Report plenary meeting
Report
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Malcorps tot de heer Van Mechelen, Vlaams minister van Financiën en Begroting, Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische Innovatie, over het betalen van planschade ten gevolge van de watertoets.
Deze regering probeert werk te maken van een integraal waterbeleid en iets te doen aan de problematiek van de overstromingen. De minister van Leefmilieu heeft aangekondigd dat er nu effectief werk zal worden gemaakt van de watertoets. De gemeentebestuurders hebben dit bericht positief onthaald. Sommigen vragen zich echter af wie de planschade zal betalen.
Ik meen dat de gemeenten terzake een belangrijke verantwoordelijkheid hebben. In het verleden hebben ze soms bouw- en verkavelingsvergunningen afgeleverd op gronden die duidelijk in een overstromingsgebied lagen. Soms bleek zelfs uit de straatnamen dat het duidelijk om waterzieke gebieden ging. De gemeenten moeten zelf hun verantwoordelijkheid opnemen. In sommige gevallen kan men wel naar de Vlaamse overheid kijken.
Wie zal de planschade betalen? Is dat de verantwoordelijkheid van de minister van Leefmilieu of van de minister van Ruimtelijke Ordening? Zijn daarvoor middelen uitgetrokken? Hoe ver staat men met de oprichting van het Rubiconfonds dat begin dit jaar werd aangekondigd? Dat fonds zou gespijsd worden met de opbrengsten van de planbatenheffing, wat samenhangt met de realisatie van een aantal bedrijventerreinen.
De Vlaamse overheid heeft dus haar verantwoordelijkheid genomen. Voortaan moeten ook de gemeenten dat doen. Het kan niet dat men vergunningen blijft toestaan en de kosten op de hogere overheid afwentelen.
Het incident is gesloten.