We waren het er toen roerend over eens dat de NMBS er alle belang bij had die data ter beschikking te stellen. Hoe beter de reistijden gekend zijn, hoe meer mensen de trein zullen nemen.
Afgelopen maandag heb ik het opiniestuk van de hoofdredacteur van Mondig Mobiel gelezen. Hij heeft met betrekking tot De Lijn een aantal bemerkingen gemaakt waarover we het morgen in de commissie waarschijnlijk nog zullen hebben.
Een aantal bemerkingen over de communicatie van De Lijn zijn me opgevallen. Volgens mij zijn het er een zestal. Hij heeft zijn beklag gedaan over de vele foutmeldingen op de website van De Lijn en over het feit dat de routeplanner moeilijk te vinden is. Hij heeft erop gewezen dat de website zelfs drie dagen offline is geweest. Op dat ogenblik moet iedereen noodgedwongen terugvallen op de papieren dienstregeling, die op veel plaatsen niet beschikbaar is. Er waren nog bemerkingen. Er is te weinig gecommuniceerd over het feit dat een sms-ticket na een uur vervalt.
Minister, naar aanleiding van deze opmerkingen over de communicatie verwijs ik even naar de vaststelling die we vorige week hebben gedaan. Dit gebrek aan communicatie moet u hebben gefrustreerd. Een slager die zelfgemaakte gehaktballen heeft, zal er geen enkele verkopen als zijn klanten niet weten dat ze te koop zijn. De Lijn moet ervoor zorgen dat de mensen weten wanneer de bus rijdt. Ik zou graag weten of met deze opmerkingen al iets is gedaan.
Minister Weyts heeft het woord.
Voorzitter, sinds januari 2015 is, voor alle duidelijkheid, de nieuwe site van De Lijn staat online. Er zijn vanzelfsprekend enkele kinderziektes. Ik ben de eerste om een en ander te relativeren.
Ik heb laten optellen hoeveel uren de website offline is geweest. Er zijn wat kleine incidentjes geweest. Het gaat om 14 uur op een totaal van 2200 uur. Dit betekent dat de gloednieuwe website gedurende 99,93 procent van de tijd perfect heeft gefunctioneerd. Dit plaatst een en ander in perspectief.
Bovendien gaat het om een veelgebruikte website. Om iedereen een idee te geven, geef ik even de cijfergegevens voor februari 2015 weer. Er zijn gedurende die maand 1.780.000 bezoekers geweest. Die website functioneert wel degelijk.
We hebben de website overigens ook door een onafhankelijk bureau laten testen. Wat de functionaliteit betreft, scoort de website zeer hoog. Dit betekent niet dat er niet meer aan verbeteringen kan worden gewerkt.
De website is gedurende een weekend offline geweest. Dit is echter op voorhand aangekondigd. De elektriciteitswerken in het datacenter in Mechelen vormden de oorzaak. Aangezien dit op voorhand werd aangekondigd, vind ik dit begrijpelijk.
De routeplanner staat op de website van De Lijn. Dat is in orde. Ik heb het zelf nagekeken. Op elke pagina staat een link naar de routeplanner.
De Lijn beschikt momenteel over een aantal apps. Voor personen met een handicap is er een app met halteaankondigingen. Ik heb die app eind vorig jaar nog zelf gelanceerd. Het is belangrijk dat blinden op voorhand een signaal krijgen zodra de halte nadert. Een andere app is een mobiliteitsplanner. Die app bestaat al jaren en houdt rekening met de huidige positie van de reiziger. Hij moet dit zelfs niet meer invoeren. De app berekent alles op basis van zijn gps-locatie. Hij kan invoeren waar hij heen moet en hoe laat hij daar moet toekomen. De app stelt hem dan een route voor op basis van het aanbod van De Lijn en desgevallend zelfs van de NMBS.
Mijnheer Ceyssens, wat de website betreft, zijn er ongetwijfeld wat kinderziektes. Al bij al is dit echter relatief. Er is echter altijd ruimte voor verbetering.
Minister, ik weet dat er heel wat apps zijn voor De Lijn. Ik heb het nog eens nagekeken. Er zijn zelfs apps om kinderen te leren hoe ze zich moeten gedragen op een bus. Het stressmannetje is zo’n app. Voor alle duidelijkheid: ik ridiculiseer dat niet. Ik vind het belangrijk. Maar de eerste info moet nog altijd communicatie zijn naar de reiziger toe. Als we die 14 uren tegenover 2200 uren plaatsen, is dat relatief gezien weinig. Maar diegene die die bus moet pakken of zoekt tijdens die 14 uren, zal vruchteloos zoeken naar communicatie.
Ik denk dat er vandaag genoeg mogelijkheden zijn om met verschillende servers te werken. Om nieuwigheden uit te testen, wordt er meestal met verschillende servers gewerkt. Volgens mij moet het dus perfect mogelijk zijn om zoiets online te houden.
Minister, kunnen we het erover eens zijn dat alle info van De Lijn elektronisch permanent ter beschikking moet worden gesteld?
De heer Keulen heeft het woord.
Ik ben ook wel eens kritisch over De Lijn. Ik denk nochtans, mijnheer Ceyssens, dat in dezen ook een stuk goede wil moet worden erkend.
Wat mij wel opvalt – en dat komt de laatste weken aan de oppervlakte – is dat er een verstoorde relatie is tussen De Lijn aan de ene kant en een aantal reizigersverenigingen aan de andere kant, zoals TreinTramBus. Ik lees daarover scherpe analyses. Minister, ik denk dat het goed is dat De Lijn rond de tafel gaat zitten met die reizigersverenigingen.
Communicatie is in deze digitale tijden iets waarop mensen voor de volle 100 procent moeten kunnen rekenen. Er moet inderdaad in depannagemogelijkheden worden voorzien op het ogenblik dat het digitale het laat afweten. Al bij al denk ik wel dat De Lijn daarvan doordrongen is. Dat zou toch zo moeten zijn. De grote baas is een gewezen journalist.
Ik denk dat het in de praktijk wel meevalt. Het ideale is vaak de vijand van het goede. Maar hier moeten we toch naar het ideale streven.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Collega’s, de vraagsteller en ook de minister hebben het vooral gehad over de digitale communicatie van De Lijn. Maar, minister, er zijn heel wat gebruikers van de bus en tram die niet met de smartphone vergroeid zijn of thuis achter de laptop zitten. Zij hebben nood aan analoge communicatie. Op dat vlak wil ik u toch voorleggen dat ik het nog altijd vreemd vind dat de LijnInfo nog altijd 30 cent per minuut moet kosten voor diegenen die geen app kunnen bedienen.
Verder is mij ook ter ore gekomen dat de dienstregelingsboekjes zouden worden afgeschaft in het kader van de besparingen. Ik heb al wat mails ontvangen van ouderenverenigingen. Zij zeggen dat oudere gebruikers graag zo’n boekje hebben over de bussen in de regio’s zodat ze gemakkelijk kunnen opzoeken waar en wanneer die bussen rijden. Minister, klopt het dat die worden afgeschaft? Zo ja, dan zou ik dat betreuren.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Voorzitter, communicatie is natuurlijk enorm belangrijk. Zoals de minister zegt, is dat een werk dat steeds in progressie is, zowel de communicatie met de burgers, als de communicatie met de lokale besturen.
Maar ik hoor hier dat de website 14 uren op 2400 uren offline is geweest. Bovendien was het offline zijn van die website op voorhand aangekondigd. Alle overige onduidelijkheden komen morgen aan bod tijdens een uitgebreide bespreking met de ombudsman in de commissie. Ik heb dus geen bijkomende vragen aan de minister, maar wel aan de voorzitter van dit parlement. Voorzitter, wat zijn de criteria waarop actuele vragen worden toegelaten in dit halfrond?
Mevrouw De Ridder, u mag straks bij mij op kantoor komen, en dan zal ik het u wel uitleggen. (Gelach)
Minister Weyts heeft het woord.
Blijkbaar vond er vroeger wel een gestructureerd overleg plaats met de vereniging TreinTramBus. Ik heb samengezeten met TreinTramBus en gezegd dat ik ervoor zal pleiten om dat overleg, dat om een of andere reden een stille dood is gestorven, opnieuw op te starten. Ik heb De Lijn gevraagd om dat overleg op structurele basis opnieuw op te nemen, zodat er ten minste een directe communicatie is. Dat zal ook wel gebeuren.
Met betrekking tot de dienstregelingsboekjes heb ik nog geen operationeel voorstel gezien. Vooralsnog moet ik het antwoord schuldig blijven. Ik koester weinig begoochelingen. Ongetwijfeld zult u me die vraag nogmaals stellen in de commissie. Ik zal daar dan waarschijnlijk informatie over hebben gekregen van De Lijn.
Voor alle duidelijkheid, mevrouw De Ridder, ik ben niet op het kantoor van de voorzitter geweest.
De vraag wordt toegespitst op het 14 uur offline zijn van de website. Dat was één van de zes opmerkingen. Ik stel vast dat een belangrijke reizigersvereniging bemerkingen heeft en dat zes punten gingen over communicatie. Minister, ik denk dat we het erover eens zijn dat communicatie de essentiële sleutel is om toegang te hebben tot openbaar vervoer en dat we daar maximaal op moeten inzetten.
De actuele vraag is afgehandeld.