Report plenary meeting
Report
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, deze keer heb ik een vraag aan u over het luchthavendossier, of veeleer het kluchtdossier. Het dossier kent jammer genoeg een heel lange geschiedenis, en met de nieuwe geluidsstudie van Envisa wordt daar een triest hoofdstuk aan toegevoegd. Je zou er eigenlijk mee kunnen lachen mocht het niet zo ernstig zijn.
Ik ga even terug in de tijd. In 2017 bestelde toenmalig federaal minister Bellot een geluidsstudie, naar aanleiding van een vonnis in dit luchthavendossier. De eerste versie van de studie werd aangevochten door Brussel, en werd dan ook vernietigd door de rechtbank van eerste aanleg.
In 2022 moest de nieuwe versie worden neergelegd, wat nu dus effectief gebeurd is. Er worden negen spreidingsscenario’s uitgewerkt, maar in zeven van de negen scenario’s kiest men ervoor om de concentratie van vluchten boven de Vlaamse Rand te verhogen. Men heeft in de studie totaal geen rekening gehouden met de verzuchtingen vanuit Vlaanderen, noch met de algemene principes, aandachtspunten, elementen en opmerkingen die de Vlaamse Gemeenschap naar voren heeft geschoven. De studie gaat ook in tegen het Vlaams regeerakkoord. U hebt als minister samen met uw collega Demir laten weten dat u opmerkingen hebt en dat u desnoods juridische stappen zult zetten.
Ik denk dat het goed is dat de Vlaamse Regering hier op haar strepen staat en haar tanden laat zien. We mogen toch niet aanvaarden dat men in Brussel enkel de lusten wil en niet de lasten van de luchthaven. Soms lijkt het wel dat de Brusselse geluidsnormen die de billijke verdeling van de lasten in de weg staan, enkel dienen om het Brussels begrotingsprobleem op te lossen in plaats van om tot een oplossing te komen in het luchthavendossier.
Hoe kijkt u, minister, naar het verdere verloop in dit dossier? Welke stappen zult u ondernemen?
Minister Weyts heeft het woord.
De Vlaamse Regering heeft van bij het begin van de ontwikkeling van de luchthaven van Zaventem altijd twee principes vooropgesteld. Eén, groeikansen bieden. Het gaat over een ongelooflijk belangrijke economische groeipool, ook voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Het gaat om 24.000 directe en 40.000 indirecte jobs. Twee, in het licht van de toekomstige ontwikkeling moet er een billijke spreiding zijn van niet alleen de lusten maar ook de lasten.
Ik sprak al over de cijfers inzake werkgelegenheid. Inzake werkgelegenheid voor het Brussels Gewest is de luchthaven van Zaventem de grootste private werkgever. Lusten en lasten moeten voor ons billijk worden verdeeld.
De studie van Envisa in het licht van die twee principes is een hele ontgoocheling. De scenario’s die Envisa naar voren schuift, dreigen net de ontwikkelingskans van de luchthaven te hypothekeren, bijvoorbeeld door een verbod op cargovluchten, wat toch wel essentieel is voor de leefbaarheid van een luchthaven. Zeven van de negen scenario’s gaan dan ook nog eens uit van een concentratie van de vluchten en geluidsoverlast boven Vlaanderen. Dit kan voor ons onmogelijk een basis vormen voor een akkoord over een billijke spreiding. Als je verkeerd vertrekt, ga je nooit goed kunnen landen.
Daarom zeggen wij de wacht aan. Ik ben blij dat we daar als Vlaamse Regering een eensgezind standpunt over kunnen innemen. We blijven openstaan voor elke dialoog en elk alternatief. We hebben er trouwens verschillende naar voren geschoven die gewoon ter zijde zijn geschoven. We leggen die opnieuw op de tafel en houden voet bij stuk.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik dank u om zowel de belangen van de luchthaven als van Vlaanderen te verdedigen. Die belangen zijn zowel economisch als naar leefbaarheid. We lazen dat uw reactie op de studie gedeeld wordt door verschillende burgemeesters uit de Vlaamse Rand. Ze zeggen ook dat deze scenario’s niet mogen doorgaan. Maar we hoorden ook een reactie van premier De Croo, die zei dat we misschien moeten stoppen met rapporten te torpederen voor ze besproken zijn. Ik weet niet of dat waar is, maar ik vind het alleszins bizar dat de studie van Envisa, die eerst door Brussel werd aangevallen en vernietigd geraakt is, nu dergelijke scenario’s lanceert. Misschien moet premier De Croo zijn eigen ministers wat meer in het oog houden. Ik vind het bizar dat de studie nu deze richting uitgaat.
Minister, klopt het wat premier De Croo zei, dat dit rapport nog niet werd besproken?
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, het valt niet vaak voor, maar ik deel uw standpunt, en dat van de Vlaamse Regering, in dezen. Ik steun het zelfs 100 procent, met een kleine nuance. Ik denk dat u in de hele discussie over groei aan een feit te gemakkelijk voorbijgaat. Aangezien de luchthaven in Zaventem historisch eigenlijk aan de verkeerde kant van Brussel ligt, en in een zeer dichtbevolkt gebied en helemaal omringd door zeer dichtbevolkte gebieden, kan die luchthaven in feite alleen maar bestaan – laat staan groeien – als dat in een consensus gebeurt, en in een faire transparante discussie over wat er gaat gebeuren, hoe het gaat gebeuren, en wie de last gaat dragen. Dat is een bedje waarin men al heel lang ziek is. Een hele hoop dingen zijn zich vandaag sluipend aan het ontwikkelen. Er is bijvoorbeeld een groei van het vrachtverkeer, maar daar komt dus ook een groei van het aantal nachtvluchten bij.
Ik wil graag de Vlaamse Regering oproepen om een open discussie te hebben over wat er in Zaventem mogelijk is, hoe de last correct zal worden verdeeld, en hoeveel groei er überhaupt nog mogelijk is. Dat zou aan de onrust bij alle omwonenden al heel veel kunnen verhelpen. Op dit ogenblik is het alsof er geen rem op staat, er geen controle is, en alles maar zijn gang gaat.
De heer Laeremans heeft het woord.
Als het Vlaams Belang vinden wij ook dat de Vlaamse Regering meer dan terecht deze voorstellen verworpen heeft. Het was natuurlijk te verwachten dat de tweede versie van de studie, die in 2017 door MR-minister Bellot werd besteld, zou worden opgemaakt in het voordeel van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Men heeft in de meeste voorstellen absoluut geen rekening gehouden met de lijst opmerkingen die Vlaanderen had overgemaakt. De overlast wordt naar Vlaanderen geschoven. Men wil de luchthaven eigenlijk zo ver mogelijk van Brussel landinwaarts dringen en het verlengen van de startbaan 25L kadert ook in dat plan.
Wij vragen daarom dan ook dat de milieueffectenstudie ofwel herdaan wordt, ofwel grondig aangepast. Wat ook niet gebeurd is, is dat de vertegenwoordiger van Zaventem en de buurgemeenten rechtstreeks betrokken zijn bij het tot stand komen daarvan. Dat is toch wel belangrijk.
Een laatste opmerking is dat, bij de herlancering van Flanders Technology, de Vlaamse bedrijven ook eens aangezet zouden kunnen worden om zich toe te leggen op vliegtuigtechnologie en minder lawaai.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Het Vlaamse regeerakkoord is duidelijk: er moet een billijke spreiding zijn en een eerlijke verdeling tussen Vlaanderen en Brussel. In deze studie leiden zeven van de negen scenario’s tot een verschuiving of een concentratie boven Vlaanderen. Dat is nefast en dus ook onaanvaardbaar voor de Vlaamse Rand. Er is ook sprake van de verlenging van de baan 25L. Voor cd&v is dat een absolute no-go. Dat zou toestaan dat de vliegtuigen kunnen afdraaien voor ze Brussel bereiken, en dus enkel over Vlaanderen zouden vliegen. Dat kan absoluut niet. De luchthaven van Zaventem moet zich natuurlijk economisch verder kunnen ontwikkelen, maar daar zijn betere methodes voor, bijvoorbeeld een hst-station in de luchthaven.
De heer Steenwegen heeft het woord.
Het is ongelooflijk om te zien hoe scherp men uit de hoek komt als het gaat over de verdeling van lasten die de luchthaven van Zaventem veroorzaakt. Nog voor een debat gestart is over de studie trekt men al conclusies en dreigt men met juridische stappen. Natuurlijk zijn wij ook voor een billijke verdeling van de lasten, dat spreekt voor zich. Maar de verdeling van de lasten is een probleem van tweede orde.
In de eerste plaats moeten we de globale hinder van de luchthaven verminderen. Wat we in de eerste plaats nodig hebben, zijn dus duidelijke voorwaarden, gekoppeld aan de complete uitbating van de luchthaven. Voorwaarden voor de grondoperaties, maar natuurlijk ook voor het vluchtverkeer, zoals de afbouw van de nachtvluchten, waar onze Vlaamse omwonenden al zolang om vragen. Maar dan is het echt oorverdovend stil in deze meerderheid. Voor deze meerderheid moet de luchthaven mogelijkheden hebben om te blijven groeien. Nochtans heeft Vlaanderen, net zoals Brussel, een zorgplicht voor zijn inwoners.
Minister, is deze Vlaamse Regering bereid om eindelijk grenzen te stellen aan de totale hinder van de luchthaven, om daar eerst op in te zetten, en dan te zoeken naar een billijke verdeling van de lasten?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik wil misschien eerst beginnen met de bewering dat deze studie nog niet besproken is, of dat ze al wordt afgeschoten nog vooraleer ze is besproken. Deze studie is al besproken, en meer bepaald eind juni, op een vierde overlegplatform. Daarbij heeft het studiebureau ook een en ander toegelicht en hebben wij, als Vlaamse Regering, onmiddellijk onze standpunten en kanttekeningen en tegenkantingen bekendgemaakt. Dit is dus geen ‘novum’. Dit had ook gewoon kunnen worden doorgestuurd naar de betrokken bevoegde ministers, dan had men dat ook geweten. Ik denk trouwens dat dat ook gebeurd is. Dit komt absoluut niet uit de lucht gevallen.
Ten tweede is het niet zo alsof het kiezen is, zoals men ter linkerzijde voorstelt: ofwel laten groeien, en dan zijn het extra lasten voor iedereen, ofwel minder lasten, wat dan ook het beperken van de groei betekent. Dat is het niet, net daarom ook onze ontgoocheling, omdat we ter zake wel heel concrete voorstellen hebben overgemaakt, waar men eigenlijk niet op is ingegaan. Ik geef er u maar enkele. Eén, het afschaffen van de nachtelijke omleidingsroutes, de zogenaamde ZULU-routes. Twee, bekijken hoe we het aantal groene landingen kunnen maximaliseren – groene landingen, omdat men momenteel echt in een soort trapvorm landt, terwijl dat ook gewoon in een gestage landing kan, wat een besparing is op het vlak van kerosine en ook een bonus is inzake geluidsoverlast. Drie, spreiding van de verschillende vertrekroutes, om concentratie boven bepaalde zones te vermijden. En vier – en dat is technisch –, het afschaffen van de keuzemogelijkheid voor vliegtuigen met een maximaal gewicht tussen 80 en 200 ton om tijdens de nachtperiode te mogen opstijgen van de gekende baan 25R in plaats van baan 19.
En tot slot, waarom blijft dit een taboe? Als je boven Brussel vliegt, snap ik dat natuurlijk, met een dichte bevolking. Maar als daar een koninklijk domein is van bijna 200 hectare waar nu niet bepaald veel volk woont, waarom blijft dat een taboe? Je mag overal vliegen, behalve daar waar niemand woont in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Ik denk dat ook dat eens ter sprake mag komen.
Ik denk dat we bij dezen heel veel argumenten op tafel leggen waarom we onze tegenkanting kunnen handhaven. Als je natuurlijk nog maar het debat moet laten starten op grond van verkeerde premisses, die regelrecht indruisen tegen onze principes, dan moeten we er eenvoudigweg niet aan beginnen. We staan open voor elke dialoog en elke discussie. We hebben gerede argumenten op tafel gelegd. Ik hoop dat de brede consensus die ik hier toch ontwaar met betrekking tot die twee principes, ook een vertaling vindt, consensueel, hier aan de overkant.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw bijkomende antwoorden. Ook dank aan de collega’s voor de tussenkomsten. Ik merk inderdaad een brede consensus dat die zeven scenario’s van Envisa die de Vlaamse Rand extra belasten, hier niet gesteund worden. Ik denk dat dat ook logisch is. Ik hoop dan ook dat de redelijkheid en de billijkheid in dit dossier kunnen terugkeren en dat we dit eindelijk eens kunnen afkloppen, want dit is voor niemand goed, niet voor de luchthaven, maar ook niet voor de omwonenden, voor niemand. Wij steunen u, minister, in uw initiatieven om de belangen van de Vlamingen te verdedigen in deze studie en in dit dossier. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.