Report plenary meeting
Report
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie.
De heer Vereeck heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, na het debat over het regeerakkoord heeft mijn fractie onmiddellijk een motie ingediend om de regeerverklaring te amenderen. Dat is blijkbaar een ongewone stap, maar LDD vroeg zich af wat de houding is van dit Vlaams Parlement tegenover de Vlaamse eisen over de staatshervorming zoals geformuleerd in de bekende vijf resoluties. Aangezien de vijf resoluties niet werden herzien, gaan we ervan uit dat dat nog steeds de gerechtvaardigde eisen van Vlaanderen zijn.
In tegenstelling tot de regeerakkoorden van 1999 en 2004 werden die resoluties niet opgenomen in de regeerverklaring. Ze werden vervangen door de Octopusnota, weliswaar in bijlage. LDD was er toen - en nu nog altijd niet - van overtuigd dat die aanpak tot enig resultaat zou leiden op het vlak van de staatshervorming, wat ondertussen al lijkt te gebeuren.
Tijdens het debat stelde de heer De Wever van de N-VA dat de tekst van de Octopusnota overeenkomt met die van de vijf resoluties, er eigenlijk niet meer of niet minder een geactualiseerde versie van is. Ik deel die mening niet, vandaar ook deze motie. Indien dat wel het geval zou zijn, dan neem ik aan dat de N-VA er zeker ook geen moeite mee heeft om de resoluties te herbevestigen.
De Octopusnota vangt aan met een bijna-verontschuldiging dat de regering opkomt voor de Vlaamse belangen. Ik citeer de openingszin: "Een staatshervorming kan geen doel op zich zijn, maar wel een instrument om de deugdelijkheid van het bestuur en het democratisch gehalte van onze instelling te verhogen." Verder staat ook nog: "Deze resoluties werden deels uitgevoerd door de Hermes-, Lambermont- en Lombardakkoorden van begin 2001, maar bieden nog voldoende elementen om het denkkader te vormen waarin het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering de staatshervorming benaderen."
De vijf resoluties worden op die manier afgezwakt tot - ik citeer - een denkkader. Dat is wel een statement dat kan tellen, want volgens die Octopusnota hebben de Lambermontakkoorden ze ook deels uitgevoerd. Dat is waarschijnlijk ook de reden waarom destijds de helft van de VU-kamerfractie, inclusief huidig minister Bourgeois, heeft tegengestemd. De resoluties zijn voor meer dan 90 percent actueel, en die 90 percent wordt niet afgedekt door de Octopusnota.
Want wat is er sinds 1999 in grote lijnen gerealiseerd? Enerzijds de overdracht van de bevoegdheden voor de organisatie en de werking van de lokale besturen. Dat is artikel 1 uit de vierde resolutie, met de heel belangrijke uitzondering van politie en brandweer. Anderzijds een beperkte fiscale autonomie, dat is artikel 1 van de tweede resolutie, waardoor op dit moment 20 percent van de inkomsten van Vlaanderen uit eigen belastingen voortvloeien.
Wat staat er ook in die akkoorden, maar wordt niet consequent toegepast? Dat is de overdracht van de bevoegdheden inzake buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking, waarin het federale niveau een actieve rol blijft spelen. De heer De Wever had en heeft natuurlijk een punt dat heel wat principes en voorstellen uit de resoluties ook in de Octopusnota staan, al is de Octopusnota wel een onderhandelingstekst die blijft steken in intenties, bedoelingen, plannen en beleefde vragen, vaak onder voorbehoud.
Maar er zijn ook fundamentele verschillen tussen die vijf resoluties en de Octopusnota. In de eerste resolutie is dat het duidelijkst in het deel over het sleutelartikel in onze Grondwet, namelijk artikel 35. In de eerste resolutie, artikel 7, staat glashelder: "de residuaire bevoegdheden die toegekend worden aan de deelstaten". In de Octopusnota staat letterlijk: "De laatste maanden wordt artikel 35 opnieuw geciteerd als mogelijke denkpiste voor de uittekening van een nieuwe bevoegdheidsverdeling. Vlaanderen wil deze discussie aangaan en verbindt er de vraag (…)".
Artikel 35 wordt in de Octopusnota dus herleid tot een denkpistequote. Dat is opnieuw een statement van formaat, wat LDD doet vermoeden dat de Vlaamse Regering toen en ook nu geen serieus werk wil maken van die resoluties en een consequent Vlaams beleid.
Ook de Octopuseisen met betrekking tot de fiscale en financiële autonomie zijn maar een schijntje van wat de tweede resolutie voorstelt. Artikel 2 vraagt de volledige overdracht van de bevoegdheden inzake personenbelastingen. Artikel 3 vraagt de mogelijkheid om op eigen kosten fiscale tegemoetkomingen in de vennootschapsbelastingen te kunnen toekennen. Dat staat niet in Octopus. Daar luidt het vrij vraag: "meer fiscale autonomie op het vlak van de personenbelasting".
Cruciaal is echter artikel 5 uit die tweede resolutie dat ook de overdracht van de inningsbevoegdheid vraagt. Hierover is in Octopus helemaal niets terug te vinden, precies op een moment dat er zulke belangrijke verschillen zijn op het vlak van inning van belasting tussen het noorden en het zuiden van het land. Denken we maar aan de fiscale controle.
Op het vlak van justitie blijft Octopus al even vaag terwijl de derde resolutie, artikel 5, duidelijk stelt dat de deelstaten mee de verantwoordelijkheid moeten dragen voor de benoeming en vorming van magistraten.
Op één punt gaat Octopus verder dan de derde resolutie. Er wordt namelijk gepleit voor een eigen Vlaams rekenhof. De LDD-fractie in dit parlement onderschrijft dit volmondig.
In de vierde resolutie, meer bepaald artikel 2, wordt duidelijk waarom de resoluties zijn afgevoerd en vervangen door een veel minder expliciete tekst. Artikel 2 stelt zeer duidelijk: "De normeringsuitvoering- en financieringsbevoegdheid betreffende het volledige gezondheids- en gezinsbeleid moet integraal naar de deelstaten worden overgeheveld." Hier stoot de Vlaamse Regering blijkbaar op het beruchte 'non' van mevrouw Milquet. De Octopusnota verwijst naar de resolutie, maar durft niet langer paal en perk stellen aan de weinig transparante transfers tussen het noorden en zuiden van het land, integendeel. In Octopus is niet langer sprake van Vlaamse autonomie inzake gezondheidszorg, maar van een engagement tot solidariteit in de Belgische context. En daar helpt een aanvullende kinderbijslag of gezondheidsverzekering niet aan.
Intussen is wel duidelijk geworden uit de reacties van de afgelopen weken dat er niet kan worden geraakt aan het unitaire karakter van de sociale zekerheid. En CD&V speelt dat spel natuurlijk ook mee in de federale regering; in ruil voor de Wetstraat 16.
In de vierde resolutie is in artikel 7 sprake van de overheveling van de spoorinfrastructuur en de exploitatie van de deelstaten. In de Octopusnota is enkel nog sprake van de exploitatie - wat een zitje in de raad van bestuur van de NMBS al niet vermag.
Ik kan zo nog een tijdje doorgaan, maar ik zal dat niet doen. Feit is dat tijdens het debat over de regeerverklaring de heer De Wever stelde dat de resoluties van 1999 deels zijn uitgevoerd en de rest "punt voor punt hernomen wordt in de Octopusnota". Ik hoop dat u intussen begrijpt dat dat niet zo is en dat de Octopusnota ook helemaal niet de Vlaamse eisen op een adequate manier vertaalt. Wat mij betreft, is het een slap afkooksel. Ik zou het dan ook eerder een Octopussy noemen.
Eigenlijk gaat het niet zozeer over die punctuele verschillen tussen de vijf resoluties en Octopussy. Het grote verschil is het politieke gezag van een resolutie, goedgekeurd door het Vlaams Parlement. Het roept de regering op om werk te maken van de goedgekeurde aanbeveling. Octopussy is niet meer dan een afgezwakte onderhandelingstekst waar conform de Maddensdoctrine ook verder helemaal niets mee gebeurt.
Het mystieke huwelijk van mevrouw Gennez en de heer De Wever kan om verschillende redenen afgesloten zijn, maar een gemeenschappelijk communautair doel is zeker niet wat hen bindt. Sp.a trekt, denk ik, consequent de kaart van het communautaire status-quo. Dat is namelijk ook een eis van de socialistische vakbond, die haar financiële en andere privileges anders bedreigd ziet. Het status-quo wordt verkocht in naam van de solidariteit. Dat is een drogreden. In artikel 5 van de eerste resolutie staat immers dat de solidariteit behouden moet worden, maar wel op basis van objectieve, duidelijke en doorzichtige mechanismen. Die transparantie is er vandaag niet. Uw socialistische partner, mijnheer De Wever, wil ook geen verdere Vlaamse autonomie. Ik denk dat uw gesprek met de heer Vande Lanotte in 'De keien van de Wetstraat' boekdelen sprak.
Collega's, de Vlaming kan niet langer de pineut zijn. Daarom vraagt LDD een duidelijk engagement van de Vlaamse regeringspartijen, maar ook van de andere oppositiepartijen. Daarom vragen we dat ten minste de vijf resoluties weer worden opgenomen in het regeerakkoord in een aparte motie, zodat ook de oppositiepartijen zich positief kunnen uitspreken zonder het regeerakkoord in zijn geheel goed te keuren. In de vijf resoluties wordt namelijk opgeroepen om iets te doen en niet te wachten op Godot.
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, wij steunen deze motie. De schizofrenie wordt inderdaad ten top gedreven. Vijf jaar geleden werd in het Vlaams regeerakkoord een uitgebreid communautair programma opgenomen, waarvan de resoluties maar een onderdeel waren. Het ging niet alleen om de resoluties. Nadien heeft men vastgesteld dat men ze niet kon realiseren. De slotsom is dan dat deze Vlaamse meerderheid er in het regeerakkoord niets over zegt. Dat is de kwadratuur van de cirkel. Eerst zeggen dat men er voluit voor gaat, en dan, als men vaststelt dat het niet lukt, in het regeerakkoord zelfs geen passages meer opnemen. Helemaal op het einde van de onderhandelingen die moesten leiden tot de vorming van deze meerderheid, heeft men er een bijlage als schaamlapje ingevoegd - het Octopusakkoord - of tenminste de toespraak van minister-president Peeters ten aanzien van die vergadering van het Octopusakkoord.
De meerderheid moet nu maar eens duidelijk zijn. Anders blijft men dansen op twee benen. Men kan dan altijd zeggen dat het beperkt wordt tot twee zinnen in het regeerakkoord. Als we de meerderheid daarover aanspreken, dan zal men verwijzen naar de bijlage. Als we de bijlage onder de loep nemen, dan zal men zeggen dat er maar twee zinnen staan in het regeerakkoord. Men moet eindelijk eens duidelijkheid scheppen, want dit is de schizofrenie ten top. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer De Wever heeft het woord.
Ter attentie van de vorige sprekers wil ik toch zeggen dat ik de heer Van Hauthem niet heb gezien tijdens de onderhandelingen. Hoe hij weet wanneer we wat hebben gedaan, is me dan ook een raadsel. We hebben dat helemaal niet op het einde gedaan. Wij zijn ermee begonnen. Het is trouwens op onze vraag dat de passage beknopt is. Dat is een uiting van een andere strategie. Men moet die natuurlijk kunnen volgen. We kunnen er nog vijf jaar over discussiëren. We zullen wel zien wat de komende jaren brengen.
Die nota als bijlage bevat wel degelijk alle eisen die in de resolutie vervat zitten, en nog veel meer. In die zin is dat document beter dan een verwijzing naar de resoluties, die ondertussen trouwens gedateerd zijn. Ik heb dat tijdens de inauguratie al gezegd en ik zal het nog eens herhalen. Als we dat debat hier elke week willen voeren, wordt dat wel tamelijk vervelend.
Ik wil inpikken op het laatste punt dat de heer De Wever aanhaalt. Hij bepaalt blijkbaar wat hier al dan niet wordt behandeld. (Opmerkingen van de heer Bart De Wever)
U zult dat vervelend vinden, wij niet! Voor ons zal dat niet elke week vervelend zijn. Voor u zal het misschien wel elke week vervelend zijn. (Opmerkingen van de heer Bart De Wever)
Ik maak me niet zenuwachtig. (Opmerkingen van de heer Bart De Wever)
Wat uw gemoedstoestand betreft, dat trek ik me niet aan.
U moet het nu maar eens zeggen.
Mijnheer De Wever, waren de Vlaamse resoluties van 1999 in 2004 ook al achterhaald? U hebt ze er toch maar in opgenomen en dat was dé trofee waar u, toen u een Vlaamse meerderheid vormde, mee naar buiten kwam. Vandaag bestaat de trofee waarmee u naar buiten komt erin dat u zegt niets te zullen doen. U kunt dat niet meer uitgelegd krijgen, tenzij met nog eens een bijlage, een bijlage die er op het eind bijgekletst is en waarbij u nog altijd kunt zeggen dat u het niet zult vergeten wat u in 2004 wél hebt gezegd, maar nooit hebt gerealiseerd. Wij zullen u daar, mijnheer De Wever, of u het nu graag hebt of niet, week na week mee confronteren. Dit is toch het parlement, nietwaar mijnheer de voorzitter?
(Applaus bij Vlaams Belang)
Ik zal mij daar op voorbereiden, mijnheer Van Hauthem. De heer Vereeck heeft het woord. Ik stel voor, mijnheer Vereeck, dat u niet nog eens ingaat op wat u hebt gezegd.
Mijnheer de voorzitter, ik reageer op wat de heer De Wever heeft gezegd. Hij heeft inderdaad tijdens het debat over het regeerakkoord gezegd dat de teksten van de Octopusnota een geactualiseerde versie zijn. Ik neem zijn kritiek au sérieux. Ik doe mijn huiswerk en leg hier netjes binnen de tien minuten uit wat de punctuele verschillen zijn op het vlak van artikel 35 van de eerste resolutie, op het vlak van de vennootschapsbelasting, op het vlak van…
Mijnheer Vereeck, u bent aan het herhalen wat u al hebt gezegd.
Ja, maar ik vind wel dat de heer De Wever hier moet aanwezig zijn en moet luisteren naar wat ik te vertellen heb. Anders vind ik dat bijzonder flauw. (Applaus bij LDD)
Begin van de stemming.
Stemming nr. 1
Ziehier het resultaat:
110 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
27 leden hebben ja geantwoord;
83 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de met redenen omklede motie niet aan.