Report plenary meeting
Actuele vraag over de principiële goedkeuring van nieuwe geluidsnormen voor muziekfestivals
Report
De heer Sabbe heeft het woord.
Minister, in de klassieke stijl van politics by announcement hebben we vernomen dat u de principiële beslissing genomen hebt over de geluidsnorm. Ik ben, net zoals u, zeer bezorgd over gehoorschade. Na twee jaar in dit parlement, heb ik de laatste tijd ook last van een vreemd oorgeruis.
U hebt een aantal zaken beslist die ingaan tegen wat u zelf had aangekondigd te doen. In de schriftelijke vraag nummer 444 had ik u gevraagd of u van plan was om het aantal categorieën te verminderen. Er zijn nu drie categorieën: 85, 95 en 100, als ik me niet vergis. U had gezegd dat u dat wou vereenvoudigen en tot één categorie wou komen. Nu blijkt dat u blijft vasthouden aan drie categorieën. Bovendien spreekt u van een geluidsnorm van 100 decibel, hoewel u weet dat in onze buurlanden, Frankrijk en Nederland, geluidsnormen van respectievelijk 107 en 105 decibel gelden. Hoewel we om ons heen dus geconfronteerd worden met een concurrentieveld waar andere geluidsnormen gelden en hoewel de sector, vooral de kleinere manifestaties, heeft gezegd dat ze problemen heeft bij de omzetting van die norm, legt u toch die norm van 100 decibel op. Die norm is bovendien ook moeilijk haalbaar voor sportmanifestaties.
Minister, hoe reageert u op die kritiek? Waarom hebt u, ondanks de verzuchtingen, vastgehouden aan de drie categorieën en die 100 decibel?
De heer De Loor heeft het woord.
Minister, vorige week vrijdag nam u inderdaad een beslissing over geluidsnormen op muziekevenementen. Ik vind het een goede beslissing. Ik vind dat die normen nodig zijn. Het is een grote stap vooruit in vergelijking met zaken die begin dit jaar naar voren werden geschoven.
Toch merk ik dat de jeugdsector en bepaalde delen van de muzieksector het niet algemeen op applaus onthalen. Kleinere clubs en jeugdhuizen vrezen voor een financiële aderlating. Het gaat over het aanpassen van de infrastructuur, de geluidsinstallaties en de deskundige bijstand. Zij vrezen ook voor de administratieve rompslomp die dit meebrengt.
De dancefestivals moeten ook de norm van 100 decibel gemeten over 1 uur volgen. Er is in deze nieuwe reglementering geen rekening gehouden met de kenmerken van een dancefestival of een rockfestival dat ook dance programmeert.
Minister, bent u bereid om in samenspraak met de festivalorganisatoren, jeugdhuizen en kleinere clubs het voorstel bij te sturen, om ook de leefbaarheid van die entiteiten te verzekeren?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Sabbe, het betreft een beslissing van de Vlaamse Regering van afgelopen vrijdag. Ik heb wel degelijk het aantal categorieën verminderd. U verwart een en ander. In het oorspronkelijke voorstel, dat ik ter consultatie heb voorgelegd aan de sector, mijnheer De Loor, stond er: 90 aangepaste decibel, 95 aangepaste decibel of 100 aangepaste decibel, afhankelijk van het soort activiteit. Ik ben nu gegaan naar twee categorieën: 95 aangepaste decibel of 100 aangepaste decibel. Afhankelijk van de categorie moet men al dan niet meer flankerende maatregelen opnemen.
Waar komt de verwarring waarschijnlijk vandaan? Mijnheer Sabbe, er was al een regeling in het KB van 1977, die gold voor cafés, bioscopen en dergelijke. Nu heeft de sector mij uitdrukkelijk gevraagd om het aantal categorieën te verminderen en om dat KB, nog een federale regeling, op te nemen in het Vlaamse reglement betreffende de milieuvergunning (VLAREM). Die categorie was er al in het oorspronkelijke voorstel. Daarin stonden dus eigenlijk vier categorieën: het KB en 90-95-100. Nu gaan we naar twee categorieën 95-100, maar ook het KB van 1977 blijft gelden. Wat dat betreft, hebben wij zeker geluisterd naar de sector. Het is een veel eenvoudiger voorstel. Ook het aantal flankerende maatregelen is aanzienlijk gereduceerd.
Mijnheer De Loor, er is heel wat overleg gepleegd met de jeugdsector en de jeugdhuizen. We hebben naar hen geluisterd en we hebben rekening gehouden met hun verzuchtingen. We zijn van een meting van gemiddeld vijftien minuten naar een meting over een uur gegaan, wat een dynamiek toelaat. Ik maak me sterk dat de impact in kleine jeugdhuizen heel beperkt zal zijn. Ik ben het engagement aangegaan om met de jeugdsector een impactanalyse te maken, om te kijken welke investeringen nodig zijn. Er komen informatievergaderingen. De jeugddiensten van de gemeenten zullen de jeugdhuizen ondersteunen. Wat dat betreft, hebben wij zeker heel goed naar de sector geluisterd.
U hebt het over de dancesector. Ik verwijs naar het buitenland. Mijnheer Sabbe, u bent heel selectief. In Zwitserland en in Duitsland zijn er strengere regelingen. Ik heb contact gehad met de Europese organisatie Yourope, die dergelijke dancefestivals onder zich draagt op Europees niveau. Zij hebben absoluut geen probleem met die 100 aangepaste decibel gemeten over 1 uur. Zij zijn zelf gevestigd in Zwitserland, waar ook de 100 aangepaste decibel geldt, maar dan gemeten over 15 minuten en op alle plaatsen in een ruimte. Bij ons is het enkel aan de mengtafel. In Zwitserland vinden ook heel grote dancefestivals plaats, en zij kunnen zich perfect aan die 100 aangepaste decibel houden, zonder dat er gemorreld wordt aan de beleving op het festival.
We hebben een heel goede regeling. U hebt waarschijnlijk gemerkt dat de sector zelf begrip heeft voor de regeling die uit de bus gekomen is, doordat we heel veel overleg hebben gepleegd en naar de sector hebben geluisterd. Het is een eenvoudiger voorstel, dat een perfecte middenweg vindt tussen het beschermen van het gehoor van bezoekers van festivals en nog voldoende muziekbeleving.
De minister verbergt zich gedeeltelijk achter de Federale Regering. De bottomline is dat er momenteel drie normen zijn. De minister beweert van niet, maar dat is het geval. Ze had de kans tot een vereenvoudiging over te gaan. Ze heeft dat echter niet gedaan. Ze heeft de drie categorieën behouden.
Indien ik goed ben geïnformeerd, betekent dit dat voor sportmanifestaties de norm van 85 decibel geldt. Indien iemand op een vuvuzela blaast, zullen we de uitslag van de match niet eens horen.
De minister heeft tevens naar Zwitserland verwezen. Alhoewel dit op politiek vlak niet geldt, is Zwitserland op veel vlakken overgereguleerd. Bovendien beschikken ze in dat land over de galm van de bergen om de ultieme geluidsbeleving te ervaren. Volgens mij moeten we de vergelijking met Duitsland, Frankrijk en Nederland maken. Die twee laatste landen zijn onze meest nabije buurlanden. Daar moeten we ons voor een benchmark op baseren.
Ik dank de minister voor het antwoord. Ik ben het volledig eens met de stelling dat dit voor de pop- en rockfestivals een goede oplossing kan vormen. Dat is zeker een goed uitgangspunt. Er is overigens ook veel overleg gepleegd.
Wat de specifieke sector van de dancefestivals betreft, blijf ik nog met enkele vragen zitten. Ik zou er dan ook voor pleiten nogmaals overleg te plegen met de Federatie van Muziekfestivals in Vlaanderen (FMiV). Voor de jeugdhuizen en de kleinere clubs is het overgangsjaar cruciaal. In 2012 gelden de regels als een richtlijn. In 2013 worden diezelfde regels dan afdwingbaar. Dit overgangsjaar moet zeker worden ingebouwd en gerespecteerd. Op die manier kunnen de noodzakelijke financiële inspanningen voor de infrastructuur en het geluidsniveau worden overbrugd. Ik zou ervoor willen pleiten dit op een kostenneutrale manier te doen. Op die manier kan de leefbaarheid van de kleinere clubs in stand worden gehouden.
Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Voorzitter, ik ben blij dat de minister het maximaal geluidsniveau van 100 dB(A) behoudt. Dat lijkt me belangrijk om gehoorschade te beperken. Ik vind het tevens positief dat de minister in overleg tot een vereenvoudiging van de reglementering is gekomen.
Mij lijkt het een goede zaak dat er verschillende categorieën zijn. Op die manier kan de reglementering worden gedifferentieerd en moet niet iedereen aan dezelfde strenge verplichtingen voldoen. Jeugdhuizen, bijvoorbeeld, krijgen een minder zwaar programma opgelegd. Dit programma is voor hen werkbaar.
Ik vind het positief dat op festivals oordopjes ter beschikking moeten worden gesteld. Dat kan immers tot een vermindering van het aantal decibels leiden. Sommige mensen zijn nu eenmaal gevoeliger voor geluid en voor gehoorschade.
Tot slot heb ik nog een vraag over de handhaving. De politie zou op festivals metingen verrichten. Om de handhaving te vergemakkelijken, zouden die metingen tot vijftien minuten worden gereduceerd. Ik vraag me dan ook af waarom de minister alsnog voor een verlenging tot een uur heeft gekozen.
De heer Caron heeft het woord.
Voorzitter, in alle eerlijkheid vind ik dat een zeer evenwichtige beslissing is genomen. Als het goed is, zeggen we dat ook. De belangrijkste bekommernis die me rest, sluit in feite nauw aan bij wat de heer De Loor op het einde van zijn repliek heeft gezegd. We moeten aandachtig naar de kleine muziekclubs, de jeugdhuizen en dergelijke kijken. De organisaties uit de non-profitsfeer interesseren me het meest. We mogen daar geen accidenten veroorzaken. Zij zijn onze eerste bondgenoten.
De minister kan het best nog eens overleg plegen met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en met de FMiV. De overgang zou kostenneutraal moeten verlopen. De organisaties zouden hun broek niet mogen scheuren. Dit zou evenmin ten koste van het muziekleven zelf mogen gebeuren. We zouden het dan ook waarderen indien de minister hier tijdens het overgangsjaar rekening mee zou willen houden.
Ik wil er nog even op wijzen dat het Reglement van het Vlaams Parlement is aangepast. Volksvertegenwoordigers van dezelfde fractie als een van de vraagstellers mogen zich niet langer aansluiten. Ik pas deze regel strikt toe.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Sabbe, u verwijst naar Duitsland, maar ik hoop dat u de regeling in Duitsland kent. Duitsland is veel strenger. De norm ligt er veel lager dan die die wij hebben voorgesteld. Ik vind het raar dat u verwijst naar Duitsland waar het allemaal veel beter zou zijn.
Mijnheer De Loor, er is effectief heel wat overleg gepleegd met de Federatie van Muziekfestivals in Vlaanderen (FMiV). Ze kunnen zich in de regeling vinden. Ze hebben wat schrik voor de dancefestivals, maar daarvoor wil ik verwijzen naar Yourope.org, de Europese organisatie van dancefestivals, die ons verzekert dat het perfect kan. In het buitenland gebeurt het al. In Zwitserland wordt het sinds 2007 gehanteerd en het lukt perfect: de dansbeleving is er nog volop.
Mijnheer Sabbe, voor de sportfestivals en de cafés verandert er niets en blijft de regeling zoals ze nu al bestaat. Ik denk dat het een goede regeling is. Niemand heeft er een probleem mee. Het enige wat we gedaan hebben, is die regeling integreren in één globale regelgeving zodat er een administratieve vereenvoudiging is. Bij vorige vragen over de geluidsnormen pleitte u voor een administratieve vereenvoudiging. Ik heb het specifiek opgenomen om het voor iedereen duidelijk en zichtbaar te maken. Ik denk dat u er alleen maar tevreden mee kunt zijn.
Mijnheer De Loor, er is een overgangsjaar. Het gaat in vanaf 1 januari 2012. De norm zal gelden in 2012, maar er zal nog niet kunnen worden bestraft als er een klacht is. Dat kan pas vanaf 1 januari 2013.
Mijnheer Caron en mijnheer De Loor, er komt een impactanalyse. Op basis daarvan zullen we kunnen inschatten of er een financiële impact is voor de kleine clubs. Ik maak me sterk dat dat heel beperkt zal zijn. Hier en daar zullen wel een aantal installaties anders moeten worden opgesteld, maar we zullen de impactanalyse afwachten.
Uiteraard zullen we met de VVSG en de collegas nagaan hoe we daarmee moeten omgaan. Ik denk dat we een hele goede regeling hebben, die een perfecte tussenweg is tussen het beschermen van het gehoor van bezoekers van festivals, clubs en dancefestivals, en het mogelijk maken van voldoende muziekbeleving.
Mevrouw Eerlingen, het is net omgekeerd. De grote festivals hebben de hoogst toelaatbare geluidsnorm. U zei het daarnet omgekeerd.
Minister, iedereen is het eens dat oordopjes een goede zaak zijn. Maar voor een kleine regio als Vlaanderen is het onbegrijpelijk dat er, met opname van de federale regeling, drie categorieën voor geluid zijn. Jonge gasten moeten dezelfde muziek- en ambiancebeleving hebben als ze een feestje organiseren op café, op een festival, in een dancing of bij de lokale scouts. Het zou toch veel eenvoudiger geweest zijn dat zou pas administratieve vereenvoudiging geweest zijn om één categorie te hebben die voor iedereen op hetzelfde niveau wordt opgelegd. Dat zou veel gemakkelijker zijn: één categorie, en dat voor een bevolkingsgroep van zes miljoen mensen.
Voorzitter, minister, ik zou de nadruk willen leggen op een aantal zaken.
Er moet sterk rekening worden gehouden met de resultaten van de impactanalyse. Het moet kostenneutraal zijn. Er mogen, ook voor de kleinere clubs en jeugdhuizen, geen onoverkomelijke kosten zijn. Er mag ook geen administratieve rompslomp zijn. De heer Caron heeft er ook al naar verwezen: het zijn hoofdzakelijk vrijwilligers die hiermee bezig zijn.
Ik vind in de beslissing niets terug over de kwaliteit van de oordopjes. Om te voorkomen dat die oordopjes een maat voor niets zijn, zou ik willen benadrukken dat het kwalitatieve oordopjes moeten zijn. Ten slotte snijden we dit onderwerp toch aan vanuit een gezamenlijke bekommernis, namelijk het voorkomen van gehoorschade.
Het incident is gesloten.