Report plenary meeting
Report
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Voorzitter, geachte leden, minister-president, ik denk dat we een open deur intrappen als we zeggen dat de greep van Europa op het beleid van de lidstaten, en ook van de deelstaten van die lidstaten, steeds groter wordt, zeker en vast als het gaat over de begroting, de begrotingsregels en de begrotingsorthodoxie. Het zijn uiteindelijk niet meer de parlementen die een begroting goedkeuren, maar de Europese Commissie. Dat is pas een copernicaanse omwenteling om u tegen te zeggen, alleen is die vrij geruisloos verlopen.
In april 2011 moet de Federale Regering een begroting opstellen die de toets van de Europese Commissie moet doorstaan. Dat zal hoe dan ook gepaard gaan met ingrijpende maatregelen: anders wordt de regering opnieuw naar af gestuurd. Men kan zich de vraag stellen of een regering van lopende zaken dat allemaal wel kan doen, maar los daarvan rijst natuurlijk ook de vraag wat de rol van de Vlaamse overheid daarin is.
Minister-president, dit weekend hebt u daar uw licht over laten schijnen in een aantal kranten, zoals De Standaard, maar vooral in De Tijd. U hebt om te beginnen gewezen op die Europese impact. Toen u werd gevraagd wat uw bijdrage zal zijn aan die begrotingsorthodoxie voor 2011 van de federale begroting, hebt u gezegd dat de Vlaamse begroting in evenwicht is. Toen u werd gevraagd waar het geld dan vandaan moet komen, hebt u gezegd dat Vlaanderen op anderhalf jaar 2 miljard euro heeft bespaard, op een budget van 25 miljard euro. Mag ik daaruit afleiden dat u eigenlijk stelt dat de Federale Regering dit jaar niet meer bij u moet komen aankloppen voor bijkomende inspanningen, dat u uw werk hebt gedaan door een begroting in evenwicht in te dienen en dat men maar elders een oplossing moet zoeken? Of vergis ik me?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, geachte leden, om te beginnen is het heel belangrijk dat wij in dit parlement de Europese evolutie van zeer nabij volgen.
We doen dat met het Pact 2020, waar we het over gehad hebben, en op Europees niveau de EU 2020 Strategy, waarin heel wat doelstellingen worden geformuleerd die heel duidelijk in de Vlaamse bevoegdheden zitten. We hebben daarin een heel belangrijke bijdrage te leveren.
Op 11 en 24 maart organiseert men Europese toppen om te komen tot een duidelijkere afbakening van de Eurozone en om een aantal heel duidelijke afspraken daaromtrent te maken. De nv België moet elk jaar in april zijn huiswerk afleveren aan Europa. Europa levert daar in juni commentaar op. We zullen daar rekening mee moeten houden omdat Europa nauwer gaat toezien ex ante op heel de budgettaire situatie van de verschillende landen. Het is heel belangrijk hoe zich dat op 11 en 24 maart verder zal ontspinnen.
Wat België en Vlaanderen betreft, heb ik begrepen dat men eerst de begroting 2011 op federaal niveau verder zal afhandelen. Tegen midden april moet dat werk klaar zijn om dan het stabiliteitsprogramma aan Europa over te maken. Dat is elke keer een heel belangrijk debat. Men kijkt wat entiteit 1, het federale niveau, doet en wat entiteit 2 doet, waar het Vlaamse, het provinciale en het gemeentelijke niveau in zitten. Het regeerakkoord is er vrij duidelijk in dat we een begroting in evenwicht hebben in 2011 en dat er geen overschotten zullen worden gerealiseerd, en ook geen tekorten in de volgende jaren van deze legislatuur. Ik volg het regeerakkoord zeer stipt. We zullen die houding blijven aannemen wanneer dat debat op het federale niveau met de collegas van de andere deelstaten wordt gevoerd.
Ik herhaal nog eens dat het een heel gezond principe is dat elke entiteit ervoor zorgt een begroting in evenwicht te hebben. Wij zijn daarin geslaagd. Ik ga ervan uit dat dat ook de anderen moet lukken, zeker wanneer men de tijdshorizon 2014 in ogenschouw neemt.
Conclusie: u hebt het goed gelezen. Ik heb nog eens herhaald wat in het regeerakkoord staat. Ik hoop dat u bij dezen nog meer gerustgesteld bent dan bij het lezen van al die boeiende artikels.
Of ze boeiend zijn, is iets anders. Ik las vandaag dat u ook in de cockpit zit van België, samen met Yves Leterme en Wouter Beke. Het is maar de vraag wie er piloot is en wie copiloot, en wie met de koffie mag rondgaan, maar dat zullen we de komende dagen zien. (Opmerkingen van minister-president Kris Peeters)
Minister-president, alle gekheid op een stokje, u zegt vandaag klaar en duidelijk dat de Vlaamse Regering dit jaar haar job heeft gedaan en dat het aan anderen is om ook inspanningen te doen. U zegt: men moet bij ons niet meer komen aankloppen, zoals de federale begrotingsminister Vanhengel ooit eens heeft gesuggereerd, onze job zit erop. Zo mag ik uw antwoord toch samenvatten?
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Mijnheer Van Hauthem, uw vraag verwondert mij. Wat de minister heeft gezegd, hebben we tijdens de begrotingsbesprekingen voortdurend gezegd in het Vlaams Parlement. Wij doen ons werk, wij gaan naar een begroting in evenwicht en daarmee leveren wij onze bijdrage. Er is ook niet meer gevraagd door de Federale Regering. We zitten helemaal op koers zoals we altijd hebben gezegd. U ziet het, CD&V zit opnieuw in de cockpit, we realiseren begrotingen in evenwicht.
De heer Crombez heeft het woord.
Voorzitter, ik deel de visie van de minister-president. Ik heb enkele opmerkingen erbij. Ik vind het heel fatalistisch klinken alsof we geen begrotingen in evenwicht meer zullen moeten maken. We zullen de komende jaren in elk geval nog begrotingen moeten blijven maken, ongeacht Europa meer druk zet op de trajecten die moeten worden uitgezet.
Waar ik met spanning op zit te wachten, is het rapport van de Hoge Raad voor Financiën. Dat is later dan andere jaren. Vorig jaar kwam het in januari. Dat zou een beeld moeten geven van de verdeling van de inspanningen.
Voor Europa is het belangrijk dat we op de vergaderingen die de minister-president aanhaalt, een duidelijk standpunt formuleren over het economisch beleid. Inzake investeringen hoor je verhalen uit Europa die belangrijk zijn voor wat we hier kunnen doen. De begrotingsregels die Europa oplegt voor aanrekening, variëren nogal de laatste tijd en zijn onzeker over hoe een begroting moet worden opgemaakt. De investeringen in het economisch beleid, de begrotingsregels en de stabiliteit daarin voor Europa, mogen in die debatten worden benadrukt door Vlaanderen.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Ik wil blijven onderschrijven dat een begroting in evenwicht op zich al een uitdaging was en nog steeds is, maar dat we ook oog moeten blijven hebben voor de noden van Vlaanderen om in eender welk beleidsdomein bijkomende inspanningen te leveren. Er moet ruimte zijn voor nieuw beleid en we moeten op de koers blijven van een begroting in evenwicht. We moeten geen overschotten maken om het anderen eenvoudig te maken. Iedereen moet zijn verantwoordelijkheid nemen. Dat doen we ook ten volle in Vlaanderen.
De heer Vereeck heeft het woord.
Het nieuwe Europese begrotingskader stelt de nv België voor duidelijke uitdagingen. We zijn bang dat entiteit 1 met nieuwe vragen bij entiteit 2 en het Vlaamse Gewest zal komen. Het stelt ons gerust dat u zegt dat u op de bijkomende vraag voor bijkomende besparingen niet zult ingaan.
Minister-president, ik neem aan dat ViA en Pact 2020 voor u heel belangrijk zijn. ViA en Pact 2020 roepen u op om de schuldenvrije positie van Vlaanderen terug te herstellen. Ik vermoed dat u de komende jaren overschotten zult realiseren, dat u die schulden zult afbouwen. Als dat de nv België helpt, dan is dat maar zo. We gaan in elk geval ons beleid, ViA en Pact 2020, niet in de prullenmand gooien omdat we toevallig in een communautaire twist zitten en omdat dat toevallig de nv België, entiteit 1, ten goede komt. Ik ga ervan uit dat u in de komende jaren bijkomende inspanningen gaat doen.
Het is de bedoeling om onze schulden af te bouwen en een eigen beleid te voeren. Mijnheer Vereeck, u vraagt of we bereid zijn overschotten te realiseren op vraag van de federale overheid om tegemoet te komen aan de problematiek van de nv België. We zullen met eigen visie en eigen dynamiek beslissingen nemen. Als dat per ongeluk anderen goed uitkomt, is dat van een andere orde dan zeggen dat we na het evenwicht dat we hebben gerealiseerd, nog bijkomende inspanningen moeten doen om het evenwicht voor de nv België mee te helpen realiseren. Dat is van een totaal andere orde.
We gaan het andere verder uitwerken. In de vorige Vlaamse Regering heeft de heer Van Mechelen een belangrijke bijdrage geleverd aan die doelstelling.
Mijnheer Crombez, het is voor dit parlement belangrijk dat we met de nieuwe dynamiek op Europees niveau, een belangrijke uitdaging hebben in Vlaanderen. De EU 2020-strategie zit bijna uitsluitend op onze bevoegdheden. Dat betekent dat we meer energie moeten steken in de verantwoordelijkheden en de inbreng vanuit Vlaanderen. We moeten het debat proberen te sturen en onze inbreng en visies op het Belgische niveau formuleren.
Inzake het stimuleren van investeringen en innovatie, moeten we meer dan vroeger de Europese reflex hebben. Als Europa daar zoveel belang aan hecht, dan zullen we een sterkere stem laten weerklinken.
We hebben het daar vanmorgen in de kern over gehad en ik ben het er voor 100 procent mee eens dat we vrij snel, tegen de top van 11 maart en die van 24 maart, ook vanuit Vlaanderen heel duidelijk onze visie moeten geven.
Voor de rest hoop ik dat u dit verder zult opvolgen en dat u de kranten zult blijven lezen. Ook op dit domein zult u mij in de toekomst waarschijnlijk nog bijkomende vragen stellen.
Minister-president, ik lees alles wat u zegt, dat zou u moeten plezieren.
Alle gekheid op een stokje, er zijn twee elementen. Er is het economische beleid, waar Europa natuurlijk ook impact op heeft. Vandaag ging het specifiek over de begroting, de Europese impact daarvan en de gevolgen voor Vlaanderen ten aanzien van de nv België. Ik heb geleerd dat u nog altijd op dezelfde lijn zit en dat men op dit ogenblik niet bij u moet komen aankloppen. We zijn voorlopig gerustgesteld en ik ben ervan overtuigd dat Wouter Beke die boodschap ook aan de onderhandelaars zal overmaken.
Het incident is gesloten.