Report plenary meeting
Report
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Laurys tot de heer Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de houding van de Vlaamse regering ten aanzien van het werkgelegenheidsakkoord.
Vorige week werd hier al gedebatteerd over de werkgelegenheid. Ik zou willen terugkomen op het werkgelegenheidsakkoord. Dit akkoord kwam vorige week uitgebreid ter sprake.
Met dit akkoord werden een aantal maatregelen verlengd of uitgebreid. Het bevat echter ook een aantal nieuwe elementen. De totale kostprijs van het akkoord wordt op 75 miljoen euro geschat. De minister-president toonde zich, niettegenstaande dat er slechts een derde van dit bedrag onmiddellijk beschikbaar is, tevreden.
Op 31 januari zou het definitieve standpunt van de Vlaamse regering gekend zijn en ons meegedeeld worden. Om de budgettaire implicaties van het akkoord te onderzoeken en de technische aspecten ervan uit te werken werd op 30 januari daarenboven beslist om een technische werkgroep op te richten.
Nadat het Vesoc op 3 februari samenkwam besliste men echter om de budgettaire controle aan een interkabinettele werkgroep toe te vertrouwen.
Men kan zich vragen stellen bij deze werkwijze. Wat is de houding van de Vlaamse regering in dit alles? Wat werd er intussen allemaal beslist in de interkabinettele werkgroep? Vanwaar komen de middelen om alles te financieren?
Het bereikte akkoord is een antwoord op een vraag die gesteld werd door de Vlaamse regering. De regering staat positief ten opzichte van een voorstel dat tegelijkertijd een lastenverlaging en lastenverlaging inhoudt. Het middenveld houdt van de paarse werkwijze.
De Vlaamse regering neemt de budgettaire implicaties van een lastenverlaging nog eens onder de loupe. Verder houdt ze ook de werkgelegenheidseffecten van de lastenverlaging goed in de gaten. Het middenveld stelt zich wel minder kritisch op dan de Vlaamse regering. Het ja-woord van de Vlaamse regering is in ieder geval een budgettair ja-woord.
Men moet wel toegeven dat het voorstel geen oplossing biedt voor de jeugdwerkloosheid. Men kent het voorstel van de Vlaamse regering echter voor de invoering van de zogenaamde jobkaart. Met deze kaart worden bedrijven gedurende de eerste maand gecompenseerd voor de opleiding van een jongere werknemer.
Ik had graag geweten of de interkabinettenvergadering al iets concreets opgeleverd heeft.
De kabinetten leveren vooral voorbereidend werk. Vrijdag zal de Vlaamse regering een aantak knopen doorhakken.
Het incident is gesloten.