Report plenary meeting
Actuele vraag over het voorstel van de minister om het ouderschapsverlof te beperken tot de eerste drie levensjaren van het kind
Actuele vraag over het voorstel van de minister in verband met kinderopvang en ouderschapsverlof in de eerste 1000 dagen van een kind
Actuele vraag over investeringen in de kinderopvang
Actuele vraag over het voorstel tot inperken van ouderschapsverlof als antwoord op de schrijnende noden in de kinderopvang
Report
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, u hebt een ballonnetje opgelaten. U zei: ‘Zou het niet beter zijn als ouders meer en langer voor hun kinderen zouden kunnen zorgen en ouderschapsverlof dus geconcentreerder zou worden?’ Eigenlijk leek u te bedoelen: ‘Er is op dit moment zo’n vreselijke crisis in de kinderopvang die volledig onder mijn bevoegdheid ligt en die ik tot nu toe niet diepgaand aanpak dat ik de verantwoordelijkheid niet alleen naar de federale bevoegdheden, maar ook naar de al overbelaste ouders zelf doorschuif.’
Minister, ik begrijp dat een mens in een crisissituatie naar noodgrepen wil grijpen. Ik vraag u letterlijk al twee jaar naar een diepgaand actieplan voor de kinderopvang, want het is intussen totale crisis. Het werk is onwerkbaar. De vloer stroomt leeg. Het is gewoon niet goed meer. Voor kinderbegeleiders, voor ouders en voor kindjes is het niet meer te doen. Wij hebben zelfs een plan voor u opgesteld met als hoofdpunten minder kindjes per begeleider, meer aandacht voor pedagogie en de sociale componenten en een hervorming van de opleiding en de werkvloer, zodat mensen die nu uitstromen blijven, het volhouden en terugkeren.
Minister, dat u niet luistert – ik ben de oppositie – is geen probleem. U kunt ook luisteren naar de Gezinsbond die uw voorstel neersabelde en die zelfs een begeleider op vijf kindjes voorstelt, naar de Femma-vrouwenvereniging en trouwens de volledige vrouwenbeweging, ook die van CD&V, want die weten dat het vooral vrouwen zijn die bij zulke voorstellen zullen boeten. U kunt luisteren naar de pers die massaal reageert, niet alleen naar de satire van Joël De Ceulaer, ook naar Isolde Van den Eynde die zegt: ‘Waar blijft uw plan voor kinderopvang?’ U kunt ook luisteren naar Bart Eeckhout die zegt: ‘Wilt u de vrouw weer aan de haard?’ Pieterjan Van Leemputten zegt terecht: ‘Alleenstaande ouders zonder netwerk, in kwetsbaarheid, die worden getroffen.’
Minister, het is een uitzonderlijke situatie. De hele maatschappij praat nu over kinderopvang en vraagt een hervorming, ook de ouders, zelf uitgeput door COVID-19.
Gaat u naar hen luisteren? Want u hoeft niet meer naar mij te luisteren. Gaat u naar hen luisteren en eindelijk diepgaand investeren en voor een diepgaande hervorming gaan rond pedagogie, sociale hervorming en kwaliteit? (Applaus bij Groen en van Jos D'Haese)
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, het is spijtig genoeg geen verrassing dat we hier allemaal staan om te zeggen dat er grote tekorten zijn in de kinderopvang. In ons land is het ook al zo dat de begeleiders in de kinderopvang meer kindjes opvangen dan in alle ons omliggende landen en ook veel meer dan goed is. Maar gisteren had u het licht gezien. U had een oplossing gevonden om de personeelsproblematiek, het tekort aan onthaalouders, het tekort aan personeel in de opvanginitiatieven op te lossen. Uw oplossing zat in het sleutelen aan het ouderschapsverlof en het recht erop dat nu gespreid is over twaalf jaar te beperken tot drie jaar. Nu kan dat tot het einde van de lagere school. Dan zou dat zijn tot het kind naar de kleuterklas gaan. Zo zou de vraag naar kinderopvang verminderen en zou uw probleem een klein beetje opgelost zijn. Dat dacht u toch.
Het was duidelijk dat u nog niet echt doorgedacht had over dat voorstel. Uw voorzitter heeft dat wel gedaan. Hij reageerde snel. Hij probeerde te nuanceren en hij probeerde vooral de meubelen te redden want het voorstel dat u deed is helemaal tegengesteld aan het voorstel dat uw eigen CD&V-fractiegenoten in de federale Kamer neergelegd hebben. Het voorstel daar strekt ertoe om het recht in plaats van te beperken uit te breiden naar achttien jaar. Dat voorstel dateert trouwens uit het verkiezingsprogramma dat nog opgesteld werd onder uw voorzitterschap. Het Vlaams Welzijnsverbond, de Gezinsbond, de sector, iedereen wijst uw voorstel van de hand. Er is vandaag reeds een stakingsaanzegging van een kinderdagopvanginitiatief in Brugge, ook naar aanleiding van de woorden die u gesproken hebt. Iedereen wijst uw voorstel dus van de hand.
Naast de problematiek die niet opgelost wordt, ontneemt u natuurlijk ook de ouders de keuzevrijheid om in een periode van het leven van het kind die broodnodige zorg zelf in te plannen op een moment dat het kind die zorg nodig heeft.
Minister, hoe reageert u op de kritiek? Welke initiatieven zult u nu toch nemen?
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, er is al uitgebreid geschetst en geciteerd wat u al dan niet in Humo hebt gezegd of wat u ermee zult hebben bedoeld. We zullen het dadelijk van u horen.
Maar er is toch ook bij ons enige verbazing, omdat we denken dat er in de kinderopvang op dit moment inderdaad een aantal zaken bezig zijn. Collega’s, we moeten opletten dat we niet alles op één hoop gooien. De zaken die zijn gebeurd in een aantal opvanginitiatieven, de mishandelingen en de pijnlijke vaststelling dat een kindje is overleden, behoren tot de taak van de onderzoekscommissie waarvan we komende vrijdag de eerste zitting hebben.
Het aantrekken van personeel naar kinderopvang, het organiseren van kinderopvang, het begeleiden van opvanginitiatieven is een ander verhaal, een verhaal dat we ook al aan het schrijven zijn in onze commissie Welzijn en waarover er binnenkort hoorzittingen zullen plaatsvinden.
Collega’s, we moeten dan ook opletten met losse ideeën die dan worden gezien als dé oplossing. Want dat is natuurlijk niet het geval. Het voorstel om te kijken naar mogelijkheden om het ouderschapsverlof te corrigeren of te beperken, kan in het debat worden meegenomen. De vraag is alleen of dat de oplossing is. Het voorstel van het inkorten dat naar voren werd gebracht, deed overigens in ons eigen gezin meteen de vraag rijzen hoe we dat zouden organiseren.
Minister, in welk opzicht zal het aanpassen van het ouderschapsverlof, zowel voor moeder als voor vader, de druk verminderen die er op dit moment op de kinderopvang is?
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
“Ik doe dit werk doodgraag”, zegt kinderbegeleidster Hadewig mij, “maar de werkdruk is torenhoog. Als ik in mijn eentje zestien baby’s moet verschonen en aankleden na een middagdutje, dan voel ik mij een robot en dat wil ik niet.” Hadewig is niet de enige die aan de alarmbel trekt. De hele sector trekt aan de alarmbel. Ze hebben vorige week vrijdag geprotesteerd in Gent, en aanstaande vrijdag zullen ze aan uw kabinet protesteren, minister Beke. De woede is dan ook groot, want dat gebeurt niet elke week, en de problemen slepen al lang aan.
Negen is te veel, minister Beke. Dat blijven zij maar herhalen. De werkdruk is veel te hoog, de lonen zijn veel te laag en de statuten zijn niet oké.
De kinderbegeleidsters en de ouders vragen dan ook om oplossingen. Het was dan ook bijzonder pijnlijk om te moeten lezen, minister Beke, dat u zegt dat u de problemen helemaal niet opgelost zult krijgen. U zegt dat de ouders in de plaats daarvan dan maar zelf thuis voor hun kinderen moeten zorgen. Daarmee hebt u werkelijk iedereen tegen u in het harnas gejaagd: de kinderbegeleidsters, de experten, de ouders en zelfs uw eigen partij.
En als u het hebt over het inkorten van het ouderschapsverlof, dan zegt u eigenlijk: ‘Moeders aan de haard’. Want het ouderschapsverlof wordt vandaag nog steeds voornamelijk door vrouwen opgenomen. Driekwart van het verlof wordt opgenomen door de moeders. En als je dat minder flexibel inzet, dan komt dat nog meer terecht bij de vrouwen. Dat zeggen de cijfers.
Minister Beke, vrouwen aan de haard is echt niet de oplossing van dit probleem. De problemen moeten structureel worden opgelost. Er moeten hogere lonen komen, nóg hogere lonen. Er moeten betere statuten komen waardoor we meer kinderbegeleidsters kunnen aantrekken en daarmee ook het aantal begeleidsters per kind kunnen optrekken.
Het is zoals uw eigen voorzitter het zegt: de oplossingen moeten van de samenleving en de beleidsmakers komen en moeten niet worden teruggekaatst naar de gezinnen.
Bent u bereid om extra investeringen te doen en een marshallplan te starten voor een kwalitatieve kinderopvang? (Applaus van Jos D’Haese)
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, vrijdag komt de sector van de kinderopvang op straat en dat is meer dan terecht. Want er is écht een probleem in onze kinderopvang. Het is nog altijd ongelooflijk moeilijk om een plaats te vinden, het is duur, er is heel veel werk om te garanderen dat het veilig is en er is een gigantisch personeelstekort, waardoor mensen in de sector zeggen dat ze niet de tijd noch ruimte hebben om kinderen te geven waar ze recht op hebben en dat is goede zorg.
En wat doet u? U kondigt geen marshallplan aan zoals de sector vraagt, maar u lanceert een ideetje – het is hier al gezegd –: wat als we het ouderschapsverlof nu eens beperken tot de eerste drie jaar?
Wat u daarmee inderdaad eigenlijk zegt, is dat u niets extra zult doen in de kinderopvang: ‘Als we ouders nu gewoon geen andere keuze laten dan die eerste drie jaar meer thuis te blijven, dan is mijn probleem van personeel onmiddellijk opgelost.’ Met andere woorden, u zult niet doen wat moet gebeuren. Het zijn ouders die het zelf moeten oplossen, die zich zelf door die eerste drie jaar moeten ploeteren. Wat u zegt, is eigenlijk: ‘Trek uw plan.’
Dan vraag ik mij echt af in welke wereld u leeft. Alsof het plots veel gemakkelijker zou worden om werk en gezin te combineren als uw kinderen ouder zijn dan drie. Wat moeten ouders doen in de zomervakantie, die zes weken duurt, als er geen ouderschapsverlof is? Als uw kind zich op tienjarige leeftijd plots heel slecht in zijn vel voelt, moet het dan ook zijn plan trekken? Of moet mama halftijds gaan werken als er geen ouderschapsverlof is? Minister, er moet meer gebeuren om ervoor te zorgen dat gezinnen werk en gezin kunnen combineren en niet minder door het ouderschapsverlof in te perken.
Wat wij u vragen is: investeer extra in die kinderopvang. Dat is belangrijk voor ouders. Hoe denkt u dat ouders anders de hele dag kunnen gaan werken? Maar het is ook heel belangrijk voor die kinderen. Kinderopvang is ook een kans: om Nederlands te leren, om zich te ontwikkelen. Ik wilde dat u dat meer zag. Onze oproep vandaag is: stop met ideetjes te lanceren, stop met de verantwoordelijkheid af te schuiven op ouders, maar doe uw job. De oplossing is gekend. Als je wilt dat het personeelstekort wordt aangepakt in de kinderopvang, dan moet je investeren in de lonen. Dan moet je ervoor zorgen dat de kindratio naar beneden gaat, zodat de verzorgers kunnen doen waar ze goed in zijn, namelijk zorgen voor onze kinderen.
Gaat u daar nu eens eindelijk werk van maken? (Applaus bij Vooruit)
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, als ik de verschillende vraagstellers beluister, dan heb ik het gevoel dat men toch niet echt gelezen heeft wat ik in dat interview in Humo gezegd heb. Ik zal even citeren: “We moeten eens met een open geest nadenken over de toekomst van de kinderopvang”. Dat is wat hier gevraagd wordt: we moeten nadenken over de toekomst van de kinderopvang. “En over het ouderschapsverlof”. Want de eerste drie levensjaren zijn van cruciaal belang.
In dezelfde Humo staan zes bladzijden met experten die aangeven hoe belangrijk die eerste drie levensjaren zijn voor de ontwikkeling van elk kind. Ik citeer: “We steken heel veel geld in de gezondheidszorg (…) maar we doen heel weinig aan preventie. Als we meer zouden investeren in een goede start van kinderen, kunnen we daarmee een heleboel ellende voorkomen. Dat geldt niet alleen voor onze gezondheid, maar ook in het onderwijs, op de arbeidsmarkt of bij justitie en politie”. Dat zeggen die experten. We moeten daarover een dialoog aangaan met het beleid en “kijken hoe we de shift gaan maken naar kinderopvang die goed balanceert tussen de noden van de volwassenen en van het jonge kind”.
Ik heb geen enkel voorstel gedaan om het ouderschapsverlof te beperken in de tijd of te beperken tot drie jaar. Ik heb gezegd dat die eerste drie jaar voor elk kind van cruciaal belang zijn. Wij hebben samen in dit parlement, op 12 oktober in de commissie Welzijn, een hele gedachtewisseling gehad over de kinderopvang, onze plannen voor de kinderopvang, onze investeringen in de kinderopvang, de vergelijkingen met de kindratio’s met het buitenland. Het is daarop dat ik heb geantwoord dat als je de kindratio gaat vergelijken met andere landen, dat je dan alle componenten moet vergelijken met de andere landen. Wat is de capaciteit? We hebben in Vlaanderen heel veel aanbod aan kinderopvang, en deze Vlaamse Regering investeert daar nog bijkomend 60 miljoen euro voor de komende jaren in. Voor dit jaar is dat 10,5 miljoen euro, in 2023 14 miljoen euro en in 2024 opnieuw 14 miljoen euro. Als de vraag gesteld wordt wat ik ga doen, dan is het antwoord extra investeren in extra capaciteit met kwalitatieve plaatsen. Dat gaan we doen, naast het sociaal akkoord, waarbij we 4,5 procent stijging van de loonmassa hebben geïnvesteerd, in een akkoord tussen werkgevers en werknemers. Daarbovenop komt 60 miljoen euro. Alles samen gaat het over 120 miljoen euro.
Moeten wij investeren in kinderopvang? Ja! Heeft iemand dat ooit in vraag gesteld? Neen! Absoluut niet. Is die kinderopvang van ontzettend groot belang voor ouders die gaan werken? Ja! Mevrouw Groothedde, ik heb hier aan u een paar weken geleden de vraag gesteld. We hebben allemaal de ambitie – de Vlaamse Regering en de federale regering – om naar 80 procent werkgelegenheidsgraad te gaan. Daar hebben we dus de kinderopvang voor nodig. Hoe gaan we dat organiseren?
Ja, we zitten vandaag met uitdagingen. Er staan 750 vacatures open. Dat heeft te maken met het feit dat we extra investeren, in extra plaatsen investeren. Als je extra investeert, heb je immers extra mensen nodig. Ik heb al gezegd in dit parlement dat ik wil nadenken over die kindratio. We zijn vorig jaar al met een heel traject gestart, ‘Vroeg en nabij’, waarbij dat een van de elementen is. Alleen zeg ik er ook bij dat dit de problemen in de kinderopvang vandaag niet zal oplossen. Als je vandaag 750 vacatures hebt, dan ga je dat probleem niet oplossen door te zeggen dat je er 1750 vacatures van gaat maken. Dan moet je dus kijken naar andere zaken, en dat doen we. Dat doen we met het plan inzake de zijinstroom. We doen dat in de Vlaamse Regering, met collega Weyts, met collega Crevits en met andere collega’s. We hebben wat dat betreft ook vragen aan de federale overheid, om een aantal zaken flexibeler te maken zodat dat kan gebeuren.
Neen, wij hebben dus niet de ambitie om het ouderschapsverlof in te korten. Dat is bovendien geen Vlaamse bevoegdheid. We hebben echter wel de ambitie – en ik had gehoopt dat we daar op een open manier over zouden kunnen nadenken – om te bekijken hoe we die eerste duizend dagen van een kind, die zo ontzettend belangrijk zijn – mevrouw Groothedde, ik raad aan om die zes pagina’s in Humo ook eens te lezen – ... (Opmerkingen van Björn Rzoska en Celia Groothedde)
Mijn partij heeft ook gezegd dat die eerste duizend dagen ontzettend belangrijk zijn, zoals ouderschapsverloven ontzettend belangrijk zijn. Mevrouw Groothedde, als we naar een uitbreiding van het ouderschapsverlof gaan – en ik hoor van mevrouw Goeman dat ze dat zo belangrijk vindt –, dan hoop ik dat u onze partij steunt in het federale parlement om die uitbreidingen ook mogelijk te maken.
Het is dus niet binair. Nooit hebben wij gezegd dat het het ene ... (Opmerkingen van Celia Groothedde)
Mevrouw Groothedde, laat mij even uitspreken. Als het over sérieux gaat, dan kan ik daar wel een aantal andere zaken over zeggen, maar dat zal ik hier nu uit beleefdheid niet doen. (Opmerkingen)
Wij investeren in de kinderopvang: 120 miljoen euro voor bijkomende capaciteit, voor bijkomende kwaliteit. We zullen vrijdag met de hele Vlaamse Regering, met de minister-president en met de leden van de regering, een delegatie van het consortium van de kinderopvang ontvangen om te bekijken wat de bijkomende verzuchtingen zijn en hoe we daar verder mee moeten omgaan.
Collega Rzoska, u vraagt wat mijn partij zegt. Die zegt precies hetzelfde. Ik citeer uit het opiniestuk van mijn partijvoorzitter: “(...) hoe kunnen gezinnen gelukkig en gezond functioneren in deze samenleving (...) En wat is het beste voor het kind zelf?” Dat gaat over die eerste duizend dagen. Hoe kunnen we dat op de best mogelijke manier organiseren? Hoe kunnen we de kinderopvang daarin een plaats geven, en hoe kunnen we ook andere elementen, zoals het ouderschapsverlof, daarin een plaats geven?
Collega’s, dat is wat ik wilde antwoorden op de vragen die hieromtrent zijn gesteld. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, ik heb een half uur nodig om te reageren op de vele ad hominems, maar ik zal het proberen te doen op één minuut.
Wat de capaciteit betreft, dat is heel goedkoop: plaatsen erbij creëren als er niemand is om ze in te vullen.
Wat de kwaliteit betreft: u gaat nog geen driehonderd pedagogisch medewerkers erbij zetten voor bijna zevenduizend kinderdagverblijven.
De kindratio, daar gaat u over denken. Ja, tegen 2024, wanneer het aan iemand anders is om het in te vullen.
Het plan ‘Vroeg en nabij’, daar schermt u nu al maanden mee, en het enige dat ik hoor vanuit de sector is ongerustheid, omdat het weer eens gaat om meer controle.
U hoeft niet naar mij te luisteren, maar u moet eindelijk wel eens luisteren. U zegt dat u het consortium ontvangt, maar de kinderopvang zelf ontvangt u niet. Die staakt die vrijdag. Net op het moment dat zij staken, gaat u inderdaad het consortium van werkgevers en vakbonden ontvangen, maar de mensen in de kinderopvang die aan uw kabinet staan, hebben gevraagd om u te spreken.
Wij hebben dan ook de onderzoekscommissie Kinderopvang. Collega’s, het zou een heel mooi gebaar zijn en het is ook nodig, dat we naar die mensen zouden gaan om naar hen te luisteren. Ze vragen al twee jaar lang niets anders. Een pure regeling der werkzaamheden kan ook een uur later. Dat is mijn oproep aan u, minister, en aan het parlement. Die sector snakt ernaar. (Applaus bij Groen en Vooruit)
De heer De Reuse heeft het woord.
Het is altijd spannend en fascinerend, die CD&V-communicatie waarin iedereen hetzelfde zegt maar iedereen iets anders verstaat. De anderen die u verkeerd verstaan, zijn zogezegd op het verkeerde been gezet. Het is een aparte gave en techniek, dat moet gezegd zijn.
Maar laat ons een keer duidelijke taal spreken. Voor ons is het duidelijk, voor het Vlaams Belang. Wij onderschrijven ook het belang van ouderlijke liefde, voldoende aandacht voor de kinderen in die eerste duizend dagen, en de impact daarvan op de verdere levensloop van het kind. Daarom moeten we eigenlijk eens kijken in plaats van een beperkende keuze naar een positieve keuze. Waarom schuift u dat niet naar voren? Waarom zegt u bijvoorbeeld niet: ‘als u uw ouderschapsverlof opneemt in de eerste drie jaar, verdubbelen we dat’. Dan kunnen de mensen zelf een keuze maken om dat allemaal in te plannen. Hoe reageert u op dergelijk idee? (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega, het is belangrijk om geen losse ideeën naar voren te schuiven, want dan kunnen we van alles beginnen doen. Alles heeft zijn gevolgen. Ik wil hier uitgebreid spreken over alle verlofstelsels en thematische verloven, dat zou een interessant debat zijn. Maar ik hoor tegelijk zeggen dat de premie die eraan hangt ook belangrijk is voor die jonge gezinnen. Dan komen we op de betaalbaarheid. We hebben ook al debatten gehad met minister Crevits over de ‘organiseerbaarheid’ van de arbeid. Dat hangt allemaal aan elkaar. Vandaar mijn oproep om niet zomaar losse ideeën te lanceren, want dat brengt voor niemand iets op. Voor je het weet, denkt de burger dat er iets veranderd is, maar het is niet veranderd. Met uw ideeën zitten we in dat verhaal.
Wat betreft de oproep van de kinderopvangsector is het wel tijd om alles samen te leggen, minister, de ‘organiseerbaarheid’ en de zaken die u net hebt aangehaald, ook in het licht van ‘vroeg en nabij’. We moeten daar niet te lang mee wachten, en dat treft, het staat al op de agenda van de hoorzitting in de commissie Welzijn.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister Beke, u haalt hier meermaals het belang aan van de eerste drie levensjaren voor een kind. U zegt dat zoveel experten die eerste drie jaar cruciaal noemen. Hoe komt het dan – u knikt, zie ik – dat Vlaanderen zo weinig investeert in kinderopvang?! Onze regio hinkt helemaal achterop, we komen na Zweden, Noorwegen, Frankrijk en Finland. De Vlaamse Regering geeft veel minder budget vrij per kind dan andere Europese landen. Als we het hebben over die belangrijke eerste duizend dagen moeten we het ook hebben over hoeveel budget u daarvoor met de Vlaamse Regering op de tafel legt.
U zegt dat u geïnvesteerd hebt in extra plaatsen, maar dat meer begeleidsters per kind niet mogelijk is, want dat er te veel vacatures zijn. Hoe komt dat denkt u? De lonen zijn veel te laag. Kinderbegeleidsters die voltijds werken, verdienen amper 1600 euro per maand en moeten daarvoor keihard werken. Als die vacatures niet interessant zijn, gaan er ook niet meer kinderbegeleidsters komen. Vandaar het belang van een serieuze loonsopslag. 4,5 procent, minister, is misschien veel op uw loon maar niet op het loon van 1600 euro. De lonen moeten omhoog, de statuten moeten verbeteren, en dan gaan er wel kinderbegeleidsters willen werken in de kinderopvang. (Applaus bij de PVDA)
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, ik wil absoluut het debat voeren met u over het belang van die eerste duizend dagen. Dat is meer dan nodig. Dan zou het wel helpen als we het standpunt van CD&V duidelijk kennen. Ik heb het interview in Humo heel goed gelezen en daar stelt u heel duidelijk de vraag: waarom smeren we dat ouderschapsverlof uit over twaalf jaar als we het beter zouden concentreren op die eerste drie jaar? Met andere woorden, u zou de mogelijkheden voor ouderschapsverlof inperken terwijl uw voorzitter in een opiniestuk schrijft dat hij het ouderschapsverlof wil uitbreiden tot 18 jaar. Alstublieft, ‘will the real CD&V please stand up’? Wat is het eigenlijk, collega’s van CD&V? Waar staan jullie voor?
Staan jullie voor vrouwen die thuis moeten blijven om voor de kinderen te zorgen, want dat is wat zal gebeuren wanneer we dat ouderschapsverlof beperken tot drie jaar. Vrouwen aan de haard. Is dat de christendemocratie anno 2022? Vinden jullie echt dat kinderen beter thuisblijven dan naar de crèche te gaan terwijl er zoveel onderzoek is dat aantoont dat een crèche belangrijk is voor de ontwikkeling van het kind, voor zijn talenkennis, zijn cognitieve ontwikkeling, zijn motorische ontwikkeling? Daarover gaat dit debat, minister.
Wij zijn eigenlijk gewoon ook benieuwd naar jullie visie op kinderopvang want ik denk dat intussen niemand het nog snapt. Wij snappen het niet, d mensen in de kinderopvang snappen het niet en de ouders die elke dag, vaak met de moed der wanhoop, proberen om werk met gezin te combineren, snappen het al helemaal niet. De tijd van nadenken is allang voorbij, minister. U bent minister, u moet dingen doen. En het is simpel wat er moet gebeuren: er moet geïnvesteerd worden in de sector, betere lonen en een lagere kindratio en dan zal er meer volk in de sector willen werken. (Applaus bij Groen, Vooruit en de PVDA)
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, die eerste duizend dagen zijn natuurlijk belangrijk maar ouders thuishouden tijdens de eerste drie jaar zal het probleem in de kinderopvang niet oplossen, en dat is een slecht idee, zowel voor de kinderen en de ouders als voor de arbeidsmarkt. We weten ook dat kwetsbare kinderen zeker gebaat zijn bij kinderopvang. We weten dat die een belangrijke pedagogische functie hebben en de ontwikkeling stimuleren. We hebben er tijdens de lockdowns juist voor gezorgd dat die kwetsbare kinderen zeker naar de kinderopvang konden blijven gaan omdat we de cijfers van kindermishandeling zagen stijgen.
Daarnaast denk ik niet dat wij als overheid tegen ouders moeten zeggen wanneer zij dat verlof moeten opnemen. Ik denk dat ouders perfect in staat zijn om zelf te beslissen wanneer er extra tijd nodig is. Verder is er ook de arbeidsmarkt waar momenteel al een grote krapte heerst. Wanneer men ouders thuis zet, wordt die krapte alleen maar groter.
Laat ons eerlijk zijn: met dit voorstel zal de vrouw inderdaad de klos zijn. Want het is vooral de vrouw die ouderschapsverlof opneemt. Het geeft ook de indruk dat een werkende vrouw geen goede moeder zou zijn wanneer ze de kinderen naar de kinderopvang stuurt, en die signalen mag men absoluut niet geven. (Applaus bij Groen en Vooruit)
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Collega’s, ondanks de framing gisteren in de media is ons partijstandpunt duidelijk. De overheid moet ouders met kinderen ondersteunen om werk en gezin op een goede manier te kunnen combineren. Dat betekent voor ons de uitbreiding van het ouderschapsverlof tot 18 jaar en voldoende en kwalitatieve kinderopvang. CD&V wil inzetten op beide pijlers.
Op federaal vlak werd een wetsvoorstel ingediend om het ouderschapsverlof te kunnen opnemen tot de leeftijd van 18 jaar. Hier in Vlaanderen investeren we tijdens deze legislatuur niet minder dan 120 miljoen euro in de kinderopvang voor onder meer 7000 bijkomende plaatsen en 264 pedagogische coaches die de kinderbegeleiders op de werkvloer mee ondersteunen bij hun pedagogisch werk. Ik denk dan ook dat ons standpunt daarin heel duidelijk is. (Applaus bij CD&V)
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, laat ons toch absoluut stoppen met de karikaturen. Laat ons stoppen met de karikaturen alsof iemand het in zijn hoofd zou halen om terug te gaan naar de 19de eeuw en naar moeder aan de haard. Wie heeft dat ooit gezegd?
Deze regering en deze minister investeren in zevenduizend bijkomende plaatsen. Dat is het beste bewijs van het omgekeerde. De voorbije tien jaar is het aantal plaatsen en werknemers in de kinderopvang enorm gestegen. Dat is onder CD&V-ministers gebeurd.
Als het gaat over ouderschapsverloven, dan zijn het CD&V’ers die daar het voortouw in hebben genomen en ook zullen blijven nemen. Laat ons dus alstublieft stoppen met die karikaturen want de feiten geven het omgekeerde aan. Als we zouden willen dat de vrouw aan de haard bleef, dan investeerden we niet in meer plaatsen. Weet u wat we dan zouden doen? Dan zouden we met de beschikbare personeelsleden minder plaatsen organiseren, zoals in vele andere landen. Dat is waar wij vandaag ook aan de top staan in Europa. Wij hebben ongelooflijk veel plaatsen in vergelijking met andere landen. We hebben 100.000 kinderen die elke dag naar de kinderopvang gaan. Dat is een pak meer dan in andere landen. Dat is een pak meer, mevrouw Groothedde, dan in andere regio's, ook in Brussel of Wallonië. (Opmerkingen van Celia Groothedde)
Ja, dat is een heel goede zaak. Mevrouw Groothedde, wij hebben een maximale ouderbijdrage van 29 euro. In Wallonië en Brussel is dat 37,8 euro. (Opmerkingen van Celia Groothedde)
U hebt hier vorige week de vergelijking gemaakt met de Franse Gemeenschap. Wel, ik heb die vergelijking eens even gemaakt. En dus, kinderopvang is ontzettend belangrijk. Betaalbare kinderopvang is ontzettend belangrijk. Bijkomende plaatsen zijn ontzettend belangrijk. Eigenlijk zeggen jullie ook dat ouderschapsverlof ontzettend belangrijk is. Laat ons kijken hoe we dat op de best mogelijke manier kunnen organiseren, in de combinatie tussen arbeid, gezin en kinderen, in die driehoeksverhouding. Laat ons daar een volwassen debat over hebben.
Ik kom tot de sociale statuten van de kinderopvang. Toen we twee jaar geleden begonnen te praten over een sociaal akkoord, toen ging het voor velen alleen over een sociaal akkoord in de ouderenzorg. Toen hebben wij gezegd dat we niet alleen de ouderenzorg, maar ook de kinderopvang in dat sociaal akkoord wilden opnemen. Daar is 60 miljoen euro extra uit voort gekomen, 60 miljoen euro meer dan we voorzien hadden bij het begin van de regeringsonderhandelingen. Daarbij is de loonmassa naar 4,5 procent gestegen. De vakbonden en de werkgevers, de koepels van de kinderopvang en de vakbonden, hebben daar allemaal hun akkoord aan gegeven. Zij hebben dat mee onderhandeld. Hun handtekeningen staan daar onder.
Hebben we daarmee gezegd dat alle problemen van de wereld zijn? Neen, dat hebben we niet gezegd. Maar is het belangrijk geweest dat ze mee in dat sociaal akkoord hebben gezeten? Wat ons betreft absoluut. Daar hebben we voor gevochten en daar hebben we extra middelen voor uitgetrokken, terwijl de focus op de woonzorgcentra lag. Maar net om het belang van de kinderopvang aan te tonen, hebben we dat gedaan.
Mevrouw Groothedde, als u aan mij vraagt welke inspanningen ik de voorbije twee jaar heb gedaan, wel, dan is dat deze inspanning. (Opmerkingen van Celia Groothedde)
Dat hebt u daarstraks aan mij gevraagd: ‘Welke inspanningen hebt u gedaan?’ Wel, dat zijn de inspanningen die we gedaan hebben: investeren in kwaliteit, investeren in bijkomende capaciteit en de uitgestoken hand naar hoe we de kinderopvang in de toekomst verder gaan organiseren. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Als ik elke keer dat mijn naam wordt genoemd, een minuut bij krijg, dan mocht ik 20 minuten spreken. Dat zou kunnen.
Minister, uw partij kan wel sociaal zijn, hé, maar ik hoor van u week na week gewoon hetzelfde antwoord over de kinderopvang. Ik denk dat iedereen het hier al kan dromen. Als u stopt met de retoriek, kan de discussie inderdaad beginnen. Maar wat u eigenlijk zou moeten doen, is luisteren naar de kinderopvang. Op dit moment hebben we een unieke situatie. Iedereen in de maatschappij begrijpt de kinderopvang. Iedereen weet waar de problemen zitten. Er is draagvlak. De ouders staan naast de mensen in de kinderopvang. Zij zeggen ‘zij zorgen mee voor ons’, want zij zijn ook totaal uitgeput door COVID-19. Maar wie zorgt er voor hen?
Ik blijf u maar dezelfde zinnetjes horen zeggen, terwijl de kinderopvang zegt dat ze eisen klaar hebben, dat ze er staan en dat u met hen kunt gaan praten. De vraag die ik u heb gesteld, zowel aan het parlement als aan u, is om te gaan praten met de mensen in de kinderopvang, die eindelijk zo’n mooi eisenpakket heeft ontwikkeld. Daar antwoordt u niet op. Uw antwoord is ofwel een vorm van ‘waar zijn de ouders’, met uw meerderheid, met een warme maatschappij. Dat is eigenlijk hetzelfde als zeggen dat de ouders het moeten opvangen. Ofwel gaat u in op de investeringen die u al hebt gedaan.
Minister, de kinderopvang is duidelijk. U mag goochelen met cijfers zoveel u wilt, maar de retoriek pakt niet meer. Er zijn investeringen nodig. (Applaus bij Groen, Vooruit en de PVDA)
De heer De Reuse heeft het woord.
Week na week teruggefloten worden, omdat uw beleid tekortschiet en u uw verantwoordelijkheden niet neemt, dat gaat u ongetwijfeld niet in uw koude kleren zitten. Deze week staan we hier inderdaad in verband met uw uitspraken over het ouderschapsverlof, vorige week hadden we het hier over de halvering van de indexering van de kinderbijslag of het groeipakket. We hebben ook al de debatten gehad over de drama’s in onze woonzorgcentra en kinderdagverblijven, en de lijsten die er blijven in de geestelijke gezondheidszorg. De lijst is eindeloos. U schiet tekort en zelfs uw partij ziet dat nu ook.
Ik las het interview ook tot op het einde. Ik las daar dat u een nieuwe passie ontdekt hebt, namelijk schilderen, en dat het eerste schilderij dat u gemaakt hebt een schilderij was van Kennedy. Er is alvast een heel groot verschil tussen u en Kennedy: over de naam van de sluipschutter die Kennedy vermoordde, is nog heel wat speculatie. Er doen nog heel wat namen de ronde. De sluipschutter die u in het vizier hebt, kennen we allemaal. Die heeft ook een naam, het is namelijk uw partijvoorzitter, Joachim Coens. Mijn oproep is dan, raad van een goede vriend: hou de eer aan uzelf en neem ontslag. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, we zijn hier in het Vlaams Parlement, maar op bepaalde momenten had ik het gevoel hier op een CD&V-congres te zijn, met een aantal sprekers voor jullie. Je kunt ze misschien nog eens uitnodigen om het daarover te hebben, maar dat kan ons niet veel verder brengen.
Ik denk dat wat voor ons op de plank ligt haalbaar en betaalbaar moet zijn. Haalbaar en betaalbaar voor de mensen in de kinderopvang, in de eerste plaats. Haalbaar en betaalbaar voor de ouders, zoals verschillende collega’s hebben gezegd. Maar ook haalbaar en betaalbaar voor ons allemaal. Dat is, denk ik, de evenwichtsoefening die we zullen maken, die we moeten maken en die we ook nodig zullen hebben om de kinderopvang te geven wat hij nodig heeft, maar om ook met alle andere partijen en factoren rekening te houden. Wij zullen daar mee aan werken. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Het is pijnlijk om opnieuw vast te stellen dat de Vlaamse Regering er niet in slaagt de zorg te voorzien voor de kwetsbaren in onze samenleving. Ze zijn er niet in geslaagd om de ouderen in de woonzorgcentra te beschermen tijdens de coronapandemie, ze zijn er niet in geslaagd om psychologische hulpverlening te voorzien voor jongeren die er nood aan hebben en nu zien we opnieuw dat ze er niet in slagen om kwaliteitsvolle opvang te voorzien voor de kleinsten in onze regio.
Dat is bijzonder pijnlijk, minister. En als ik u bezig hoor, lijkt het wel of u zichzelf zodanig op de borst aan het kloppen bent dat u de signalen van het werkveld niet meer hoort. U spreekt over ouderschapsverlof, over een aantal bijkomende plaatsen, over het sociaal akkoord, maar het is onvoldoende. De sector vraagt vandaag om een Marshallplan. Negen is te veel, zeggen zij, en dat moet u oplossen. (Applaus bij de PVDA)
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, u mag hier vandaag zeggen wat u wilt, maar de realiteit is dat CD&V, uw partij, al twintig jaar verantwoordelijk is voor de kinderopvang en dat de sector vandaag in brand staat. U zegt wel dat er meer plaatsen worden gecreëerd, maar ik hoor elke dag verhalen van ouders die geen plaats vinden in de kinderopvang. Het is ook nog altijd te duur en we weten allemaal dat we niet het personeel vinden om onze kinderopvang deftig georganiseerd te krijgen. Mijn oproep is dus: stop met ideetjes te lanceren, waarbij u de verantwoordelijkheid inderdaad vooral afschuift op ouders en ‘put your money where your mouth is’. Dat is wat ouders nodig hebben. Ze hebben sterke kinderopvang nodig als ze hun gezin willen combineren met hun werk. Het is ook in het belang van onze kinderen, want kinderopvang is ook een kans om zich te ontwikkelen, om iets van het leven te maken.
Minister, de visie van Vooruit is duidelijk, denk ik. Ik wil afsluiten met het volgende: we hebben geen nood aan een minister die hier wat staat te schilderen, maar we hebben nood aan een minister die het verschil maakt, dus ik hoop dat u die oproep au sérieux neemt. (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
– Joke Schauvliege, ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
De actuele vragen zijn afgehandeld.