Report plenary meeting
Report
Voorstel tot aanvulling van de agenda
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Bart Van Malderen bij motie van orde een voorstel gedaan tot aanvulling van de agenda met de motie van mevrouw Freya Van den Bossche en de heren Bart Van Malderen en Jan Bertels tot onderzoek door het Rekenhof naar de financiering van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, bij verschillende gelegenheden heeft minister Vandeurzen en ook andere leden van de regering aangekondigd dat er deze legislatuur een groeipad zou bestaan binnen de bevoegdheid Welzijn, Volksgezondheid en Gezin van 500 miljoen euro. Niet gering was onze verbazing toen we twee weken geleden in de meerjarenbegroting van de Vlaamse Regering onder de noemer Welzijn de vermelding vonden ‘het afgesproken besparingsplan’.
Dit besparingspad – in plaats van een groeipad – zou er dus toe leiden dat de begroting Welzijn tegen het einde van de legislatuur zou stijgen met 8 miljoen euro en niet met de eerder vermelde 500 miljoen euro.
Uiteraard is dit in flagrante tegenstrijd met eerdere beweringen, en het legt een hypotheek op een correct debat in dit parlement. Tijdens eerdere debatten werd het bestaan van een dergelijk afgesproken besparingspad steevast ontkend of genegeerd. Ook tijdens de begrotingsbesprekingen in de commissie Welzijn en de commissie Begroting werd eigenlijk tot het moment dat die meerjarenbegroting opdook, altijd uitgegaan van de aangekondigde 500 miljoen euro bijkomende middelen – ik zeg wel: 500 miljoen euro, en geen 8 miljoen euro. Ondanks herhaaldelijke pogingen hebben we sindsdien op geen enkele manier duiding over of een heldere verklaring van dit besparingspad gekregen.
U zult ongetwijfeld onze ongerustheid begrijpen, want dergelijk omvangrijk besparingspad zal onontkoombaar leiden tot prijsstijgingen of tot een vermindering van de kwaliteit. Bovendien wordt op deze manier heel duidelijk niet tegemoetgekomen aan de door niemand ontkende tekorten in de zorgsector. Zo worden de wachtlijsten geen centimeter korter. Dat zorgt in verschillende sectoren voor verwarring. Zo-even behandelden we actuele vragen over de woonzorgcentra van leden uit oppositie én meerderheid. De heer Bertels vroeg de minister uitdrukkelijk om een toelichting te geven, maar daar is hij niet op ingegaan.
Ik zou voorbeelden uit andere sectoren kunnen aanhalen, maar aangezien het vandaag de Internationale dag van personen met een handicap is, put ik voorbeelden uit die sector. Op 12 november publiceerde de minister van Welzijn de omzendbrief over het uitbreidingsbeleid. Daarin kondigt hij voor de komende jaren op gedetailleerde wijze het uitbreidingsbeleid aan, voor een totaal bedrag van 330 miljoen euro aan bijkomende middelen. Nochtans moest diezelfde minister dat in de commissie nuanceren, want hij stelt dat een bedrag van 13,5 miljoen euro recurrent wordt bespaard in de sector voor personen met een handicap. In 2016 wordt 18 miljoen euro uitgetrokken, wat betekent dat voor dat jaar er netto niet erg veel zal bijkomen. Dat is duidelijk wanneer men een blik werpt op de concrete besparingen die aan deze sector extra worden opgelegd.
Voor mij, als parlementslid, maar wat erger is, ook voor de stakeholders, is het onmogelijk om in te schatten wat de reële impact zal zijn van het beleid op de capaciteit van de sector – en ook op die van andere sectoren. De vraag kan terecht worden gesteld of de minister wel over de beloofde middelen zal beschikken. Ze staan op papier, maar komen ze er ook? Eerder al gaf de minister in de commissie Welzijn toe dat voor 2015 247 miljoen euro zal worden bespaard. Bovendien stellen we vast dat tussen de meerjarenbegroting van 2014 die de administratie heeft opgesteld ten behoeve van de regeringsonderhandelingen en de nota over het meerjarenbeleid een bijkomend verschil van 232 miljoen euro is ingeschreven. Hoe het zit, weten we niet. We hebben alles geprobeerd om aan informatie te geraken.
Voorzitter, ik weet dat u een goed debat belangrijk vindt. We kunnen onmogelijk een goed debat over de begroting voeren zonder deze informatie. Ik vraag dus dat het Rekenhof zich opnieuw over deze deelbegroting voor de beleidsdomeinen Volksgezondheid, Welzijn en Gezin kan buigen, zodat we weten wat de impact is van het afgesproken besparingsplan.
Bij deze wil ik mevrouw Van den Brandt en de heer Bertels feliciteren voor hun eerste optreden in dit halfrond. (Applaus)
Mevrouw Van den Brandt heeft het woord.
Voorzitter, de Groenfractie zal deze motie steunen. De argumenten zijn grotendeels opgesomd. We kunnen ons daarin vinden. Ook wij moeten vaststellen dat er telkens wordt uitgepakt met 65 miljoen euro aan investeringen in Welzijn. Dat is goed, zou je dan zeggen. Onze eerste reactie was: het is goed, maar het is te weinig, want voor de verkiezingen heeft iedereen meer beloofd dan dit. We weten dat dit onvoldoende is. Toen de begroting binnenkwam, bleek echter dat tegenover die 65 miljoen euro 247 miljoen euro aan besparingen stond. Dan kan je niet meer over investeringen spreken. Dan kunnen we ons alleen maar aansluiten bij de analyse van het Rekenhof: alle investeringen zullen worden geneutraliseerd door de besparingen die er tegelijkertijd gebeuren.
De vragen die we hierover hebben gesteld in de commissie, hebben enkel vaagheid gecreëerd. Het was nog niet duidelijk op welke manier besparingen zouden worden doorgevoerd, en het was ook vooral nog niet duidelijk op welke manier investeringen zouden worden ingevoerd. Op welke manier wordt de 40 miljoen euro die naar personen met een handicap gaat, geïnvesteerd? Het is niet duidelijk. Op welke manier wordt de besparing van 20 miljoen euro daarop uitgevoerd? Het is niet duidelijk. Als dan blijkt dat er behalve die onduidelijkheid en boven op die grote besparingen ook nog fouten in de rekening zitten, dan denk ik dat we deze motie moeten steunen.
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, gezien de onduidelijkheid en de waas van mysterie die over de nochtans aanzienlijke begroting van Welzijn blijft hangen, ook vandaag nog, tijdens de actuele vragen hier in het parlement, en aangezien te vrezen valt dat er bij de begrotingsbesprekingen ook nog altijd geen deftig, serieus antwoord zal komen op de vele gestelde vragen, zullen ook wij deze motie steunen.
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Ik heb enkele opmerkingen wegens onze fractie. Ik denk dat het Rekenhof ons de voorbije weken al heel interessant materiaal aan de hand heeft gedaan, met een heel uitgebreid rapport over zowel de begroting als de meerjarenbegroting. Mijnheer Van Malderen, in het begin van uw motie schrijft u dat er op het einde van de rit welgeteld 8 miljoen euro extra naar Welzijn gaat. Ik vind dat een kwestie van intellectuele eerlijkheid. U weet heel goed dat die meerjarenraming is opgemaakt op basis van constant beleid, dat men daarbij geen rekening houdt met nieuw beleid. Ik vind het dus heel goedkoop om nu te schermen met die 8 miljoen euro. Wij vinden het dus absoluut niet nodig om nu bij hoogdringendheid dit punt toe te voegen aan de agenda. (Applaus bij CD&V)
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Dan stemmen wij bij zitten en opstaan over het voorstel tot aanvulling van de agenda.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Het voorstel tot aanvulling van de agenda is niet aangenomen.
Het incident is gesloten.