Report plenary meeting
Actuele vraag over de deelname van de minister-president aan het World Economic Forum in Davos
Report
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Collega’s, minister-president, vorige week vond in Davos het World Economic Forum (WEF) plaats. Daar kwamen politici van de diverse continenten samen, maar tegelijkertijd ook bedrijfsleiders en het internationale middenveld, zoals we dat kunnen noemen.
U vertegenwoordigde namens de Vlaamse Regering ons land, Vlaanderen. De koopkrachtcrisis was natuurlijk het centrale thema van deze editie van het WEF. Volgens een bevraging bij politici, ngo’s en bedrijfsleiders is dat de uitdaging voor de komende jaren. De koopkrachtcrisis klinkt ons ook hier in Vlaanderen bekend in de oren. Iedereen voelt die. Iedere burger, iedere Vlaming weet dat we in moeilijke tijden leven. We kennen een inflatie en stijgende prijzen, energieprijzen. De concurrentiepositie komt in gevaar. Er is dan ook een reële dreiging voor onze welvaart en onze economie. De Vlaamse Regering wil deze koopkrachtcrisis te lijf gaan, onder meer door buitenlandse investeringen aan te trekken, want op die manier doet men natuurlijk aan jobcreatie en dus ook aan welvaartcreatie in onze regio.
U hebt heel wat bedrijfsleiders ontmoet, waarbij u Vlaanderen hebt gepromoot als een open economie, een state-of-the-artregio en een innovatieve kennisregio. Ondertussen konden we via de media ook de cijfers van de voorbije jaren vernemen die Flanders Investment & Trade (FIT) heeft bekendgemaakt. Buitenlandse ondernemingen investeerden zo’n 5 miljard euro in Vlaanderen. Dat heeft ongeveer 6500 bijkomende jobs gecreëerd, wat natuurlijk goed is voor onze welvaart en natuurlijk een gevolg is van die open handel en die investeringen, veelal in strategische sectoren zoals de farmasector en de chemische sector en uiteraard ook in onze innovatieve kennisregio.
Minister-president, kunt u concreet toelichten wat uw contacten daar waren? Hoe evalueert u dit? Wat was het belang ervan? Op welke manier zullen we hiervan ook de resultaten kunnen zien?
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister-president, vorige week ging u inderdaad met een delegatie naar Davos in Zwitserland voor de bijeenkomst van het World Economic Forum. Elk jaar komen daar politici, bedrijfsleiders, bankiers en miljardairs, al dan niet met hun privévliegtuig, samen om er de wereldproblemen te bespreken, uiteraard allemaal ver weg van de parlementen. Het lijkt me dan ook cynisch dat het net deze elite is die telkens weer met een moraliserend vingertje de bevolking terechtwijst als het bijvoorbeeld gaat over reizen en de klimaatverandering. Pittig detail: de superrijken die met hun privévliegtuigen van en naar Davos reizen, zorgen mee voor een CO2-uitstoot die gelijk is aan die van 350.000 wagens op één week tijd.
Wat het lidmaatschap betreft: tot en met 2020 betaalde de Vlaamse overheid 55.000 euro per jaar. Ondertussen is dat bedrag opgetrokken naar bijna 176.000 euro omdat Vlaanderen een ‘associate member’ is geworden, en de deelnameprijs om naar Davos te gaan, bedraagt meer dan 27.000 euro.
Minister-president, vanuit Davos maakte u bekend dat buitenlandse bedrijven in 2022 voor een recordbedrag van meer dan 5 miljard euro hebben geïnvesteerd in Vlaanderen. Dat is natuurlijk goed nieuws. Er komt echter toch ook heel wat kritiek op het WEF. Deze elitaire organisatie zou niet transparant zijn. Ze zou ook enkel en alleen de belangen van de rijke elite dienen, en ze zou een globaliseringsagenda nastreven, die onder andere nationale grenzen als een hinderpaal ziet en de vrije meningsuiting aan banden wil leggen.
Daarom heb ik de volgende vragen. Kunt u de resultaten van uw bezoek dit jaar toelichten? Op welke manier tracht u te voorkomen dat de extreme globaliseringsagenda van het WEF ingaat tegen de belangen van Vlaanderen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister-president Jambon heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de vragen. Ik was inderdaad vorige week in Davos ter gelegenheid van het World Economic Forum. Misschien is het toch eens goed om te duiden wat ik daar doe. In het grote congrescentrum van dat kleine skistadje vinden er inderdaad heel wat seminaries en weet ik veel wat allemaal plaats over de meest diverse thema’s, maar Davos is de unieke gelegenheid om op drie dagen tijd een hele reeks CEO’s, internationale topmensen van multinationale bedrijven, op een paar vierkante kilometer bijeen te hebben.
Bij mijn dagen in Davos – dinsdag, woensdag, donderdag – zit mijn agenda vol bilaterale ontmoetingen met die CEO’s. Waarom? Met maar een betrachting. Om te kijken of zij die al geïnvesteerd hebben in Vlaanderen, tevreden zijn over die investering, en of we die verder kunnen uitbreiden. En om diegenen die met een investeringsprogramma rondlopen te trachten naar Vlaanderen te halen. Dat is de invulling van mijn tijdbesteding in Davos, en dat kun je op geen enkele ander manier realiseren.
Ja, ik zou naar al die hoofdkwartieren over heel de wereld kunnen vliegen, en het zou veel meer dan drie dagen tijd kosten, en het zou natuurlijk een veelvoud aan kilometers in de lucht zijn, en ik denk dat niemand dat wil. Voor mij is de betrachting daar om, ten eerste, het investeringsklimaat van Vlaanderen te toetsen met de CEO’s, en, ten tweede, om zij die met investeringsprojecten zitten, effectief naar Vlaanderen te halen.
En we konden daar een prachtig project aankondigen. PureCycle, een Amerikaans bedrijf, wil in de haven van Antwerpen en Brugge investeren in een plastiekrecyclagefabriek. Het gaat over harde plastiek, de moeilijk te recycleren plastiek. Ze hebben al twee dergelijke ‘plants’ in Amerika staan, en er zal op de vroegere General Motorssite ook zo’n plant hier in Vlaanderen komen, die harde plastiek terugbrengt naar de basisingrediënten van plastiek, in zijn meest zuivere vorm.
Er is hier gewezen op de cijfers van investeringen die we vorig jaar konden aankondigen. Maar we hebben ook eens nagekeken wat de bedrijven die we de afgelopen jaren ontmoet hebben in Davos, en niet alleen ik, maar ook mijn voorganger, de heer Bourgeois in zijn laatste jaar, hebben geïnvesteerd. Die bedrijven hebben in totaal voor meer dan 5 miljard euro geïnvesteerd in Vlaanderen, en meer dan 2500 banen gecreëerd.
Beweer ik hiermee dat dat is omdat we die mensen in Davos hebben ontmoet? Die een-op-eenverbanden kun je niet maken. Maar het is wel klantenbinding, het is kijken naar wat bijgespijkerd moet worden in ons investeringsklimaat om die investeringen rond te krijgen.
Ik heb dit jaar in Davos bilateraal 28 bedrijven ontmoet. Daarnaast waren er nog een paar rondetafels, dus in totaal heb ik rond de 40 CEO’s ontmoet. Die mensen stellen samen 16.000 mensen in Vlaanderen tewerk. Wat was de grote bekommernis? We komen straks terug op de vraag van de heer Van Rompuy. De individual retirement accounts (IRA’s) in Amerika waren de grote bekommernis van de bedrijfsleiders.
Een tweede element – en daar sluit ik mee af, voorzitter – is dat we in Davos opnieuw het Vlaams Datanutsbedrijf hebben kunnen positioneren. We hebben de toezegging gekregen, zowel van Microsoft als van Philips – en Philips, dat zult u weten, is niet meer de televisies en huishoudapparaten, die zitten nu helemaal in de gezondheidssector met de meest moderne apparatuur – dat ze mee partner willen worden van het Datanutsbedrijf.
Ik besluit: ik kan nergens zo efficiënt contact hebben met die bedrijven, als daar in Davos op die paar dagen tijd.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u, minister-president. U hoorde het verschil in de vraagstelling, tussen mijn fractie, en ik dacht eerst een collega van de PVDA, maar het is blijkbaar een collega van het Vlaams Belang, die wees op de privévliegtuigen en de politieke elite en dergelijke meer. (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
Wat voor ons van belang is, en dat blijkt inderdaad uit uw antwoord, is dat er geïnvesteerd wordt in Vlaanderen, en dat hier jobs gecreëerd worden in Vlaanderen. Daarvoor is het goed, minister-president, dat u gesproken hebt met zoveel bedrijven, met zoveel CEO’s, die inderdaad in Vlaanderen in de toekomst nog meer wensen te investeren, en dat we op die manier de welvaart kunnen garanderen in ons land. U ziet ook nu het verschil tussen twee partijen: een oppositiepartij en een partij die aan de macht is, en waaruit duidelijk blijkt dat wij ervoor willen zorgen dat Vlaanderen aan de top staat, dat we economische groei hebben, dat we zo weinig mogelijk werkloosheid hebben, en daarvoor moeten we inderdaad inspanningen doen, en dan denk ik dat het WEF een nuttige ontmoeting was. (Applaus bij de N-VA)
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister-president, internationale contacten en ontmoetingen zijn zeer belangrijk. Ik denk dat iedereen het daarover eens is. Maar er zijn daar ook wel informele contacten die gebruikt worden, onder de paraplu van het WEF, om een bepaalde agenda door te duwen. Die club is weinig transparant, en daarom is het ook onze democratische plicht om daar vragen over te stellen.
Wat die buitenlandse samenwerking betreft: komt dat enkel door wat gesprekken te voeren in Davos? Ik kan maar moeilijk geloven dat daar op een week tijd het ene miljoenencontract na het andere binnengehaald wordt. De minister-president heeft er inderdaad al naar verwezen dat dat niet het geval is.
Nu, u hebt eerder ook al gezegd dat u de samenwerking met het WEF wilt versterken. Nochtans blijkt uit mediaberichten dat er steeds minder prominenten naar Davos afzakken en dat deze lobbyclub van zijn pluimen verliest. Klopt dat volgens u, en waarom wil deze Vlaamse Regering dan nog inzetten op een versterkte samenwerking? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Tommelein heeft het woord.
Minister-president, het is goed dat u samen met de premier ons land vertegenwoordigde in Davos. Het is belangrijk te weten dat wij onze welvaart te danken hebben aan de focus die we leggen op innovatie, onderzoek en ontwikkeling. Het is dan ook belangrijk dat we aanwezig zijn … (Opmerkingen van Andries Gryffroy)
Kom, laat hem uitspreken, alsjeblieft.
Ik hoop alvast dat u zeer nuttige contacten hebt kunnen leggen, minister-president. U weet dat ik u steun en dat onze fractie u daarin volop steunt.
Ik heb wel nog een bijkomende vraag. Hebt u tijdens deze contacten kunnen peilen naar wat er leeft bij die buitenlandse actoren over hun aanwezigheid in Vlaanderen? Hoe ervaren zij dat, en hebt u gemerkt in uw contacten dat er bepaalde obstakels zijn die we prioritair moeten aanpakken?
De heer De Roo heeft het woord.
Minister-president, uw aanwezigheid in Davos heeft ervoor gezorgd dat er witte rook kwam rond data. U hebt het zelf ook aangehaald: een samenwerking – of een potentiële samenwerking – met Microsoft en met Philips. Microsoft zal hier drie datacenters bouwen en wil in die hoedanigheid natuurlijk wel een beroep doen op ons Vlaams Datanutsbedrijf. En Philips kijkt vooral in het kader van gezondheidszorg naar de persoonlijke datakluizen.
Minister-president, mijn bijkomende vraag daarbij is op welke manier die precies zullen samenwerken. Is het de bedoeling dat zij instappen in het systeem van die betalende lidmaatschappen? Of zijn er andere afspraken gemaakt met die twee bedrijven?
De heer D’Haese heeft het woord.
In de eerste plaats: veel beterschap, mijnheer Jambon. Ik denk niet dat wij u hier al gezien hebben sinds dat u uw voet gebroken had. Maar we weten nu dat we vragen moeten stellen over uw buitenlandse reizen om u in het parlement te zien. Maar welgemeend veel beterschap, mijnheer Jambon. (Opmerkingen)
U bent vorige week naar Davos gevlogen voor het Wereld Economisch Forum, maar u hebt daar precies toch niet heel goed opgelet. Want miljardairs van over de hele wereld zijn daar komen vragen: “Belast ons meer.” Het is nu tijd om de extreme rijkdom aan te pakken; het is nu tijd om de ultrarijken te belasten. Het is niet de PVDA die dat zegt, maar de ultrarijken zelf. Dus ik dacht: als de superrijken het zelf zeggen, dan zal de N-VA wel luisteren. Maar nee, niks is minder waar. U komt terug in België en het eerste wat de N-VA vraagt, is meer belastingen op de energiefactuur: hogere facturen voor de mensen.
Minister, dan vraag ik me af … De heer Francken vond dat hogere accijnzen absoluut niet konden … (Opmerkingen van Andries Gryffroy en Koen Daniëls)
Het gaat om dezelfde partij, of vergis ik mij? Jullie babbelen met elkaar, toch? (Opmerkingen)
Collega D’Haese heeft het woord!
Dus niet kijken naar de superrijken, geen miljonairstaks, gewoon meer accijnzen in de energiefactuur. Ik weet uiteraard, beste collega’s, dat dat niet het niveau hier is, en dus is mijn vraag aan u, minister-president: welke inspiratie voor uw beleid hier in Vlaanderen haalt u uit dat pleidooi van die superrijken om meer te kunnen bijdragen aan onze samenleving?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Slagmulder, Vlaanderen is een regio die op export gericht is. Vlaanderen is een natie die één derde van haar jobs aan internationale handel en aan internationale investeringen heeft te danken. (Opmerkingen van Stefaan Sintobin)
Ook in de landbouw. Als dat uw frustratie is, kan ik dat gerust bevestigen: ook in de landbouw. Geen enkel probleem.
En dat onderhouden is – denk ik – een taak van een minister die verantwoordelijk is voor buitenlandse zaken, voor buitenlandse handel, en die minister-president is. Dat is mijn taak.
Davos geeft mij de gelegenheid om op drie dagen tijd de top van de bedrijfswereld te ontmoeten. En ik vind dat ik daar moet zijn. Ik vind dat het daar mijn taak is om ten eerste te horen of men tevreden is over het investeringsklimaat in Vlaanderen, en ten tweede waar de projecten zitten, om te proberen om die maximaal naar Vlaanderen te halen. U kunt daar van alles bijslepen. Ik constateer hier dat jobs aantrekken en buitenlandse investeringen aantrekken voor het Vlaams Belang minder belangrijk is dan een hele ideologische theorie over globalisatie en weet ik veel allemaal wat. Mij gaat het om de jobs. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer Tommelein, de premier was daar ook, maar ook twee andere ministers waren daar aanwezig: de minister van Buitenlandse Zaken en de minister van Groen heb ik daar ook kort kunnen ontmoeten.
Wat zijn de obstakels bij de buitenlandse actoren? Ik moet eerlijk zeggen dat vooral bij de industriële bedrijven hét grote thema de Inflation Reduction Act (IRA) in de Verenigde Staten was, en dat men daar een Europees antwoord op wil. Ik ga daar straks, in antwoord op de vraag van de heer Van Rompuy, nog wat uitgebreider op in. Ik moet zeggen dat dat de grootste bekommernis was, minder de lokale investerings … ik moet eerlijk zeggen dat de meeste bedrijven zeer tevreden waren over Vlaanderen. Er zijn altijd wat dingen die beter kunnen: ons vergunningsbeleid en weet ik veel wat. Maar het grote ‘koppijnpunt’, om het zo te noemen, was de Amerikaanse IRA, dat moet ik wel zeggen.
Mijnheer De Roo, u zegt “potentiële samenwerking met Microsoft en met Philips”. Ik kan u zeggen dat we daar net hebben verkregen dat het een effectieve samenwerking zal zijn. Bij Microsoft gaat het erom dat datakluissysteem in hun pakketten op te nemen. Dat is dus een ongelooflijke stap vooruit. Bij Philips is het om te kijken of we via het Datanutsbedrijf, via het inzetten op data, niet veel meer preventief kunnen werken en zo de curatieve kosten van de gezondheidszorg naar beneden halen. Ik zou dus zeggen dat Vlaanderen ervoor gaat zorgen dat de federale kosten van de gezondheidszorg omlaag gaan, door die samenwerking.
En dan mijnheer D’Haese, ik ben daar naartoe gegaan als minister-president en als ik naar mijn bevoegdheden moet kijken, ga ik niet over bevoegdheden van Fiscaliteit maar ik kan natuurlijk wel zeggen, als geïnteresseerde in het debat, dat de meesten van de superrijken niet in België wonen. Met de belastingdruk in België, de hoogste van de hele westerse wereld, denk ik dat de superrijken in Vlaanderen, in België, misschien wel anders zouden praten. Maar goed, het is onze bevoegdheid niet. Ik hoop dat we daarover op een bepaald moment ooit ook met bevoegdheid kunnen spreken, hier in het Vlaams Parlement, maar dat is natuurlijk een ander debat. (Applaus bij de N-VA)
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u, minister-president.
Het blijkt opnieuw dat de twee extremen elkaar toch geregeld eens vinden op bepaalde domeinen. Ik denk dat het inderdaad van belang is dat u daar aanwezig was en Vlaanderen gepromoot hebt als een open economie, als handelseconomie. We liggen centraal in Europa, hebben belangrijke havens. We zijn ook een innovatieve kenniseconomie en we moeten dat blijven promoten. Het is goed dat er afspraken gemaakt zijn rond het Vlaams Datanutsbedrijf met Microsoft en Philips. Ik denk dat het alleen maar een succes kan zijn, en we moeten inderdaad ambitieus durven zijn en blijven. We moeten durven inzetten op een groei in onze economie, op het creëren van jobs en welvaart. Daarom is het zo belangrijk dat wij als kleine natie en u als minister-president, daar aanwezig zijn om op die manier ons Vlaanderen in de wereld meer op de kaart te zetten. (Applaus bij de N-VA)
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister-president, natuurlijk zijn jobs belangrijk voor het Vlaams Belang, maar ik maak me wel zorgen over bepaalde intenties van het World Economic Forum. In Davos worden toekomstplannen gesmeed zonder ook maar enige democratische legitimiteit, en ik ben ervan overtuigd dat deze plannen zeker niet in het voordeel zijn van Vlaanderen, integendeel. Opengrenzenbeleid, klimaathysterie, wokecensuur en ga zo maar door: ik vind dat we deze schimmige lobbyclub dus zeker niet mogen beschouwen als een gewone lobbygroep of een normale netwerkorganisatie. Ik roep de Vlaamse Regering daarom op om niet blind te zijn voor deze linkse, ‘globalistische’ agenda van het WEF en vraag ook om op zoek te gaan naar alternatieven. Het lijkt me niet meer dan logisch dat deze Vlaamse Regering het huidige lidmaatschap in vraag durft te stellen en erover waakt dat aan onze democratische waarden niet geraakt wordt. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vragen zijn afgehandeld.