Report plenary meeting
Report
De heer Glorieux heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, E.ON, het grote Duitse energieconcern, is van plan om in de Antwerpse haven een grote steenkoolcentrale te bouwen. We zijn het er allemaal wel over eens dat er inderdaad nood is aan nieuwe productiecapaciteit. Die productiecapaciteit moet Vlaanderen dan wel inschrijven in een duurzame energietoekomst. Dat betekent per definitie dat die capaciteit gebruik maakt van de meest efficiënte technologieën en een hoog rendement op het vlak van omzetting van de primaire energiebron naar elektriciteit. Het moet ook gaan om schone en veilige energiebronnen. Het zal bijgevolg voor iedereen wel duidelijk zijn dat zaken zoals kernenergie of steenkoolcentrales buiten die scope vallen.
Nochtans wil E.ON een steenkoolcentrale in de Antwerpse haven. Ze zou een rendement van amper 50 percent hebben. Op de koop toe zou ze zorgen voor een jaarlijkse CO2-uitstoot van niet minder dan zes miljoen ton. Als we ervan uitgaan dat een dergelijke centrale 40 à 50 jaar bestaat, dan zal ze dus decennialang 6 miljoen ton CO2 uitstoten. Als we weten dat alle klimaatexperts het erover eens zijn dat, om de opwarming van de aarde lager dan twee graden te houden, het absoluut noodzakelijk is dat we tegen 2050 onze CO2-uitstoot, zeker in de rijke geïndustrialiseerde landen, reduceren met 80 of zelfs 90 percent, dan is er een probleem als we tegelijkertijd een dergelijke nieuwe steenkoolcentrale in Vlaanderen toestaan.
Mevrouw de minister, wat is het standpunt van de Vlaamse Regering hierover? Ik weet dat vorige vrijdag een delegatie van de internationale milieuorganisatie Greenpeace op bezoek is geweest bij minister-president Peeters om te vragen wat het standpunt van de Vlaamse Regering is.
Zal de Vlaamse Regering instemmen met de inplanting van een dergelijke grote steenkoolcentrale in Vlaanderen?
Minister Crevits heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer Glorieux, ik dank u voor uw vraag. Een paar maanden geleden heeft een bijzonder interessant debat plaatsgevonden in de commissie voor Openbare Werken. Uw collega, mevrouw Dua, heeft daar, net als de heer Martens, mevrouw Moerman en nog heel wat andere leden, vragen gesteld over de zin en de onzin van een dergelijke steenkoolcentrale. Ik heb toen heel duidelijk het kader geschetst waarin we ons bevinden. Ik schets dat nu even, weliswaar in een notendop, want dit is een actuele vraag.
Eerst en vooral moet er een strikte procedure worden gevolgd. Bij om het even welk project van een dergelijke omvang moet er een milieu-effectenrapport (MER) worden opgemaakt. Momenteel is de initiatiefnemer van het project bezig met de opmaak van een dergelijk rapport. Naar aanleiding van de commissievergadering heb ik gewezen op nog een aantal andere potentiële projecten. U zult het met me eens zijn dat het bijzonder boeiend en nuttig zal zijn om de resultaten van dat MER te bekijken.
Bovendien moet er een bouwvergunning worden verleend alvorens men van start kan gaan met een dergelijk project. Er moet een milieuvergunning worden verleend. Daarvoor is in eerste instantie de provincie bevoegd. De bestendige deputatie moet die als eerste verlenen. We mogen al evenmin vergeten dat er tot slot een productievergunning moet worden verleend. Die wordt verleend door de federale minister van Energie. De vergunning wordt aangevraagd bij de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG). Dat is het procedurepakket.
U vraagt hoe een dergelijke centrale te verantwoorden is in het kader van de CO2-verplichtingen die we op ons hebben genomen. U weet echter zeer goed dat er voor CO2 vanaf 2012 een nieuwe regelgeving geldt: alle energie-intensieve bedrijven zullen samen één lidstaat vormen, met als totaaldoel het besparen van 21 percent CO2 tegen 2020. De start van de mogelijke inplanting van een dergelijke centrale kan pas ten vroegste in 2014 plaatsvinden. Wat de CO2-impact betreft, moeten we dat daartegen afwegen. De Europese Commissie heeft natuurlijk nog geen definitieve regels opgelegd, maar nu al heeft België beslist om voor de periode 2008-2012 geen gratis emissierechten te geven aan elektriciteitscentrales die niet de meest milieuvriendelijke zijn. Ik ga ervan uit dat de Europese Commissie voor al de elektriciteitsproductiecentrales hetzelfde zal beslissen voor de periode 2012-2020. Mijnheer Glorieux, dat betekent dat de CO2-uitstoot sowieso zal worden meegerekend in de productieprijs. Dat is eigenlijk een faire manier van rekenen. Zo wordt de hele belasting meegerekend in de prijs en zullen potentiële investeerders uiteraard de hele kwestie van de CO2-kostencomponent mee moeten afwegen alvorens ze al dan niet een dergelijke investering doen.
Mevrouw de minister, kunt u afronden?
Zeker, maar over deze kwestie is urenlang gepraat in de commissie. Het is wat veel om dat allemaal in één actuele vraag te bundelen.
Mijnheer Glorieux, voor het definitieve oordeel ter zake wachten we het MER af. We mogen uiteraard de ogen niet sluiten voor de potentiële effecten van een dergelijke centrale op haar locatie, maar het is zeer voorbarig om daar nu al definitieve uitspraken over te doen. Ik wacht het MER af.
Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord. U hebt hier de procedure geschetst, die ik grotendeels wel kende. Ik heb echter nog altijd niets vernomen over de vraag hoe de Vlaamse Regering hier tegenover staat. De vraag of de kilowattuurprijs van deze steenkoolcentrale al dan niet de extra kosten qua CO2 zal behelzen, doet op zich natuurlijk niet ter zake. Wat wel ter zake doet, is dat die centrale jaarlijks 6 miljoen ton CO2 zal uitstoten.
We hoeven het milieueffectenrapport niet af te wachten om te weten of men er al dan niet positief tegenover staat. Het is belangrijk dat de Vlaamse Regering nu al een duidelijk standpunt inneemt zodat mogelijke investeerders in dergelijke verouderde en onverantwoorde technologieën ontmoedigd worden en dergelijke projecten zelfs niet meer durven voor te stellen. Ik verwacht een proactiever standpunt van de Vlaamse Regering.
De heer Martens heeft het woord.
Mevrouw de minister, naast het CO2-probleem is er ook een probleem wat betreft de uitstoot van stikstofoxiden en fijn stof. Dat zijn twee verontreinigende stoffen waarvoor wij Europese luchtkwaliteitsdoelstellingen moeten halen en voorlopig liggen die niet binnen bereik. We zullen meer dan een tandje bij moeten steken om de Europese verplichtingen na te komen.
Mevrouw de minister, ik weet dat u samen met de stad Antwerpen werkt aan een fijnstofactieplan voor de hotspot Antwerpen. Dat is goed. Ik weet ook dat u in het kader van het emissiereductieplan voor verzurende en ozonvormende stoffen een heffing op de uitstoot van stikstofoxide hebt aangekondigd. Maar het moet wel nog in de praktijk worden gebracht.
Om in die omstandigheden een nieuwe, gigantische bron van fijn stof en stikstofoxiden in te planten in die zwaar milieubelaste regio, is onverstandig. Wij gaan ervan uit, mevrouw de minister, dat u de milieuproblemen oplost eerder dan ze nog erger te maken. Ik kijk met veel interesse uit naar uw fijnstofactieplan voor Antwerpen en naar de uitvoering van die emissieheffing op stikstofoxide, die u al meer dan een jaar geleden hebt aangekondigd.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Het gaat hier hoofdzakelijk over de milieugebonden aspecten van dit dossier. Iedereen moet toegeven dat een steenkoolcentrale, zelfs al wendt die de beste technologie aan, nog altijd meer CO2-uitstoot zal kennen dan een gascentrale. Maar, mevrouw de minister, ik denk niet dat we ons kunnen beperken tot het milieuvraagstuk, ook al is dat heel belangrijk. Men moet ook kijken naar het geheel van maatregelen. Er is beslist om af te stappen van kernenergie. Als we nu ook beslissen dat steenkoolcentrales niet door de beugel kunnen, moeten we nadenken over wat nog wel mogelijk is.
Staat u ook stil bij de bevoorradingszekerheid? Houdt u in het oog welke energiebronnen dan wel in aanmerking komen binnen een Vlaams energiebeleid? Kunt u een algemeen concept opbouwen? Ik vraag u om ruimer te gaan dan enkel de milieuproblematiek van een mogelijke steenkoolcentrale.
De heer Huybrechts heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, in de commissie hebben wij er steeds voor gepleit dat onze energiebevoorrading gegarandeerd en betaalbaar blijft. Dat is een uitgangspunt. Anders dan onze collega's van sp.a en Groen! zijn wij als Vlaams Belang voorstander van een gezonde mix van alle mogelijke energievormen, met inbegrip van fossiele brandstoffen waaronder steenkool, kernenergie en hernieuwbare en alternatieve energiebronnen. Mevrouw de minister, ik denk dat u het met mij eens bent. Als wij onze energie betaalbaar willen houden en verzekeren, mogen we geen bronnen uitsluiten. Die luxe hebben we niet.
Mevrouw de minister, wij zullen u steunen. Wij vragen enkel dat de voor- en nadelen van die steenkoolcentrale in Antwerpen onderzocht worden. Deze aanvraag moet worden beoordeeld aan de hand van de vier criteria die u stelt: beschikbaarheid, duurzaamheid, degelijkheid en betaalbaarheid.
Ik kan kort verwijzen, mijnheer Glorieux, naar de vier uitgangspunten die in de commissie heel nadrukkelijk door mij werden geponeerd: de beschikbaarheid, de bevoorradingszekerheid, de duurzaamheid en de betaalbaarheid. U hebt het natuurlijk vooral over het facet duurzaamheid, maar ik ben wat geschrokken toen ik u hoorde zeggen dat je al standpunten moet innemen zonder dat het milieueffectenrapport er is en dergelijke. Ik vind dat wat gevaarlijke uitgangspunten. Ik denk dat het zeer belangrijk is dat de milieueffecten in dezen worden onderzocht en dat, nadat deze zijn onderzocht, we kijken wat de resultaten zullen zijn als de procedure verder wordt gevolgd.
Mijnheer Martens, ik heb u aandachtig beluisterd. Ik kan u met niet-geringe vreugde melden dat het fijnstofplan Antwerpen rond is, dat ook de emissies van allerhande stoffen, waar u het over hebt, mee in rekening zijn gebracht en dat er een maatregelenpakket klaar is. Uiteraard houdt dat niet in dat je een complete standstill moet realiseren, maar je moet oog hebben voor ontwikkelingen die zich mogelijkerwijze in de toekomst zouden voordoen.
Ik wil nog even herhalen wat ik van de website van E.ON zelf heb geplukt. Het bedrijf kondigt namelijk aan dat het de volgende jaren voor liefst 63 miljard euro zal investeren in nieuwe productiecapaciteit wereldwijd. 10 percent daarvan zal duurzame elektriciteitsproductie zijn. Wat wordt verstaan onder duurzaam, valt nog af te wachten, maar hier zie je toch een enorme scheeftrekking. Enerzijds betekenen deze cijfers dat het geld wel degelijk voorradig is. Anderzijds moet men duidelijk de boodschap krijgen dat men absoluut welkom is om te investeren in nieuwe productiecapaciteit maar dat dat op zijn minst duurzamere productiecapaciteit moet zijn dan steenkool. Als een STEG-centrale op aardgas tweeënhalve keer minder CO2 uitstoot dan een dergelijke steenkoolcentrale, als er een enorm potentieel is in de Antwerpse haven aan warmtekrachtkoppeling, al was het maar om met die warmte in stadsverwarming te voorzien, om nog niet te spreken van hernieuwbare energie of biomassa, dan zijn er meer dan voldoende alternatieven.
Het is niet alleen aan de bedrijven. Een bedrijf moet natuurlijk ook zijn investeringsbeleid op de juiste zaken focussen, maar het is ook aan de overheid om hetzelfde te doen en de bedrijven daarbij aan de hand te nemen en te helpen, zeker om de juiste signalen te geven. Dat signaal is dat een dergelijke oude steenkoolcentrale bij ons in Vlaanderen er eigenlijk niet meer bij kan komen.
Het incident is gesloten.