Report plenary meeting

De heer De Meyer heeft het woord.

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, een advertentie in het jongste nummer van Klasse wekt de indruk dat de Vlaamse leerkrachten best een aanvullende verzekering afsluiten tegen vormen van agressie.

Klasse is het tijdschrift dat wordt uitgegeven door het departement Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en dat gratis wordt verspreid onder alle personeelsleden van de onderwijssector en van de CLB's. Alhoewel Klasse een eigen redactie, een zelfstandige hoofdredacteur en een verantwoordelijke uitgever heeft, blijft het toch een officieel - of minstens een officieus -, karakter hebben voor de onderwijswereld.

Op pagina 30 van het jongste nummer van april 2006 met nummer 164, verscheen een paginagrote advertentie: 'Gemoedsrust voor minder dan 25 euro per jaar. Dekt elke opvoeder of lesgever in geval van agressie, rechtszaken, ongevallen of verhaal.' Deze advertentie wekt de indruk dat de gangbare schoolverzekering niet alle risico's dekt van de personeelsleden bij het uitoefenen van hun functie.

Mijnheer de minister, welke risico's worden wel en welke worden niet gedekt door de gangbare schoolverzekeringen? Is het wenselijk, nuttig, noodzakelijk of overbodig om een bijkomende persoonlijke schoolverzekering af te sluiten?

Zijn er statistieken bekend van rechtszaken waarbij directies of personeelsleden aansprakelijk werden gesteld voor ongevallen en waarbij ze persoonlijk verantwoordelijk werden gesteld voor de schade die niet gedekt wordt door de normale schoolverzekering?

Minister Vandenbroucke heeft het woord.

De schoolverzekering of -polis is geen verplichte verzekering. Op basis van onze gegevens denken we dat elke school een eigen schoolverzekering heeft. Aangezien een schoolverzekering geen verplichte verzekering is, zijn er ook geen dwingende bepalingen over de inhoud ervan. Op basis van een soort bevraging bij de scholen blijkt dat een schoolpolis bijna altijd uit drie delen bestaat.

Ten eerste is er de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid. Burgerlijke aansprakelijkheid wordt verleend aan de inrichtende macht, de directie, het personeel, de leerlingen, de ouders voor zover zij aansprakelijk kunnen worden gesteld tijdens schoolactiviteiten, vrijwilligers, enzovoort. De burgerlijke aansprakelijkheid dekt zowel materiële als morele schade vanuit de schoolpolis.

Het tweede onderdeel van de schoolpolis zijn de lichamelijke ongevallen. Deze waarborg wordt enkel verleend aan leerlingen omdat personeelsleden in het onderwijs voor lichamelijke schade altijd terugvallen op de wettelijk verplichte arbeidsongevallenverzekering. Zij zijn overigens niet alleen bij schoolactiviteiten verzekerd vanuit de arbeidsongevallenverzekering, maar ook op weg van en naar de school.

Tot slot is er de rechtsbijstand. Dat is een voorziening voor juridische bijstand. Als minister van Onderwijs kan ik vanzelfsprekend de personeelsleden van het onderwijs het aanbod van verzekeringsmaatschappijen zoals Ethias of andere noch aanbevelen noch afraden. Ik kan wel proberen om een beetje duidelijkheid te scheppen over het verschil dat er zou kunnen zijn inzake dekking tussen een aanvullende verzekering enerzijds en de normale dekking ten gevolge van de schoolpolis en de arbeidsongevallenverzekering anderzijds. Er is een enorme overlap tussen die twee. Zo'n aanvullende verzekering dekt bij gewelddaden naast lichamelijke schade die altijd is gedekt door de arbeidsongevallenverzekering, ook stoffelijke schade zoals kledij en boekentas. Een bril valt onder lichamelijke schade en valt dus onder de arbeidsongevallen terwijl een auto expliciet is uitgesloten van de aanvullende verzekering.

De burgerlijke aansprakelijkheid wordt gedekt door de schoolpolis. Bij de aanvullende verzekering wordt voorzien in een hoger plafond. De plafonds die worden vastgelegd in de schoolpolis, zijn doorgaans al voldoende hoog. Ik geef een voorbeeld. Indien een scheikundeleraar door een of andere onvoorzichtigheid, de hele school in de as legt, dan zal de aanvullende verzekering waarschijnlijk nuttig zijn. In dat geval zal het plafond van de schoolpolis wellicht niet volstaan. Dit is echter een extreem geval.

Volgens Ethias dekt de schoolpolis ook gewelddaden buiten schoolverband. Ze hebben echter weinig of geen dossiers over gewelddaden buiten schoolverband.

Ik heb geen statistieken over ongevallen die al dan niet gedekt werden door schoolpolissen.

U maakt zich een beetje zorgen over de rol van Klasse. Klasse voor leerkrachten functioneert in deze als een gewoon blad. Het heeft een onafhankelijke reclameregie. Het oefent geen invloed uit op wie er al dan niet adverteert in Klasse.

Ik merk wel op dat in de redactionele pagina's van Klasse al een aantal keren werd gewezen op de relativiteit van die aanvullende verzekeringen voor leerkrachten, die reeds gedekt zijn door een schoolpolis én door de wettelijke arbeidsongevallenverzekering.

Mijnheer de voorzitter, collega's, degenen die hebben geluisterd naar het antwoord van minister Vandenbroucke zullen met mij moeten toegeven dat zijn uitspraken enigszins sibillijns zijn. Enerzijds wijst hij op het feit dat nagenoeg alle risico's verzekerd zijn. Anderzijds stelt hij dat er risico's bestaan die mogelijk minder verzekerd zijn. Mijnheer de minister, de personeelsleden willen uiteraard weten wat ze moeten doen om volledig verzekerd te zijn.

Naar aanleiding van een soortgelijke advertentie in dagbladen heb ik ongeveer tien jaar geleden de toenmalige minister van Onderwijs, de heer Vandenbossche, geïnterpelleerd. Hij zei toen duidelijk dat het voor personeelsleden in het onderwijs totaal overbodig is dat ze een dergelijke verzekering afsluiten.

Ik begrijp dat het misschien niet mogelijk is om op heel korte termijn alle elementen juridisch te onderzoeken. Ik zou het bijzonder appreciëren mochten uw diensten de zaak verder onderzoeken en via Edulex of een redactioneel artikel in Klasse volledige duidelijkheid creëren voor het onderwijsveld.

Mijnheer De Meyer, het zou onvoorzichtig zijn van mij om te zeggen dat er geen enkel verschil is. Er zijn immers wel degelijk verschillen. Ik heb gewezen op boekentas en kleding, op de plafonds die gelden voor de burgerlijke aansprakelijkheid. Ik heb ook een wat absurd voorbeeld gegeven. De mogelijkheid bestaat echter wel.

Mijnheer de minister, u begrijpt toch ook dat leerkrachten wetenschap zich toch moeilijk allemaal kunnen laten verzekeren tegen een mogelijke ontploffing van een school.

Akkoord, maar als de hele school ontploft, dan is het mogelijk dat het plafond van de verzekering niet voldoende is voor de leerkracht scheikunde. Dat is nu eenmaal zo. U kunt er misschien wel uit afleiden dat het niet zo erg nuttig is om die aanvullende verzekering af te sluiten.