Report plenary meeting
Actuele vraag over de toename van het aantal HIV-besmettingen
Report
Mevrouw Hoebeke heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, leden van de regering, dames en heren, de media heeft ons attent gemaakt op een probleem dat zich ook in België voordoet. Naar aanleiding van de Aids Memorial Day van zondag is gebleken dat in België drie personen per dag worden besmet met het HIV-virus. Uit die cijfers van 2005 is gebleken dat bij de Belgen ongeveer 85 percent van de mannen in homo- en heteroseksuele relaties besmettingen oploopt en bij de niet-Belgen 54 percent van de vrouwen. Mevrouw de minister, zult u hier werk van maken, zoals de woordvoerder van Sensoa vraagt? Mensen die seropositief zijn, worden nog altijd gestigmatiseerd. Wat zijn uw inzichten op dat gebied?
De heer Roegiers heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, leden van de regering, dames en heren, het is niet voor het eerst dat ik hier sta om te wijzen op de stijging van het aantal HIV-besmettingen, helaas. Ik zou hier liever staan om u te feliciteren met een daling van de cijfers. In 2005 waren er 1.066 nieuwe HIV-besmettingen.
Mevrouw Hoebeke heeft het terecht gezegd. Dat zijn er drie per dag, en dus drie te veel. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen Belgen die met het HIV-virus besmet geraken en niet-Belgen. Bij Belgen gaat het voornamelijk om mannen met homoseksuele contacten, bij niet-Belgen om heteroseksuele contacten met opvallend meer besmette vrouwen dan mannen.
De afgelopen jaren hebben we, ook via uw voorganger, een aantal sensibiliseringcampagnes meegemaakt. Ze waren wel goed, maar werden doelgroepgericht aangepakt. Mijn pleidooi bestaat erin grootschalige campagnes op het getouw te zetten die gericht zijn op alle Vlamingen. Ik verwijs naar voorbeelden uit onze buurlanden, maar ook uit wat verder afgelegen landen. Daar ziet men op regelmatige tijdstippen op drukbezochte plaatsen expliciete reclame voor het gebruik van het condoom. Het condoomgebruik is het enige afdoende middel om HIV te vermijden.
Vandaar mijn vraag, mevrouw de minister, of u bereid bent budgetten vrij te maken om naast de doelgroepgerichte campagnes, ook effectief werk te maken van grootschalige en regelmatig terugkerende campagnes.
Minister Vervotte heeft het woord.
Ik wil eerst iets over de cijfers zeggen. Ik wil ze niet minimaliseren. Er moet wel duidelijk worden gemaakt aan welke feiten conclusies worden verbonden. De cijfers zijn afkomstig van het WIV van de federale overheid. Ze zijn nog onvolledig. Zo is de registratie onvolledig op het vlak van de woonplaats bijvoorbeeld. Soms werd geregistreerd op de plaats van de vaststelling van de diagnose. Wij hebben evenmin voldoende zicht op de nationaliteit, of op de wijze waarop de overdracht is gebeurd. We moeten dus voorzichtig zijn met de conclusies.
Het volledige rapport zal volgens de federale overheid in november 2006 klaar zijn. Als we toch al conclusies trekken op basis van voorlopige cijfers, zien we dat er een lichte stijging wordt vastgesteld bij homosekuele Belgische mannen, maar ook bij niet-Belgen. We kennen de juiste nationaliteiet niet, maar vermoeden dat het gaat om de subsaharaanse Afrikaanse gemeenschap. In Antwerpen is alleszins bij deze gemeenschap een stijging vastgesteld.
In Vlaanderen worden constant inspanningen geleverd op het vlak van preventie van seksuele overdraagbare aandoeningen en meer specifiek op het vlak van de bestrijding van de verspreiding van het HIV-virus.
De grootste uitdaging blijft voor mij de zoektocht naar zo efficiënt mogelijke preventiestrategieën. Deze moeten regelmatig worden aangepast aan de doelgroep, maar ook aan veranderende situaties in de samenleving. We hebben gelukkig recent wetenschappelijk onderzoek voorhanden. Zo is in een studie vastgesteld welke preventiestategieën het meest efficiënt zijn. Daaruit is gebleken dat de meest efficiënte degene zijn die uitgaan van een gedragsmatige invalshoek en de minst efficiënte degene die uitgaan van angst voor HIV-besmetting. Deze laatsten werken bovendien stigmatiserend. Doelgroepen stigmatiseren zou dan bovendien discriminaties in de hand werken.
We hebben met de resultaten van deze studies rekening gehouden bij het uitstippelen van ons beleid en het nemen van beleidsbeslissingen betreffende de HIV-preventie en seksuele gezondheid. Een voorbeeld daarvan is de website die op 5 mei 2006 is gelanceerd.
Het vernieuwende aan de website www.mannenseks.be is het feit dat we onze methodieken richten op de plaatsen waar de doelgroep zich het meest bevindt. Uit de bevragingen is duidelijk gebleken dat de meeste contacten via het internet worden gelegd. Naar het schijnt, wordt daarbij wel eens de term 'mannenseks' ingetikt. De Vlaamse Gemeenschap heeft deze website geclaimd en bezoekers komen automatisch op een website over preventie van Sensoa, de partner van de Vlaamse Gemeenschap, terecht. Deze website biedt niet enkel informatie en sensibiliseringstips, maar verstrekt ook advies. Het gedragsmatige aspect is hierin opgenomen. Assertiviteit, het verhogen van de communicatieve vaardigheden en het kunnen stellen van grenzen, blijkt immers zeer belangrijk te zijn. Dit nieuwe onderdeel komt op de website www.mannenseks.be aan bod.
De daarnet vermelde website richt zich tot een specifieke doelgroep. We zijn tevens van plan een grootschalige informatie- en sensibiliseringscampagne voor het grote publiek op te zetten. Deze campagne zal in juni 2006 worden gelanceerd. We hebben hiervoor bijkomende middelen vrijgemaakt. Een ander onderdeel van ons beleid dat momenteel wordt voorbereid, is de op de ouders van jongeren gerichte campagne die we in september 2006 zullen voeren. We zullen hiervoor onder meer samenwerken met Sensoa en met de Gezinsbond.
We mogen ons niet beperken tot het constant informeren, het sensibiliseren, het verstrekken van advies, het uitdelen van gratis condooms en dergelijke. We moeten tevens onze intermediairen blijven vormen. Er moet op bepaalde plaatsen een duidelijk beleid met betrekking tot de seksuele gezondheid worden gevoerd. In dit verband verwijs ik graag naar de overeenkomst die ik recent met minister Vandenbroucke heb gesloten, die tot een beleid met betrekking tot de seksuele gezondheid in de Vlaamse scholen moet leiden.
We kunnen aantonen dat we in Vlaanderen een actief beleid inzake seksuele gezondheid en HIV voeren. We blijven investeren in de zoektocht naar vernieuwende preventiestrategieën en -methodieken. Het teweegbrengen van gedragsveranderingen lijkt me essentieel. De mensen zijn goed op de hoogte. We moeten informatie blijven verstrekken. Het herhalingseffect speelt een belangrijke rol. Daarnaast willen we al deze geïnformeerde mensen ertoe aanzetten hun gedrag daadwerkelijk te wijzigen. Dit is onze grote uitdaging. Om die reden zijn onze nieuwe methodieken op het versterken van sociale vaardigheden gericht.
Ik dank de minister voor haar uitvoerige toelichting. Ik vind het prima dat de website in mei 2006 zal worden gelanceerd. Wat de grote campagne in juni 2006 betreft, wil ik nog even op de risico's in de verlofperiode wijzen. Jongeren kunnen op reis immers de neiging hebben bepaalde zaken uit te testen. De via deze campagne verstrekte informatie kan hiervoor van belang zijn.
Informatie kan discriminatie verhinderen. Hoe beter iemand over zijn medemens geïnformeerd is, hoe minder hij hem zal stigmatiseren. We zullen het beleid in de scholen met aandacht volgen. De scholen vormen een belangrijk forum voor het verspreiden van informatie.
Ik wil de minister bedanken voor haar uitgebreid antwoord. Mij lijkt het een goede zaak om naar aanleiding van de vakantiemaanden juli en augustus 2006 en naar aanleiding van het begin van het nieuwe schooljaar in september 2006 een aantal nieuwe activiteiten te ontplooien.
Mevrouw de minister, ik neem aan dat dergelijke initiatieven moeten worden geëvalueerd. Bent u bereid om hier eventueel een recurrente maatregel van te maken? Bent u bereid om dergelijke grootschalige campagnes regelmatig te voeren of wilt u zich tot eenmalige campagnes beperken?
Ik wil nog twee elementen toevoegen. Specifiek voor reizen hebben we een aparte actie, die losstaat van de grote publiekscampagne. Het is inderdaad onze bedoeling om blijvend te investeren in doelgerichte campagnes en in publiekscampagnes.
Het incident is gesloten.