Report plenary meeting
Report
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie.
De heer Bouckaert heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, beste collega's, ik wil onze motie over het prangende probleem dat is ontstaan ten gevolge van de heisa over de hoofddoeken even toelichten. We hebben daar in de Commissie ad hoc een zeer goed debat over gehad onder uw deskundige leiding en met minister Smet. Ik zie dat de regeringsbanken op dit ogenblik 'Smetteloos' zijn. Ik kan me voorstellen dat dit debat nog verder zal doorlopen.
Collega's, u weet dat de hele heisa omtrent het hoofddoekenverbod geleid heeft tot intentieverklaringen omtrent het oprichten van islamitische scholen en een mogelijk nieuwe speler in het onderwijslandschap, namelijk een islamitisch net. Ik denk dat we hiermee in een situatie komen die volkomen nieuw is in vergelijking met de periode van het einde van de jaren vijftig, de periode van het Schoolpact. Toen speelde de confrontatie zich af tussen twee visies op het pluralisme. Er was enerzijds het horizontaal pluralisme, dat het pluralisme wilde organiseren binnen de publieke scholen. Er was anderzijds het verticaal pluralisme dat de levensbeschouwelijke verscheidenheid via de eigenheid van scholen wilde uitbouwen. Niettegenstaande die scherpe tegenstellingen en de strijd om de ziel van het kind destijds, erkenden de beide stromingen wel degelijk het pluralisme en situeerden deze stromingen zich binnen het denkkader van onze westerse liberale beschavingswaarden. Het was dan ook niet nodig om deze waarden te benadrukken of te expliciteren want ze waren voor iedereen evident.
De perikelen omtrent de hoofddoek en de dreigende uitbouw van een netwerk van islamitische scholen, kan eventueel deze evidentie onderuit halen. Het hoeft niet te worden benadrukt dat binnen de islamgemeenschap ideeën en stromingen woekeren. Ik wil absoluut niet alle islamitische burgers over dezelfde kam scheren, maar er woekeren toch ideeën die westerse waarden en vrijheden, zoals pluralisme en verdraagzaamheid binnen de samenleving, vrijheid van meningsuiting, gelijkheid van man en vrouw, scheiding van kerk en staat, het recht om van geloof te veranderen of dat af te vallen, radicaal ontkennen.
Mijnheer de voorzitter, geachte collega's, op deze dreigende 'clash of civilisations' in ons Vlaams onderwijs moet ons inziens geanticipeerd worden. Het Vlaams Parlement is soeverein in de Vlaamse onderwijsmateries, weliswaar binnen het kader van de federale Grondwet. We vragen dan ook dat het Vlaams Parlement zijn verantwoordelijkheid neemt door na te denken en te overleggen, over de grenzen van meerderheid en oppositie heen, op welke wijze we het respect voor een aantal basiswaarden van onze westerse beschaving, waar Vlaanderen integraal deel van uitmaakt, in een normatief kader voor elke onderwijsvorm in Vlaanderen kunnen opnemen. Dit normatief kader, in een gewoon of bijzonder decreet vastgelegd, zou de wettelijke basis of kapstok kunnen vormen voor meer punctuele maatregelen zoals eventueel een hoofddoekenverbod voor leerlingen in om het even welke school in Vlaanderen. Een dergelijke civiele sokkel of fundament voor ons onderwijs zal nodig zijn om te verhinderen dat in het Vlaamse onderwijslandschap een zuil ontstaat die vijandig staat tegenover onze beschavingswaarden en vrijheden en aldus een vormings- en rekruteringscentrum zou worden voor jonge extremisten. De vrijheid van onderwijs mag niet dienen om de vrijheid van de hele samenleving te ondermijnen.
Het onderwijs, waarde collega's, is deels een res privata, een dienstverlening die de jongeren toelaat hun eigen menselijk kapitaal te ontplooien en uit te bouwen. Het is echter ook voor een stukje een res publica. Goed onderwijs moet ook burgerzin aankweken zodat onze Vlaamse res publica behoorlijk functioneert. Alle scholen, dus ook de toekomstige islamscholen, zouden zich dan volledig naar zo een Vlaams republikeins kader moeten schikken op straffe van verlies van hun subsidies of erkenning. Ik weet dat u dat graag hoort, mijnheer de voorzitter.
Beste collega's, we laten het in eerste instantie over aan de regering om hierin een initiatief te nemen. We zullen hieraan als oppositiepartij loyaal meewerken. Deze kwestie is immers te belangrijk om te laten overschaduwen door partijpolitieke manoeuvres en afrekeningen. Daarom vragen wij dat een dialoog wordt opgestart met alle onderwijsactoren, zowel met het gemeenschapsonderwijs als met het gesubsidieerd overheidsonderwijs en het vrij onderwijs, om een gelijke regeling over het dragen van levensbeschouwelijke en religieuze tekenen door leerlingen voor het gehele Vlaamse onderwijs in te voeren en op die manier kwalijke verdringingseffecten tegen te gaan.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, geachte leden, ik wil voor de toelichting bij mijn motie verwijzen naar een vrije tribune die dit weekend in De Standaard is verschenen. Ondertekenaars van dit opiniestuk zijn Jean-Luc Dehaene, Daniël Termont, Frank Beke, Mark Eyskens, om er maar enkele te noemen. Maar ook nog vele andere professoren en belangrijke actoren uit het middenveld hebben dat opiniestuk mee ondertekend. De vrije tribune, getiteld 'Het respect moet terugkeren', roept het gemeenschapsonderwijs en de Antwerpse netten op om hun beslissing van een algemeen hoofddoekenverbod te herzien. De schrijvers stellen, en wij als vertegenwoordigers van Groen! onderschrijven dat, dat wat een goedbedoelde maatregel was van twee scholen in een specifieke situatie en een specifieke context en vanuit een oprechte bekommernis van leerkrachten en directies om gelijke onderwijskansen te bevorderen, als het ware holderdebolder, ondoordacht, zonder overleg en opgejaagd door het advies van de Raad van State een algemeen verbod is geworden. Dat had nooit mogen gebeuren. Zoals de auteurs het zelf stellen: "Dit is een vorm van collectieve bestraffing."
Ten tweede stellen ze ook duidelijk dat de beslissing zonder overleg met en inspraak van de betrokkenen is gebeurd. Ze roepen expliciet op tot overleg, en tot aanvaarding van de islam als gesprekspartner, om zo radicalisering en polarisering te vermijden.
Ten derde wijzen ze op het fundamenteel recht op vrijheid van meningsuiting en geloofsovertuiging. Die vrijheid mag slechts worden beknot als daar een gegronde reden voor is en als de vrijheid van sommigen de vrijheid van anderen in het gedrang brengt.
Mijn motie behandelt net die drie aspecten die ook in de vrije tribune worden aangehaald. Er is de vrijheid van meningsuiting en geloofsovertuiging en de vraag of de beknotting hiervan in het geval van een algemeen verbod op levensbeschouwelijke tekens wel gerechtvaardigd is. Ook haal ik in mijn motie het gebrek aan overleg aan en vraag ik een dialoog met alle betrokken actoren. Met andere woorden, ook wij zijn het eens met de stelling van het opiniestuk dat we onze gesprekspartners binnen de moslimgemeenschap zorgvuldig moeten kiezen, om samen aan de slag te gaan. In onze motie vragen we ook, samen met de heer Termont, de heer Dehaene, de heer Eyskens, de heer Beke en alle anderen, aan de Vlaamse Regering dat ze het gemeenschapsonderwijs en de Antwerpse netten zou vragen het algemeen verbod op levensbeschouwelijke symbolen op te heffen, tot aan de voorwaarden is voldaan die ik aangeef in mijn motie en die ook in de vrije tribune worden onderschreven.
Mijn motie voegt nog één aspect toe dat niet expliciet is vermeld in de vrije tribune. We vragen namelijk aan de Vlaamse Regering erop toe te zien dat gelijke onderwijskansen voor alle leerlingen gewaarborgd blijven. Ik denk dat ook dit een zorg is van deze regering en dat ze die zorg dus deelt. Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat de meerderheid mijn motie zal steunen.
De heer Dewinter heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, het kan niet de bedoeling zijn om hier het debat, dat we nog maar pas hebben gevoerd in de commissie, van a tot z over te doen, maar voor de volledigheid wil ik toch een aantal opmerkingen maken.
Onze fractie is in ieder geval zeer tevreden met het hoofddoekenverbod. Eindelijk, zou ik durven zeggen. We hebben er lang naar gestreefd en de geesten zijn langzaam maar zeker gerijpt, niet alleen op rechts, maar ondertussen, zo heb ik de indruk, ook op links. Daar kunnen we alleen maar verheugd over zijn. Die hoofddoek is immers niet alleen een gevangenis van textiel en het meest ultieme voorbeeld van de discriminatie van de vrouw door een onverdraagzame godsdienst, maar tevens, en dat lijkt me nog veel belangrijker, het symbool van het verzet van de radicale islam tegen onze samenleving en alles waar die voor staat.
Ik had en heb het nog steeds wat moeilijk met de gespeelde verontwaardiging van een aantal traditionele partijen over de islamscholen, al was het maar omdat hier het spreekwoord "eigen schuld, dikke bult" geldt. De islamzuil is immers niet alleen opgericht, maar ook gesubsidieerd, onderhouden en gefaciliteerd, omdat de traditionele partijen niet alleen de islam hebben erkend, maar recent in dit parlement ook nog eens hebben beslist dat er ruime faciliteiten en subsidies moesten worden gegeven, dat nu ook de moskeeën moeten worden betoelaagd, idem dito voor de imams en ga zo maar door.
Daarna heeft men ook nog het ritueel slachten geregulariseerd, en daarna het gescheiden zwemmen van mannen en vrouwen in zwembaden gepromoot en georganiseerd. Enzovoort enzovoort enzovoort. Dan mag men op het einde van de rit niet zo naïef zijn om te veronderstellen dat de islamscholen niet mee op de agenda zouden staan van de betrokkenen. U hebt die zuil zelf tot stand gebracht. De islamscholen zijn daar het logische gevolg van. Kom nu geen krokodillentranen wenen op onze schouders. Uw betoog, uw verontwaardiging omtrent de islamscholen klinkt bijzonder vals en hol.
Ten slotte vind ik dat we niet mogen stoppen bij een hoofddoekenverbod in het onderwijs. Het moet ook worden ingevoerd in de ambtenarij en op openbare plaatsen, omdat daar de neutraliteit moet worden gehandhaafd en nagestreefd. Ik hoop dat bij wijze van conclusie de ogen van sommigen langzaam maar zeker opengaan over de ware aard van de islam. Het is geen godsdienst die men op één lijn kan zetten met het katholicisme, judaïsme en protestantisme, wel integendeel. Het gaat over een politieke ideologie, met een duidelijke politieke agenda. U geeft een vinger, men neemt een hand en dan de hele arm. Dat zal blijken in de toekomst. Het hoofddoekenverbod moet een eerste bescheiden aanzet zijn om duidelijk te maken dat de islam in zijn huidige vorm in dit land en op ons continent niet thuishoort. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Sabbe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, uiteraard steun ik volmondig de met redenen omklede motie van mijn collega, professor Bouckaert.
De tekst is vandaag zeer toepasselijk. Bij het binnenkomen via de hoofdingang werden we ontvangen door de vrouwenbeweging en door een zeer schaars gekleed model. Dat is zeer toepasselijk bij deze met redenen omklede motie.
Ik ben als versbakken parlementslid verrast door de discipline bij de partijen om het stemgedrag dat op voorhand is afgesproken ook uit te voeren. Ik doe toch een oproep aan de dames in dit gezelschap om onze met redenen omklede motie goed te keuren, vooral omdat jarenlang is gevochten voor de rechten van de vrouwen. Het is noodzakelijk om dit aan te kaarten en het voorstel van de heer Bouckaert volmondig te steunen. Dat wou ik nog eens kracht bijzetten.
Begin van de stemming
Stemming nr. 6
Ziehier het resultaat:
114 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
26 leden hebben ja geantwoord;
68 leden hebben neen geantwoord;
20 leden hebben zich onthouden.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de met redenen omklede motie niet aan.