Report plenary meeting
Report
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van de dames Fatma Pehlivan en Sabine Poleyn, de heer Karim Van Overmeire, de dames Fientje Moerman en Elisabeth Meuleman en de heer Boudewijn Bouckaert betreffende de inspanningen van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking met betrekking tot het recht op onderwijs voor meisjes.
De bespreking is geopend.
Mevrouw Pehlivan heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, met dit voorstel van resolutie wijzen wij op het belang van onderwijs voor meisjes in de partnerlanden van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking. We weten allemaal dat basisonderwijs heel fundamenteel is. Het is de basis voor een succesvolle schoolcarrière. Maar in vele landen in het Zuiden kunnen meisjes het basisonderwijs niet eens afmaken. Vooral in noodsituaties is het onderwijs voor meisjes vaak het eerste dat wegvalt. Er zijn ook andere redenen waardoor meisjes vroegtijdig moeten afhaken, zoals huwelijk of zwangerschap op jonge leeftijd en gevaar voor geweld op weg naar school.
Onderzoek heeft aangetoond dat scholing van meisjes een uitstekende investering is om armoede in te dijken. Meisjes die naar school gaan, maken immers hun eigen keuzes, ze krijgen op een later moment kinderen, kunnen zichzelf beter beschermen tegen geweld en ze hebben later een hoger inkomen.
Collega’s, we hebben in Vlaanderen de nodige expertise op onderwijsgebied en specifiek in gelijke onderwijskansen. We vragen dan ook om deze expertise in te zetten in de partnerlanden van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking en zo bij te dragen aan het recht op onderwijs voor meisjes. Hierbij kan de Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking en Technische Bijstand (VVOB) gezien worden als belangrijke partner vanwege haar ervaring bij het begeleiden van landen in het Zuiden om een sterk kwalitatief onderwijsbeleid te ontwikkelen.
Daarnaast vragen we aan de Vlaamse Regering om haar positie ten opzichte van de steun aan het onderwijs in het Zuiden te herbekijken en bij te dragen aan het lager en middelbaar onderwijs in de partnerlanden. Het is immers cruciaal voor de toekomst van de kinderen en de volgende generaties.
Ik wil dan ook alle collega’s die de resolutie mee hebben ondertekend, bedanken, want we geven hiermee vanuit Vlaanderen toch wel een krachtig signaal dat we daarop willen inzetten.
De heer Van Overmeire heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, ik wil enkele woorden zeggen ter ondersteuning van de inhoud van deze resolutie. Het is natuurlijk een belangrijke problematiek, die zowat de helft van de wereldbevolking rechtstreeks aangaat omdat het hier onmiskenbaar om een individueel recht gaat. Tegelijk gaat het alle samenlevingen aan. Men moet geen bijzonder ingewikkelde redeneringen opbouwen om tot de vaststelling te komen dat een samenleving zonder onderwijs voor meisjes een samenleving is die de helft van haar potentieel onbenut laat. Zoals mevrouw Pehlivan al heeft gezegd, is er duidelijk vastgesteld dat er een rechtstreeks verband is met economische groei en met het afremmen van de bevolkingsgroei.
Daarnaast vragen wij in de tekst ook aandacht, niet alleen voor onderwijs als dusdanig, maar ook voor de kwaliteit van het onderwijs, want dat is natuurlijk heel belangrijk.
Tegelijk en tot slot, collega’s, blijven wij voorstander van concentratie inzake internationale samenwerking. Ten eerste op geografisch vlak, wat het aantal landen betreft, Zuidelijk Afrika, waar toch nog wel wat werk te verzetten is. Verder pleiten we ook voor thematische concentratie. Dat pleidooi voor concentratie belet niet dat onderwijs, waar Vlaanderen inderdaad heel veel expertise te bieden heeft, binnen die concentratie zeker een plaats kan vinden.
Ik uit dus woorden van steun voor deze tekst.
Mevrouw Poleyn heeft het woord.
Voorzitter, aanvullend wil ik drie bedenkingen maken. Wij zijn er natuurlijk ook van overtuigd dat onderwijs een belangrijke actor is in het creëren van ontwikkeling.
We moeten de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking breed interpreteren. Ontwikkelingssamenwerking vandaag is veel breder dan het pure ontwikkelingsbeleid dat we tot voor kort bekeken. De wereld verandert ook sterk. Het is een opdracht aan de hele Vlaamse Regering, aan alle beleidsdomeinen. In deze Vlaamse Regering is het nu al zo dat alle ministers hun eigen internationale beleid of ontwikkelingsbeleid kunnen ontwikkelen.
We hopen dat de Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking en Technische Bijstand (VVOB) een centrale actor kan worden, bijvoorbeeld in samenwerking met het onderwijsdepartement.
Net zoals mijn collega, wil ik verwijzen naar de belangrijke principes van het kaderdecreet: coherentie, concentratie en ownership. Die blijven overeind bij het goedkeuren van deze resolutie.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.