Report plenary meeting
Report
Mevrouw De Knop heeft het woord.
Minister, de voorbije dagen werden we opnieuw geconfronteerd met de problematiek van de steeds hoger oplopende schoolkosten in het secundair onderwijs en de daarmee samenhangende problematiek van het oplopende aantal onbetaalde schoolfacturen in de scholen. Dat wijst erop dat steeds meer ouders en gezinnen het moeilijk hebben om die hoge kosten te betalen.
Minister, u hebt op verschillende momenten in de media maar ook in de commissie aangegeven dat u voorstander bent van de invoering van een maximumfactuur in het secundair onderwijs zoals het onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap (GO!) deze week voorstelde. Het Netwerk tegen Armoede trad dit bij. In de beleidsbrief 2012-2013 zei u zelfs dat u die mogelijkheid grondig zou onderzoeken. Het verbaast me dan ook dat u bij de bespreking van uw nieuwe beleidsbrief 2013-2014 hebt gezegd dat dit wordt stopgezet. Dit probleem komt nu opnieuw in de actualiteit. Het GO! maar ook andere koepels zijn bijzonder ongerust dat onze kinderen en jongeren geen gelijke kansen zouden krijgen in het onderwijs vanwege die hoge kosten. Vandaar opnieuw de vraag welke oplossingen u ziet om dit probleem op te lossen.
Minister Smet heeft het woord.
Ik probeer in het leven altijd coherent te zijn en altijd hetzelfde te vertellen. Ik zal opnieuw hetzelfde vertellen als wat ik in de commissie heb gezegd. We moeten inderdaad bezorgd zijn over het feit dat sommige ouders die factuur niet kunnen of in sommige gevallen ook niet willen betalen. Daar bestaan verschillende oplossingen voor. Scholen hebben een sociaal fonds en mensen kunnen zich ook richten tot het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW). Daar zijn dus verschillende antwoorden op.
We hebben de afgelopen jaren ingezet op de kostenbeheersing. Mevrouw De Knop, toen tijdens de vorige legislatuur in het basisonderwijs de maximumfactuur is ingevoerd, dan was, met uw partij in de meerderheid, iedereen het erover eens dat het niet mogelijk of wenselijk was om dat te doen in het secundair onderwijs. Dat standpunt is toen ingenomen en is gisteren nogmaals bevestigd door het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO). Op het terrein bestaat daar dus verdeeldheid over.
We hebben alle goede praktijken die er bestaan in de scholen samen met de Koning Boudewijnstichting verzameld. We hebben die op een studiedag ruim bekendgemaakt. Er bestaat een heel specifieke website voor. Er zijn heel wat mogelijkheden om de kosten te beperken. Ik ben het met u eens: de kostenbeheersing op zich volstaat niet.
Er bestaan nog veel verschillen tussen de scholen. De kostenstructuur verschilt van school tot school omdat die eerste graad verschillend wordt ingevuld in het secundair onderwijs. Nu is de context gewijzigd. Door de hervorming van het secundair onderwijs zal voor heel die brede eerste graad de kostenstructuur in elke secundaire school min of meer dezelfde zijn.
Een jaar geleden heb ik al gezegd dat we de Antwerpse initiatieven, de stedelijke en de provinciale, moesten onderzoeken op hun haalbaarheid. We hebben alles in kaart gebracht voor de ouderverenigingen. De hervorming van het secundair onderwijs start. Laat ons die gebruiken om dan te beslissen om een maximumfactuur in te voeren voor het secundair onderwijs. Dat is een heel coherent verhaal.
Het zal er nu op aan komen om iedereen te overtuigen. Het GO! is mee. De ouderverenigingen zijn mee. De Guimardstraat is nog niet mee. Die moeten we nog overtuigen. Daarna zullen we nog over het bedrag moeten spreken. Het zal u wellicht niet ontgaan zijn dat de stad Antwerpen een maximumfactuur van 150 euro oplegt, terwijl dat bij de provincie Antwerpen een bedrag van 250 euro is. Daar is zeker nog een debat over mogelijk.
We zijn coherent. We hebben niets opgegeven. Wat ons betreft, kan dat als een van de eerste maatregelen in de hervorming van het secundair onderwijs volgend jaar worden ingevoerd.
Minister, het verwondert me niet dat u verwijst naar maatregelen in functie van de kostenbeheersing. Het is goed dat u zegt dat dit onvoldoende is. Een op de tien kinderen leeft in armoede, en die cijfers nemen jaar na jaar toe. Het is duidelijk dat dit niet heeft geholpen, alle goed intenties ten spijt.
U koppelt het uiteraard aan de hervorming van het secundair onderwijs. Dat is bijna uw standaardantwoord geworden, minister. u koppelt alles aan die hervorming. Ik hoop dat de mensen heel goed beseffen dat die hervorming er vandaag niet is. Er is een nota. Die nota wordt verschillend geïnterpreteerd en uitgelegd door de verschillende partijen. Kortom, de nieuwe Vlaamse Regering mag op dat vlak helemaal opnieuw beginnen. Als ze uit die discussie geraakt, gaan we misschien ooit iets doen aan de onbetaalde facturen en aan het feit dat mensen de facturen niet meer kunnen betalen.
Dus, moraal van het verhaal: de armoede blijft stijgen, de onbetaalde facturen blijven onbetaald en de mensen blijven in de misère zitten. (Applaus bij Open Vld en LDD)
De heer Wienen heeft het woord.
De invoering van de maximumfactuur in het secundair onderwijs is natuurlijk complex door de zeer diverse richtingen die daar bestaan. Ik vind het, als ik dat zeggen mag, minister, beneden alle peil dat u mensen die in armoede zitten, ouders die in armoede zitten, ouders die het moeilijk hebben om de schoolfacturen te betalen, gebruikt als argument om die brede eerste graad er toch maar door te krijgen. Ik vind dat van weinig respect getuigen.
Ik vind het trouwens beter om in het secundair onderwijs geen maximumfactuur in te voeren maar een systeem van schoolsparen. De ouders kunnen dan doorheen de schoolloopbaan van hun kinderen, al van in het basisonderwijs, de nodige middelen aanleggen voor de financiering van het secundair onderwijs van hun kinderen.
Mevrouw Deckx heeft het woord.
De maximumfactuur is hier al vaak aan bod gekomen. Dan ging het over het basisonderwijs, vandaag gaat het over het secundair onderwijs, en meer bepaald de eerste graad. Sp.a is absolute voorstander van de maximumfactuur in de eerste graad. Minister, u geeft in uw antwoord al een beetje de stand van zaken weer. Is er al onderzocht welke kosten er precies in die maximumfactuur moeten komen en welke niet?
Is er al onderzocht hoe het dan nadien verder moet, wanneer men opklimt en echt wel studiekeuzes gaat maken? We weten immers allemaal dat bepaalde studiekeuzes duurder zijn dan andere en we wensen niet dat leerlingen studiekeuzes maken op basis van hun financiële draagkracht. Hoe gaat dat dan verder? Zal daar een vorm van solidariteit worden gehanteerd? Aan het principe op zich twijfelen wij absoluut niet.
Mevrouw Celis heeft het woord.
Voorzitter, op mijn beurt wil ik even bij de maximumfactuur stilstaan. Scholen doen hun uiterste best, al zeker de laatste jaren, om de schoolrekening bijzonder transparant te maken. Ouders weten zeer goed wat een schooljaar van hun kind financieel zal betekenen. Ik denk ook dat er extra inspanningen worden geleverd om de kosten zo laag mogelijk te houden.
Ik heb het hier opnieuw gehoord: een maximumfactuur in het secundair onderwijs is moeilijk vanwege de verscheidenheid aan studierichtingen binnen het secundair onderwijs. Ook binnen een nieuwe eerste graad na de hervorming zullen er nog verschillen zijn. Hoe weeg je dat dan verder af? Bovendien moeten we ons zeer goed realiseren dat sociaal zwakkere kinderen via het onderwijs kansen krijgen om deel te nemen aan culturele activiteiten. Wanneer we naar een maximumfactuur gaan, bestaat ook weer de kans dat daarin gesnoeid en geschrapt wordt en dat we die kansen ontnemen.
De heer Bouckaert heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik kan mijn oren niet geloven. Van een instrument dat op het domein waarop het al wordt toegepast, namelijk het basisonderwijs, al voor zoveel moeilijkheden zorgt, bepleit men om dat nog eens te gaan uitbreiden naar het secundair onderwijs, waar de diversiteit nog veel groter is. Ik denk dat de heer Smits van het Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs (VVKSO) groot gelijk heeft om te zeggen dat men een ander pad moet bewandelen om die kosten onder controle te houden, namelijk dat van de kostenbeheersing.
Minister, u zegt dat met de brede eerste graad het middelbaar onderwijs homogener wordt en we daar gemakkelijk de maximumfactuur op kunnen toepassen. Dat is logisch, maar mag ik u eraan herinneren dat uw collega minister Bourgeois een aantal maanden geleden de vergadering hier bezwoer dat de brede eerste graad niet breder zou worden dan hij nu al is en dat er dus geen verschil is. Minister, ofwel hebt u gelijk, ofwel heeft minister Bourgeois gelijk, maar de regering is daarover verdeeld.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik ben het eens met de spreker op het spreekgestoelte en met een aantal andere mensen dat er dringend iets moet worden gedaan aan de kostenbeheersing van het secundair onderwijs. Die kosten zijn hoog, te hoog, en vaak niet transparant. Ik ben het niet eens met u, mevrouw Celis, er komen nog heel veel kosten op mensen af die ze niet verwachten. In het begin van het schooljaar is de factuur hoog voor heel veel mensen. We moeten daar iets aan doen. Voor mensen die het moeilijk hebben, zie ik meer heil in het optrekken van de minimumuitkeringen en het verhogen van de schooltoelage. Daar moeten we echt op inzetten, dat is onze verantwoordelijkheid, namelijk kostenbeheersing en het verhogen van de uitkeringen. Een maximumfactuur kan ook een verarming betekenen van het culturele en het sportieve aanbod. Ik denk dat we daarover onze bezorgdheid moeten uiten en daarmee rekening moeten houden.
De heer De Meyer heeft het woord.
Betaalbaar onderwijs voor iedereen, en zeker voor de zwaksten, is een terechte zorg. Kostenbeheersing, zoals de heer Smits zegt, is vermoedelijk een zeer terechte strategie om dit aan te pakken. Minister, ik wil er toch ook op wijzen dat in het vrij onderwijs de meeste scholen een sociaal fonds hebben.
Misschien moeten we ook de moed hebben om de kosten te vergelijken in verband met het al of niet stijgen van de werkingsmiddelen, want als die kosten zo hoog oplopen, dan moeten we durven nadenken over de werkingsmiddelen van vandaag en morgen.
Minister, moeten we een sector die schreeuwt om vereenvoudiging, morgen nieuwe regeltjes opleggen?
Voorzitter, het is toch een interessant debat geworden. Mevrouw De Knop is nu voorstander van de maximumfactuur. Ik begrijp dat Groen nu tegen de maximumfactuur is. Dat is een nieuwigheid die te noteren valt. Groen is tegen de maximumfactuur. Mevrouw De Knop, Open Vld, is nu voor de maximumfactuur. Er zijn anderen die twijfelen, die het nog niet goed weten. De meningen zijn duidelijk verdeeld.
Mevrouw De Knop, u bent uw uiteenzetting begonnen met de vraag waarom ik dat nog niet heb gedaan. Het antwoord lijkt me duidelijk. Er is verdeeldheid op het terrein. Bovendien heb ik de maximumfactuur in het secundair onderwijs nog niet ingevoerd omdat de kostenstructuur naargelang de richting bijzonder verschillend is. Mevrouw Celis en andere sprekers hebben hier terecht op gewezen.
Mijnheer Bouckaert, wat de invoering van een bredere eerste graad betreft, heb ik het niet over een homogenisering gehad. Ik heb over de kostenstructuur gesproken. Dat is iets anders. De kostenstructuur zal binnen eenzelfde bandbreedte vallen. Hierdoor zal het gemakkelijker worden die maximumfactuur in te voeren.
Intellectuele eerlijkheid zou u trouwens sieren. Het spijt me dat ik het zo moet uitdrukken, maar u hebt naar het debat met minister Bourgeois over de hervorming van het secundair onderwijs verwezen. U moet de notulen maar eens nalezen. Minister Bourgeois heeft letterlijk verklaard dat mijn interpretatie de juiste is en dat er geen verschil is. U moet niet enkel het begin van een discussie citeren. U moet naar heel de discussie verwijzen.
Mevrouw De Knop, wat de hervorming van het secundair onderwijs betreft, is u blijkbaar iets ontgaan. Ik kan begrijpen dat sommige mensen zich tegenwoordig misschien met andere activiteiten bezighouden. De Vlaamse Regering heeft het draaiboek voor de uitrol van de hervorming van het secundair onderwijs twee weken geleden unaniem goedgekeurd. Zoiets moet unaniem gebeuren, want de Vlaamse Regering is een college. Het gaat niet om een plan, maar om een draaiboek voor de uitrol.
U moet dat eens lezen. U zult dan merken dat de meerderheid het eens is over de maatregelen, hun inhoud en het tijdstip waarop ze moeten worden uitgevoerd. De heer Van Dijck, mevrouw Celis en anderen hebben dit in de commissie al ten treure toe herhaald. Ze zijn het met die interpretatie eens. U zou nu een paar mooie termen kunnen gebruiken, maar ik zal het in het Engels uitdrukken. ‘Stick to the truth.’ Dat zou al een mooi gegeven zijn.
Ik hoop dat u nu hebt begrepen waarom de maximumfactuur nog niet is ingevoerd. De kostenstructuur is heel verschillend. De studierichtingen in de derde graad zullen in hun geheel worden herzien. Dit zal het voor de eerste graad gemakkelijker maken.
Wat de kostenbeheersing betreft, wil ik nog even herhalen dat we de afgelopen jaren samen met de Koning Boudewijnstichting alle goede initiatieven en bestaande mogelijkheden hebben geïnventariseerd. We hebben in elke provincie studiedagen voor de scholen georganiseerd. We hebben de scholen uitgelegd hoe ze de kosten kunnen beheersen. We hebben daar een website voor uitgewerkt om de scholen hiertoe aan te zetten. We hebben het stads- en provinciebestuur van Antwerpen aangemoedigd pilootinitiatieven te nemen om de invoering van de maximumfactuur te onderzoeken. We willen hieruit leren. We moeten ons vragen stellen over de werkingsmiddelen en dergelijke. We moeten nagaan welke andere effecten dit zou kunnen hebben. We beschikken al over resultaten. Dit wordt positief geëvalueerd.
Mijn basisstelling luidt dat we de komende maanden kunnen gebruiken om in dit verband een consensus tot stand te brengen. Dit zou ons in staat stellen de maximumfactuur voor het secundair onderwijs in de volgende legislatuur in te voeren. Dit punt staat trouwens niet in het huidig Vlaams regeerakkoord. Ten gevolge van de evaluatie zal de financiering van de werkingsmiddelen voor het secundair onderwijs sowieso op tafel komen te liggen. We bereiden alles voor om hierover beslissingen te kunnen nemen.
Mevrouw Meuleman, het klopt dat we ook moeten kijken wat we voor mensen in armoede kunnen doen. Ik blijf evenwel een voorstander van de maximumfactuur. We moeten eens kijken naar de studietoelagen en naar de toelagen die mensen kunnen krijgen als ze geen werk kunnen krijgen. Wie kan werken, moet werken. Het is belangrijk dat te onderstrepen. Daarnaast kan ook het OCMW in bepaalde gevallen tussenbeide komen. De heer De Meyer heeft terecht verwezen naar de sociale fondsen waarover bepaalde scholen beschikken. Sommige scholen aanvaarden gespreide betalingen. Scholen kunnen ook voor andere richtingen materiaal laten huren. Er zijn veel mogelijkheden. In de huidige stand van zaken beschikken de scholen over veel autonomie met betrekking tot de wijze waarop zij hiermee omgaan. Er zijn scholen die de facturen kwijtschelden van mensen die echt niet kunnen betalen.
We moeten natuurlijk het onderscheid maken tussen mensen die niet kunnen betalen en mensen die niet willen betalen. Ik ontken helemaal niet dat er mensen met problemen zijn. Er zijn echter ook mensen die dat niet willen betalen en met dat geld liever iets anders doen. Dat is ook een issue dat op tafel ligt. De manier waarop we hiermee moeten omgaan, vormt een heel genuanceerd verhaal.
Hou dus op met mensen te beschuldigen en dat soort zaken te doen. Ik zou graag van u of anderen weten wat ze concreet voorstellen om daar iets anders aan te doen. Ik heb nog niet gehoord wat de concrete alternatieven zouden zijn.
Minister, ik heb deze vraag gesteld aan u als minister van Onderwijs, hoe u de kostenbeheersing in het onderwijs zou aanpakken. (Opmerkingen van minister Pascal Smet)
Ik heb de invoering van de maximumfactuur als een voorbeeld genomen omdat het wordt gestipuleerd door het GO! (Opmerkingen van minister Pascal Smet)
Ik wil er helemaal niet populistisch over doen, minister.
Minister, u leidt mevrouw De Knop voortdurend af. Zij heeft het woord. In het parlement heeft de volksvertegenwoordiger het laatste woord. (Applaus bij Open Vld)
Ik wil over dit dossier absoluut niet populistisch zijn, maar het is zo dat Open Vld de sociale mobiliteit van mensen cruciaal vindt. Met de hele blablabla over kostenbeheersing die u hier hebt verteld, minister, komen we er niet. Daarom vraag ik aan u, die beleidsverantwoordelijkheid heeft, hoe u dat gaat doen. (Opmerkingen van minister Pascal Smet)
Ik heb geleerd dat als u uw bed and breakfast in Brazilië gaat leiden zoals u het departement Onderwijs hier leidt, dat dat niet goed komt. En weet u waarom? (Opmerkingen van minister Pascal Smet)
Als u de klanten iets belooft dat u niet kunt waarmaken, dan komen die klanten niet terug. (Applaus bij Open Vld)
Ten slotte, u vindt de problemen in het bso en tso complex. Niemand heeft dat ontkend. Maar het is niet omdat ze te complex zijn, omdat u geen draagvlak vindt om het te veranderen, dat u niets moet doen. Als u draagvlak zou hebben en als het niet complex zou zijn, dan hebben we geen ministers, geen regering en geen politiek nodig. (Applaus bij Open Vld)
De actuele vraag is afgehandeld.