Report plenary meeting
Actuele vraag over de resultaten van het jaarboek armoede en sociale uitsluiting
Report
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, maandag, tijdens mijn raadpleging als huisarts, komt Pascale bij mij en ze zegt mij dat ze haar afspraak ... (Opmerkingen bij de meerderheid)
Collega's, het is belangrijk dat we de signalen die wij horen, naar hier brengen. Ik vind het pijnlijk dat er zo een reactie op is.
Maandag tijdens mijn raadpleging zei Pascale tegen mij dat ze een afspraak bij de specialist heeft afgezegd. Pascale is niet de enige. Er zijn veel mensen die vandaag kosten uitstellen omdat ze het allemaal niet meer kunnen betalen. Pascale zegt dat ze het niet meer kan betalen, want dat haar energiefactuur is verdubbeld, en dat ze dit jaar haar metekind geen sinterklaascadeau kan geven.
Collega's, minister, vier op de tien Belgen geven vandaag aan dat ze op het einde van hun loon nog een stuk maand over hebben. Mensen kunnen de facturen vandaag niet meer betalen en ze moeten pijnlijke keuzes maken.
Aan de ene kant zijn er ouders die in godsnaam niet weten hoe ze de energiefactuur gaan betalen, en aan de andere kant zijn er steeds meer miljonairs die niet weten wat ze moeten doen met hun geld. De armen worden armer en de rijken worden rijker. Hoe ziek is dat?
We zien dat vandaag bijna de helft van de Belgen bespaart op eindejaarscadeaus voor de kinderen maar aan de andere kant zijn er het afgelopen jaar 7500 miljonairs bij gekomen. Kom niet zeggen dat er geen geld is. Kom niet zeggen dat er geen oplossing is voor het probleem van armoede. Doe niet, minister, alsof armoede een natuurfenomeen is.
We weten wat een beleid kan doen om armoede aan te pakken. We weten wat deze Vlaamse Regering kan doen in de strijd tegen armoede. Dat is investeren in kindergeld want dat helpt mensen in armoede. Dat is betaalbaar wonen, dat zorgt voor een daling van de armoede. Dat is een maximumfactuur in het onderwijs, dat helpt in de strijd tegen armoede.
Maar wat doet deze Vlaamse Regering? Deze Vlaamse Regering neemt kindergeld af van de gezinnen. Deze Vlaamse Regering laat de wachtlijst voor sociale woningen groeien. Ouders hebben steeds meer moeite om de schoolfactuur te betalen.
Minister, gaat u eindelijk echt een beleid voeren dat mensen in armoede helpt? (Applaus bij de PVDA)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Voorzitter, minister, vorige week is het nieuwe armoedejaarboek van de Universitaire Stichting voor Armoedebestrijding (USAB) gelanceerd. Wat blijkt? Het risico om in armoede te belanden is in 2022 gedaald ten opzichte van 2020. Een op de acht Belgen leeft vandaag in armoede omdat hun inkomen lager ligt dan de armoede-inkomensgrens.
We weten natuurlijk allemaal dat er vandaag nog een grote groep mensen is die in armoede leeft, maar die niet worden meegeteld in de armoedecijfers omdat hun inkomen net boven de armoede-inkomensgrens ligt. Ook die mensen mogen we niet laten vallen. De groep wordt alsmaar groter en groter. Denk maar aan de crisis die nu op ons afkomt en waar we volop op inzetten. Het zijn allemaal factoren die ervoor zorgen dat mensen het vandaag moeilijk hebben.
Voor onze partij staat bovenaan ons lijstje: één persoon in armoede is er één te veel. Minister, u bent coördinerend minister voor Armoedebestrijding. U pakt het armoedebeleid goed aan, en vooral, u pakt het armoedebeleid structureel aan. Dat is een heel belangrijk aspect in het armoedebeleid.
Ik hoor collega Vandecasteele wijzen op alles wat er niet goed is, maar ik denk dat er heel wat aspecten wel goed zijn. Er is de coronasteun die we hebben gegeven aan mensen die het moeilijk hebben. Er is de kinderbijslag met de 100 euro die vorige week nog is uitbetaald als extra steun voor de kwetsbare gezinnen. Ik denk dat we dat toch ook mogen zeggen.
Minister, ik wil het kort nog even hebben over het VAPA (Vlaams Actieplan Armoedebestrijding). U hebt vorige maand een bijsturing gedaan. Er zijn nieuwe acties bij gekomen. Hoe ziet u in de bijsturing van het VAPA de mogelijkheid om de positieve tendens die er toch wel is, verder te laten evolueren in het nieuwe armoedeplan dat nu is bijgestuurd?
Minister Dalle heeft het woord.
Collega's, dank u wel voor de vragen.
Ik begin misschien met de cijfers die gisteren naar voren kwamen. Ze zijn inderdaad vervat in het Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting. Voor de duidelijkheid: het zijn geen nieuwe cijfers. Toen ik gisteren naar het radionieuws luisterde, dacht ik even dat er nieuwe cijfers waren die ik nog niet kende, maar dat was niet zo.
Het zijn de SILC 2021-cijfers (Statistics on Income and Living Conditions) die over 2020 handelen. Het zijn zeer positieve cijfers. Vlaanderen heeft de laagste cijfers sinds de metingen: 7,8 procent. In België is het 12,7 procent.
Inderdaad, elke persoon in armoede is er één te veel. 7,8 procent is uiteraard nog altijd 7,8 procent te veel. Maar het zijn absoluut geen actuele cijfers; ze gaan terug op 2020. Dat is ook de reden waarom we van in het begin hebben gezegd, toen ik in mei minister van Armoedebestrijding werd, dat we meer actuele cijfers moeten kunnen hebben, dat we aan zogenaamd nowcasting moeten kunnen doen en dat we zelfs prognoses, forecasting, moeten kunnen hebben. Dat is ook wat ik op de eerste vergadering van de interministeriële conferentie ter zake aan de collega's heb gevraagd.
Een volgend probleem bij de cijfers is dat ze enkel over inkomen gaan. Ze houden op geen enkele manier rekening met de kosten die mensen hebben, met de schulden die mensen hebben of met wat mensen hebben gespaard en wat een impact heeft op hun gezinsbudget.
Dat is de reden waarom we binnen de Vlaamse Regering beslist hebben om een nieuwe armoede-indicator te ontwikkelen. We zijn daar ook hard aan aan het werken. Ik heb net de studie ter zake vrijgegeven om te kijken hoe we meer op basis van referentiebudgetten kunnen werken, hoe we een beter zicht kunnen krijgen op de armoedecijfers. Eén zaak is heel positief aan die historisch lage cijfers, daaruit blijkt dat de maatregelen die we naar aanleiding van corona genomen hebben, zowel op Vlaams niveau, maar ook op nationaal niveau, efficiënt waren. Ondanks de coronacrisis hebben we er toch voor kunnen zorgen dat een deel van de laagste inkomens op peil kon blijven. Dat is iets positiefs. Ik heb ook van in het begin gezegd dat ik ervan uitga dat die cijfers de komende jaren jammer genoeg niet dezelfde positieve tendens hebben als er niets gebeurt. Integendeel, dat ze achteruit kunnen gaan door alle zaken die we nu zien, bovendien ook door de uitgavencrisis die er is. Het is geen inkomstencrisis als dusdanig, het is een uitgavencrisis door de energieprijzen, door de inflatie, enzovoort.
De cijfers die collega Vandecasteele begin deze week citeerde, hoeven niet te verwonderen. Ik wijs erop dat het niet gemakkelijk is om die studies terug te vinden. Ik vermoed dat u verwijst naar een persartikel wanneer u het over die cijfers hebt. De studie van de Mental Assessment Group staat nog niet online. Ze verwijzen naar de motivatiebarometer, ze verwijzen naar een bevraging van verzekeraar NN. Het is niet helemaal duidelijk hoe dat allemaal tot stand komt. Ik vermoed dat ze ook naar cijfers van Statbel verwijzen die voor België geciteerd worden, maar die op het niveau van Vlaanderen natuurlijk een pak lager liggen. Die cijfers zijn dus met een korreltje zout te nemen.
Desalniettemin moet het ons zeker tot extra bezorgdheid en extra waakzaamheid aanmanen. Op dat vlak zijn we natuurlijk hard aan het werken in de Septemberverklaring waarin er diverse maatregelen zijn die hier natuurlijk hun impact op hebben, in de sociale toeslagen in het groeipakket, die stijgen met 15 euro, de twee keer 100 euro die daarin opgenomen is, de beperking van de huurindexering voor energieverslindende woningen, de ondersteuning van energetische renovaties, de jobbonus, de verhoging van de zorgbudgetten, enzovoort.
Collega De Rudder, concreet, in het Vlaams Actieplan Armoedebestrijding (VAPA) zijn er de 17 nieuwe acties en de update van 84 acties die ervoor moeten zorgen dat we ook in deze tijden nog sterker kunnen inzetten op armoedebestrijding dan al het geval was.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, de strijd tegen armoede gaat enorm belangrijk worden. Wat we nu rondom ons horen, mensen die medische zorgen uitstellen, mensen die heel lastige keuzes moeten maken over welke facturen ze gaan betalen, mensen die steeds meer in de problemen komen: er komt een enorme crisis op ons af. Mensen weten vandaag echt niet meer hoe ze het moeten betalen. Minister, we kunnen over cijfers spreken, maar u moet de realiteit bekijken. Het is toch heel vreemd dat experten jarenlang zeggen wat een Vlaamse Regering kan doen in de strijd tegen armoede, maar dat dat niet gebeurt. Hetgeen ik opsomde, investeren in kindergeld, investeren in betaalbaar wonen, de maximumfactuur voor onderwijs, dat zijn maatregelen die jaar na jaar herhaald worden en waar deze Vlaamse Regering gewoon weigert in te investeren. Dat snap ik niet. U spreekt over het kindergeld en de sociale toeslag, over de bonus van 100 euro. We weten dat door het niet indexeren van de kinderbijslag elk gezin erop achteruitgaat en een aantal gezinnen gelijk blijft, maar u neemt kindergeld af van gezinnen en dat vandaag in bijzonder precaire omstandigheden. Minister, gaat u het kindergeld indexeren? Gaat u inzetten op het betaalbaar wonen en op die maximumfacturen voor het onderwijs? (Applaus bij de PVDA)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Ik ben blij dat u aangeeft dat er een nieuwe armoede-indicator komt. Dat is heel belangrijk om, zoals u ook aangeeft, de situatie duidelijker in kaart te brengen. Als we nu maar één indicator hebben, enkel het inkomen, dan missen we natuurlijk heel wat gegevens van gezinnen zoals mensen die nu de dag van vandaag aan hun spaargeld moeten zitten en die op die manier onrechtstreeks op langere termijn ook opnieuw in armoede zouden kunnen geraken als we die niet verder ondersteunen. Het is heel goed dat de nieuwe armoede-indicator er komt.
Collega’s, ik wil ook nog eens benadrukken dat we armoede niet met één maatregel kunnen oplossen. Het is een en-enverhaal. Minister, u neemt uw rol als coördinerende minister zeker en vast goed op. Ik wil toch oproepen om ook binnen de regering aan uw andere collega’s nogmaals de oproep te doen om binnen ieder zijn of haar beleidsdomein vaak genoeg de armoedebril op te zetten bij maatregelen, keuzes die gemaakt worden. Dat telt niet alleen voor de regering, maar ook voor onze lokale besturen die vandaag natuurlijk ook heel sterk werken aan het armoedebeleid op hun terrein. Daarom mijn oproep: zorg ook binnen de regering voor voldoende daadkracht op het armoedebeleid.
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Minister, u weet ongetwijfeld al langer dat ikzelf en mijn partij aanklagen dat er een enorm grote groep van werkende armen bestaat. Dat zijn mensen die net iets te veel verdienen en daardoor voor van alles en nog wat uit de boot vallen. Ondanks het feit dat zij plichtsbewust keihard blijven doorwerken kunnen ze toch amper de eindjes aan elkaar knopen. Dat mag en kan niet de bedoeling zijn. We hebben het er in de commissie ook al vaak over gehad, en u erkent dat ook.
U weet dat ik al langer pleit voor een interministeriële conferentie (IMC) armoedebestrijding of maatschappelijk migratie, of ik weet niet hoe u het zelf gaat noemen. Armoede is niet iets wat door een minister of door het Vlaamse niveau alleen kan worden opgelost. Op de dag dat u bent aangetreden als minister voor Armoedebestrijding hebt u, in tegenstelling tot uw voorganger, aangegeven er ook werk van te gaan maken. Mijn vraag is dan ook heel concreet: hoe staat het daar nu mee, met die IMC? Ik hoop dat u ook de verzuchting van mijn partij over die werkende armen hebt meegenomen.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, we hebben hier recent nog een heel uitgebreid debat over kinderarmoede gevoerd. Ik heb toen gezegd dat ik indertijd als kind zo geschokt was over de grote armoede in mijn stad, en dat ik dertig jaar later hier in het parlement moet vaststellen dat de armoede in die dertig jaar eigenlijk nog toegenomen is. Het is een goede zaak dat de recentste cijfers voor een knik zorgen, maar het maakt mij wel nog altijd heel ongerust. Je ziet dat heel wat experten aangeven dat die knik er eigenlijk komt omdat de covidmaatregelen goed gewerkt hebben. Zowel de Vlaamse, maar zeker ook de federale maatregelen hebben gewerkt. Ons systeem van sociale zekerheid werkt in crisistijden. Dat is een zeer goede zaak.
Maar de vraag is wat er de komende jaren zal gebeuren, zeker met de energiecrisis. Hoe gaan de armoedecijfers verder evolueren? Elke overheid moet dan opnieuw doen wat ze kan doen. Als Vlaams parlementslid kijk ik dan uiteraard naar de Vlaamse overheid, en dan stel ik vast dat besparen op de kinderbijslag geen maatregel is die de kinderarmoede zal doen dalen, en dat in de sociale huisvesting de middelen niet zijn uitgegeven. De vraag is concreet: laat ons alstublieft niet in slaap vallen en laat ons kijken hoe we nog meer kunnen inzetten op kinderarmoede of op armoede in het algemeen. Het zal nodig zijn de komende jaren, in de moeilijke tijden waarin we ons bevinden.
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, de dalende armoedecijfers die u terecht aanhaalt, dat zijn natuurlijk wel cijfers die de situatie van twee jaar geleden beschrijven. De experten, van Ive Marx tot Wim Van Lancker, zeggen daar drie dingen over: ten eerste is het heel goed dat dit aantoont dat armoedebeleid werkt, maar dit gaat wel vooral over de federale maatregelen tijdens de covidperiode. Ten tweede: de Vlaamse Regering moet meer doen. En drie: we vrezen voor 2021 en 2022.
Minister, deze regering wil ambitieus zijn, maar in armoedebeleid is ze tot nu toe nogal tekortgeschoten. In de kinderopvang betalen de ouders meer, en gaan mensen die het moeilijk hebben vanaf nu geen voorrang meer krijgen. In de sociale woningsector wachten er bijna 200.000 gezinnen op een woning, en zo kunnen we blijven doorgaan. Tijdens het armoededebat in oktober hebben we u al gezegd dat er in deze legislatuur al 2 crisissen geweest zijn. Dat zal niet afnemen. U moet op dit moment zorgen voor een crisiskabinet rond armoede, waarin deze Vlaamse Regering bekijkt wat ze globaal kan doen voor een crisisbestendige bevolking. (Applaus bij Groen)
Minister Dalle heeft het woord.
Bedankt voor de extra opmerkingen en vragen, collega’s.
Ik zal misschien opnieuw beginnen met de cijfers. We zitten nu in de meest recente cijfers, die niet zo recent zijn, met een positieve tendens. Ik heb vanaf mijn aantreden gezegd: pas op met ze te citeren, want er zit een vertraging op die cijfers. We zitten in een heel moeilijke periode en bovendien met een uitgavencrisis die een impact heeft op de mensen. In die zin ben ik het absoluut met u eens, collega Vandecasteele, dat dit deze winter een acuut probleem is waaraan we keihard moeten werken.
Ik ben wel een beetje verrast door de collega’s van Vooruit en Groen. Vandaag erkennen ze dat er een positieve knik is in de cijfers, en met exact dezelfde cijfers – die tijdens het debat over kinderarmoede ook voorhanden waren – zeiden ze dat de kinderarmoedecijfers alleen maar blijven stijgen. Dat is toch wel een bijzonder merkwaardige vaststelling. (Opmerkingen van Hannes Anaf en Celia Groothedde)
We hebben vandaag geen nieuwe cijfers. We hebben inderdaad de cijfers van SILC 2021, die toen ook beschikbaar waren.
Ten tweede, deze Vlaamse Regering zet natuurlijk keihard in op de verschillende hefbomen die er zijn. Als er gezegd wordt dat de federale overheid een grote impact heeft op de armoedecijfers, dan klopt dat. Waar het gaat over het inkomen van de mensen, wat in die SILC-index de centrale factor is, dan zit je natuurlijk met een groot stuk federale fiscaliteit. Je zit met heel wat uitkeringen, die trouwens nog niet allemaal boven de armoedegrens zitten, die door federaal beleid worden bepaald.
Waar het gaat over de Vlaamse bevoegdheden, neemt deze Vlaamse Regering zeker wel de verantwoordelijkheid. Het gaat dan over investeringen in Welzijn, over investeringen in Onderwijs, en ook een extra investering in de kinderbijslag. Ik moet altijd mijn wenkbrauwen fronsen als ik hoor over besparingen in de kinderbijslag, terwijl daar honderden miljoenen euro’s bij komen de komende jaren. In de sociale toeslagen zit je bijvoorbeeld met een zeer forse extra investering in het totaalpakket: 15 euro op het vlak van die toeslagen. En er is ook de uitbreiding van de groep kinderen die daar aanspraak op kan maken. Dat zijn zeer belangrijke beslissingen. Er is ook twee keer die premie van 100 euro. Dat zijn geen kleine zaken.
Ook op het vlak van betaalbaar wonen – ik zie collega Diependaele zitten – worden er grote inspanningen gedaan om effectief te investeren in sociale woningen, ook om gemengde projecten te realiseren, en ook om op het vlak van energiezuinigheid stappen vooruit te zetten. We geven niet alleen cash aan de mensen, maar we willen ook zorgen voor ondersteuning voor mensen die hun woning energiezuiniger willen maken, hetzij als verhuurder, hetzij als eigenaar of als huurder. Ook daar worden extra stappen gezet.
De kinderopvang, daar hebben we het de afgelopen weken vaak over gehad. Daar zijn natuurlijk ook heel forse extra investeringen gebeurd, en dat zal ook het komende jaar gebeuren. Dus kom niet zeggen dat er geen extra zaken gebeuren; er wordt heel fors geïnvesteerd in armoedebestrijding.
We doen dat ook, als coördinerend minister, vanuit het VAPA, waar eigenlijk alle acties zijn geactualiseerd, en waar we ook tal van nieuwe acties hebben. Ik stel ook vast dat verschillende collega's daar hun bijdrage aan hebben geleverd, dus dat de hele regering daar werk van maakt. Maar het is natuurlijk juist dat we vanuit Vlaanderen niet alle hefbomen hebben om dat aan te pakken. Dat is de reden waarom ik reeds één keer de IMC heb gezien. We hebben ook twee vergaderingen ingepland volgend jaar, de eerste al in januari, om daar verder in te gaan.
Collega Verheyen, inderdaad, ook de ‘working poor’ zijn een belangrijk thema. Je stelt vandaag vast dat werken natuurlijk nog altijd de beste garantie is tegen armoede, maar het volstaat niet langer. Er zijn inderdaad gezinnen, en zeker ook alleenstaande ouders, die het heel moeilijk hebben om rond te komen met een inkomen uit arbeid. Dat is natuurlijk iets wat we absoluut moeten vermijden.
Kortom, collega's, ik denk dat de situatie, ondanks de meest recente positieve cijfers, inderdaad ernstig is, en dat we heel hard moeten werken vanuit alle verantwoordelijkheden, maar dat we ook als Vlaamse Regering partner moeten zijn van mensen in armoede. We moeten heel sterk tegen armoede strijden. (Applaus van Orry Van de Wauwer)
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister Dalle, u zegt dat u fors investeert, maar dat komt gewoon niet overeen met de realiteit op het terrein, en de realiteit van uw beleid. In de realiteit neemt uw beleid geld af van ouders via het kindergeld. Het kindergeld gaat erop achteruit omdat er niet geïndexeerd wordt. Door het beleid van de Vlaamse Regering groeit de wachtlijst voor sociale woningen. Dat is de realiteit.
Ik vind het bijzonder pijnlijk dat als we hier verhalen aanhalen, echt gebeurde verhalen van mensen die getuigen over hoe moeilijk ze rondkomen vandaag, dat onthaald wordt op gelach. Maar dat is de realiteit van de mensen die vandaag bij mij op de raadplegingen komen. Er wordt gelachen als we getuigenissen bovenhalen van mensen die vertellen hoe ze moeten proberen rond te komen vandaag. (Opmerkingen bij de N-VA)
Ik vind het tekenend, omdat die mensen inderdaad ook door deze regering niet geholpen worden. Mensen worden niet gehoord en worden niet geholpen door het beleid van deze regering. Terwijl Engie vandaag miljarden doorsluist naar Frankrijk, weten mensen vandaag niet hoe ze alle facturen moeten betalen en dat is het probleem vandaag. Er is wél geld en er is wél een plan van aanpak voor armoede. (Applaus bij de PVDA)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Ik denk dat iedereen die hier aanwezig is, erkent dat elke persoon in armoede er een te veel is, en dat elk gezin dat vandaag de dag zijn kinderen geen eten kan meegeven naar school, een gezin te veel is.
Maar we kunnen natuurlijk ook niet ontkennen dat er vandaag al een heel sterk beleid gevoerd wordt. Er wordt vandaag al heel sterk ingezet op het armoedebeleid. Kan het nog beter? Uiteraard, ik denk dat we elke dag verder moeten werken om een nog daadkrachtiger beleid te voeren rond armoede. Maar ik zei daarnet al dat een armoedebeleid voeren een werk van lange adem is.
Daarom heb ik alle vertrouwen in u, minister, om samen met uw collega’s verder werk te maken van het armoedebeleid. Het vraagt veel energie, maar we plukken de vruchten er wel van. Dat blijkt uit de recentste cijfers. Laat ons hopen dat we dit nu kunnen verderzetten, en dat we met de verdere maatregelen die cijfers opnieuw kunnen halen. We hebben alle vertrouwen in u, en we zullen hier verder ook vanuit onze fractie zeker en vast aan meewerken. (Applaus bij cd&v)
De actuele vragen zijn afgehandeld.