Report plenary meeting
Report
De heer Van Rooy heeft het woord.
Voorzitter, lieve collega's, ambtsgenoten, minister Somers, de zomer is in het land en dus worden openluchtzwembaden, recreatiedomeinen en stranden en ook de bus of de trein daarnaartoe geterroriseerd door de zogenaamde jongeren. Dat is ondertussen helaas een traditie geworden. Of het nu de Blaarmeersen in Gent is, De Nekker in Mechelen, De Ster in Sint-Niklaas, het Zilvermeer in Mol, de City Pirates in Merksem, domein Hofstade in Zemst, het openluchtzwembad in Huizingen, De Warande in Wetteren of het strand van Blankenberge, Oostende of Sint-Anneke, de beelden laten steeds opnieuw hetzelfde zien: jonge moslims, voornamelijk met een migratieachtergrond uit Afrika, zorgen voor overlast en vechtpartijen en terroriseren brave Vlamingen en Vlaamse gezinnen. Afgelopen weekend moesten de redders in de Blaarmeersen zich zelfs opsluiten voor hun eigen veiligheid. En zelfs vissen blijken niet veilig te zijn voor dit tuig.
In andere West-Europese landen zien we exact dezelfde zwembadterreur. Zopas waren er vechtpartijen aan het Italiaanse Gardameer en in een openluchtzwembad in het Duitse Berlijn. Opnieuw zagen we daar beelden van die zogenaamde jongeren en dat waren geen Indiërs, geen Brazilianen, geen joden, geen hindoes of boeddhisten. De daders hadden zelfs Marokkaanse vlaggen bij zich. En tienermeisjes verklaarden nadien, ik citeer: “Ze sloten ons in en begon ons te betasten. We konden niet ontsnappen. Ondertussen riepen ze: ‘We willen hier geen Italianen.’” Dat was dus aan het Gardameer.
Minister Somers, die cultureel ingebakken minachting en haat van dit soort jongeren tegenover ons en onze samenleving vormt een groeiend integratieprobleem. En dus luidt mijn vraag aan u, minister: wat zult u hieraan doen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Somers heeft het woord.
Mijnheer Van Rooy, laat mij beginnen met te zeggen dat wanneer zulke incidenten, zulke feiten zich voordoen, waarbij men in een recreatieoord geweld en intimidatie gebruikt en er vechtpartijen zijn, ik dat ten strengste veroordeel en dat dat totaal onaanvaardbaar is.
Mensen komen daar om van hun vrije dag, van een zomerse dag te genieten en worden daar dan mee geconfronteerd. Dit kan niet. Wat daartegen moet gebeuren, is kordaat, politioneel en juridisch optreden. Dat zijn twee verantwoordelijkheden die zich op de eerste plaats aan de overzijde van de straat en bij lokale burgemeesters bevinden.
Ik steun mijn collega's Verlinden en Van Quickenborne daarbij. Collega Verlinden heeft vorig jaar een nieuwe omzendbrief gemaakt, ‘Overlast in recreatiedomeinen’, met een hele reeks maatregelen. Dat is een soort toolbox die lokale besturen kunnen inzetten om op te treden tegen zulke toestanden. Dat gaat van camerabewaking, over uitsluiting van mensen, tot sanctioneren en beboeten. Een van de zaken die daar nog altijd ter discussie staan, en waar ik vragende partij voor ben, met verschillende hoedanigheden, is dat wanneer iemand uitgesloten wordt, om welke feiten dan ook, net zoals bij de wetgeving rond hooligans, dat voor alle recreatieoorden geldt. Op die manier kunnen we een kordate aanpak nastreven. Ik denk dat dat de essentie is van wat moet gebeuren: zero tolerance tegen elke vorm van geweld, intimidatie of wangedrag.
De heer Van Rooy heeft het woord.
Minister, dit probleem is niet nieuw. Ik herinner me dat in de jaren negentig al bezoekers, vooral meisjes, in het zwembad Boekenberg in Deurne, waar ik woon, werden geterroriseerd door jonge Marokkanen. Al decennia kaarten wij dit aan, maar het wordt alleen maar erger. Een recreatiepas, een zwarte lijst, een plaatsverbod, al meer dan tien jaar wordt daarover gepalaverd – ik heb het opgezocht – maar er komt niets van in huis. Er komt niets van in huis!
Dus vinden wij op Twitter een jonge vader die zegt: “Met diepe droefheid moet ik meedelen dat mijn vrouw en ik, beide werkende Oost-Vlamingen, niet naar het dichtbijzijnde Gents recreatiedomein Blaarmeersen durven gaan met onze kindjes van 6, 6 en 4.” Daar zijn we vandaag, minister Somers. Zolang u en uw collega’s in het federaal parlement dit niet als een cultureel integratieprobleem beschouwt en dat moslimtuig niet buiten onze samenleving houdt, en keihard aanpakt, ook met uw bevoegdheden van minister van Integratie, zal dit probleem blijven verergeren, jaar na jaar.
De heer Rousseau heeft het woord.
Voorzitter, inderdaad, de zomer is in het land. Niet elk kind heeft het geluk om een zwembad in de tuin te hebben, niet elk kind heeft het geluk om naar de kust op te reis te gaan of naar het buitenland. Daarom is het voor mij als socialist zo belangrijk dat we zoiets als recreatiedomeinen hebben waar elk kind, waar het ook woont, veilig en zorgvrij van die zomer kan genieten. Daarom stoort het mij gigantisch en ben ik verbaasd als ik de beelden zie en verhalen hoor, van gezinnen die niet meer ergens naartoe durven gaan, terwijl ze daar recht op hebben, en van kinderen en vrijwilligers – leeftijdsgenoten van mij – die zich verstoppen voor geweld. Daarom alleen al kan ik heel duidelijk zeggen dat voor mij en heel mijn fractie mensen die zulke mooie plaatsen, die zo mooi bedoeld zijn, verpesten met hun crapuleus gedrag, heel hard moeten worden aangepakt.
Minister, kunt u een gecoördineerd beleid met de verschillende recreatiedomeinen op poten zetten? In het recreatiedomein in Sint-Niklaas wil de deputatie met de N-VA en Groen de prijzen verhogen. In Gent wil men weer andere dingen doen. Men wil overal verschillende dingen doen. Het zou het best zijn dat we één aanpak hebben. Ik denk dat u daar een belangrijke rol in kunt spelen om onze recreatiedomeinen weer veilig en toegankelijk te maken voor al onze inwoners. (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Sminate heeft het woord.
Voorzitter, we zijn het er uiteraard over eens dat iedereen op een openbaar domein zorgeloos moet kunnen genieten, en dat de amokmakers hard moeten worden aangepakt. Lokale besturen hebben vandaag al heel wat mogelijkheden en maatregelen die ze kunnen nemen zoals GAS-boetes en een plaatsverbod. Ik hoor dat ze daar heel hard aan werken en dat het ook werkt. Ik hoor net van de burgemeester van Zemst dat er in Hofstade door die maatregelen minder problemen zijn. Het enige probleem is dat het probleem zich verplaatst.
Wij denken dat er een langetermijnoplossing nodig is en we denken in de richting van zo’n stadionverbod, maar dat vergt natuurlijk actie op het federale niveau. Minister, wij kijken naar u om op een niet-omfloerste manier uw federale collega’s tot actie te dwingen.
Minister Somers heeft het woord.
In tegenstelling tot de manier waarop de heer Van Rooy zich uit, ligt het niet in mijn aard om omfloerst te zijn. Ik probeer de zaken duidelijk te stellen. Alle gekheid op een stokje, dit is een ernstig probleem.
Ik ben het volledig eens met de heer Rousseau dat we daar kordaat tegen moeten optreden. Die recreatieoorden zijn vaak de plek waar de minst kansrijke mensen in onze samenleving zich kunnen ontspannen en waar mensen, ook kinderen en jonge mensen, gemakkelijk naartoe kunnen gaan en zich kunnen ontspannen. Ik ben in 2008 begonnen om daarover in een andere hoedanigheid als burgemeester een beleid te ontwikkelen. Het is niet voor niets dat minister Verlinden vorig haar rondzendbrief heeft voorgesteld in De Nekker. De incidenten die we tien of vijftien jaar geleden hebben gekend, zijn vandaag zo goed als onbestaande. Het klopt dat er zaterdag incidenten zijn geweest, maar die waren niet meer van de aard en van de omvang als degene die we in het verleden hebben gekend. Het is belangrijk om te weten dat je zoiets nooit zult kunnen uitsluiten, maar je moet daar wel kordaat tegen optreden. De realiteit is dat de mensen die daar kwamen, geen mensen waren uit Mechelen. Ze kwamen met de trein vanuit Brussel. Dat moet je ook durven zeggen.
Ik vind ook dat afkomst – want vaak gaat het daarover – geen excuus kan zijn voor zo’n gedrag. Dat is geen excuus om de feiten te minimaliseren. Maar omgekeerd is het ook geen argument om anders op te treden. Voor mij zijn dat de hooligans van de recreatiedomeinen. Zoals voetbal een feest moet zijn, moet het in een recreatiedomein ook een feest zijn voor de mensen. Daarom moet je daar consequent en kordaat tegen optreden, zoals we dat ook hebben gedaan in het voetbal. Een van de manco’s die er vandaag zijn, heb ik daarnet al genoemd en mevrouw Sminate sluit zich daarbij aan. Wanneer iemand uitgesloten wordt, moet dat consequenties hebben voor alle recreatiedomeinen zodat die persoon niet zomaar zijn gedrag kan verplaatsen. Dat is een van de zaken die absoluut nog moeten gebeuren, naast een lik-op-stukbeleid voor diegenen die zich niet gedragen.
Mijnheer Rousseau, ik ben graag bereid om daarin een initiatief te nemen. Ik vind het een interessante mogelijkheid, maar de eerlijkheid gebiedt om te zeggen dat het vooral een federale bevoegdheid is. We moeten daar niet flauw over doen. De federale ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie zijn ter zake bevoegd. Niettegenstaande dat zal ik vanuit mijn bescheiden bevoegdheid ook mijn verantwoordelijkheid nemen.
Mijnheer Van Rooy, een samenleving in diversiteit is onhoudbaar en kan niet functioneren zonder veiligheid. Dat is altijd mijn uitgangspunt geweest: kordaat optreden tegen criminaliteit. Hoe diverser de samenleving, hoe duidelijker je de regels moet bewaken. Daarom is inzetten op veiligheid het allereerste punt in het Plan Samenleven van de Vlaamse Regering binnen de weinige bevoegdheden die ze heeft. Vlaanderen moet zijn instrumenten inzetten omdat een veilige samenleving een conditio sine qua non is om een samenleving in diversiteit goed te laten functioneren. (Applaus bij Open Vld en van Arnout Coel)
De heer Van Rooy heeft het woord.
Minister Somers, u hebt net in niet zo omfloerste bewoordingen toegegeven dat hoe diverser een samenleving is, hoe onveiliger ze wordt. Dat is winst. Ik dank u daarvoor.
Mijnheer Rousseau, ik zou u aanraden om een paar van die recreatiedomeinen te bezoeken. Dan zult u net zoals in Sint-Jans-Molenbeek zeggen dat u zich daar niet meer in België voelt. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Dat is de realiteit in onze recreatiedomeinen. Die worden omgevolkt door jonge moslims die zich daar gedragen als bezetters die de boel willen overnemen. Dat is de realiteit vandaag in onze openluchtzwembaden, maar ook in onze wijken, mijnheer Rousseau, en in onze recreatiedomeinen.
Wat we hier opnieuw horen, buiten het veiligheidsverhaal, is symptoombestrijding. Ik zeg u: in plaats van hekken rond de recreatiedomeinen zou u beter hekken rond ons land zetten. Stop de massa-immigratie. Geef ze geen opstelletje maar keiharde straffen. Steek ze in tuigdorpen en zet het moslimtuig het land uit. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.