Report plenary meeting
Report
De heer Janssens heeft het woord.
Minister-president, blijkbaar is het voornemen van minister Lieten dit jaar om bij te klussen als stand-upcomedian. In haar nieuwjaarstoespraak in Limburg deed ze er haar beklag over dat sp.a in de media wordt doodgezwegen. Blijkbaar leest minister Lieten enkel Zweedse kranten en kijkt ze Poolse televisie, want anders zou ze dergelijke onzinnige uitspraken nooit doen.
Met haar uitspraken over innovatie zouden we ook moeten lachen, indien ze niet zo triestig waren. Gisteren na de bijeenkomst van de taskforce Limburg, die er kwam naar aanleiding van de sluiting van Ford Genk, zei mevrouw Lieten, nota bene Limburgse en minister van Innovatie, dat er te weinig wordt ingezet op innovatie in Limburg. Minister-president, dat moet zoiets zijn als pakweg Sergio Herman die u een gerecht voorschotelt en zegt dat er te weinig peper en zout in zit, maar u toch smakelijk eten wenst. Wat houdt minister Lieten tegen om peper en zout aan haar beleid toe te voegen? Wat houdt haar tegen om in te zetten op meer innovatie in Limburg?
Minister-president, minister Lieten heeft er bovendien op gewezen dat er in het verleden verkeerde keuzes werden gemaakt, blijkbaar ook in het Limburgplan van de Vlaamse Regering. Bent u het eens met de uitspraken van minister Lieten over de structurele problemen in Limburg en met haar verwijzing naar het verleden en de verkeerde keuzes die werden gemaakt voor de relance van Limburg?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mijnheer Janssens, nu trekt u het wel echt op flessen. Ik zal hier minister Lieten verdedigen. (Rumoer)
U lanceert volledig ten onrechte een aanval op mijn collega. U had het ook aan minister Lieten kunnen vragen, maar u vraagt het aan mij. Ik verdedig haar en wel om volgende redenen.
Gisteren hebben we een vergadering gehad van de taskforce, waar professor Herman Daems is gevraagd om wat duiding te geven bij waar hij nu staat en wat er allemaal in dat rapport komt. De leden van de taskforce of werkgroep in mooi Nederlands hebben gisteren de mogelijkheid gekregen om bijkomende facetten te suggereren enzovoort. Het was een heel interessante en belangrijke vergadering, in verband met dat rapport dat 1 februari 2013 wordt verwacht. Dat komt dan ook naar hier, voorzitter. U bent waarschijnlijk aangenaam verrast door de grote transparantie en openheid, hoewel de heer Tommelein al heeft getweet dat ik niet antwoord op vragen. Ik benadruk dat het Vlaams Parlement zeer snel van het rapport in kennis zal worden gesteld, zodat we een level playing field hebben en dat u met kennis van zaken kunt reageren.
Het moet dus klaar zijn op 1 februari 2013. Er is hard aan gewerkt door die experten en professor Herman Daems neemt dat zeer sterk ter harte. Het probleem van Ford Genk wordt natuurlijk geplaatst in heel de problematiek van de provincie Limburg. Dat is ook de opdracht die wij aan die expertenwerkgroep hebben gegeven, om niet enkel te focussen op Ford Genk, maar ook op de toeleveranciers en eigenlijk op heel de provincie.
We hebben in het verleden het Limburgplan gehad, dat nog altijd een heel belangrijk plan is en waarmee we hebben geprobeerd om Limburg op vele vlakken weer te dynamiseren. De vraag is waar de provincie nu zit met de sluiting van Ford Genk en de economische situatie en hoe we de provincie weer de nodige dynamiek geven. Er is voorgesteld om niet te veel in detail te treden, want dan ontstaat er al een discussie voor het rapport er is en die discussies, al of niet te goeder trouw, wil ik absoluut voorkomen.
Laat ons dus wachten tot 1 februari. Natuurlijk zal er een diagnose staan van de Limburgse problemen, natuurlijk hebben we gevraagd naar de doelstellingen van het Strategisch Actieplan voor Limburg in het Kwadraat (SALK) en naar de acties, de voorstellen en de budgetten. Ik denk dat collega Lieten, volledig in die geest, geprobeerd heeft om niet te veel te zeggen om de afspraak te respecteren, maar toch een tipje van de sluier heeft opgelicht, zoals dat in een bepaalde krant wordt genoemd.
Ik ben ervan overtuigd dat dit rapport een belangrijk rapport zal zijn. We moeten dit samen bespreken in de taskforce en ik ben bereid om dit ook in het Vlaams Parlement te bespreken, maar we moeten het debat maar aangaan wanneer het rapport ook is afgeleverd.
Minister-president, alle begrip dat u over het rapport niet wilt discussiëren voor het definitief afgewerkt wordt voorgelegd aan de taskforce.
Alle partijen die ook in de Limburgse provincieraad vertegenwoordigd zijn, zitten ook in de taskforce. Alle partijen u raadt het al behalve één natuurlijk: het Vlaams Belang. De taskforce Limburg heeft, als ik me niet vergis, 21 leden en een 22e lid was er blijkbaar te veel aan. Als Vlaams Belanger rest er me dus geen enkel andere optie dan u hier in het Vlaams Parlement te ondervragen over het relanceplan omdat we als partij geen deel uitmaken van die taskforce Limburg.
Ik vraag dan ook niet naar de inhoud van het relanceplan op zich. Iedere deelnemer aan de taskforce heeft het recht op een eigen inbreng. Welk engagement bent u aangegaan, welke inbreng hebt u gedaan namens de Vlaamse Regering?
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, wat mij opvalt, is dat uit de persartikels blijkt dat nu toch een lid van de regering vrij negatief is over het beleid dat gevoerd is. Ze zegt zelf: Ford is een negatieve hefboom voor alles wat er al mis was. Alles wat er al mis was, was nochtans specifiek door een lid van Voka effectief benoemd: het ENA-project (Economisch Netwerk Albertkanaal) dat veel te lang op zich laat wachten, de noord-zuidverbinding die er nog altijd niet is, de ontsluiting van Zuid-Limburg, dat niet aangesloten is op de E40, de slechte toestand in het oosten wat ontsluiting en projecten betreft.
Minister-president, de heer Janssens heeft een terechte bedenking gemaakt. Wat is de input van de Vlaamse Regering? Als een minister van de Vlaamse Regering zelf al zegt dat het niet goed gaat met Limburg, doe er dan snel iets aan en zorg dat tal van projecten die al zo lang in de pijplijn zitten, er snel komen.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, de eerste krant die ik s morgens lees is het Belang van Limburg. Als Limburger ben je verplicht om dat te doen. In het editoriaal las ik de mooie mededeling dat de radiostilte werd behouden, na de bijeenkomst van de taskforce. De derde krant die ik lees, is De Morgen. Daarin las ik een interview waarin minister Lieten werd geciteerd. Ik vind het toch wel spijtig dat ze de radiostilte voor een stuk heeft doorbroken. Het is heel belangrijk om samen aan één zeel te trekken. Ik hoop ook dat dat verder zal gebeuren.
Voor ons is het het belangrijkste om niet vooruit te lopen op de resultaten van de expertengroep, op de conclusies van de taskforce. Het belangrijkste daarna is om er samen achter te staan en effectief acties te ondernemen. Dat is wat de Limburgers nu ook van ons verwachten: geen klaagzang, geen onderlinge discussies, maar acties om Limburg vooruit te helpen.
De heer Vereeck heeft het woord.
Minister-president, u hebt daarstraks nog gesteld dat vertrouwen essentieel is in de economie en dat de oppositie daarbij ook nodig is om dat vertrouwen mee aan te kweken. Ik heb ook het Belang van Limburg gelezen. Men vraagt inderdaad aan ons allemaal om aan één zeel te trekken, geen politieke spelletjes te spelen rond het SALK en vooral ook discretie in acht te nemen. Dan ben ik toch, in tegenstelling tot u, een beetje verbaasd om niet te zeggen ontgoocheld dat minister Lieten voor haar beurt heeft gesproken. Ze heeft gezegd dat ze in de media wordt gemarginaliseerd, maar ze heeft duidelijk toch deze opportuniteit te baat genomen om een aantal dingen te vertellen.
Daarmee geeft ze natuurlijk meteen een opportuniteit om kritiek te geven. Ze zegt dat er in het verleden van alles is misgelopen. Wat is er dan misgelopen? Ze zegt ook dat er te weinig innovatie gebeurt, maar ze is zelf minister van Innovatie.
Ik wil vanuit de oppositie oproepen u hebt alvast vanwege mijn fractie mijn woord om tot 1 februari het stilzwijgen te behouden, want het kan alleen in discretie. Alleen dan durven mensen dingen te zeggen en durven ze van mening te veranderen. Gebeurt dat op het publieke forum, dan betekent dat meteen gezichtsverlies. We moeten ook kunnen doordiscussiëren en onze standpunten op elkaar afstemmen. In die zin zou ik willen oproepen dat in het bijzonder uw collega vanaf nu zwijgt, totdat het rapport naar buiten komt.
Ik dank de heer Vereeck voor zijn wijze betoog. Het zal niet het enige zijn van dit jaar. Het klopt dat wij daar, over meerderheid en oppositie heen, ernstig over discussiëren, met kennis van zaken en het rapport in de hand. De afspraak is dat iedereen de ernst van de situatie inschat. Tienduizend mensen dreigen hun job te verliezen. Geen van hen heeft er belang bij dat hier politieke spelletjes worden gespeeld. Uw oproep is dus heel terecht, ik waardeer die zeer.
Mijnheer Janssens, u moet de afspraken die wij gemaakt hebben, goed duiden. Wij hebben afgesproken om de expertenwerkgroep onder leiding van professor Herman Daems de opdracht te geven om een rapport te schrijven. Dat rapport wordt volledig aan die experten toevertrouwd. Er is niemand, ook niet van de Vlaamse Regering, die zegt wat in dat rapport moet staan. Het is de verantwoordelijkheid van professor Herman Daems, die op 1 februari met dat rapport zal komen. Hij heeft al een aantal hearings georganiseerd. Ook gisteren kon iedereen zijn inbreng doen. De experten zullen nu in grote wijsheid een rapport opstellen.
Het rapport wordt neergelegd in de taskforce. Dat rapport zal niet te nemen of te laten zijn. Er zullen elementen in zitten die uitgevoerd kunnen worden, maar ook elementen die voor discussie vatbaar zijn. Dat zal gebeuren in die taskforce. Ik heb er geen enkel probleem mee om daar met dit parlement over te discussiëren als daar goede en positieve ideeën aangereikt worden.
Ik ben zelf niet van die prachtige provincie, maar ik voer wel al jaren, samen met de collegas, het Limburgplan uit. Daar was heel sterke verbetering zichtbaar. Het is een heel spijtige zaak dat Ford Genk is gesloten, met zodanige effecten op die provincie dat men zegt dat het Limburg vijf jaar achteruit slaat.
Die uitdaging willen wij aangaan. Ik zal zo weinig mogelijk tijd stoppen in de discussie over wat in het verleden allemaal slecht is gelopen. Dat brengt nu niets bij. Ik wil ook nog onderstrepen dat er ook andere provincies zijn in Vlaanderen waar er belangrijke uitdagingen zijn waar we de nodige aandacht aan moeten besteden. Laat ons geen tijd verliezen met discussies over wat er in het verleden allemaal fout zou zijn gelopen. We moeten uit dat verleden wel lessen trekken, zodat we het in de toekomst nog beter doen dan in het verleden.
Minister-president, wij kijken in volle verwachting uit naar het rapport, waarmee u hopelijk zo snel mogelijk na 1 februari naar het parlement zult komen.
Inderdaad, mevrouw Jans, wij groeien in Limburg op met Het Belang van Limburg bij het ontbijt, en in iets mindere mate met De Morgen, maar daarin stond vandaag wel een interessant interview met een econoom aan de KU Leuven. Die stelt dat de economische problemen in Limburg structureel zijn: oude industrie, slechte spoorvoorzieningen, geen goede ontsluiting van autowegen en dergelijke meer.
Minister-president, uw taskforce heeft de opdracht en de bedoeling om een toekomstplan voor Limburg op te stellen. De Limburger rekent op de steun van u en uw Vlaamse Regering. Laat ons dan ook hopen dat alle ministers in uw regering, en vooral de Limburgse ministers, hun bevoegdheden gebruiken om Limburg erbovenop te helpen en geen onnodige dwaze uitspraken te doen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Ik heb de minister-president zojuist een exemplaar gegeven van het nieuwe reglement, zodat de minister-president ook kan zien dat bij actuele vragen de spreektijd twee minuten is, zowel voor de volksvertegenwoordigers als voor de regering. (Opmerkingen van de heer Joris Van Hauthem)
De ene keer wordt dat ten kwade geduid, de andere keer niet, mijnheer Van Hauthem. Maar het is goed dat iedereen dat weet.
De actuele vraag is afgehandeld.