Report plenary meeting
Ontwerp van decreet houdende aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2012. Tweede aanpassing
Ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2012. Tweede aanpassing
Report
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde zijn het ontwerp van decreet houdende tweede aanpassing van de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2012, het ontwerp van decreet houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2012 en het ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting 2012.
Ik stel voor om de algemene besprekingen van de drie ontwerpen van decreet samen te voegen tot één enkele algemene bespreking. Is het parlement het hiermee eens? (Instemming)
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Smaers, verslaggever, heeft het woord.
Naar goede gewoonte heb ik verslag gemaakt van de besprekingen in de commissie Financiën en Begroting, van de middelen- en uitgavenbegroting, tweede begrotingsaanpassing voor 2012 en van het ontwerp van decreet ter begeleiding van die begroting. Ik zal de drie ook samenvoegen in mijn verslag.
In totaal werden drie commissiezittingen van de commissie Financiën en Begroting gewijd aan de toelichting en bespreking van de tweede begrotingsaanpassing 2012, het advies van het Rekenhof dienaangaande en de antwoorden van de minister tijdens de bespreking in de commissie. De stemming in de commissie werd gehouden op 19 juni 2012.
In de toelichting door minister Muyters werd de tweede begrotingsaanpassing vergeleken met de eerste begrotingsaanpassing. Vanwege de crisis werd dit jaar al een eerste begrotingsaanpassing doorgevoerd. De tweede aanpassing is een klassieke aanpassing. De aangekondigde besparingen op personeel en apparaat in de eerste begrotingscontrole werden nu geconcretiseerd. Voor de gewestbelastingen is er een meerontvangst van 93,5 miljoen euro. Dit is gebaseerd op de raming van de federale fiscus. De onderbenutting is opnieuw geschat: de daling van de verwachte onderbenutting bedraagt ongeveer 20 miljoen euro. Het verwachte vorderingenoverschot daalt naar 7,9 miljoen euro. Daardoor stijgt de brutobeleidsruimte met 108,3 miljoen euro. De brutobeleidsruimte werd aangewend voor de indexatie van de lonen, voor kostendrijvers, voor bijkomende betaalkredieten ten belope van 33 miljoen euro), en voor de nv BAM is 12,6 miljoen euro vrijgemaakt voor het bijkomend effect van de consolidatie ten gevolge van grotere investeringskosten.
Omdat er minder betaalkredieten nodig zijn voor het Financieringsfonds voor Schuldafbouw en Eenmalige Investeringsuitgaven (FFEU) na een nieuwe inschatting van de betaalkalender en ook ten gevolge van de consolidatie van de patrimoniumvennootschap Diestsepoort is de beleidsruimte toegenomen. De aanwending van de brutobeleidsruimte gebeurt volledig in het kader van een constant beleid. De bij de eerste begrotingscontrole afgesproken provisies blijven gehandhaafd. Zo is er voor betaalincidenten 20 miljoen euro plus 10 miljoen euro aan provisie bij het Vlaams Infrastructuurfonds (VIF) ondergebracht. Er is ook voorzien in een provisie voor de invoering van het Rekendecreet ten belope van 60 miljoen euro. Ten slotte is er ook voorzien in een conjunctuurprovisie van 16 miljoen euro.
Na de toelichting van de minister volgde de toelichting van het Rekenhof. Ik bespreek kort het verslag van het Rekenhof. De tweede begrotingscontrole 2012 is een klassieke budgetcontrole, gericht op een nieuwe schatting van de uitgaven. Het Rekenhof heeft geen bemerkingen bij de omvang van de betalingskredieten. Er wordt niet in uitgaven voorzien voor de usurperende bevoegdheden. Wat de aanvullende pensioenbijdrage betreft, heeft de minister verklaard dat de impact pas wordt verwerkt als er een akkoord met de federale overheid is. Als er een akkoord zal zijn, hoopt de minister dat er voldoende reserve is in de uitgavenbuffers.
Bij de ontvangsten heeft het Rekenhof geen opmerkingen. Er is een gunstige evolutie van de impliciete schuld, die in 2012 daalde met 412 miljoen euro. Daarbij is echter geen rekening gehouden met de effecten van de alternatieve financiering. In het verslag van het Rekenhof wordt ook aandacht besteed aan een aantal punten inzake de implementatie van het Rekendecreet. Er is aandacht voor de overflow, de uitbreiding van de begrotingsregelgeving naar alle openbare instellingen die in de ESR-consolidatiekring van de overheid vallen en de evolutie naar een prestatiebegroting.
Tijdens de besprekingen heeft vooral de oppositie een aantal vragen en opmerkingen verwoord. Ik ga er kort op in. Er werd op gewezen dat in de algemene toelichting geen enkele grafiek of cijfertabel is opgenomen met betrekking tot de ontwikkeling van de schuld. Het zou goed zijn, mocht de schuldevolutie in de begrotingsdocumenten worden opgenomen, aangezien het rapport Kas-, Schuld- en Waarborgbeheer niet tot de begrotingsdocumenten behoort.
De oppositie stelde de vraag wat het standpunt is van het Rekenhof over de toereikendheid van de betaalkredieten in globo in deze tweede begrotingscontrole. In 2010-2011 had het Rekenhof al meermaals gewezen op dreigende betalingstekorten bij het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) en het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn). Het Rekenhof had het telkens bij het rechte eind. In het rapport van het Rekenhof bij de eerste begrotingscontrole 2012 waarschuwde het hof voor betaaltekorten bij AGIOn. Dit wordt nu erkend via een herraming van de betalingsbehoeften.
De minister zal daar later in de commissie op antwoorden dat de betaalkalender van het IWT wordt opgesteld op basis van de stock van niet-betaalde verbintenissen.
De oppositie verwijst naar de bemerkingen van de SERV in haar evaluatie over het begrotingsbeleid, in het bijzonder dat men eenmalige ontvangsten blijft inschrijven waar geen eenmalige uitgaven tegenover staan. De SERV pleit bovendien voor snelle duidelijkheid over de financiële uitdagingen van de toekomst: de vergrijzing, de zesde staatshervorming en de inspanningen in het kader van het Europese begrotingsbeleid.
Volgens de oppositie zou het nominale evenwicht een structureel ongezonde begroting maskeren, die meer dan 450 miljoen euro aan eenmalige inkomsten bevat, waarmee lopende zaken worden gefinancierd. Bovendien is de begroting onvoldoende gewapend tegen de verwachte communautaire factuur die zal voortkomen uit de responsabiliseringsbijdrage voor de ambtenarenpensioenen, de usurperende bevoegdheden en de zesde staatshervorming
De oppositie wees andermaal op het ontbreken van een structurele norm, die het mogelijk zou maken om adequaat te reageren op fluctuaties in de groei. De minister heeft daarop geantwoord en hetzelfde standpunt ingenomen als bij de eerste begrotingscontrole.
Tot daar het verslag van de besprekingen over de tweede begrotingsaanpassing.
Er is ook nog een kort verslag over de besprekingen van het begeleidende Programmadecreet in de commissie.
De commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting behandelde op 12, 19 en 21 juni 2012 het ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting 2012. Het ontwerp van Programmadecreet bij de tweede begrotingsaanpassing 2012 werd besproken in samenhang met de begroting. De stemming vond plaats op 21 juni. Het betreft in essentie een aanpassing van wetgeving inzake registratierechten.
Sinds 1 januari 2002 bestaat het principe van de meeneembaarheid. De registratierechten die betaald werden bij de aankoop van een hoofdverblijfplaats, kunnen in rekening gebracht worden bij de tweede aankoop van een volgende hoofdverblijfplaats tot maximaal 12.500 euro.
Eind 2010 vond er een decretale aanpassing plaats waardoor werd vermeden dat er een gelijktijdige heffing van btw en registratierechten op eenzelfde terrein zou plaatsvinden. Die decretale aanpassing bood een antwoord op het risico dat vanwege het Breitsohlarrest tegelijk btw en registratierechten zou worden geheven bij de aankoop van de bij de woning horende grond vanaf 1 januari 2011.
Het Grondwettelijk Hof oordeelde in zijn arrest van 22 maart 2012 dat het stelsel van meeneembaarheid van de registratierechten moest worden aangepast, in zover het niet voorziet in een teruggave van de registratierechten bij de aankoop van een nieuwe woning met bijhorende grond waarover de btw wordt geheven. Het hof argumenteerde dat het onderscheid tussen aankoop onder btw en onder registratierechtenregeling niet pertinent is in het licht van de doelstellingen van de wetgever. Het voorgelegde ontwerp van programmadecreet biedt daarvoor een decretale oplossing.
Van een tussengekomen btw-aankoop wordt een neutrale verrichting gemaakt, waardoor eerder betaalde registratierechten worden bewaard. Meeneembare registratierechten worden voortaan overgedragen naar een volgende aankoop van een hoofdverblijfplaats onder het regime van registratierechten, ook al was er geen verrekening bij een tussenliggende btw-aankoop. De verrekening van de registratierechten gebeurt in de vorm van teruggave indien de verkoop van de btw-woning plaatsvindt na de aankoop van de tweede registratierechtenwoning.
De minister stelde in de commissie dat de meeneembaarheid technisch wordt aangepast aan het arrest van het Grondwettelijk Hof en dat de samenhang van het belastingstelsel die wordt geëist door het Europese Hof van Justitie, wordt gevrijwaard.
Ook wordt geopteerd voor een aangepaste beleidsdoelstelling. Het gaat niet langer om de mobiliteit van huizenbezitters, maar om het verminderen van het verschuldigd bedrag aan registratierechten bij een opeenvolgende betaling van deze rechten.
De wijzigingen gaan in vanaf 1 januari 2011. Het Rekenhof formuleerde geen opmerkingen.
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Er is al een eerste begrotingscontrole geweest die ingrijpender was. Dit is een concretisering en een consolidatie van die eerste controle, wat het resultaat bevestigt. We mogen dat nog eens onderstrepen. Een begroting in evenwicht blijft een puike prestatie, zeker in vergelijking met de begrotingen van andere regeringen in Europa.
Her Rekenhof heeft de voorbije weken bevestigd dat dit evenwicht mee wordt bereikt op basis van realistische prognoses. Het gaat dan over de prognoses van zowel de ontvangsten als de uitgaven. Dat wil zeggen dat dit een zeer stevige begroting is die nu kan worden uitgevoerd.
De buffers, zowel de conjunctuurbuffers als de provisie voor het Rekendecreet en de provisie bij betaalincidenten zijn behouden. Als we die allemaal optellen, komen we in de buurt van 100 miljoen euro. De impliciete schuld zal ook in de loop van 2012 teruglopen. Men kan niet alleen zeggen dat dit een begroting in evenwicht is, maar ook een begroting die op stevige fundamenten is gebouwd.
Tot slot is ook het probleem van de meeneembaarheid van de registratierechten opgelost.
Dat is ook een steen uit de schoen. Dit is op een heel fijne manier opgelost, conform het arrest van het Grondwettelijk Hof en conform de uitspraak van het Europees Hof van Justitie. Door de tussengekomen btw-aankoop op een neutrale verrichting te ijken, is dat probleem opgelost. Dat is voor heel wat Vlamingen een stap voorwaarts. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Tack heeft het woord.
Deze begrotingsaanpassing is inderdaad niet meer dan een actualisatie van de initiële kredieten. Men bouwt uiteraard voort op de eerste begrotingsaanpassing waarin een aantal cijfers iets concreter worden ingevuld. De eerste begrotingscontrole was vervroegd wegens sterk verslechterende economische vooruitzichten.
Mijnheer Van den Heuvel zegt dat wij een begroting in evenwicht hebben. Nominaal is dat inderdaad zo. De meeste oppositiepartijen zijn het er echter over eens dat dit evenwicht wordt bereikt door aan de inkomstenzijde voor een belangrijk deel te rekenen op eenmalige inkomsten. Ik hoef ze niet nog eens te herhalen. Het gaat dan onder meer over de inkomsten van de overname van de gronden van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), de inkomsten van de dividenden van KBC die stilaan structureel beginnen te worden omdat KBC er niet in slaagt om zelfs een begin te maken van de terugbetaling aan Vlaanderen van die 3,5 miljard euro. Er komt echter een dag dat die som terugbetaald zal zijn en dat die dividenden niet meer zullen binnenkomen bij Vlaanderen. Er dan is er ook nog de verkorting van de aangiftetermijn voor de successierechten. Dat zijn allemaal eenmalige inkomsten. Er zal echter een moment komen dat de inspiratie om eenmalige inkomsten te verwerven op is.
Minister-president, de recurrente uitgaven blijven wel. U zult er in de toekomst in moeten slagen om die uitgaven te blijven bekostigen. Wat er zal gebeuren wanneer u geen nieuwe eenmalige inkomsten meer vindt, zien we dan wel weer, denkt u. Het zal misschien niet meer voor u zijn maar voor een volgende regering, met of zonder u, dat zal de toekomst uitwijzen.
Er komen natuurlijk een aantal nieuwe facturen op ons af, zoals de responsabilisering in verband met de pensioenen van de Vlaamse ambtenaren. Ik zou dan ook graag eens vernemen wat hierover tijdens de vergadering van het Overlegcomité is gezegd. Indien ik het goed heb begrepen, is die vergadering ondertussen achter de rug. Vorige week kon de minister-president de vragen van de heer Van Hauthem nog niet beantwoorden.
Minister-president, gaat u ermee akkoord voor 2012 al een bijdrage voor die pensioenen te leveren of zal dat pas vanaf 2013 gebeuren? Vorige week zei u dat u hiertoe zou overgaan. In het voorliggend ontwerp van decreet staat dit echter niet vermeld. Waar zult u die bijdrage voor dit jaar halen? Zult u dit betalen met de provisies waarover u beschikt? Kunt u dit met die provisie wel betalen? Zult u, als u mee betaalt, ook inspraak krijgen? Zal dit progressief worden ingevuld naarmate u meer betaalt? Ik zou graag een antwoord op die vragen krijgen.
Een steeds weerkerende vraag betreft de usurperende bevoegdheden en de zesde staatshervorming. U zegt steeds dat u nog niets weet, dat die staatshervorming er nog wel komt en dat we daar niet op mogen vooruitlopen. Misschien wordt het tijd en is het wel nuttig die denkoefening te maken. Waar zult u die middelen eventueel halen?
Hoewel we hier vrijdag nog uitgebreid op zullen ingaan, wil ik nog even iets over de scheidingstaks zeggen. Ik heb dit punt naar aanleiding van de eerste begrotingscontrole al naar voren gebracht. Het lijkt me eigenaardig deze begrotingscontrole goed te keuren terwijl het nog niet goedgekeurd ontwerp van decreet betreffende de scheidingstaks, dat toch voor inkomsten moet zorgen, al in de begroting wordt ingeschreven. Ik zal me van een lange uiteenzetting over die scheidingstaks onthouden. Daar krijgen we vrijdag de gelegenheid toe. We zullen dit punt uitgebreid bespreken.
De conclusie luidt dat deze tweede begrotingsaanpassing een actualisering van bepaalde cijfers inhoudt. Van een echte aanpassing van een structureel ongezonde naar een gezonde begroting is echter geen werk gemaakt. Tegenover de eenmalige inkomsten staan nog steeds recurrente uitgaven. Er is nog niet berekend hoe de usurperende bevoegdheden zullen worden aangepakt. We kunnen niet terugvinden hoe de directe schuld zal worden teruggedrongen. Tegen 2020 zou de directe schuld 0 euro moeten bedragen. Zelfs indien KBC alles terugbetaalt, lijkt dit me nog altijd een onmogelijke opgave.
Minister-president, volgens mij zult u in dit verband een grote verantwoordelijkheid op de schouders van de volgende ploeg leggen. Tot nu toe wordt de directe schuld alvast niet teruggedrongen. Deze tweede begrotingscontrole is dan ook een gemiste kans. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Van Mechelen heeft het woord.
Voorzitter, het gebeurt niet vaak dat we nu reeds over de tweede begrotingscontrole van de Vlaamse Regering debatteren. Het is niet gebruikelijk dat we de initiële begroting tijdens een periode van enkele maanden tweemaal aanpassen. De parameters verschillen echter. Ik vrees dat dit in de toekomst nog meer zal gebeuren. Dit evolueert natuurlijk in twee richtingen. Het is dan ook een verdienste van de Vlaamse Regering op de uitdrukkelijke vraag van de voltallige oppositie te zijn ingegaan om de initiële begroting snel bij te sturen.
We zouden de begroting eigenlijk vandaag al weer kunnen bijsturen. Ik heb deze morgen gelezen dat de inflatie vertraagt. Dit betekent dat de indexsprong een jaar later komt. Dat is weer 16 miljoen euro gewonnen. Als de economische groei licht zou stijgen, zou de minister-president voldoende geld hebben om bepaalde onpopulaire maatregelen niet te hoeven treffen.
Ten tijde van de eerste begrotingscontrole heeft de heer van Rouveroij op indrukwekkende wijze een punt gemaakt. Het gevaar bestaat immers dat er haast een gewenning optreedt. Volksvertegenwoordigers en burgers zouden de indruk kunnen krijgen dat het hier om een obligaat debatje tussen de meerderheid en de oppositie gaat. Niets is echter minder waar.
Mijn fractie benadrukt en zal blijven benadrukken dat Vlaanderen op korte termijn, gedurende de jaren die ons in deze legislatuur nog resten, werk moet maken van structurele maatregelen die uiteindelijk soelaas moeten kunnen brengen.
Het zijn maatregelen om enerzijds de begroting duurzaam in evenwicht te houden en om anderzijds de toename van de schuld te doen stoppen en de geplande schuldafbouw op te starten conform Pact 2020.
Tegelijkertijd, en dat is heel belangrijk, minister-president, is het nodig dat we maatregelen nemen die onze Vlaamse economie zuurstof kunnen geven, zoals u bijvoorbeeld toch al doet met de kredieten voor innovatie en ontwikkeling, zij het dat mijn betrokken collegas daar nog een bijkomende inspanning blijven verwachten.
Collegas, deze tweede begrotingsaanpassing zal vermoedelijk niet de laatste van dit jaar zijn. Het blijft dan ook jammer te moeten vaststellen dat we uitgerekend voor dit jaar niet over een uitgewerkte meerjarenbegroting beschikken. De heer Van Rompuy zou zeggen: Het kompas op langere termijn ontbreekt ons vandaag. De ingezette koers is misschien moeilijk correct in te schatten, al wijst het Rekenhof er terecht op dat tegen eenmalige ontvangsten nog steeds recurrente uitgaven staan waardoor er op termijn ongetwijfeld opnieuw zal moeten worden gesaneerd in bepaalde uitgaven.
De Vlaamse Regering heeft er na de afschaffing van de jobkorting thans voor geopteerd om nu in te grijpen in de gewestbelastingen met enerzijds een eenmalige opbrengst in de successierechten en met anderzijds een structurele opbrengst in de verdeelrechten, goed voor 40 miljoen euro, in deze begrotingsaanpassing teruggebracht tot 16,6 miljoen euro. Het blijft me evenwel een raadsel waarom deze meerderheid een dermate ontspoorde politieke discussie wil blijven voeren over deze miserietaks, daar waar de inkomsten voor dit jaar vooral zullen worden gerealiseerd door het aankondigingseffect van deze belastingsverhoging en niet zozeer door de effectiviteit van de maatregel zelf. Op een begroting, collegas, van 26,6 miljard euro ontvangsten blijft de discussie over 16,6 miljoen euro bedroevend. Ik had dan ook de suggestie gedaan om de bespreking van dit vermaledijde ontwerp van decreet op te schorten, dat gaf ten minste tijd om verder te bezinnen en het wat mij betreft op termijn af te voeren.
Open Vld zal zich dan ook de volgende dagen blijven verzetten tegen deze maatregel en de manier waarop de aanpassing uiteindelijk wordt doorgevoerd. Wie dacht dat het cynisme zijn hoogtepunt had bereikt door de taks te verdubbelen voor koppels die het bij een scheiding reeds emotioneel en financieel moeilijk hadden, kwam bedrogen uit. Na kritiek in eigen rangen werd voorzien in een bijkomende verhoging. Ik denk dat de geloofwaardigheid van de milderende maatregelen ondertussen doorprikt is door de vele uiteenzettingen in de commissie. Men moet al een gezin met zes kinderen zijn om beter af te zijn dan met de 1 procent. Het spijt me het te moeten zeggen, maar hoe hard de N-VA ook zijn best doet om zich voor te doen als de partij die tegen elke belastingverhoging is: na het afschaffen van de jobkorting en nu de miserietaks als tweede duidelijke Vlaamse belastingsverhoging, kan men dit lied best niet meer zingen.
Collegas, vorige week maakte Belfius het jaarlijkse rapport op van de financiële toestand van de steden en gemeenten. De toestand oogt niet rooskleurig, in die mate zelfs dat minister Bourgeois het nodig vond en waarschijnlijk ook terecht waarschuwde dat de lokale besturen beter opletten om voor de komende beleidsperiodes geen beloften te doen die niet haalbaar zijn. Hij riep eigenlijk op om de tering naar de nering te zetten, alsof we dat niet ieder jaar in iedere begroting van een stad of gemeente proberen te doen.
Maar, minister, voor de goede lezer was het Belfius-rapport ook erg duidelijk. Het feit dat de financiële toestand van de steden en gemeenten vandaag nog relatief goed te noemen is, is vooral te danken aan een maatregel van de vorige Vlaamse Regering, met name aan de beslissing om met de steden en gemeenten een fiscaal pact, later omgedoopt tot het lokaal pact, te sluiten. We hebben er trouwens samen aan kunnen werken. In ruil voor de belofte om de belastingen niet te verhogen, nam de Vlaamse overheid een deel van de schulden van de lokale besturen over en ook verantwoordelijkheden zoals het verschuiven van het aansluitingspunt in het hoofdrioleringsnetwerk. Het is precies deze schuldafbouw die heeft gezorgd voor de nodige ademruimte, dat wordt nu ook onomstotelijk in het Belfius-rapport aangetoond.
Zoals u weet, heb ik net als een paar collegas al herhaaldelijk gepleit voor een nieuw fiscaal pact. Er moet natuurlijk ruimte zijn en desnoods moet er ruimte worden gemaakt. Op relatief korte termijn ik bedoel 2013 en anders alleszins 2014 zal de Vlaamse Regering moeten nagaan of ze met een dergelijk pact opnieuw zuurstof kan geven aan onze steden en gemeenten om hun rol van investeringsbesturen te kunnen blijven waarmaken en om de stijgende pensioenlasten het hoofd te kunnen bieden zonder te moeten overgaan tot lastenverhogingen. Het Belfius-rapport kan misschien een gids zijn voor uw beleid naar de steden en gemeenten.
Dames en heren, in deze tweede begrotingscontrole worden voor een aantal beleidsdomeinen nieuwe kredieten voorgesteld. Uiteraard vindt ook mijn fractie het een goede zaak dat er middelen worden geïnvesteerd. Dat geeft immers zuurstof aan de economie. Toch kunnen wij ons niet van de indruk ontdoen dat het niet altijd om structurele maatregelen gaat, noch om duidelijke keuzes.
Zonder specialist te zijn, wil ik verwijzen naar het hele kunstendebat. Het lijkt me vanzelfsprekend en logisch dat de Vlaamse Regering, die zich graag opstelt als een betrouwbare partner, de organisaties die voldoen aan haar eigen voorwaarden, subsidieert. Het feit dat er nu middelen zijn gevonden om deze organisaties de gevraagde middelen of een deel ervan toe te kennen, leidt wat mij betreft de aandacht af van de terechte vragen naar een hervorming van de subsidiestromen. Het feit dat we nu weten of toch niet? wie in de regeringspartijen echt iets te zeggen heeft, bijvoorbeeld omdat Dranouter wel is opgevist en de Musical van Vlaanderen niet, is weinig relevant.
Nu de subsidieronde voorbij is we weten hoe prettig het voor de regering is om een subsidieronde af te maken en de klip genomen is, zouden we de tijd kunnen nemen om te kijken in welke mate we die subsidiestromen kunnen organiseren of heroriënteren. Er moet daarbij vooral aandacht gaan naar de creatieve werking, deze mag niet in het gedrang komen. We vinden in onze brievenbus vaak luxueuze programmaboekjes, catalogi en uitnodigingen die door organisaties erg gul en weinig gericht worden verspreid. Dat is maar één klein puntje, maar deze organisaties of groepen zouden de tering meer naar de nering moeten zetten.
Doordat er geen echte keuzes worden gemaakt, lopen in steeds meer beleidsdomeinen de wachtlijsten op. Dat zijn zaken waar we hier vanmiddag al over gediscussieerd hebben. Minister Lieten verduidelijkte dat in de sociale huisvestingssector momenteel 71.000 aanvragen zijn voor een sociale woning. De Vlaamse Regering legt de horizon van 2020 op aan de steden en gemeenten. Ik kan getuigen dat er nogal wat inspanningen worden gedaan de heer de Kort is er nu even niet om programmas op tafel te leggen om die woningen effectief te bouwen. Zo komen we op wachtlijsten terecht van vijf, zes jaar. Zo komen we er natuurlijk niet.
Hetzelfde verhaal speelt zich af op het vlak van scholenbouw, in de welzijnssector en met betrekking tot de onroerenderfgoedsector. Wat die laatste betreft, wordt nu voorzien in een extra inspanning van 15 miljoen euro. Dat is op zich goed nieuws, ware het niet dat de wachtlijst op drie jaar tijd gegroeid is tot circa 77 miljoen euro en dat er nog eens meer dan 100 miljoen aan dossiers bij de administratie wacht op conformverklaring. Dat worden eindeloze subsidiestuwmeren. Daar moeten we beleidskeuzes maken.
Minister, uw paradepaardje van de Eerste Wereldoorlog krijgt extra middelen. Dat is een belangrijk onderdeel in het regeerakkoord, en ook al in het vorige. Met de poging om de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog als werelderfgoed te laten erkennen, gaan we wel uit de bocht. En dit moest dan nog worden gebracht in de week dat het nieuwe In Flanders Fields Museum open ging.
Minister Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Van Mechelen, wat bedoelt u als u stelt dat we uit de bocht dreigen te gaan met de erkenning als UNESCO-werelderfgoed?
Zoals u weet, stel ik daar nogal wat parlementaire vragen over. Tegenwoordig zijn dat meestal schriftelijke vragen. Misschien hebt u goed nieuws vandaag, in de week van de opening van het museum, en kunt u stellen dat u er dan toch in zult slagen om de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog te laten opnemen als werelderfgoed, zoals dat trouwens de voorbije weken is gebeurd met het mijnerfgoed in Wallonië, als ik het goed heb gelezen.
U stelt daar inderdaad een aantal vragen over. Ik breng daar ook geregeld verslag over uit in de commissie.
We zullen dit dossier indienen als een grensoverschrijdend dossier, in samenspraak met Frankrijk en Wallonië. Wij zijn klaar met ons dossier. De Fransen zijn niet klaar. De Walen zijn niet klaar. We hebben afgesproken om dat dossier samen in te dienen. Het lijkt me ook wel interessant om dat op die manier te doen. Wat de voorbereidingen aan Vlaamse kant betreft, zitten we echter volledig op schema, zowel wat de erkenning en de verdere bescherming van de monumenten betreft als wat de ankerplaatsen betreft. Het dossier zal echter natuurlijk meer gewicht krijgen als het grensoverschrijdend is.
Zo kom ik eigenlijk tot een vraag die ik niet had voorzien, maar die ik deze namiddag niet kon stellen. U zegt dat we op schema zitten wat de ankerplaatsen betreft. Men heeft een prachtig gave site ontdekt van loopgraven van de Tweede Wereldoorlog, van Turnhout tot aan de Nederlandse grens waarbij trouwens een bijzonder mooie gemeente moet worden doorkruist. Het gaat over een relict van bijna 10 kilometer lang. Eigenlijk kent dat zijn gelijke niet. Het is bijna beter dan wat er op dit ogenblik in Verdun wordt bewaard. Het is qua omvang natuurlijk veel groter dan wat we in Ieper kunnen tonen. Ter zake is het dossier van de ankerplaats nog altijd niet op gang gekomen, omdat er op het terrein een kleine discussie blijkt te bestaan tussen de nieuwe eigenaar, het Agentschap voor Natuur en Bos, en Onroerend Erfgoed.
Het enige wat ik daarmee wil zeggen is het volgende. We stellen vast dat we opnieuw wachtlijsten opbouwen wat die premies betreft. Ooit komt die vraag om geld op tafel. Ik heb het over 77 miljoen euro. Er ligt nog eens 100 miljoen euro te wachten. Het is aan u om me tegen te spreken, wat ik graag zou horen.
Ik stel vast dat er vertraging is wat een aantal ankerplaatsen betreft. Daardoor wordt ook het dossier belast. U zult dit uiteindelijk tot een goed einde moeten brengen.
Ik spreek natuurlijk niet tegen dat er wachtlijsten zijn. Die waren er ook toen u minister was. Dat is een structureel probleem. Dat klopt. Dat dossier bestaat al jaren. Ik kan alleen maar zeggen dat het budget voor Onroerend Erfgoed nog nooit zo hoog is geweest als nu, met deze begrotingswijziging.
Ik neem uw pleidooi voor de bescherming van het erfgoed van de Tweede Wereldoorlog ter harte. U weet dat. Ik heb ook de timing meegedeeld. Mijn agentschap kan niet alles tegelijk doen. Dat heeft natuurlijk echter geen effect op de erkenning van het dossier van de Eerste Wereldoorlog.
Het gaat hier over een relict van 1917, dus van de Eerste Wereldoorlog.
Open Vld vindt het goed dat de Vlaamse Regering haar begroting snel bijstuurt, maar samen met velen blijf ik op mijn honger als het gaat over de vraag waar ze op lange termijn heen wil met haar begrotingsdoelstellingen. Persoonlijk vrees ik dat Pact 2020 alleszins niet meer het baken is voor de lange termijn, zeker nu we weten dat, zoals al werd gesteld, we snel de extra lasten voor de ambtenarenpensioenen, de usurperende bevoegdheden en de nieuwe uitdagingen die de zesde staatshervorming met zich zal meebrengen, in onze toekomstige begrotingen zullen moeten verwerken. Ik verwijs naar het BAM-debat van daarnet. Uit het verslag is gebleken dat onze gewaarborgde schuld is opgelopen van 7 tot 10 miljard euro, en nu dreigt de waarborg voor heel de Liefkenshoektunnelkwestie erbij te komen. Minister, laten we inderdaad hopen dat de KBC haar perpetual loan snel terugbetaalt, zodat onze schuldgraad kan dalen, dat we communicerende vaten hebben, dat we onze goede rating kunnen behouden, dat we een begroting in evenwicht hebben en dat we die maximaal zuiveren van eenmalige ontvangsten.
The proof of the pudding is in the eating, en dat zal de meerjarenbegroting zijn, waar we met bijzonder veel aandacht naar uitkijken. (Applaus bij Open Vld)
De heer Sannen heeft het woord.
Voorzitter, ministers, collegas, ongeveer wekelijks wordt dit spreekgestoelte gebruikt en misbruikt voor wat rumoer in de marge, om te proberen duidelijk te maken dat deze regering niet zou besturen, dat ze een zinkend schip zou zijn, dat ze geen daadkracht zou hebben. Wel, een begroting in evenwicht in deze tijden is een uitzondering in Europa. (Applaus bij de meerderheid)
Denk je dat een regering die niet weet te besturen, dat zou kunnen realiseren? Nooit. Een regering die nu een begroting in evenwicht realiseert, is een uitzondering, maar het is ook een regering die bestuurt en die oog heeft voor de toekomst. De echte relance kan alleen maar worden gebaseerd op een orthodox begrotingsbeleid. Dat orthodox begrotingsbeleid blijft ook overeind na deze actualisatie en bijsturing, na deze tweede begrotingscontrole.
Ik weet dat de oppositie zal zeggen dat we eenmalige inkomsten gebruiken voor recurrente uitgaven. De conjunctuur waar we op dit moment in zitten, vraagt ook soms eenmalige maatregelen. Niemand van ons kan voorspellen wat de toekomst zal brengen. Enige conjunctuurheropleving zal tot andere inkomsten aanleiding geven en ook tot een bijsturing.
We moeten vooral zorgen dat we nu voldoende zuurstof blijven geven aan onze economie. Dat kunnen we door niet alleen een begroting in evenwicht te realiseren, maar ook door niet te hard te snoeien waar niet mag worden gesnoeid. Dat zou de zuurstof fnuiken. In Europa hebben we andere voorbeelden. Ook in Vlaanderen is er een toename van faillissementen, en een beperkte toename van de werkloosheid. Maar met die werkloosheidsgraad zitten we nog altijd bij de laagste van Europa. We doen het dus nog goed op dat vlak. Met ons consumentenvertrouwen zitten we nog goed ten opzichte van anderen in Europa. Als we dit overeind kunnen houden, ook met beperkte eenmalige inkomsten die we gebruiken voor recurrente uitgaven, voeren we een correct beleid.
Mijnheer Van Mechelen, ik ben het met u eens. In de toekomst zal duidelijk moeten worden dat dit begrotingsbeleid overeind kan blijven in het licht van een meerjarenbegroting. Ik heb er het volste vertrouwen in dat de volgende meerjarenbegroting zal aantonen dat dit begrotingsbeleid kan worden doorgetrokken zonder dat we de toekomst van Vlaanderen hypothekeren.
Er wordt geregeld gevraagd of het Pact 2020 overeind kan blijven. Ik hoop dat dat na de staatshervorming zal worden bijgestuurd. We gaan meer verantwoordelijkheid krijgen, we gaan over meer middelen beschikken, het is ook nodig dat het Pact 2020 zal worden geactualiseerd in een nieuwe context waarin Vlaanderen zal moeten functioneren in het kader van de nieuwe mogelijkheden en kansen die we hebben.
Deze begrotingscontrole is enkel een actualisatie. De doelstelling blijft overeind, de groei kan voortgaan. We blijven de groei stimuleren, al is het beperkt, maar we blijven daardoor aan de kop van Europa zitten in een macro-economische context. Vlaanderen is een open economie. Het is dus ontzettend waardevol en lovenswaardig dat de regering dit kan blijven presteren. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Voorzitter, het gaat natuurlijk over de introductie van de heer Sannen. Hij zegt: er zijn een aantal dingen aan de gang in de marge.
Rumoer in de marge.
Rumoer in de marge, zo hebt u het effectief gezegd. Dat is geen rumoer in de marge meer. Dat is rumoer, niet van de oppositie maar van de meerderheidspartijen die elkaar bestoken. Goed, u komt nu met een begrotingswijziging. De doelstelling is nog altijd een begrotingsevenwicht. Dat betekent niet dat er geen politieke problemen zijn binnen de meerderheid. U doet het af als iets dat in de lucht gebeurt en waar u niets mee te maken hebt. Daar gaat het niet meer om.
Ik heb daarstraks de vraag aan de minister-president gesteld over de cohesie binnen de Vlaamse Regering, alweer. Hij gaf me een zeer gelaten indruk, een indruk van een mens die moe is, dat begrijp ik, en ook van een mens die het moe is. Goed, als u daar dan toch op alludeert: het is wel uw partijvoorzitter die meent dat een andere coalitiepartner de Vlaamse Regering saboteert. Als u dat hier vanop de tribune ontkent, goed, dan is dat zo, dan fluit u uw partijvoorzitter terug. U doet maar. Maar u kunt met die boutade waarmee u uw betoog begonnen bent, niet ontkrachten dat er politieke problemen zijn binnen de meerderheid.
Mijnheer Van Hauthem, voor mij zijn er politieke problemen wanneer een regeerakkoord niet meer kan worden uitgevoerd. Het regeerakkoord wordt uitgevoerd. De minister-president heeft daarstraks duidelijk gemaakt dat er maar een dossier is waar je de regering op kan wijzen, over beslissingen die genomen hadden moeten worden en nog niet genomen zijn. Het evenwicht van deze begroting is daar een bijkomende illustratie van. Een regering moet regeren, moet besturen, moet besluiten nemen. Zolang deze regering dat doet, dan is de rest voor mij rumoer in de marge. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Diependaele heeft het woord.
Voorzitter, ik kan niet zoveel toevoegen aan de uiteenzettingen van de heer Van den Heuvel en de heer Sannen. Het is inderdaad een heel belangrijk punt dat we opnieuw een begroting in evenwicht hebben. De zwaarste dobber hebben we al gehad in februari bij de eerste begrotingsaanpassing. Daarmee heeft de regering woord gehouden in haar belofte om de begrotingscontrole naar voren te schuiven. Daardoor is de tweede begrotingscontrole eerder technisch en beperkt. Het belangrijkste daarbij is dat de buffers gevrijwaard blijven. Het Rekenhof heeft ook gesteld in haar rapport dat de minister daarmee voldoende voorzichtig is.
Er blijven wel nog enkele vragen, onder meer over de usurperende bevoegdheden en de pensioenbijdragen. We hebben het daar vorige week al over gehad. Ook hier heeft het Rekenhof de opmerking gemaakt dat de minister voldoende voorzichtig is. Het is dan ook vrij onzinnig om zolang die afspraak met het federale niveau niet rond is, die al mee te nemen in de begroting. Het is wel iets dat we absoluut in ons achterhoofd moeten houden om, zodra er een afspraak is met het federale niveau, er iets aan te kunnen doen.
Een laatste punt is de meeneembaarheid. We hebben een oplossing gevonden in lijn met de uitspraken van het Grondwettelijk Hof die volledig congruent is met de intentie van de decreetgever toen het systeem van de meeneembaarheid is ontwikkeld. Toen was er zelfs al de opmerking van de Raad van State om het te doen zoals we nu hebben gedaan. Het is ook volledig in lijn met de Europese regelgeving en zeker in lijn met de federale logica. Het is een vrij technische, maar goede oplossing waarmee we aan het gestelde probleem tegemoetkomen.
De begroting is in evenwicht. De belangrijkste zaak is voor ons de economische relance. Het is een rechtvaardige zaak dat we dat kunnen doen voor de toekomstige generatie. We mogen die niet opzadelen met de problemen waar we nu door moeten. (Applaus bij de meerderheid)