Report plenary meeting
Voorstel van decreet houdende het toezicht van het Rekenhof op grote infrastructuurprojecten waarvoor de Vlaamse overheid verantwoordelijkheid draagt
Report
Beroep op het reglement en voorstel tot verdaging van een agendapunt
Dames en heren, met toepassing van artikel 46 van het Reglement van het Vlaams Parlement heeft de heer Vereeck bij motie van orde het woord gevraagd.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, op de agenda staat de bespreking van en de stemming over het voorstel van decreet van de heren Peumans, Van Rompuy, Sannen, Van Dijck, Van den Heuvel, Van Malderen en de Kort houdende het toezicht van het Rekenhof op grote infrastructuurwerken waarvoor de Vlaamse overheid verantwoordelijkheid draagt.
Tijdens de commissiebespreking is hierover veel gediscussieerd. Het ontwerp van decreet voorziet immers in een inperking van de controlebevoegdheid van het Rekenhof. Het Rekenhof heeft in dit verband een aantal keren aan de alarmbel getrokken. Het Rekenhof dringt erop aan de bepalingen van het Comptabiliteitsdecreet in het Rekendecreet op te nemen. Hierdoor zou de controlebevoegdheid van het Rekenhof ongewijzigd blijven.
Minister Muyters heeft geweigerd hierop in te gaan. De meerderheidspartijen vinden dit onaanvaardbaar en hebben om die reden een voorstel van decreet ingediend. Dit voorstel van decreet komt deels tegemoet aan de verzuchtingen van het Rekenhof. Het voorstel van decreet heeft enkel betrekking op infrastructuurwerken. Het Rekenhof heeft vastgesteld dat het voorstel van decreet ontoereikend is.
Aangezien het Rekenhof een cruciaal orgaan is dat het Vlaams Parlement in zijn controle op de Vlaamse Regering ondersteunt, doe ik namens mijn fractie en namens de voltallige oppositie een beroep op artikel 64, paragraaf 2 van het Reglement van het Vlaams Parlement om het advies te vragen van de afdeling Wetgeving van de Raad van State. Ik zal u zo dadelijk de handtekeningen overhandigen.
Eigenlijk gaat het gewoon om een mededeling. De voorzitter van het Vlaams Parlement is er door het Reglement toe gebonden de nodige stappen te zetten. We zullen de afdeling Wetgeving van de Raad van State om een beredeneerd advies vragen.
Dit betekent dat de behandeling van het voorstel van decreet wordt geschorst tot we het advies van de Raad van State hebben ontvangen.
De heer de Kort heeft het woord.
Voorzitter, het is me niet meteen duidelijk wat dit betekent. Wordt de behandeling van het voorstel van decreet en van het ontwerp van decreet ingevolge de vraag van de heer Vereeck geschorst?
Het ontwerp van decreet wordt gewoon behandeld. De beide zijn immers niet aan elkaar gekoppeld. De heer Vereeck en de oppositiepartijen hebben zich gebaseerd op artikel 64, punt 2, dat heel duidelijk stelt dat als ten minste een derde van de volksvertegenwoordigers erom verzoekt, er aan de Raad van State een beredeneerd advies moet worden gevraagd. De Raad van State zou dat advies normaliter moeten verstrekken binnen een termijn van dertig dagen. Dat betekent dat de behandeling van het voorstel van decreet zoals dat nu op de agenda staat, wordt opgeschort tot het advies binnen is. Dan kan dat eventueel terug naar de commissie gaan, veronderstel ik, want misschien maakt de Raad van State fundamentele opmerkingen. Dan kan het zijn dat dit wordt herschreven.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Voorzitter, voor de goede orde van de werkzaamheden: er is het ontwerp van decreet en er is het voorstel van decreet, waarvan we allebei ondertekenaar zijn. Men wil voor dat voorstel van decreet naar de Raad van State stappen. De beide moeten samen worden bekeken. Er is trouwens sprake van één verslag, opgesteld door de heer de Kort. Wie de besprekingen heeft meegemaakt, weet dat het voorstel en het ontwerp onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het lijkt me geen enkele zin te hebben dat we nu in de plenaire vergadering dat ontwerp afzonderlijk zouden behandelen. Als voorzitter van de commissie stel ik voor die bespreking uit te stellen tot we het advies van de Raad van State over het voorstel van decreet hebben.
Dan stel ik voor dat de plenaire vergadering zich daar straks over uitspreekt. Dat lijkt me de logica zelf. Wat u nu vraagt, gaat immers verder. Ik weet dat de beide onlosmakelijk met elkaar waren verbonden. Op een bepaald ogenblik hebben we overwogen de beide aan elkaar te koppelen in de bespreking.
Er is de heel duidelijke vraag van de oppositie. Artikel 64, punt 2, van het reglement stelt heel duidelijk het volgende: Behoudens andersluidende beslissing van het Parlement, wordt de bespreking van de bepalingen waarover advies gevraagd is, in de plenaire vergadering geschorst. Dan heb ik het over het voorstel van decreet.
Dat de bespreking van het ontwerp wordt opgeschort, is natuurlijk een andere vraag. De plenaire vergadering moet zich dan uitspreken over een agendawijziging. Daar kan ik als voorzitter niet over beslissen.
De heer Tack heeft het woord.
Voorzitter, het voorstel van de heer Van Rompuy lijkt me volstrekt normaal. De beide zijn inderdaad onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ik wil u dan ook vragen dat de beide hier niet zouden worden besproken.
U pleit dus voor een opschorting.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Voorzitter, ik sluit me ook aan bij het voorstel van de heer Van Rompuy. Het is trouwens zo dat er een probleem rijst, mocht u het ontwerp van decreet toch laten behandelen. Hoe kan er immers verslag worden uitgebracht over de werkzaamheden als de verslagen over zowel het ontwerp als het voorstel van decreet in elkaar zijn geschoven? Tijdens de discussies in het kader van de behandeling van het voorstel van decreet werd trouwens ook voortdurend verwezen naar het ontwerp, en omgekeerd. Volgens mij kan men die twee niet uit elkaar halen.
Dat is perfect mogelijk. U bent intelligent genoeg om dat te doen. U kunt perfect het verslag gebruiken om de beide te bespreken. Dat lijkt me op zich geen probleem.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, mijn voorstel had natuurlijk op de eerste plaats betrekking op het voorstel van decreet, maar ik volg de logica van de voorzitter van de commissie Financiën. Het lijkt me inderdaad moeilijk de beide los van elkaar te bespreken. We zullen zijn voorstel dus zeker steunen.
De heer van Rouveroij heeft het woord.
Voorzitter, ik wil me daarbij aansluiten. De commissievoorzitter heeft gelijk als hij stelt dat de beide inhoudelijk met elkaar zijn verbonden, als een soort Siamese tweeling: als men de ene van de andere scheidt, overlijdt ook de andere. U hebt echter ook gelijk als het over de procedure gaat: u moet de vergadering hoe dan ook laten stemmen over het ontwerp.
Dat lijkt me het meest logisch. We zullen daar in de loop van de vergadering dus over stemmen.
Het incident is gesloten.