Report plenary meeting
Actuele vraag over het toezicht op gewestgrensoverschrijdende intercommunales, naar aanleiding van de berichtgeving met betrekking tot TMVW
Actuele vraag over de berichtgeving met betrekking tot TMVW
Report
De heer Reekmans heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, je hebt als gemeente een oud voetbalveld en geen geld in kas, of je wilt een atletiekpiste of een tennisterrein, of je kunt het strooizout niet betalen, ja, wat doe je dan? Je belt even naar de Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening (TMVW). Je zou zeggen, een drinkwatermaatschappij, maar slechts 35 procent van haar activiteit is drinkwater, de rest zijn andere zaken. Ze zijn makelaar in alles.
Minister, ik heb al heel veel gezien van intercommunales, maar dit tart toch wel elke verbeelding. Je zou denken dat TMVW op een berg poen zit en dat allemaal gaat betalen. Maar die poen hebben ze niet, dus wat doen ze? Ze bellen even naar Belfius. Daar hebben ze een permanente kredietlijn van 400 miljoen euro. Dingen die Dexia vroeger politiek niet durfde, doet Belfius vandaag wel.
Minister, we hebben het over een buitenbalansstructuur. Daarstraks hadden we het erover dat begrotingen in evenwicht moeten zijn. Maar de voorbije zes jaar hebben een tiental gemeenten 736 miljoen euro buiten hun begrotingen kunnen houden via TMVW.
Gemeenteraden hebben daar heel weinig controle over. Met TMVW zitten we weer in de discussie van de gewestoverschrijdende intercommunale. Daar zal binnenkort wel verandering in komen. Minister, vindt u dat de gemeenteraden van de betrokken gemeenten voldoende democratisch controlerecht hebben op die trucs, die er toch zullen toe leiden dat ooit iemand die facturen moet betalen, en dat we dit via de autofinancieringsmarge en de beleids- en beheerscyclus (BBC) niet zullen kunnen spotten?
De heer Yüksel heeft het woord.
Minister, bent u al eens gaan kijken op de website van TMVW? Het motto luidt: water is wat ons drijft. Ik kan begrijpen dat gemeenten voor rioleringswerken of waterleidingen aankloppen bij TMVW, maar je kunt daar ook terecht voor voetbalstadions, velden en ook zwembaden.
Tientallen gemeenten gingen de voorbije jaren constructies aan met TMVW om miljoenen euro’s schulden door te schuiven naar de intercommunale om zo hun balans op te smukken. Volgens De Tijd, die het verhaal naar buiten bracht, gaat het in de periode 2008-2013 over een bedrag van meer dan 700 miljoen euro. Het straffe is dat TMVW daarvoor zelf een lening is aangegaan van 400 miljoen euro.
Jan Leroy van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) heeft daarop gezegd dat er een reëel risico is verbonden aan de manier waarop TMVW de schulden op de eigen balans neemt. Als het verkeerd loopt met die financiering, dan komt de factuur terecht bij de gemeenten en dus bij de belastingbetaler.
Omdat TMVW ook in enkele Waalse gemeenten actief is, ontsnapt ze aan de Vlaamse wetgeving op intercommunales. Minister, als reactie op deze feiten zei u dat er meer controle moet komen op intercommunales zoals TMVW, en dat u daarvoor een plan hebt en dat u dat plan zult voorleggen op het Overlegcomité.
Minister, wat heeft die bespreking opgeleverd? Hoe gaat u ervoor zorgen dat de Vlaamse overheid meer greep krijgt op intercommunales die in Vlaanderen actief zijn?
De heer Vandaele heeft het woord.
TMVW is inderdaad ontstaan als verdeler van drinkwater. Later liet ze zich ook in met gemeentelijke waterzuiveringsdossiers, de aanleg van gemeentelijke rioleringen, de bouw en uitbating van zwembaden. Tot hier hebben we nog altijd met water te maken. Maar intussen gaat het veel verder. Men bouwt en beheert sportinfrastructuur, en zelfs wegenis is erbij gekomen.
De laatste vijf jaar werd 736 miljoen euro geïnvesteerd. Dat is heel wat. De gemeenten doen daar een btw-voordeel mee. Dat is een van de redenen waarom de gemeenten daarin meestappen. Dat de uitgaven worden gespreid in de tijd, is ook meegenomen. Dat er op die manier iets minder controle mogelijk is door de gemeenteraad, is ook duidelijk. Dat er af en toe een aardig bezoldigd mandaatje aan te pas komt, dat lokaal voor de een of andere gegadigde aantrekkelijk kan zijn, is ook een van de motieven.
Af en toe krijgt de gemeente ook ondersteuning van TMVW op het technische vlak en dat is natuurlijk ook meegenomen.
Ik vraag me af waarom TMVW zich op die manier opblaast. Zo ontstaat er een enorme moloch. Het gaat inderdaad in de richting van de Gemeentelijke Holding. Waarom doet TMVW dat? Is dat om straks te koop te worden aangeboden op de markt? Sommigen fluisteren dat. Ik hoop van niet. Lopen de gemeenten hier op langere termijn risico? De Gemeentelijke Holding wordt dan genoemd. Misschien wel.
Minister, mijn vraag komt eigenlijk overeen met die van de collega’s. Vindt u dat de gemeenten zich voldoende bewust zijn van de risico’s? Vindt u dat daar voldoende controle op is vanuit de Vlaamse overheid?
Minister Bourgeois heeft het woord.
Ik ben in deze eigenlijk slecht geplaatst om een antwoord te geven op al die vragen, precies omdat ik geen enkel toezicht kan uitoefenen op deze intercommunale omdat ze gewestgrensoverschrijdend is.
Zijn de gemeenten zich voldoende bewust? Is er voldoende transparantie? Hebben ze voldoende controle? Ik mag het hopen. Dit zijn intercommunales die zijn samengesteld met kapitaal van de gemeenten die hun vertegenwoordigers en bestuurder aanduidenebbe. Het aantal bestuurders is al gereduceerd. Voor de 67 gemeenten, de regionale entiteiten inbegrepen, zijn er 267 bestuurders. Centraal zijn er 37 bestuurders en 14 commissarissen. Elke gemeente die in die intercommunale zit, heeft dus ergens wel een, twee of drie bestuurders die conform het Gemeentedecreet geacht worden tweemaal per jaar te rapporteren, met name over de uitoefening van hun mandaat en over het beleid van die intercommunale.
Wat doen die gemeenten daarmee? In de veronderstelling dat men aan die bestuurders vraagt om te rapporteren of dat die bestuurders dat spontaan doen, neemt die gemeente haar verantwoordelijkheid op. Een beetje tegen de wil van een aantal communalisten in heb ik in het decreet ingeschreven dat er een bijzondere commissie moet zijn. Mijnheer Yüksel, ik heb begrepen dat die vandaag of morgen toevallig bijeenkomt in Gent. Die commissie heeft precies tot taak heeft om alle strategische beslissingen die worden genomen in de satellieten, de autonome gemeentebedrijven (AGB) en de intergemeentelijke samenwerking (IGS), te volgen en daarover te discussiëren. Dat is de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad. Dat kunnen wij niet in hun plaats doen en dat wil dit parlement ook niet, want ook voor de intercommunales die wel onder ons toezicht staan, kijken wij alleen toe of zij de wet naleven en het algemeen belang niet schenden. Alle andere opportuniteiten en beslissingen over wat zij doen met het kapitaal en welke risico’s zij nemen binnen een aantal perken, behoren tot hun autonomie. Ik mag dan ook hopen dat zij hun verantwoordelijkheid nemen.
De vraag inzake toezicht mag ons niet afleiden van de essentie van de zaak. Dit zijn gemeenten die zich verenigen, die kapitaal samenbrengen en die beslissen om samen dingen te doen. Zij moeten hun verantwoordelijkheid nemen.
Mijnheer Reekmans, ik spreek me niet uit over de constructies. Ik ken die niet en kan die ook niet kennen. Op zich is er niets illegaals aan dat gemeenten hetzij aan een AGB hetzij aan een IGS opdrachten toevertrouwen. Dat staat ook met zoveel woorden in de decreten. Men mag opdrachten delegeren en dus allerlei opdrachten doen samen met anderen. Daar zijn voordelen aan verbonden. De heer Vandaele heeft er een aantal opgesomd. Voor de meesten is er een btw-voordeel maar ook met specialisatie, vormen van synergie en dergelijke meer is er geen probleem. Er is al gesproken over twee caveats. Zo is er al gezegd dat de betrokkenheid van de gemeente natuurlijk een stuk moeilijker wordt. Als men een gemeentelijk sportcentrum laat uitbaten door een intercommunale, dan wordt die betrokkenheid kleiner. De taak van de gemeenteraad in zo’n geval is om alert te zijn en alle beslissingen, investeringen, risico’s en waarborgen onder de loep te nemen. Of er genoeg zeggenschap is van de gemeenteraad, is een vraag die de gemeenteraad moet beantwoorden.
De tweede caveat is: zijn er financiële risico’s? Ik heb ook de krantenartikels gelezen waarin men waarschuwt voor een zeepbel, waarin men een vergelijking maakt met andere toestanden. De schuldpositie is natuurlijk belangrijk en moet in het oog worden gehouden. Trouwens, ook als ze niet onder mijn toezicht vallen, zijn de gewestgrensoverschrijdende intercommunales wel onderworpen aan de wet op de handelsvennootschappen. Bijvoorbeeld de regel in verband met het dalen van het nettoactief onder de helft van het maatschappelijk kapitaal, is aanleiding tot de alarmbelprocedure enzovoort. Een aantal gemeenrechtelijke regels zijn wel van toepassing, ook op deze intercommunales die niet onder ons decreet vallen. Ik kan enkel zeggen: wees waakzaam, kijk naar de schuldpositie, kijk inderdaad ook naar de financieringen op korte termijn. Er zijn voorbeelden dat dit slecht kan aflopen.
Collega’s, ik heb in dezen geen bevoegdheid, niet op klacht, niet ambtshalve. Ik heb geen financieel toezicht en ik heb ook niet – wat we ingevoerd hebben in het laatste decreet – de rapportering die de andere intercommunales moeten doen in het kader van de EU-regels. In het kader van de ESR-regels vragen we dat de intercommunales rapporteringen doen, maar dit hebben we hier niet. Ik heb aan de pers meer gezegd dan wat hier wordt geciteerd. Ik heb in de eerste plaats gewezen op de gemeentelijke verantwoordelijkheid, maar ik heb ook gezegd dat ik geen toezichtbevoegdheid heb en dat ik die wens te hebben. Collega’s die de commissie volgen – en er is hier een hardnekkige vraagsteller in het halfrond –, weten dat ik er al vier jaar mee bezig ben. Vandaag is het punt eindelijk op het Overlegcomité gekomen. Er is nog geen samenwerkingsakkoord, maar wel een akkoord over de principes waarmee de gewesten aan de slag zullen gaan. Die principes leiden ertoe dat in dit geval ons decreet van toepassing zal zijn, zodra het samenwerkingsakkoord van kracht zal zijn. We hebben gezegd dat we een samenwerkingsakkoord sluiten waarbij de regels van toepassing zijn van dat gewest waar het grootste publieke aandeelhouderschap is, tenzij er nog meer private distributieafnemers zijn dan het publieke aandeelhouderschap. Dit leidt er concreet toe dat Vivaqua onder het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zal vallen, dat TECTEO onder Waals toezicht zal vallen, dat TMVW en Sibelgas onder het Vlaamse toezicht zullen vallen. Dit zijn de principes die zijn afgesproken. Het heeft lang geduurd, want u weet dat er zware discussie was over de principes. Dit moet nu worden uitgewerkt in een samenwerkingsakkoord dat, neem ik aan, bij decreet aan het parlement zal worden voorgelegd.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. U zegt dat u niet bevoegd bent, maar ik zal u dadelijk zeggen hoe u er wel bevoegd voor kunt zijn.
Ik wil nog een belangrijke opmerking maken over de bijzondere gemeenteraadcommissies. U hebt alle controle over de bijzondere gemeenteraadcommissies. Ik ga niet de gemeenteraad van Gent naspelen, maar ik stel vast dat men eerst lanceert dat het gaat over 6,5 miljoen euro voor het voetbalstadion. Achteraf blijkt het 18 miljoen euro te zijn. Wat zegt de bevoegde schepen van Financiën, de heer Peeters van Open Vld? Hij zegt doodleuk dat men het hem niet heeft gevraagd in de gemeenteraad of in de commissie voor Financiën en dat hij het dus niet moet vertellen. Ik ben zelf schepen van Financiën. Ik kan me niet inbeelden dat als ik 18,3 miljoen euro besteed, via welke structuur ook, ik het niet aan de gemeenteraad zou vertellen. Dit tart elke verbeelding. En wat zou die man het dan gaan vertellen in de bijzondere gemeenteraadcommissie.
Minister, het gaat over een buitenbalansstructuur. Zou u de BBC niet willen of kunnen aanpassen zodat ook deze constructies worden opgenomen in het totale schuldenpatrimonium van de gemeentebesturen? Ik denk dat er dan een oplossing is voor dit probleem en dat er geen verrassing van schulden op lange termijn meer mogelijk is.
Minister, de lokale controle moet uiteraard door de bestuurders en de gemeenteraad gebeuren. Het debat zullen we ook in de gemeenteraad van Gent voeren.
Ik heb twee bemerkingen. Transparantie is absoluut noodzakelijk als het gaat over degelijk bestuur, ook op lokaal niveau. Wat de werking van TMVW betreft, kan ik alleen maar zeggen dat er een totaal gebrek aan transparantie is. Dat wordt duidelijk met het verhaal van het voetbalstadion in Gent. Er komen nieuwe elementen, rekeningen naar boven. Als de gemeenten in financiële moeilijkheden komen, dan wordt de zaak doorgeschoven naar het lokale niveau en dan bent u wel bevoegd als minister van Binnenlands Bestuur. Het debat van daarnet ging daar voor een stuk over. Mijn vraag is of u in dit kader iets kunt ondernemen.
Intercommunales kunnen meervoudige opdrachten en doelstellingen nastreven en vooropstellen, maar waar ligt de grens in het geval van TMVW? Wat is de link tussen een stadion, een sporthal en water? Vindt u niet dat we op dat punt de zaken weer op orde moeten stellen? Twee maanden geleden bijvoorbeeld werd in Wallonië L’Avenir, een krant, overgenomen door een intercommunale. Gaan we die toer op?
Minister, ik heb altijd gevonden dat een bedrijf zich het best zo nauw mogelijk bij de kerntaken houdt. Ik heb dat hier al eerder gezegd ter gelegenheid van andere debatten. Hoe ver je af kunt drijven van een kerntaak, toont TMVW aan in het geval van Ghelamco. De Ghelamco Arena in Gent is al genoemd, waar TMVW 18,5 miljoen euro in investeert. Dat staat heel ver af van de oorspronkelijke kerntaken.
Minister, u hebt het gehad over het toezicht en dat daar de zaken ten goede keren na het Overlegcomité van deze ochtend. We weten dat TMVW een paar gemeenten in Henegouwen bedient, waardoor het eigenlijk een intergewestelijke constructie is geworden en ontsnapt aan de controle van Vlaanderen. Ik ben blij dat daar verbetering op komst is.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Voorzitter, minister, dat er vanavond een commissie in Gent samenkomt om hieromtrent een en ander te bespreken, heeft er eigenlijk niets mee te maken. Daarover zal de bespreking niet gaan. Het is een standaardbespreking.
Het gebrek aan transparantie zal via een interpellatie via mezelf en wellicht nog andere collega’s – ik kijk naar de heer Yüksel – ook wel besproken worden. Als we spreken over een democratisch deficit, dan kan dit wel tellen. TMVW zorgt ervoor dat verschillende lokale besturen hun uitgaven kunnen verstoppen in afzonderlijke structuren. Ik vind dat dit dossier perfect weergeeft hoe lokale besturen hun verantwoordelijkheid kunnen verschuiven zonder enige echte democratische controle. Ik vind het persoonlijk een groot probleem dat ikzelf als Gents gemeenteraadslid bijvoorbeeld plots geconfronteerd wordt met beslissingen inzake het Gents voetbalstadion waar met miljoenen wordt gegoocheld waarover geen echte democratische controle is. Hoe is dit mogelijk? (Opmerkingen van de voorzitter)
Hoe dit mogelijk is, weten we allemaal. Het is daarnet geschetst. Mijn vraag is heel duidelijk: ik zou willen vragen aan de minister dat hij maatregelen zou willen nemen om aan deze schemerige beslissingszone een halt toe te roepen.
De heer De Meulemeester heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik wil niet in herhaling vallen. We hebben de vraagstellers gehoord met alle motieven die ze hebben naar aanleiding van wat in de media is verschenen. De minister heeft al toelichting gegeven bij de bevoegdheden die hij als minister van Binnenlands Bestuur heeft om op te treden. De enige vraag die hier overblijft en die ik uitdrukkelijk aan de minister wil stellen, is: is de manier waarop TMVW investeringen op zich neemt van de gemeenten die deel uitmaken van het waterbedrijf, in overeenstemming met de principes van behoorlijk en zorgvuldig bestuur die elke overheid moet respecteren? Dat is hier de grote vraag.
De heer Martens heeft het woord.
Minister, ik denk dat u met ‘die hardnekkige vraagsteller’ mij bedoelde. Inderdaad, ik heb u al verschillende keren bevraagd over het uitblijven van het samenwerkingsakkoord dat nodig is om ook op die gewestgrensoverschrijdende intercommunales toezicht te kunnen uitoefenen. Ik ben heel blij dat er rond de principes nu een akkoord is. Ik hoop dat dat samenwerkingsakkoord, dat een vertaling moet worden van die principes, er ook snel kan komen, want dat kan ook een aantal zaken demystifiëren. Ik heb toch de indruk dat hier nodeloos een scandalitissfeertje wordt opgeroepen over TMVW. Een eigen vermogen van 48 procent: de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) vindt het eigen vermogen van 33 procent ideaal voor onze energie-intercommunales. Dus zie ik niet in wat hier per definitie problematisch aan zou moeten zijn.
Het aantal mandaten is serieus gedaald. Men betaalt die mandaten evenveel uit als een zitpenning in andere intercommunales die wel onder ons toezicht vallen. We moeten geen scandalitissfeertje creëren waar dat niet nodig is.
Ik stel vast dat onze gemeenten via financieringsintercommunales participeren in hoogspanningslijnen voor de Amerikaanse oostkust en in gasnetwerken in Italië. Dan vind ik een participatie in een sportarena vlakbij je thuis eerlijk gezegd veel zinvoller dan die andere participaties, waar onze gemeenten vandaag blijkbaar zonder enig protest in participeren.
De heer Caron heeft het woord.
Het is absoluut niet aanvaardbaar dat een maatschappij die met water bezig is, investeert in voetbalstadions. Er moet eens duidelijkheid zijn over de missie en opdrachten van overheidsorganisaties.
Dat wij allen zo schrikken van het hoge bedrag voor de Ghelamco Arena, duidt op een onwezenlijk gebrek aan transparantie in openbare besturen. Ik hoop dat het samenwerkingsakkoord voor deze intergewestelijke intercommunales ertoe zal leiden dat minstens dezelfde rapportageverplichtingen ontstaan als voor andere intercommunales.
Meer zelfs, minister, ik neem aan dat we straks het decreet Intergemeentelijke Samenwerking zullen evalueren. Dat hebt u beloofd. Voor dit soort grote projecten moet er mijns inziens een regelmatige rapportage aan de gemeenteraden zijn, en niet alleen aan de schepencolleges, zodat we niet meer moeten schrikken van die verhalen, en zodat ook gemeenteraden kunnen zeggen: dit is niet de kerntaak van de intercommunale waar wij al dan niet lid van zijn.
Tot slot denk ik dat de toezichthoudende overheid, uw administratie, ook vragen zou hebben gesteld bij dit soort budgethouderij. Het is het afleiden van publieke kosten, het toedekken van een publieke kost, op een manier die in een democratie niet oké is.
Collega’s, geen enkel stuk van gemeentelijk belang kan onttrokken worden aan het toezicht van de gemeenteraadsleden. Van alles wat de relatie tussen de stad of gemeente en de intercommunale betreft, kan op de gemeentelijke dienst opvraging gebeuren. Het gemeenteraadslid heeft recht op al die stukken. Komen die zaken niet op een gemeentelijke commissie, dan staat het elk gemeenteraadslid vrij om daarover te interpelleren en het punt toe te voegen aan de agenda.
Ik wijs erop dat in heel veel steden en gemeenten niet gebeurt wat in het decreet staat, namelijk dat bestuurders twee keer per jaar moeten rapporteren over de manier waarop ze hun mandaat uitoefenen en vooral over het beleid van de intercommunale. Men vraagt mij naar bijkomende middelen en maatregelen, maar er zijn dus al een aantal instrumenten.
We hebben in het decreet ook ingeschreven dat er een bijzondere commissie is. Of die werkt of niet, dat is de verantwoordelijkheid van de lokale mandatarissen. Die moeten hun taak uitoefenen. Je zult toch nooit vragen dat een minister de democratische controle gaat uitoefenen in de plaats van de lokaal gelegitimeerde mensen, in plaats van de verkozenen? Dat is hun taak en hun verantwoordelijkheid. Ik neem aan dat er ook geen meerderheid voor zal zijn om die te veranderen.
Moeten er aan ons decreet nog bijkomende wijzigingen gebeuren? Ik neem aan van wel. Er is een werkgroep die dat overloopt. Die komt eind dit jaar met een aantal voorstellen, bijvoorbeeld het invoeren van de beleids- en beheersscyclus (BBC), om te bekijken of alles past binnen de normen die we aan de gemeenten opleggen. Ik denk dat dat een goede zaak is, maar ik loop niet vooruit op de resultaten van de werkgroep en op wat daar politiek over beslist wordt. Er zijn een aantal punten die daar zeker aandacht zullen krijgen en die ook aandacht verdienen.
Ik heb hier op geen enkele manier een voor- of afkeur uitgesproken, collega’s, over wat deze concrete intercommunale doet. Ik heb persoonlijk wel een aantal vragen bij uitlatingen en verhalen die ik in de pers zie opduiken, maar als minister heb ik er geen zicht op en zal ik me er dus ook niet over uitspreken. Dat is de zaak van de gemeenten die daarbij betrokken zijn. Het is de zaak en de verantwoordelijkheid van de bestuurders die beslissingen nemen.
De vraag is of alles nog zou kunnen als de intercommunale onder ons decreet zou vallen. Ik heb er geen stukken voor, maar mijn aanvoelen is dat die intercommunale opdrachthoudende en dienstverlenende activiteiten vermengt. Dat kan niet met ons decreet. Je kunt diverse opdrachten toevertrouwen aan één intercommunale. Dat kan ‘multi-utility’ zijn, dat kunnen meervoudige opdrachten zijn. Maar opdrachten en dienstverlening samen kunnen niet. Dat creëert ook een groot risico op onduidelijkheid over de financiering: wat wordt waarmee betaald?
Ik herhaal dat ik niet over stukken beschik. Ik wil me daar dan ook niet over uitspreken.
Ik heb in de kranten bepaalde zaken gelezen die het gevoel oproepen dat die taken niet compatibel met ons decreet zijn. Het onderscheid tussen opdrachthoudende en dienstverlenende intercommunales wordt duidelijk gemaakt. Dit betekent niet dat dergelijke opdrachten niet aan een intercommunale kunnen worden gegeven. Dat is een keuze die de gemeenten moeten maken. Ze kunnen die opdracht binnen de eigen gemeente houden of aan een intercommunale geven. Ik heb de voor- en nadelen geschetst.
Tenzij het Vlaams Parlement zou beslissen hier een einde aan te stellen, moeten de gemeenten die beslissing nemen. Ik denk niet dat er hier een meerderheid is die wil beslissen dat dergelijke opdrachten niet langer aan intercommunales mogen worden gegeven.
Ik heb tevens horen suggereren dat ik toezicht moet uitoefenen. Ik wil erop wijzen dat er in het Vlaams Parlement altijd een grote reticentie ontstaat wanneer we aanscherpingen voorstellen. Ik verwijs naar de discussie over de bijzondere gemeentelijke commissie. De vraag is dan steeds of het wel hoeft. Dit wordt als een betutteling van de gemeenten beschouwd.
Als communalist spreek ik toch met enige ervaring. Ik wik mijn woorden. Volgens mij hechten veel gemeentebesturen veel te weinig belang aan de grote beslissingen die door de intercommunales worden genomen. Dit staat te ver van hun bed. Dit passeert te vaak als een formaliteit.
Ik herinner me de discussie over de verplichte rapportering van de intercommunales. We willen die rapporten aan de Europese Commissie kunnen voorleggen in het kader van de ESR-rapportering. Er is toen steeds gesteld dat dit geen lasten met zich mag meebrengen en geen bijkomende controle mag vormen. Uiteindelijk is het goedgekeurd.
We moeten weten wat we willen. We kunnen alles van hieruit dirigeren of we kunnen het bij de gemeentelijke autonomie houden. De gemeentelijke autonomie vormt de basis van al onze regelgeving. Dit geldt ook met betrekking tot de intercommunales, die aan het decreet zijn onderworpen. De enige wijze waarop ik kan optreden, is de uitoefening van het toezicht bij een schending van een wet of een decreet of bij een schending van het algemeen belang.
Al de rest is niet aan mijn oordeel onderworpen. Het kan gaan om opportuniteiten en om discussies over eventuele investeringen. Een intercommunale kan beslissen kantoorruimte te huren zonder te weten wat ermee aan te vangen. We kunnen dat een slechte beslissing vinden. Tenzij het verband met een schending van de wet of van het algemeen belang kan worden gelegd, worden al die beslissingen lokaal genomen. Dergelijke investeringen en uitgaven behoren tot de volle verantwoordelijkheid van de gemeenten en van de intercommunales. Dat is de wil van de decreetgever geweest.
Ik ben bereid alle vragen te beantwoorden. De heer Martens is een hardnekkig vraagsteller. Ik hoop op korte termijn tot een akkoord te komen. Ik ben blij dat we eindelijk een akkoord over de principes hebben bereikt. Dit zal al veel oplossen.
Er is hier onder meer verwezen naar Vers L’Avenir en naar Tecteo. Niemand oefent toezicht of controle uit. Ik hoop dat we hieruit geraken. Dit mag ons echter niet afleiden van de basisidee, namelijk de gemeentelijke autonomie en de gemeentelijke verantwoordelijkheid. Dat zullen we niet veranderen. We moeten de verantwoordelijkheid leggen waar ze moet liggen.
Ik dank de minister voor zijn terecht positieve antwoord. Volgens mij delen enkele partijen in dit halfrond een mening hierover. De bijzondere gemeentelijke commissie is tot stand gekomen om een waarheidsgetrouw beeld van de gemeentelijke financiën te krijgen. Wat de TMVW doet, komt neer op een verkrachting van dit principe.
Ik begrijp niet waarom sp.a dit systeem blijft verdedigen. Misschien moet iemand het eens aan de heer De Loor uitleggen. Indien hij dit begrijpt, is zijn probleem van daarnet meteen opgelost.
Wat CD&V betreft, begrijp ik niet welke horzel hier heeft rondgevlogen. Plots is de partij in de richting van een kritische benadering van de intercommunales geschoven.
Ik wil Open Vld nog uitleggen waarom ik deze actuele vraag hier heb gesteld. Ik vind de vraag om toezicht zeer hypocriet. Het is net een schepen van Open Vld die deze problematiek aan het licht heeft gebracht door de gemeenteraad van Gent voor te liegen. Hij heeft met betrekking tot dit debat de doos van Pandora geopend. (Opmerkingen)
Ik wil nog een paar zaken aanhalen. Het samenwerkingsakkoord lijkt me een goede zaak en een belangrijke stap in de goede richting. Ik heb daarnet al het voorbeeld van Vers L’Avenir en Tecteo aangehaald. We moeten de activiteiten van de intercommunales van nabij opvolgen. Indien dat nodig zou blijken, moeten we duidelijke regels opstellen. Dat lijkt me zeer belangrijk.
Wat het concrete geval betreft, zal het debat in Gent gevoerd worden. Transparantie op alle niveaus is de uitdaging, ook voor lokale besturen.
Mijnheer Martens, u zegt dat wij een schandaalsfeer creëren over deze zaak. Vindt u het normaal dat de gemeenschap 12 miljoen euro meer moet betalen dan op voorhand in de rekeningen werd meegedeeld aan de lokale bestuurders? Ik vind dat erg. We creëren geen schandaalsfeer.
Mijnheer Martens, ook wij vinden het natuurlijk niet verantwoord dat gemeenten gaan investeren in het verre buitenland, laat dat duidelijk zijn. We vonden het evenmin verantwoord dat Dexia met middelen van bij ons risico’s ging nemen in Frankrijk en in de VS, ook al ging het dan om overheidsinstellingen.
Het is zeker zo dat TMVW ook goede dingen doet voor de gemeenten, maar het kan volgens mij niet de bedoeling zijn dat de organisatie zich opblaast ver buiten de oorspronkelijke kerntaak en de gemeenten op een bepaald moment opzadelt – want daar blijf ik voor vrezen, minister, maar het is duidelijk niet uw verantwoordelijkheid – met de rekening, net zoals de Gemeentelijke Holding dat ook heeft gedaan. (Applaus van de heer Matthias Diependaele)
De actuele vragen zijn afgehandeld.