Report plenary meeting
Report
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer Van Hauthem heeft het woord
Mevrouw de voorzitter, geachte collega's, ik lees dat het actualiteitsdebat er gekomen is naar aanleiding van een aantal mondelinge vragen. De mijne was in feite gericht aan de minister-president. Als het gaat over het standpunt van de regering, dan is het toch wel aangewezen dat de minister-president zelf komt antwoorden. Blijkbaar is dat hier niet het geval en heeft hij alweer zijn secondant gestuurd.
Ik denk dat de minister-president onderweg is. We kunnen misschien op hem wachten.
Als de regering vertegenwoordigd is, dan beginnen we meestal het debat.
Dat is juist. Formeel hebt u gelijk. De regering is vertegenwoordigd, maar het zou niet onlogisch zijn dat de minister-president hier zelf is.
De minister-president is op weg. Ik stel voor om nog even te wachten tot hij hier is.
- Minister-president Kris Peeters neemt plaats op de regeringsbanken.
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, geachte leden van de regering, geachte collega's, de Vlaamse Regering heeft de laatste tijd in verschillende dossiers laten blijken dat ze, wellicht in het licht van de komende verkiezingen, hopeloos verdeeld is. Dat blijkt niet alleen uit het BAM-dossier maar ook uit het dossier van de burgemeesters en de communautaire gesprekken.
Mijnheer de minister-president en leden van de Vlaamse Regering, ik moet u proficiat wensen. U hebt in het licht van de communautaire onderhandelingen uzelf uiteen gespeeld en de Franstaligen zijn daar bijzonder gretig op ingegaan. Wij kennen het dossier van het al dan niet benoemen van de drie niet-benoemde ministers van Wezembeek-Oppem, Linkebeek en Kraainem. Ik ga ook niet meer herhalen waarom ze op 14 november 2007 uiteindelijk niet benoemd zijn geweest door de minister van Binnenlandse Aangelegenheden. Er is dan een hele carrousel ontstaan waarbij de Vlaamse Regering geweigerd heeft om uiteindelijk de tuchtprocedure in te zetten. Ik denk dat geen enkele burgemeester in Vlaanderen zich ooit zou kunnen hebben permitteren wat deze drie heerschappen zich de voorbije drie jaar hebben gepermitteerd en zich nog altijd permitteren.
We hadden langs de ene kant het uitgangspunt van de Vlaamse Regering, waar wij het nota bene niet mee eens waren omdat we het veel te mild vonden. Het uitgangspunt van de Vlaamse Regering is altijd verwoord bij monde van minister Keulen, die zegt dat hij gesteund is door de hele Vlaamse Regering en het hele Vlaams Parlement.
Hij stelt ten eerste dat dit een juridisch dossier is, en geen politiek dossier. Dat is op zich onzin, tenzij hij zich aan dezelfde lijn houdt. Ten tweede zegt hij dat dit een Vlaamse aangelegenheid is waarmee de Franstaligen zich niet te moeien hebben. Het is een louter interne Vlaamse aangelegenheid. En ten derde, zo stelt hij, heeft dit dossier niets te maken met eventuele onderhandelingen over Brussel-Halle-Vilvoorde, noch met de communautaire dialoog, precies omdat het een louter Vlaamse aangelegenheid betreft. En dus kan dit dossier ook geen pasmunt zijn voor welke onderhandeling dan ook in het kader van de staatshervorming.
De redenen waarom de kandidaat-burgemeesters niet benoemd worden, zijn legio: overtreding van de taalwetgeving, incidenten, provocaties, het weigeren van het toezicht van de Vlaamse overheid et cetera.
Het uitgangspunt van de Franstaligen is van bij het begin geweest dat dit dossier gekoppeld moet worden, hetzij aan het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde, hetzij aan de zogeheten gemeenschapsdialoog.
Ons standpunt is altijd geweest dat op het ogenblik dat zij opnieuw hun kandidatuur indienden, het eindelijk tijd was om een tuchtprocedure op te starten en zo te proberen de carrousel te stoppen.
Het uitgangspunt van de Vlaamse Regering - dat voor alle duidelijkheid niet ons standpunt is wegens niet verregaand genoeg - was duidelijk. Minister Keulen heeft hier vorige week nog gezegd dat hij eind deze maand een beslissing zou nemen. Maar dan komt minister-president Peeters plots, out of the blue, vragen waarom we zo'n haast moeten maken in dit dossier: "Waarom moeten we nu een beslissing nemen? Ze zijn niet benoemd. En als we nu geen beslissing nemen, blijven ze niet benoemd." Gelet op de toenmalige uitgangspunten van de Vlaamse Regering, verandert u daarmee gewoon het geweer van schouder.
De redenering om de beslissing uit te stellen, is er in feite gekomen om de Franstaligen niet voor het hoofd te stoten en de communautaire dialoog niet te hypothekeren. Mijnheer de minister-president, ik vind dat een bijzonder perverse redenering. Als u de beslissing uitstelt met het argument dat ze niet benoemd zijn, blijven ze sowieso nog altijd waarnemend burgemeester, ook al zijn ze in principe eerste schepen. Ze blijven alle bevoegdheden van de burgemeester dragen. En daar is het hen ook om te doen.
Wanneer de heer Van Nieuwenhuysen vaststelt dat Damien Thiéry in het infoblad van de gemeente Linkebeek nog altijd ondertekent als burgemeester, dan moet die brave mijnheer Keulen een brief sturen om alstublieft met 'waarnemend burgemeester' te ondertekenen. Voor hen komt het er enkel op aan dat ze nog altijd waarnemend burgemeester, en dus de facto burgemeester zijn, ook al zijn ze niet benoemd.
En als u die redenering aanhoudt, mijnheer de minister-president, maakt u hier in Vlaanderen een wel bijzonder groot onderscheid tussen de burgemeesters die zich aan de regels houden, en zij die zich niet aan de regels houden. Ik raad elke burgemeester wiens benoemingsdossier eventueel niet goedgekeurd wordt, aan om opnieuw diezelfde kandidatuur in te dienen.
Want dat is dan blijkbaar voldoende voor de Vlaamse Regering om te stellen, zelfs na de adviezen van de procureur-generaal, de provinciegouverneur van Vlaams-Brabant of van de provincie waar die burgemeester heerst, geen beslissing te zullen nemen. Dan zal die persoon zeer tevreden zijn want hij of zij kan dan tot op het einde van de legislatuur waarnemend burgemeester zijn.
Het komt er dus op aan te weten door wie deze burgemeesters worden gesteund, hoewel het zogezegd gaat om onze exclusieve bevoegdheid. Ze worden natuurlijk door de Franstaligen gesteund. En dan gaat u in de Zevende Dag compleet overstag en stapt mee in de redenering. Jawel, mijnheer de minister-president, het dossier van de benoeming van de burgemeesters moet wel degelijk een pasmunt zijn voor de communautaire onderhandelingen.
Ik weet wel dat sommigen zullen zeggen dat het een ruzie betreft of een politiek spelletje tussen CD&V en Open Vld. Daar trek ik mij, mijnheer de minister-president, geen barst van aan. Wat is de lijn van de Vlaamse Regering hieromtrent? Van het eerste pakketje communautaire onderhandelingen zei de heer Van Rompuy in maart van dit jaar dat het alleen maar bagatellen zijn. U heeft zich dus laten uiteenspelen door uw eigen stommiteit. De Franstaligen zijn niet dwaas: geef ze een hand en ze pakken een arm. U geeft ze al een hand en ze zullen dus een arm pakken. Het is bijzonder dwaas wat u hebt gedaan. Het is cynisch dat uitgerekend vandaag de burgemeester van Linkebeek in La Libre Belgique inspeelt op de verdeeldheid binnen de Vlaamse Regering.
U zegt niet langer met minister Keulen te willen spreken. U hebt de perfecte voorzet gegeven aan de Franstaligen om het spelletje 'Verdeel en heers' binnen de Vlaamse Regering nog wat op te poken en maximaal uit te buiten.
Want, stelt de heer Thierry in dat interview, het gaat niet alleen over het niet-benoemen maar het gaat over het benoemen. Keulen verliest zijn gezicht, met Peeters valt nog te praten. Is er een mooier voorbeeld, mijnheer de minister-president, van de wijze waarop u zich hebt laten in de hoek duwen door uw eigen stommiteit? Ik stel de vraag waarom: om de communautaire dialoog zogezegd niet te hypothekeren? Als we het daarvan moeten laten afhangen, kunnen we nu best de stekker al uittrekken.
De heer Peeters, die de fakkel van Leterme heeft overgenomen toen die het niet meer aankon, ging het heft van de communautaire dialoog eens in handen nemen. Nu gaat u al plat op de buik voor de Franstaligen. U maakt van het dossier van de benoemingen toch een pasmunt voor de communautaire onderhandelingen, in tegenstelling tot wat de Vlaamse Regering de laatste maanden en de laatste twee jaar heeft beweerd. Dan komt het adagio ook uit dat elke staatshervorming altijd volgens hetzelfde stramien is verlopen. Wie is altijd de dupe? De Vlamigen in de rand. De burgemeesters mogen voorts hun gang gaan. U hebt het signaal gegeven dat u de beslissing over de niet-benoeming wil uitstellen. Daarmee hebt u aan de Franstaligen ook het signaal gegeven dat een eventuele benoeming nog altijd mogelijk is. Wat een afgang! Wat een plat-op-de-buikgaan! Mijn vragen zijn dan ook de volgende.
Is het waar dat het uiteindelijk minister Keulen van Binnenlandse Aangelegenheden was die op de ministerraad vroeg wat er nu mee moest gebeuren? U zou erop aangedrongen hebben om de zaak wat uit te stellen om de Franstaligen enigszins ter wille te zijn. De dag nadien stond in De Morgen: "Peeters liegt." Wat is er nu van aan? Wie heeft het initiatief genomen om van het dossier alsnog een pasmunt te maken? Was het minister Keulen zoals u beweert, of was het u zoals minister Keulen beweert? Waar zit de eensgezindheid in dit dossier? Wat is de lijn? Is er nog ee geheime agenda? Bent u effectief van plan om door de beslissing over dit dossier uit te stellen, alsnog de Franstaligen ter wille te zijn waardoor u plat op de buik gaat?
Dat zijn de vragen waarop u vandaag in dit parlement namens de Vlaamse Regering zou moeten antwoorden.
In het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde heeft de heer Van Rompuy ook tijdens de vorige legislatuur gezegd dat dit een zaak van geloofwaardigheid is. Het is meer dan een symbolisch dossier. Zowel Brussel-Halle-Vilvoorde als het dossier van de burgemeesters schetst heel goed de machtsverhoudingen in dit land. U bent daar al op ingegaan. U bent daarvoor gezwicht. Ik zou niet graag hebben dat dit opnieuw gebeurt, maar dat zit er wel aan te komen.
Het is effectief een kwestie van uw geloofwaardigheid. Want uiteindelijk, mijnheer de minister-president, is toenmalig minister-president Leterme uit deze regering weggegaan zogezegd om de Vlaamse belangen te dienen op het federale niveau. Wij hebben gezien wat daarvan terecht is gekomen. Ik dreig nu te moeten vaststellen dat u zelfs niet moet vertrekken uit dit Vlaams Parlement en uit de Vlaamse Regering om uw geloofwaardigheid op het spel te zetten. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Gatz heeft het woord.
Mijnheer de minister-president, ik heb u op De Zevende Dag bekeken en beluisterd, en ik moet toegeven dat ik even in de war was. Ik dacht dat Sarkozy op de Champs Elysées zat, maar blijkbaar bevindt hij zich op het Martelarenplein. Mijnheer de minister-president, u hebt zich nogal presidentieel over een aantal dossiers uitgelaten. Zo hebt u zich over het dossier inzake de drie burgemeesters afgevraagd of het wel wenselijk en nuttig is om ze nu snel niet te benoemen.
Dit is een mogelijke techniek die men zelfs in een coalitieregering hanteert om een minister tot de orde te roepen die van de kudde verwijderd is en die zelf de consensus doorbreekt die in de regering en in het parlement bestaat. Dit is hier helemaal niet het geval. Ik heb dan ook heel wat vragen bij de stelling die u zondag hebt verkondigd.
Minister Keulen geniet in dit dossier de uitdrukkelijke steun van het parlement en van de regering - dat is wat we tot dusver dachten. Ik neem aan, en daarbij richt ik me tot het rechtergedeelte van de middenbeuk, dat de uitdrukkelijke ruggensteun van CD&V om de burgemeesters niet te benoemen om redenen die ons bekend zijn, nog altijd bestaat. Dat is toch de vraag die ik aan goede coalitiepartners mag stellen. Het blijft even oorverdovend stil, heb ik de indruk. Mijnheer Van Rompuy, ik ben zeer benieuwd naar uw antwoord.
Het gaat hier inderdaad om een kwestie van geloofwaardigheid, niet alleen voor minister Keulen, niet alleen voor minister-president Peeters, maar ook voor het parlement. Minister Keulen wil niet minder dan de lopende procedure afwerken zonder juridische fouten te maken. En dat is toch het minste wat men een minister kan gunnen.
Die al dan niet benoeming is geen onderhandelingsmaterie. Waarom zouden wij dan zelf de indruk wekken dat het een onderhandelingsmaterie is? De dialoog is heel belangrijk voor ons. Ik neem aan dat dit ook voor u het geval is. De Vlaamse onderhandelaars hebben besloten de dialoog aan te vatten zonder taboes. Wij verwachten dan ook hetzelfde van de Franstaligen.
Ik ben op communautair vlak een redelijk mens, maar men moet er natuurlijk niet mee schudden. Mijnheer de minister-president, ik zeg dit niet aan u maar aan de Franstaligen, die plots beslissen dat de dialoog niet verder gaat als een bepaald dossier niet wordt opgelost. Als we deze techniek nu aanvaarden, dan hebben we geen enkele onderhandelingsmaterie meer in de hand waarvoor we dat in de toekomst niet zouden moeten doen. We mogen ons niet van de wijs laten brengen door ultimata van de burgemeesters of van de illustere heer Maingain die al dertig keer heeft gezegd dat de benoeming van de drie burgemeesters vooraf moet gebeuren.
Als iemand de stekker uit de dialoog wil trekken, wat wij uitdrukkelijk niet wensen, dan moet hij dat maar doen. Als dit voor de Franstaligen zo'n casus belli is, dan moeten ze maar laten weten dat het zoeken en vinden van een nieuw federaal evenwicht in België ondergeschikt is aan het benoemen van drie burgemeesters in de Rand. Daar kan ik met mijn bescheiden intellect niet bij.
Wat betreft de dialoog, heb ik al gezegd dat er geen eenzijdige agendabepaling mag komen. Ik wil er ook de nadruk op leggen dat minister Keulen een man is van de dialoog. Hij heeft dat bewezen in dit dossier. Daarmee bedoel ik dat de burgemeester van Sint-Genesius-Rode, mevrouw Rolin, ondertussen wel benoemd is. Zij heeft een juridische fout begaan, net zoals de drie andere burgemeesters die nu in de wachtkamer zitten, maar zij heeft bij de vorige verkiezingen die fout wel uitdrukkelijk rechtgezet. Dan heeft de minister gezegd dat hij kan benoemen en is er een vorm van toenadering en erkenning dat de gemeente tot het Vlaamse grondgebied behoort. Minister Keulen praat met mensen en neemt dan de juiste beslissingen. Collega's, laat hem dat ook in de toekomst doen.
Mijnheer de minister-president, ik heb maar één vraag, die u straks wellicht zult beantwoorden: wat heeft u ertoe gebracht om de lijn die tot nu toe heel duidelijk was, en zowel door de voltallige Vlaamse Regering als door het parlement volmondig werd gevolgd, te wijzigen? Ik heb in elk geval de grootste moeite om het afwijken van die lijn te vatten en te begrijpen. Ik luister graag naar uw argumenten, maar u zult van goeden huize moeten zijn om mij ervan te overtuigen dat we van deze lijn moeten afwijken.
Tegelijkertijd wil ik nogmaals benadrukken dat wij het welslagen en het voortgaan van de dialoog van het grootste belang vinden. (Applaus bij Open Vld)
Mevrouw Moens heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, heren van de Vlaamse Regering, collega's, de afgelopen weken en maanden is al heel wat te doen geweest omtrent het dossier van de niet-benoeming van de burgemeesters in de faciliteitengemeenten. Wij hebben ons steeds langs de zijlijn opgesteld, maar volgden het dossier daarom niet minder op.
Het is vandaag ook niet mijn bedoeling om dieper in te gaan op de juridische of technische aspecten in dit dossier. Het enige dat wij eigenlijk vragen, is duidelijkheid van de Vlaamse Regering.
Mijnheer de minister-president, afgelopen zondag hoorde ik u bezig in De Zevende Dag. U zei zeer duidelijk dat de gemeenschapsdialoog, die er gekomen is op uw initiatief, in gevaar komt als die drie burgemeesters een tweede keer niet benoemd zouden worden. Ik las ook in De Morgen, enkele dagen later, dat minister Vandenbroucke u hierbij steunt.
Maandag mocht ik dan luisteren naar minister Keulen, die te gast was in Terzake, en op zijn beurt de uitspraken van de minister-president betreurde en ze omschreef als weinig collegiaal. Minister Keulen wees er in Terzake ook op dat het zijn bevoegdheid is en dat de Vlaamse Regering in dit dossier gedurende de voorbije maanden eensgezind was. Minister Keulen blijft bij zijn stelling - ik mag toch wel zeggen terecht - dat de benoeming van die burgemeesters volledig los staat van de gemeenschapsdialoog. Hij wijst er ook op dat dat de afspraak was binnen de Vlaamse Regering. Opnieuw in De Morgen lees ik dat minister Keulen de volledige steun krijgt van minister Anciaux.
Als ik dan wat verder zoek, mijnheer de minister-president, om een beetje te begrijpen wat u afgelopen zondag in De Zevende Dag bedoelde, moet ik vaststellen dat u bereid bent om een knieval te maken voor de Franstaligen. Eigenlijk is er binnen de Vlaamse Regering helemaal geen eensgezindheid.
Ik zeg dat omdat in verscheidene Franstalige kranten en in interviews op het nieuws de Franstaligen, met FDF-voorzitter Maingain op kop, de benoeming van die drie burgemeesters als een absolute voorwaarde stellen om de gemeenschapsdialoog te laten slagen. De heer Maingain gaat daarbij zelfs zo ver dat hij zijn mandatarissen in de bewuste gemeenten oproept om geen rekening te houden met de omzendbrief-Peeters en erover te waken dat de administratieve documenten in de taal van de inwoner worden verstuurd. Het gaat dus wel degelijk om een bedreiging om de gemeenschapsdialoog te laten ontploffen.
Mijnheer de minister-president, het is nu al twee jaar geleden dat de gemeenteraadsverkiezingen gehouden werden. Het is al twee jaar dat de bewuste niet-benoemde burgemeesters zetelen, weliswaar als waarnemend burgemeester. U wilt nu de definitieve beslissing om ze niet te benoemen, uitstellen. Uw collega, Minister Keulen, wil het dossier echter afsluiten en de burgemeesters definitief niet benoemen. Mijnheer de minister-president, wat is de houding van de Vlaamse Regering? Wat is het standpunt van de voltallige Vlaamse Regering? (Applaus van de heren John Vrancken en Jurgen Verstrepen)
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, heren ministers, collega's, ik heb al een aantal keren op deze tribune gestaan bij de bespreking van dit dossier. Ik heb in het dossier van de burgemeesters in de faciliteitengemeenten steeds gepleit voor een juridische houding. Ik heb minister Keulen steeds voorgehouden dat hij de beslissing moet nemen op het juiste moment en dat de timing daarbij ondergeschikt is aan de grond van de zaak.
Het heeft meer dan een jaar geduurd vooraleer de Vlaamse Regering de beslissing genomen heeft om de burgemeesters niet te benoemen. De Vlaamse Regering had een ijzersterk dossier opgebouwd op basis van elementen van rechtsschendingen waaraan de drie burgemeesters zich hadden schuldig gemaakt. Dat dossier, dat voor elke burgemeester zeker vijftien bladzijden besloeg, was glashelder: ze aanvaarden de omzendbrieven van de Vlaamse Regering niet en betwisten in bepaalde gevallen zelfs de voogdijbevoegdheid van de Vlaamse Regering. Op een gegeven moment heeft iemand zelfs gezegd dat deze faciliteitengemeenten niet meer bij Vlaanderen hoorden. U herinnert zich de verklaringen van van Hoobrouck.
Vandaag zie ik dat de heer Thiéry in een interview in La Libre Belgique zegt: "Nous n'avons fait qu'appliquer la loi fédérale." Voor hem zijn Vlaamse omzendbrieven niet van toepassing in zijn gemeente en zijn ze niet wettelijk.
De Vlaamse Regering heeft beslist hen niet te benoemen. Mijnheer Gatz, als u dat kan geruststellen, kan ik u zeggen dat ze voor CD&V niet benoemd zijn. Er is geen nieuw element dat maakt dat men hen wel zou benoemen, wel integendeel. In de verklaringen die ze de afgelopen maanden, en ook vandaag nog, hebben afgelegd, blijven ze zich verzetten tegen de Vlaamse rechtsregels. Ze aanvaarden in feite de Vlaamse voogdijoverheid niet.
Mijnheer Van Rompuy, ik ben het met u eens dat de timing ondergeschikt is aan de grond van de zaak. Om fouten en problemen achteraf te vermijden, en ook omwille van de motiveringsplicht die met dergelijke zaken gepaard gaan, kan men natuurlijk ook niet eeuwig wachten. Het is geen kwestie dat het besluit vandaag ondertekend moet worden. Het mag echter ook niet de bedoeling zijn de zaak uit te stellen tot sint-juttemis. Zijn we het daarover eens?
Ik zal u straks mijn houding ten gronde duidelijk maken. Dat zal elke twijfel op dat vlak wegnemen.
Ik ben zeer benieuwd.
De gemeenteraden van Wezembeek-Oppem, Kraainem en Linkebeek hebben na hun niet-benoeming de carrousel in werking gezet. Het gaat er hier immers niet over dat ze benoemd zouden zijn: ze zijn niet benoemd. De carrousel is beginnen draaien, net als ten tijde van Happart. Toen is dat niet één of twee, maar meerdere keren gebeurd. Dat heeft jaren geduurd. Die carrousel zint de Franstaligen, omdat ze daardoor duidelijk kunnen maken dat ze geen rekening houden met de Vlaamse instellingen. De Vlaamse Regering benoemt ons niet? Welnu, we dienen opnieuw een kandidatuur in en dan moet de Vlaamse Regering maar opnieuw een beslissing nemen.
Mijnheer Van Hauthem, herinner u dat ik hier vorige week, in tempore non suspecto, heb gezegd dat de Franstaligen niets liever hebben dan dat er een nieuw niet-benoemingsbesluit komt, omdat ze zich in het zicht van de Vlaamse verkiezingen dan opnieuw kunnen profileren als de grote martelaars van de periferie. Ik verwijs naar het interview van vandaag met de heer Thiéry in La Libre Belgique. Hij is kandidaat voor de Vlaamse verkiezingen, in opvolging van de heer Van Eyken. Hij heeft niets liever dan een martelaar te zijn en systematisch interviews te kunnen geven waarin hij stelt dat hij niet benoemd is, dat dat ingaat tegen de democratie enzovoort.
Als we een nieuw niet-benoemingsbesluit nemen, zal er een nieuwe carrousel in werking treden en zal de werking van onze Vlaamse instellingen opnieuw worden geridiculiseerd. Ik herhaal letterlijk wat ik hier vorige week heb gezegd: we doen die burgemeesters meer pijn door te stellen dat de Vlaamse Regering niet meedoet aan een zoveelste carrousel en hen te doen wachten bij een nieuwe weigering.
Mijnheer Van Hauthem, ik zie dat u het woord vraagt. U krijgt straks het woord, maar laat de heer Van Rompuy eerst zijn betoog afmaken.
Minister Keulen heeft toen deze stelling onderschreven. We waren het eens. In de media heeft hij echter verklaard dat hij vanuit het oogpunt van goed bestuur niet langer kan wachten met een nieuw niet-benoemingsbesluit. Dat is ook de plicht en het recht van de minister van Binnenlands Bestuur. Hij verklaart gebonden te zijn aan termijnen. De Vlaamse Regering loopt het risico op een veroordeling door de Raad van State als ze niet optreedt en inactief blijft.
Onze fractie vraagt aan de Vlaamse Regering zich te beraden over deze stelling. Juridisch zijn daar een aantal argumenten voor. We zullen dit bekijken vanuit juridisch oogpunt. Het dossier, dat momenteel in handen is van minister Keulen, met de adviezen van de procureur-generaal en van de gouverneur van Vlaams-Brabant, bevat wellicht een aantal elementen. Ik weet niet welke elementen dat zijn. Ik vermoed dat er heel weinig nieuwe elementen zijn, maar goed, op dit ogenblik weten we dat niet. Vanuit juridisch oogpunt is de vraag wat de beste houding voor Vlaanderen is. Mij interesseert niet het politieke aspect op zich. Dat kennen we immers. Die drie burgemeesters hebben maar één bedoeling: het dossier gebruiken als hefboom om die faciliteitengemeenten bij Brussel te krijgen, om ervoor te zorgen dat de omzendbrief-Peeters wordt ingetrokken enzovoort. We kennen hun houding ten gronde, maar moeten we de Franstaligen de kans geven opnieuw die carrousel in werking te stellen? Als er een derde niet-benoemingsbesluit komt, worden we binnen een paar maanden opnieuw geconfronteerd met een nieuw benoemingsbesluit. Dat is nu eenmaal de werkwijze die wordt vooropgesteld. Het Gemeentedecreet geeft gemeenteraden de mogelijkheid opnieuw voorstellen te doen. Onze fractie vraagt aan de Vlaamse Regering na te denken over de vraag wat op dit ogenblik juridisch de beste houding is in de discussie, die dreigt te worden overschaduwd door een nieuwe carrousel zoals in Voeren.
Ik woon in een gemeente vlakbij Wezembeek-Oppem en Kraainem.
Ik weet wat hun bedoelingen zijn. Ik weet wat die drie burgemeesters uiteindelijk willen bereiken: er door provocaties voor zorgen dat zij zich kunnen onttrekken aan de voogdij van de Vlaamse Regering om zich in 2009 op te werpen als de martelaren van de periferie.
Vlaanderen heeft juridisch een ijzersterk dossier. Dat verdedigen wij ook in Europa. Dat hebben we in het Vlaams Parlement al dikwijls besproken, en onze fractie steunt de regering in dit dossier. We moeten dit zo houden.
Mijnheer Gatz, er is geen discussie over het feit dat we niet meer geloofwaardig zouden zijn. Ik ben al dertig jaar militant in de rand rond Brussel. Ik weet wat hun bedoelingen zijn. De Vlaamse Regering heeft baanbrekend werk verricht met de omzendbrieven-Peeters en de vzw De Rand. In de rand van Brussel hebben we een uiterst offensieve Vlaamse politiek gevoerd, tot enorme frustratie van die Franstaligen. Zij zijn nu totaal in het defensief.
Het juridische dossier hebben wij in handen. Ik vraag dat we goed nadenken over hoe we best optreden. De benoeming van de drie burgemeesters is niet aan de orde, want er zijn geen nieuwe elementen. Is het niet-benoemingsbesluit dat we nu nemen juridisch de beste oplossing? Moeten wij ons laten opjagen? Wij zijn toch meester van onze eigen bevoegdheden. Dit heeft niets te maken met de communautaire dialoog.
Ik heb het perscommuniqué van het Vlaams Belang gelezen. Daarin wordt geïnsinueerd dat de Vlaamse Regering nu op het punt staat om de burgemeesters te benoemen. Die indruk probeert u te wekken. Het gaat juist om het omgekeerde. De heren zijn al bijna twee jaar niet benoemd.
Door een derde niet-benoemingsbesluit zetten we een nieuwe carrousel in werking zodat ze onze instellingen kunnen ridiculiseren. Minister Keulen maakt echter een belangrijk statement. We kunnen niet langer wachten. Door stil te zitten zal de Raad van State ons uiteindelijk terechtwijzen, om een niet-benoemingsbesluit. Daarmee zijn ze nog niet benoemd, integendeel. Men zal die niet-benoeming gewoon confirmeren.
Het dossier zal door minister Keulen in de Vlaamse Regering naar voor worden gebracht. We zullen zien of er nieuwe elementen zitten in de jurisprudentie die er is bij de procureur-generaal en de gouverneur van Brabant. Mijn persoonlijke indruk is dat die enkel wat meer bezwarend zullen zijn. Het dossier is juridisch sterk. Het is de Vlaamse Regering die moet beslissen, maar laat er geen twijfel over bestaan: deze drie heren zullen in deze legislatuur geen burgemeestersbenoeming krijgen. Laat ons onze instellingen niet langer laten ridiculiseren. (Applaus bij CD&V)
Mijnheer Van Rompuy, u spreekt zich op verschillende punten tegen. U zegt dat het een juridisch dossier is. We mogen er geen politiek dossier van maken, maar we mogen ook geen martelaren maken van de burgemeesters en we moeten ervoor zorgen dat de molen niet nog een rondje draait.
Als u de beslissing wil uitstellen terwijl alle adviezen binnen zijn om politieke redenen, maakt u er zelf een politiek dossier van, mijnheer Van Rompuy. U geeft toe: wie provoceert, krijgt gelijk.
Wij zijn er ook geen voorstander van om de carrousel nog eens een rondje te laten draaien. Als u nu zegt dat we de carrousel stoppen door geen beslissing te nemen, dan blijven ze nog altijd, desnoods tot 2012, waarnemend burgemeester, met alle bevoegdheden van dien. Dan kunnen ze ook verder gaan met te provoceren. Dat vindt u dus blijkbaar goed. Welke maatregelen moet de Vlaamse Regering dan nemen? Wij hebben van in het begin altijd gezegd: de tuchtprocedure.
U zegt dat u de carrousel niet weer in gang wil zetten, maar waarom hebt u die redenering dan niet ontwikkeld bij de indiening van het eerste benoemingsdossier? Waarom hebt u dan niet gezegd dat de Vlaamse Regering gewoon geen beslissing moest nemen? Dan blijven ze eerste schepen en waarnemend burgemeester en zijn ze niet benoemd. Waarom hebt u er dan op aangedrongen dat de Vlaamse Regering op basis van de adviezen die er waren, de beslissing zou nemen om niet te benoemen?
Bij de tweede keer kan het niet omdat de timing voor de Franstaligen een beetje te slecht uitvalt? Dan speelt u in de kaart van de Franstaligen. Geen enkele burgemeester, zelfs niet waarnemend, zelfs niet kandidaat, heeft zich kunnen permitteren wat zij zich wel hebben kunnen permitteren. Door het signaal te geven van nu geen beslissing te nemen tot niet-benoeming, speelt u in de kaart van de Franstaligen, wat de heer Thiéry vandaag zeer goed heeft uitgelegd. Als ze bijten, mijnheer Van Rompuy, moet je niet terugbijten, maar wat u doet, is opnieuw in uw kot kruipen. Daarmee geeft u de Franstaligen gelijk. Dat belooft niets goeds voor de communautaire dialoog. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Demesmaeker heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, dames en heren van de regering, collega's, de minster van Binnenlands Bestuur, de heer Keulen, heeft altijd herhaald dat het benoemingsdossier van de drie kandidaat-burgemeesters in de Vlaamse rand geen politiek maar een zuiver juridisch dossier is. Ik geef een citaat van de minister van 14 mei 2008: "Die mensen zijn niet benoemd omdat ze wetten hebben overtreden. Bij ons speelt niet de politieke voorkeur van mensen een rol om iemand al dan niet te benoemen, maar wel het feit dat ze wetten met voeten treden, dat ze wetten overtreden. Dat is net de kracht van onze argumentatie. Dat geeft ook aan dat bij ons geen willekeur speelt, maar wel dat we ons houden aan het kader van de rechtsstaat." Dat zei minister Keulen in het Vlaams Parlement. De overgrote meerderheid in dit Vlaams Parlement, ook de N-VA, heeft de minister hierin altijd voluit gesteund, ook al vonden wij op bepaalde momenten dat de regering gerust een stapje verder had mogen gaan en de tuchtprocedure tegen de drie waarnemende burgmeesters opstarten.
In ieder geval stond in dit parlement de wettelijkheid altijd voorop, laat ik even herinneren aan de motie die hier werd goedgekeurd op 10 juli 2007. Het Vlaams Parlement vraagt volgens die motie de Vlaamse Regering de taalwetgeving onverkort te doen naleven en indien nodig tuchtrechtelijk op te treden krachtens de artikelen 71 en 274 van het Gemeentedecreet. We stonden trouwens met onze vraag naar die tuchtprocedure niet alleen, dames en heren van de regering, ook mevrouw De Wachter van sp.a sprak zich daar meermaals in die zin over uit.
De Franstaligen van hun kant hebben het dossier altijd gekoppeld aan de communautaire onderhandelingen. Dat is ook niet nieuw. Je moet weten dat voor hen het achterliggende verhaal - de heer Van Rompuy heeft daarop gewezen - inderdaad de taalwetten zijn. Voor hen gaat het over de interpretatie en de toepassing van de taalwetten, de rondzendbrieven, de splitsing van de kieskring. Dat speelt op de achtergrond allemaal mee. Voor hen is dit wel degelijk en zelfs bij uitstek een politiek dossier. De chantage waarbij ze de resultaten van de communautaire onderhandelingen afhankelijk maken van die benoeming, duurt ondertussen al anderhalf jaar. Zij beschouwen dit dossier als een tool om heel de discussie over de staatshervorming, over meer Vlaamse autonomie, over de verankering van de homogeniteit van ons grondgebied, te blokkeren.
De partij van de minister-president heeft zich hier steeds tegen verzet. Ik citeer: "In La Libre Belgique lees ik dat de Franstaligen zeggen 'Ça vaut une crise'. Wel, het kartel CD&V-N-VA koppelt de niet-benoeming van burgemeesters niet aan de tweede fase van de staatshervorming. Ze moeten zich er geen illusies over maken dat de losprijs voor de tweede fase de benoeming van de burgemeesters zal zijn. Dan is het voor ons 'Ça vaut une crise'. Laat ons zeer duidelijk zijn dat die twee niets met elkaar te maken hebben." Dat heeft de heer Van Rompuy op 9 april 2008 gezegd.
Ondertussen is de interinstitutionele dialoog opgestart en wordt weer dezelfde chantage gepleegd. We waren dan ook bijzonder verrast de minister-president in het programma De Zevende Dag voor een gedeeltelijke toegeving aan die chantage te horen pleiten. Hij wil met het dossier wachten. Hij vraagt zich af waarom per se een tweede maal moet worden beslist de drie kandidaat-burgemeesters niet te benoemen. Aangezien ze op dit ogenblik niet zijn benoemd, ziet hij de noodzaak hiervan niet in.
De minister-president heeft zelfs laten verstaan dat minister Keulen tijdens de ministerraad van afgelopen vrijdag zelf heeft gevraagd met dit dossier te wachten. Hierop zag minister Keulen zich verplicht om de minister-president in het programma TerZake tegen te spreken. Ik vat zijn standpunt even samen. De procedure is afgewerkt. Het is tijd om knopen door te hakken. Indien dat niet gebeurt, riskeert minister Keulen zelf een procedure bij de Raad van State. Hij mag immers niet blijven stilzitten. Ik heb alle redenen om aan te nemen dat minister Keulen vanuit juridische invalshoek een punt heeft. Hij heeft tot op heden steeds strikt de juridische lijn gevolgd.
Eigenlijk baseert minister Keulen zich op drie uitgangspunten, met name de juridische lijn, de principes van goed bestuur en de scheiding tussen het dossier van de burgemeesters en de communautaire dialoog. De adviezen zijn verstrekt. De procedure is rond. Het heeft geen zin nog langer met een beslissing te wachten. Minister Keulen heeft hieraan toegevoegd dat zijn laatste uitgangspunt aansluit bij de houding die het Vlaams Parlement steeds heeft aangenomen. Ik kan hem enkel nageven dat hij de lijn van al zijn vorige antwoorden volgt. Dit is vorige week, tijdens de behandeling van de actuele vragen, nog eens gebleken.
Ik vraag me af waarom de minister-president het geweer nu enigszins van schouder wil veranderen. In de kranten staat te lezen dat dit tot onenigheid binnen de Vlaamse Regering leidt. Het lijkt me onnodig hier te bevestigen dat we de lijn van minister Keulen volgen.
Door minstens de indruk te wekken dat hij aan de chantage van de Franstaligen wil toegeven, maakt de minister-president een politiek dossier van het juridisch dossier over de niet-benoeming van de kandidaat-burgemeesters. Dit dossier wordt vervolgens aan de dialoog van gemeenschap tot gemeenschap gekoppeld.
Er is hier al verwezen naar het interview met de burgemeester van Linkebeek dat vandaag in La Libre Belgique is verschenen. Hij is opnieuw zeer duidelijk. Hij wil enkel met betrekking tot de benoemingen gelijk krijgen. Hij wil gelijk krijgen met betrekking tot de interpretatie van de taalwetten en van de faciliteitenregeling. Hij heeft zelf verklaard dat hij, indien hij de kans krijgt, de taalwetgeving opnieuw zal overtreden. De journalist vraagt: "Agériez-vous exactement de la même manière si c'était à refaire?" De heer Thiéry antwoord hierop het volgende: "Evidemment, nous n'avons fait qu'envoyer des convocations en français à des francophones".
We hebben hier al honderd maal uitgelegd dat de heer Thiéry het fout heeft. Hij geeft niet toe. Hij kondigt zelfs aan dat hij de taalwetten, indien hij een volgende kans krijgt, op precies dezelfde manier zal overtreden. De kandidaat-burgemeesters blijven bij hun gelijk.
Ik moet hieraan toevoegen dat de drie andere burgemeesters van faciliteitengemeenten het spel wel min of meer volgens de regels spelen en bijgevolg wel zijn benoemd. Indien de minister-president nu de indruk zou wekken dat hij met betrekking tot de drie incivieke kandidaat-burgemeesters toegevingen wil doen, zou hij een heel slecht signaal geven. Ik hoop dat hij straks de puntjes op de i zal zetten.
Ik kom nog even terug op het interview met de heer Thiéry, de burgemeester van Linkebeek. Ze willen inderdaad een dialoog met u, minister-president Peeters, en met federaal premier Leterme, omdat minister Keulen hen in de weg staat. De heer Thiéry voegt eraan toe: "Si nous ne sommes pas nommés, on ne discute plus d'institutionnel jusqu'aux élections de juin 2009."
Het gaat hen zelfs niet meer om dat uitstel, het gaat er om dat ze nu, hic et nunc, hun benoeming opeisen. Punt aan de lijn. Ze willen die benoeming binnenhalen. Ze plegen dus zonder blikken of blozen chantage. Daaraan toegeven en dus van het juridische dossier een politiek dossier maken, zou haaks staan op alles wat hierover de afgelopen jaren is gezegd.
Mijnheer Demesmaeker, wij hebben altijd op dezelfde lijn gezeten en we zitten nog altijd op dezelfde lijn, maar u insinueert nu dat met wat de heer Thiéry zegt de benoeming aan de orde zou zijn. Die is niet aan de orde. Het gaat er niet over of ze benoemd worden. Daarvan is geen sprake. Het gaat over de timing van een niet-benoemingsbesluit.
Dat interview met de heer Thiéry in La Libre Belgique is een en al frustratie ten aanzien van de Vlaamse Regering, die standhoudt in haar omzendbrieven en in het niet-toegeven om de faciliteiten verder mogelijk te maken. De Vlaamse Regering heeft op basis van een ijzersterk juridisch dossier geweigerd hen tot burgemeester te benoemen. Daar gaat het om.
Het is niet fair nu de indruk te geven dat de benoeming van deze heren door de CD&V-fractie of door bepaalde leden van de Vlaamse Regering of door de minister-president zou worden overwogen. (Opmerkingen van de heer Geert Bourgeois)
Ja, mijnheer Bourgeois: daar gaat het niet om. Het gaat enkel over de timing. Het gaat hier niet over een discussie ten gronde.
Mijnheer Van Rompuy, van twee dingen één. Wij lezen wat de Franstaligen zeggen. De heer Thiéry heeft het niet over timing of over niet-benoemen, hij heeft het over benoemen. Lees wat alle Franstaligen in de kranten zeggen, ook de voorbije weken. In het kader van de communautaire discussie en de onderhandelingen over de staatshervorming koppelen zij daar niet de niet-benoeming of de timing van de benoeming, maar de benoeming aan vast. Als u nu zegt dat de benoeming sowieso niet aan de orde is, wat staat de Vlaamse Regering dan in de weg om ze vandaag opnieuw niet te benoemen? Als de al-dan-niet-benoeming toch niet aan de orde is?
Ik kan nog vijf keer hetzelfde zeggen. Als je niet benoemt, worden ze opnieuw voorgedragen en zit je opnieuw in die carrousel. Die mensen niet te benoemen werkt hen veel meer op de zenuwen. Dan moeten ze opnieuw die carrousel in gang zetten. Zij krijgen in dat dossier ten gronde op geen enkel punt gelijk. Zij zullen in Vlaanderen nooit burgemeester kunnen worden omdat zij de wetten niet aanvaarden. Dat is de ijzersterke lijn die al jaren wordt doorgetrokken.
Mijnheer Van Rompuy, bevestig dat dan. U hebt ze een hand gegeven, ze zullen nu een arm pakken. Zij spreken niet meer over timing. Zij spreken niet over de timing van niet-benoeming, zij spreken over benoeming.
Het feit dat de Vlaamse Regering er twijfel over laat bestaan of we ze nu al dan niet niet zullen benoemen, sterkt hen in hun vertrouwen dat het wel degelijk een pasmunt is. Als het in uw ogen effectief niet kan dat ze ooit benoemd zullen worden, benoem ze dan nu voor een tweede keer niet, nu het juridisch dossier rond is. U maakt er nu zelf een politiek dossier van, mijnheer Van Rompuy.
De heer Bourgeois heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer Van Rompuy noemt mij. De heer Demesmaeker zal wel antwoorden, maar ik heb hem uitdrukkelijk niet horen insinueren dat de Vlaamse Regering op het punt staat of zelfs maar overweegt om die drie incivieke burgemeesters te benoemen. Hij heeft de burgemeester van Linkebeek geciteerd. Die zegt: "Wij moeten benoemd worden." Dat is iets heel anders dan insinueren dat de Vlaamse Regering op het punt staat dat te doen.
Maar wat belangrijker is, mijnheer Van Rompuy, is dat ik vrees dat wij niet meer op dezelfde lijn zitten. U zegt dat u op dezelfde lijn zit als de heer Demesmaeker. Dat is helemaal niet zo. Ik heb u goed beluisterd. U zegt dat de regering nu moet nadenken en overwegen wat de beste keuze is, maar minister Keulen heeft al altijd de lijn gehanteerd dit wettelijk en juridisch te zullen afhandelen. Die mensen komen niet in aanmerking voor benoeming.
Welnu, als u daar twijfel over laat bestaan, als u gaat voor uitstel, zoals u lijkt te insinueren, dan geeft u het signaal dat het kan worden gekoppeld aan de dialoog. Dat moet vermeden worden.
Mijnheer Van Rompuy, ik stel vandaag in de pers alleen maar vast dat ze, bij monde van de burgemeester van Linkebeek, dezelfde chantage plegen als ze altijd al hebben gepleegd. Anderzijds hoor ik de minister-president in de media zeggen dat we met het nu opnieuw niet-benoemen goed moeten oppassen, dat we goed moeten bekijken wat de gevolgen ervan zijn. Zo laten we de indruk bestaan dat er een koppeling bestaat. Dat heb ik willen aantonen en daar wil ik me tegen afzetten.
Collega's, ik zal nog één citaatje voorlezen. Degene die het uitsprak, zal het wel herkennen. Het is een citaat van 14 mei 2008 en het werd hier in het Vlaams Parlement uitgesproken. "De Vlaamse Regering volgt in dit dossier een heel klare lijn, en die is juridisch. We zouden in de val van de Franstaligen trappen om dit als een politiek dossier te beschouwen. Het feit dat die burgemeesters het Vlaamse gezag niet erkennen, dat ze weigeren een federale wetgeving toe te passen, dat ze de Vlaamse Regering vijanden noemen, dat ze in alle duidelijkheid niet geschikt zijn om het gezag uit te oefenen als burgemeester, is de grond van de argumentatie van de Vlaamse Regering om ze niet te benoemen. Ik vind dit de juiste lijn en de regering moet daarop blijven."
Het citaat is van de heer Van Rompuy. Ook voor ons is dit de lijn die nog moet worden gevolgd. Dit is een juridisch dossier. We volgen de lijn van de wettelijkheid, niets anders. Maak er alstublieft geen politiek dossier van.
Mijnheer de minister-president, mijn vraag aan de regering is de volgende. Ik zou in alle klaarheid het standpunt willen kennen van de Vlaamse Regering over het standpunt van minister Keulen van vorige week, om op heel korte termijn, dat wil zeggen tegen het einde van de maand, klaarheid te scheppen inzake de tweede aanvraag tot benoeming van de drie burgemeesters. (Applaus bij de N-VA)
De heer Sannen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, dames en heren van de regering, collega's, wij hadden geen vraag ingediend over deze kwestie en ik kan kort zijn: ons standpunt blijft ongewijzigd, de taalwetgeving en de omzendbrief moeten onverkort worden toegepast.
Voor onze fractie is er vandaag geen reden om dit standpunt te wijzigen en wij verwachten dat de bevoegde minister van Binnenlandse Zaken zijn verantwoordelijkheid in dezen neemt.
Mijnheer de minister-president, wij vertrouwen erop dat de Vlaamse Regering de noodzakelijke beslissingen neemt en de stappen zet die nodig zijn in dit dossier om binnen een correcte juridische benadering tot oplossingen te komen.
Collega's, dat is alles wat ik daarover wil zeggen. Dit is het standpunt dat we altijd hebben ingenomen en onverkort in stand willen blijven houden. (Applaus bij sp.a + VlaamsProgressieven)
De heer Daems heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte leden van de regering, beste collega's, aan degenen die zonet hebben gezegd dat dit in de eerste plaats een juridisch en geen politiek dossier is, wil ik zeggen dat ik het daar ten gronde mee oneens ben. Blijkbaar zijn er partijen in dit halfrond, maar evenzeer aan de overzijde van de taalgrens, die in dit debat constant olie op het vuur wensen te gooien. Blijkbaar sluipt die drang nu ook steeds meer binnen - juni komt dichterbij - bij sommige partijen van de Vlaamse Regering en met name bij Open Vld: de afgelopen dagen bij monde van minister Keulen. Wat een fantastische samenhang is er in deze ploeg!
Mijnheer de minister, we betreuren uw uitspraken waarmee u, blijkbaar uit schrik voor een procedure bij de Raad van State wegens stilzittend beleid - en hoe dikwijls heeft deze regering al niet stilgezeten? -, er nog een schepje bovenop wilt doen door op korte termijn de niet-benoeming van de burgemeesters nog een keer te willen bevestigen.
Niet enkel Open Vld, collega's, heeft in deze kwestie boter op het hoofd, ook uw partij, mijnheer de minister-president, heeft in het verleden van dit dossier in de eerste orde een politiek dossier gemaakt.
Mijnheer Van Rompuy, ik ben het ten gronde eens met uw redenering, maar uw aanval van staatmanschap komt voor mij op dit moment redelijk ongeloofwaardig over.
Mijn fractie ondersteunt elke dialoog die ertoe bijdraagt dat we een stap in de goede richting zetten van een efficiënter en beter bestuurd Vlaanderen en België.
Ik probeer u te volgen, mijnheer Daems. Als ik het goed begrijp, kunnen voor u de burgemeesters worden benoemd als de Franstaligen het op een welwillende manier vragen. U wilt op die manier de dialoog aan de gang houden. Is dat voor u de volgende stap?
Mag ik mijn redenering afronden? Ik kom aan dat punt.
Mijn fractie steunt elke dialoog die ertoe bijdraagt dat we een stap in de goede richting zetten voor een efficiënter en beter bestuurd Vlaanderen en België. Bijgevolg veroordeelt ze elk politiek initiatief dat er alleen maar toe bijdraagt dat de sfeer tussen de taalgemeenschappen verder verzuurt. Ik heb u in het verleden al bezig gehoord, mijnheer Gatz, u deelt denk ik op dat punt onze mening. De Vlaamse Regering heeft een standpunt ingenomen ten aanzien van de niet-benoeming van deze burgemeesters. Wij staan achter dat standpunt. Nu gaat het om de timing, en niet om de grond van de zaak.
Wij zouden trouwens willen voorstellen dat minister Keulen effectief wordt afgevaardigd naar de Raad van Europa en niet zijn advocaat stuurt, om op die manier met meer stelligheid het standpunt van de Vlaamse Regering te verdedigen. (Applaus bij Groen!)
De heer Van Eyken heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, leden van de regering, mijnheer Van Rompuy, ik weet niet of ik kandidaat zal zijn bij de volgende Vlaamse verkiezingen. Ik weet evenmin of de heer Thiéry kandidaat zal zijn. Als u het mij persoonlijk vraagt, ik zal altijd kandidaat blijven. Daar kunt u gerust in zijn. (Rumoer)
De zaak van de niet-benoeming van de burgemeesters is een soap aan het worden. De gemeenteraadsverkiezingen liggen al twee jaar achter ons, en in die drie faciliteitengemeenten zijn de burgemeesters nog altijd niet benoemd.
Minister Keulen, het onderzoek is sinds een paar weken afgelopen, en u wacht om een beslissing te nemen. Ondertussen heeft het congres van de lokale overheden een onderzoek gedaan. Men besloot dat er een zekere schending plaatsvond van het charter van de lokale autonomie. Men vindt - ik zeg dat niet, dat is een Europese uitspraak - dat er een probleem is van evenredigheid van de beslissing ten opzichte van de fouten die worden weerlegd.
Er is deze namiddag al enkele keren sprake geweest van "de drie burgemeesters". Ik zou eraan willen herinneren dat er toch een verschil bestaat tussen de drie gemeenten. Men heeft hier mijn voorganger in Linkebeek, de heer Thiéry, verschillende malen geciteerd. Hij was op het ogenblik van de oproepingsbrieven voor de gemeenteraadsverkiezingen waarvoor u hem beschuldigt geen burgemeester, en dus was hij niet als eerste verantwoordelijk voor de verzending van die brieven. Op dat gebied kan een onderscheid worden gemaakt tussen de drie gemeenten.
De burgemeesters hebben ook altijd duidelijk gesteld dat het niet gaat om een individuele beslissing maar over een collegiale beslissing van de colleges.
Minister Keulen heeft de drie burgemeesters niet benoemd. U vraagt zich nu af waarom ze opnieuw worden voorgedragen. Ik denk dat dat overduidelijk is. Als je de uitslagen van de gemeenteraadsverkiezingen in de drie gemeenten bekijkt, dan zie je dat die drie kandidaten gesteund zijn door een grote meerderheid van de bevolking.
De heer Demesmaeker heeft het woord.
Mijnheer Van Eyken, ontslaat een goede uitslag bij gemeenteraadsverkiezingen een lokale mandataris van de plicht om wetten toe te passen, om decreten toe te passen, om omzendbrieven toe te passen? Ik dacht van niet.
Minister Keulen heeft het woord.
Mijnheer Van Eyken, populariteit is één aspect bij verkiezingen en dat is heel belangrijk. Maar populariteit geeft je ook een aantal verplichtingen. Zeker als je kandidaat-burgemeester bent, heb je in de eerste plaats de plicht om als eerste wetten en decreten toe te passen, ook die waar je het niet mee eens bent. Je hebt het politieke recht om die wetten, decreten en andere voorschriften aan te klagen en er je mening over te geven. Maar op het terrein waak je erover en zorg je ervoor - dat is bijna een morele plicht - om die wetten en decreten en voorschriften toe te passen.
Je hebt in je gemeenschap ook een functie als verzoener. Je moet ervoor zorgen dat er één gemeenschap is en dat gemeenschappen niet met getrokken messen tegenover elkaar staan.
Dat is de toetssteen voor een benoeming. Iedereen moet maar de afweging maken of deze drie mensen hieraan beantwoorden of niet. Dat proces is nu bezig.
Ik heb niets tegen Franstaligen. Er zijn Franstaligen of mensen die verkozen zijn op een Franstalige meerderheidslijst, benoemd in Drogenbos, in Wemmel, in Sint-Genesius-Rode. Mevrouw Delacroix ging aanvankelijk in de fout bij de organisatie van de gemeente- en provincieraadsverkiezingen in 2006. Ze heeft haar fout hersteld in 2007. Ik ben een redelijk mens en ze heeft haar benoeming gekregen.
Burgemeesters hebben een voorbeeldfunctie. Ik stap daar niet van af.
Men laat hier de gedachte ontstaan dat die mensen de wetten overtreden. Het enige probleem waarover gesproken is, is het versturen van de oproepingsbrieven voor de verkiezingen. Daar gaat het om.
Met alle respect, maar je moet een beetje eerlijk zijn. Dat is één aspect. Er waren ook de gemeenteraden in het Frans. Er zijn veel provocaties geweest. Men heeft ook duidelijk verklaard dat men wetten en decreten niet zal toepassen, dat men de Vlaamse autoriteit niet erkent.
Als we dat palmares opsommen, dan moet u volledig zijn en niet selectief zijn. Daarmee schieten de zaken niet op.
U moet nog antwoorden op de vraag van de heer Demesmaeker.
Die mensen lappen niet alle wetten en decreten aan hun laars. (Gelach)
Sommigen wel.
Er is een probleem met de toepassing van de omzendbrieven. Dat hebben we als Franstaligen nooit achter stoelen of banken gestoken.
De minister heeft duidelijk gezegd dat een burgemeester of een dienstdoende burgemeester, de eerste is die het voorbeeld moet geven, ook als het om wetten of decreten of omzendbrieven gaat die tegen zijn principes ingaan. De minister is duidelijk geweest.
Dat heb ik gehoord.
Uw antwoord was ook duidelijk.
Het gaat hier vandaag vooral over het feit dat de beslissing zou worden uitgesteld. Ik heb de indruk dat men de Franstaligen in de waan probeert te laten dat de burgemeesters ooit zullen worden benoemd. Daarom wil ik vragen dat men eindelijk klare wijn schenkt in dit dossier en dat men de Franstaligen niet in de waan laat dat men zal nadenken over de benoeming, opdat zij toch zouden instappen in de communautaire dialoog. Men mag die eventuele benoeming niet gebruiken als wortel voor de ezel, om zo de Franstaligen aan te trekken.
Mijnheer de minister-president, wat is het standpunt van de Vlaamse Regering inzake het al dan niet benoemen van de drie burgemeesters?
De heer De Cock heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, geachte leden van de regering, collega's, twee maanden geleden dreef de gemeenschapsdialoog een wig in de Vlaamse Regering. Mijn collega's van VlaamsProgressieven en ikzelf geloven dat we nu op een cruciaal moment zijn aanbeland, nu alle adviezen binnen zijn. Het parlement heeft herhaaldelijk te kennen gegeven dat, als de minister over al die adviezen beschikt, er beter een definitieve beslissing wordt genomen. Dat is voor iedereen een helder en duidelijk uitgangspunt.
De beslissing over de niet-benoeming van de drie kandidaat-burgemeesters kan en mag niet wegen op de gemeenschapsdialoog. Als er respect is voor de rechtsgang en voor de termijnen van die rechtsgang, dan is het beter om te beslissen. Als de minister termijnen voorbij laat gaan, dan zou het initiatief in dit dossier juridisch wel eens bij de Franstaligen terecht kunnen komen. De rechtszekerheid komt in het gedrang als de minister nu talmt.
Een beslissing zou getuigen van goed bestuur. Het voordeel van een beslissing is ook dat de insinuaties als zou de benoeming van de burgemeesters een pasmunt kunnen zijn in de communautaire dialoog, voorgoed van de baan zullen zijn. De beslissing tot niet-benoeming kan geen alibi zijn om de gemeenschapsdialoog op te blazen. Indien dit wel het geval is, dan is men niet met de spreekwoordelijke goede wil van start gegaan.
Mijn fractie hoopt dat de gemeenschapsdialoog op een positief elan verder kan gaan. Wij zijn mild gebleven in het dossier van de burgemeesters. Wij hebben gevraagd de rechtsmiddelen uit te putten. Maar als men aan de eindstreep komt, moet men daar ook de consequenties van dragen. Mocht de gemeenschapsdialoog op dit dossier stranden, dan wil ik hier de woorden herhalen van de heer Caron van een paar weken geleden: "Wij zullen de dialoog nauwgezet opvolgen en evalueren, en we hopen dat het gesprek door iedereen ernstig wordt genomen en dat er resultaten komen. Maar dit gesprek mag geen alibigesprek worden."
Mijnheer de minister-president, collega's, als we in dit dossier de kool en de geit sparen, dan zal de kool elders worden gegeten, en de geit zal omkomen van de honger.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, ik zal kort, maar toch duidelijk zijn. Vooreerst, mijnheer Gatz, heb ik geen ambitie om de heer Sarkozy achterna te lopen, zelfs niet op het privévlak. Maak u daar geen zorgen over. Mocht u de indruk hebben gekregen dat ik zondag mijn rol niet juist heb ingevuld, wil ik u nu geruststellen.
Voorts zal ik kort de fundamentele uitgangspunten toelichten. Het dossier van de drie burgemeesters is geen onderwerp van de gemeenschapsdialoog. Het dossier is van start gegaan en zal op dezelfde wijze blijven doorlopen. Het is heel belangrijk dat de afspraken door iedereen worden gehonoreerd.
Het dossier van de drie burgemeesters is een juridisch dossier en blijft dat ook. De Vlaamse Regering heeft zich daarover vorige vrijdag gebogen. Er is de afspraak gemaakt dat het nu vrijdag weer op tafel komt. De vraag is door de heer Gatz en anderen duidelijk naar voren gebracht. Ze betreft de juridische opportuniteit en de timing. Deze uitgangspunten moeten heel wat misverstanden uit de wereld helpen en heel wat zorgen wegnemen. Zo is er een groot misverstand daarstraks al rechtgezet. Van de benoeming van de burgemeesters is volstrekt geen sprake. De enige vraag is hoe we dit dossier vanuit de Vlaamse Regering met de juiste juridische argumenten, en de juiste timing behandelen.
Minister Keulen zal daarover wat meer tekst en uitleg verschaffen.
Minister Keulen heeft het woord.
Het is inderdaad belangrijk dat de principes worden verwoord. Zoals de minister-president al zei, komende vrijdag komt het dossier binnen de Vlaamse Regering op tafel en dan gaat het voornamelijk over de timing. Ik ben een collegiale minister en sta altijd open voor goede raad. We zullen het dossier bekijken en de juiste afweging maken. Het volgende moet duidelijk zijn. Ik ben minister van Binnenlands Bestuur. Wat ik niet zou verdragen is een situatie in Vlaanderen met twee soorten van burgemeesters. Degenen die de wet moeten respecteren en degenen die er zich niets moeten van aantrekken; de wet die voor 305 burgemeesters geldt en de wet die 3 personen aan hun laars mogen lappen. Met alle Chinezen, maar niet met den dezen. Daar doe ik niet aan mee.
De principes van behoorlijk bestuur aan de ene kant en de wettelijke voorschriften aan de andere kant, blijven hier ook altijd vooropstaan. We hebben over dit dossier vaak hard met elkaar gedebatteerd, mar we hebben altijd dezelfde juridische lijn verdedigd en dezelfde principes van behoorlijk bestuur en wettelijke voorschriften beklemtoond. Het is ook belangrijk de boodschap mee te geven dat een gemeenschapsdialoog en burgemeestersbenoemingen twee afzonderlijke zaken zijn die niet met elkaar vermengd kunnen worden. Dat is ook duidelijk verwoord door de minister-president.
De Franstaligen moeten er eindelijk eens mee ophouden om olie op het vuur te gieten, zoals vandaag nog in La Libre Belgique. In een interview verklaart Damien Thiéry doodgemoedereerd op de vraag wat hij zou doen moest hij opnieuw de kans krijgen, dat hij precies hetzelfde zou doen. Hij zou absoluut niets veranderen. Dat soort van provocaties kunnen we missen als kiespijn. Hij zegt ook dat hij benoemd moet worden voordat over iets kan worden gesproken.
Dat is iets wat Maingain ook al twee jaar zegt, maar Maingain heeft in Vlaanderen niets te zeggen. We gaan van deze koers dan ook niet afwijken. De heer Van Hauthem zegt altijd dat ze burgemeester zijn. Ze zijn dat niet, ze zijn waarnemend burgemeester. Als het zo zou zijn dat ze wel burgemeester waren, waarom dan al die heisa? Door het feit dat ze waarnemend burgemeester zijn, hebben ze ook een schepen minder. Het is de eerste schepen die dienst doet als burgemeester.
Aangezien ze slechts waarnemend burgemeester zijn, hebben de Franstaligen één schepen minder. De eerste schepen doet immers dienst als burgemeester.
Wat de Raad van Europa betreft, heb ik medio mei een onderzoekscommissie ontvangen. Ik heb die commissie uitvoerig tekst en uitleg gegeven. Ik vind het überhaupt nog altijd onbegrijpelijk dat er een Europees dossier bestaat. Een van de grondregels is dat er in Europa pas een dossier kan bestaan als de rechtsgang in eigen land is uitgeput. De niet- benoemde burgemeesters zijn nooit naar de Raad van State gestapt. Dat hebben ze niet gedurfd.
De Raad van Europa kan ons nooit een andere beslissing opleggen. Als de drie niet-benoemde burgemeesters vinden dat ik hen onrechtvaardig heb behandeld, dan moeten zij naar de Raad van State gaan. Dat is de enige instantie die mij tot andere beslissingen zou kunnen nopen, maar dan met een arrest vanuit de rechterlijke macht.
Het parlement en de regering zijn in dit dossier altijd eendrachtig geweest. Die eendracht is hier deze namiddag bevestigd en moet in de toekomst worden bewaakt. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, mijnheer de minister, het is ontroerend te zien hoe na de commotie van de jongste dagen plots de eensgezindheid in de Vlaamse Regering is teruggekeerd. Minister-president Peeters zegt in De Zevende Dag dat minister Keulen de zaak heeft aangekaart op de ministerraad. De vraag was wat daarmee moest gebeuren gelet op de dialoog van gemeenschap tot gemeenschap. Minister Keulen liet via Open Vld weten dat minister-president Peeters liegt, zo was te lezen in De Morgen. Maar vandaag is er blijkbaar niets aan de hand. Dat is toch te mooi om waar te zijn. Wie gelooft op de duur die mensen nog?
Open Vld is als fractie en als partij in dit dossier bijzonder weinig geloofwaardig. Voor de eerste keer kwam de heer Gatz in dit specifieke dossier op de tribune in een actualiteitsdebat om te zeggen dat minister-president Peeters fout zit. Ik wil me echter niet moeien met de ruzie die er inzake profilering bestaat tussen Open Vld en minister-president Peeters. Open Vld heeft niet veel geloofwaardigheid meer en heeft enkel nog minister Keulen om naar voren te schuiven.
Mijnheer de minister-president, ik vind het onwaarschijnlijk dat u, na de verklaringen die u hebt afgelegd in De Zevende Dag en de repliek daarop van uw coalitiepartners, nog steeds beweert dat dit een juridisch dossier is. Ik weet dat die lijn vanaf het begin is aangehouden. U kunt echter niet zeggen dat dit de lijn is van heel dit Vlaams Parlement. Wij hebben vanaf het begin gezegd dat dit geen juridisch dossier is. U zou dat misschien wel willen. Om daar een juridisch dossier van te maken moet men met twee zijn, en dat is hier niet het geval.
Dit was vanaf het begin een politiek dossier. U hebt dat altijd in de juridische sfeer willen houden. De Franstaligen hebben dan niet gedaan. En plots, mijnheer de minister-president, bent u zondag uit de bocht gegaan en hebt u die koppeling toch gemaakt.
Mijnheer Van Hauthem, wilt u daar dan over marchanderen? U zegt dat het een politiek dossier is. Wij zeggen dat het een juridisch dossier is. Wij volgen daarin een consequente juridische lijn. Als u zegt dat dit een politiek dossier is, betekent dit dan dat u wilt marchanderen?
De heer Gatz heeft het woord voor een persoonlijk feit.
De geloofwaardigheid van mijn partij is belangrijker dan een persoonlijk feit.
Mijnheer van Hauthem, u zegt dat Open Vld niet geloofwaardig is omdat het de eerste keer is sinds lang dat ik met zo'n thema op het spreekgestoelte stond. Ik heb dat de voorbije maanden niet moeten doen, om de eenvoudige reden dan minister Keulen altijd op dezelfde lijn bleef.
Ik begrijp dan ook niet waar u het over hebt. De Vlaamse Regering blijft bij monde van minister Keulen op dezelfde lijn. Ik heb het vandaag alleen nuttig geoordeeld, nadat er enige twijfel rees tijdens het weekend, om duidelijk onze positie te herbevestigen. Op dat vlak hebben wij van u geen enkele les te ontvangen.
Het feit dat u er deze keer wel stond, betekent toch dat er iets meer aan de hand was en de regering wat dat betreft blijkbaar toch verdeeld was.
Mijnheer de minister, natuurlijk is het een politiek dossier. Het feit dat men binnen de Vlaamse Regering nu aan het debatteren is over de timing, heeft alles te maken met de gemeenschapsdialoog, los van het feit of dat dossier daar de facto al dan niet op tafel ligt. Het is er de facto aan gebonden.
U zegt dat het een juridisch dossier is. Ik dacht dat dat afgesloten was, want de adviezen zijn binnen. Neem dan een beslissing. Maar neen, dan komt de Vlaamse Regering naar buiten met de mededeling dat men niet gaat beslissen, want de timing is niet goed. Het ligt wel niet op de tafel van de dialoog, maar de timing is niet goed. Wie maakt er dan een politiek dossier van? Dat is de Vlaamse Regering zelf. Het is altijd een politiek dossier geweest. U hebt dat altijd ontkend, maar vandaag wordt u met de neus op de feiten gedrukt. De Franstaligen, mijnheer de minister-president, u hebt dat vandaag nog eens gelezen, zijn niet tevreden met een uitstel van een niet-benoeming. Zij eisen nog altijd de benoeming.
Mijnheer de minister, u zegt dat u geen onderscheid wilt maken tussen twee soorten burgemeesters: degenen die de regels toepassen, misschien tegen hun zin, dus degenen die het toezicht van de Vlaamse overheid aanvaarden, en de anderen die dat niet doen.
Een beetje minister en een beetje Vlaamse Regering, want ik beschouw dat als een geheel, had meer moeten doen dan alleen die heren niet benoemen. Ze zijn burgemeester, ook al is het waarnemend burgemeester, en hebben alle bevoegdheden van de burgemeester. Ze ondertekenen hun brieven met de titel van burgemeester en u moet elke keer opnieuw een brief schrijven naar mijnheer Thiéry, met de vraag om rekening te houden met het feit dat hij niet is benoemd en moet ondertekenen met waarnemend burgemeester en niet met burgemeester. Ze doen gewoon voort. U zegt het hier zelf. Een jaar geleden was u het spuugzat en vandaag bent u het nog altijd spuugzat.
Een Vlaamse Regering die zichzelf respecteert, laat die heerschappen daar niet zitten als waarnemend burgemeester, die zet hen af. U hebt de mogelijkheid, maar u weigert dat te doen. Dat is ook een politieke beslissing. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Van Hauthem, u hebt eigenlijk nooit verteerd dat we vorig jaar op 14 november die drie niet benoemd hebben. U bent er altijd van uitgegaan dat dat wel zou gebeuren en er compromissen over gesloten zouden worden.
Als men een tuchtdossier start, moet men ook zeker zijn dat men de strijd kan winnen en moet men ook heel stevig in zijn schoenen staan. Het feit dat ze niet benoemd zijn, betekent inderdaad dat ze vandaag maar waarnemend zijn en dat de Franstaligen een schepen minder hebben. U wilt die feiten altijd minimaliseren, maar dat is wel de realiteit.
De Franstaligen trekken zich - en dat heeft de heer Van Rompuy, die de situatie heel goed kent, zelf gezegd - geen bal aan van het feit dat ze een schepen minder hebben. Die zijn tevreden dat ze nu nog altijd waarnemend burgemeester en dus de facto burgemeester kunnen spelen.
Als er dan toch duidelijkheid moet zijn, wij gaan een actualiteitsmotie indienen, waarbij we vaststellen dat plots de eensgezindheid in de Vlaamse Regering opnieuw zeer groot is, maar sta ons toe daaraan te twijfelen. Men is hier alleen een show komen opvoeren, maar eigenlijk is er ten gronde niets aan de zaak veranderd. De zaak is wel degelijk gekoppeld aan de dialoog, net zoals BHV, dat buiten de dialoog zit, er toch nog altijd onrechtstreeks aan gekoppeld is. Anders zouden de Vlaamse meerderheidspartijen niet alles in het werk stellen om opnieuw de zaak op de lange baan te schuiven en niet nog eens aan de Franstaligen vragen om een belangenconflict in te dienen, zodat het weg is van de onderhandelingstafel. Dan is dat in principe wel zo, maar het heeft er alles mee te maken.
Deze Vlaamse Regering heeft een bijzonder slechte beurt gemaakt en heeft aan de Franstaligen het signaal gegeven dat het inderdaad pasmunt is. Wij gaan een actualiteitsmotie indienen, waarin we vragen dat, conform de verklaringen van de minister van Binnenlands Bestuur, en gelet op het feit dat het dossier juridisch afgelopen is, men voor het eind van deze maand een beslissing zou nemen.
Er is nog een ding, en dan rond ik helemaal af, mevrouw de voorzitter. Mijnheer Van Eyken, u hebt gesproken over de ezel en de wortel. Ik vraag me af wie de ezel is en wie de wortel. Als u mijn verhaal hier kent, weet u ook het antwoord. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Dames en heren van de regering, u zegt dat dit dossier geen onderwerp is van de gemeenschapsdialoog. Ik wil u best geloven. Door echter, en niet voor de eerste keer, openlijk de benoeming te eisen van deze drie incivieke kandidaat-burgemeesters, plegen de Franstaligen wel degelijk chantage en leggen ze een hypotheek op een goede afloop van die gemeenschapsdialoog.
U zegt dat dit een juridisch dossier is en dat u de timing eens zult bekijken. Mijnheer de minister, dat is in tegenstrijd met wat u hier vorige week nog hebt gezegd. U hebt toen duidelijk gesteld dat u op zeer korte termijn, voor het eind van de maand, klaarheid zou scheppen in verband met de tweede aanvraag tot benoeming van deze drie burgemeesters.
Mijnheer de minister, als u nu nog opnieuw moet overleggen of moet nadenken over de timing, wat is dan het probleem? Het is een politiek probleem! Het probleem is dat dit een politiek dossier geworden is. U hebt er een politiek dossier van gemaakt. De gemeenschapsdialoog en dit dossier zijn twee verschillende zaken, zegt u. Dat is het echter niet voor de Franstaligen. Vergeet het maar! Zij hebben dit bij herhaling aangegeven. Ze hebben dat vandaag via de burgemeester van Linkebeek in La Libre Belgique nog eens gedaan. Hij voegt er dan nog aan toe dat hij daarbij gesteund wordt door de vier Franstalige partijen.
Ik stel vast dat de hele communautaire bespreking van het federale niveau geëvacueerd is naar een zogenaamde gemeenschapsdialoog. De problemen zijn nu geïmporteerd op het Vlaamse niveau. De Franstaligen kijken ernaar en lachen ermee.
Laat het duidelijk zijn, onze hele houding zal steeds geïnspireerd zijn door twee overwegingen: de principes van het behoorlijk bestuur enerzijds en de wettelijke voorschriften anderzijds. We kunnen die zaak uiteraard ook niet eindeloos uitstellen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door de heer Demesmaeker en door de heren Joris Van Hauthem en Luk Van Nieuwenhuysen en de dames An Michiels en Greet Van Linter werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties ingediend. Ze zullen worden gedrukt en rondgedeeld.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.