Report plenary meeting
Report
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Minister, de huidige en vijfde coronagolf lijkt fors af te zwakken. Het aantal besmettingen daalt in ijltempo, en ook het aantal ziekenhuisopnames is in dalende lijn. Na een lange periode van maatregelen lijkt een herziening dan ook aan de orde, zo ook in het onderwijs. De kinderen centraal zetten: dat moet de eerste versoepeling zijn. Dat gaf u aan in een interview. Daarom willen we afscheid nemen van de mondmaskerplicht voor kinderen.
Minister, u hebt nooit onder stoelen of banken gestoken dat u geen voorstander bent van een mondmaskerplicht voor kinderen. Toch bleef u loyaal ten aanzien van de beslissing van het Overlegcomité, maar tegelijkertijd beloofde u te blijven ijveren voor een afschaffing ervan. Nu de besmettingscijfers de goede richting uitgaan, zal het Overlegcomité komende vrijdag samenkomen en zich buigen over mogelijke versoepelingen. Ik heb dan ook de volgende vraag aan u: wanneer en hoe ziet u de afschaffing van de mondmaskerplicht voor kinderen?
Minister Weyts heeft het woord.
Betere cijfers in de samenleving manifesteren zich ook in het onderwijs. Twee weken geleden waren er nog 102 scholen gesloten, vandaag 2, 1 in het secundair en 1 in het basisonderwijs. Er zitten ook nog klassen thuis, maar ook daar zien we een gevoelige afname. Dat is dus een goede zaak, en een aanleiding om de weegschaal te herbekijken. De weegschaal waarbij we de virologische baten van maatregelen afwegen ten opzichte van de maatschappelijke kosten op het vlak van welzijn.
Dit is dus misschien wel een aanleiding: wanneer de pandemiesituatie minder erg is, wil dat zeggen dat maatregelen een minder groot virologisch effect hebben en dat dus het belang van onderwijs, van het recht op leren, het recht op comfortabel leren, het welzijn van kinderen zwaarder doorweegt.
Voor dat pleidooi moet je wel bondgenoten zoeken, en die heb ik ook gevonden. Deze voormiddag heb ik een overleg gehad met mijn collega-ministers van Onderwijs van de Franse en de Duitstalige Gemeenschap. We hebben samengezeten met experts, virologen, biostatistici en ook met pediaters. De conclusie is dat we absolute prioriteit vragen voor kinderen.
Wanneer we naar code oranje zouden kunnen overschakelen, dat is onze zaak niet, dat moet het Overlegcomité maar beslissen. Maar op het moment dat we overschakelen naar code oranje, dan moeten we keuzes maken en dan zeggen wij heel duidelijk: prioriteit voor kinderen. Dat wil dus ook zeggen dat we minstens voor het basisonderwijs afstappen van de mondmaskerplicht.
Ik weet dat er vele pleidooien zijn die gericht zijn op verschillende doelgroepen, maar als je moet kiezen, dan vragen wij heel duidelijk voorrang, prioriteit voor kinderen.
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Minister, de invoering van de mondmaskerplicht voor kinderen zorgde voor heel wat verzet en weerstand bij bezorgde ouders, maar ook bij kinderen die de ongemakken van de maatregelen ondervonden. U hebt deze maatregelen dan ook met pijn in het hart verdedigd om te garanderen dat onze scholen openbleven.
Nu de piek van de vijfde coronagolf achter ons ligt en er versoepelingen op tafel liggen, bent u voorstander om het verplichtend karakter van de maatregelen op te heffen, kinderen voorop dus. Dat is een belangrijk signaal om het draagvlak bij de bevolking voor de coronamaatregelen niet te verliezen. Als het Overlegcomité komende vrijdag beslist om volgende week over te gaan van code rood naar code oranje, dan wil dat zeggen dat er geen mondmaskers meer nodig zijn in de horeca, dat er geen sluitingsuur meer is. Dan kun je niet meer vragen aan de kinderen om nog met een mondmasker aan op de schoolbanken zitten.
Ik vraag nogmaals: vergeet onze kinderen niet, meer nog, zet ze op de eerste plaats.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Het pleidooi van minister Dalle herhaal ik graag: het mondmasker zo vlug mogelijk afschaffen in de klassen. We hebben het vandaag al gehoord: de impact op het welzijn en zelfs de impact op het leren bij kinderen is heel groot.
Minister, in de coronabarometer staat dat bij code rood en code oranje de regels van de samenleving worden gevolgd voor wat de mondmaskers betreft. Om de mondmaskerplicht in het onderwijs mogelijk te maken, werd er vanuit de gemeenschappen aan de federale overheid gevraagd om een KB op te maken.
Bij code oranje staat er nog altijd dat de maatregelen van de samenleving worden gevolgd, maar waarom kunnen we nu al niet schakelen in de scholen en klassen waar de luchtkwaliteit al goed is? Waarom moeten leerlingen een mondmasker dragen als we kunnen aantonen dat de ventilatie en de luchtkwaliteit oké zijn?
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik denk dat er eigenlijk consensus is dat een mondmasker bij kinderen absoluut te vermijden is. Het is nodig geweest in de strijd voor het openhouden van de scholen. Ik denk zelfs dat we ze vroeger hadden moeten invoeren, op de piek van de deltavariant, om nog meer scholen open te houden, want we hebben heel wat sluitingen gehad in november. Maar nu gaan de cijfers de goede richting uit. Als we schakelen naar fase oranje, zijn wij het eens dat we kinderen – lagereschoolkinderen, maar kinderen in het algemeen – moeten verlossen van die mondmaskers als een van de eerst maatregelen. Daar is consensus over.
Minister, we willen wel blijven hameren op de veiligheid in de scholen. Dan is de luchtkwaliteit superbelangrijk. Voor ons gaat het hand in hand met een goede luchtkwaliteit in scholen. Mijn vraag is dan ook: hoe zit het met de uitrol van de CO2-meters in elke klas, met de ventilatie en met de luchtreinigers? Hoever staat u daar? Want dat is nodig om scholen en klassen veilig te kunnen openen.
De heer Laeremans heeft het woord.
U weet dat wij als Vlaams Belang van in het begin tegen die mondmaskers hebben geprotesteerd, tot vorige week nog, collega Beckers, in de commissie Onderwijs, omdat die maskers meer nadelen dan voordelen hebben. Ik zie nu dat er meer en meer partijen die versoepeling voorstaan. We vinden het heel belangrijk dat de Vlaamse Regering haar been gaat stijfhouden tegenover minister Vandenbroucke, die al iets anders heeft laten uitschijnen. In plaats van alles te laten afhangen van het federale niveau, hopen we op iets meer dan aankondigingspolitiek alleen. Ik zou zeggen: neem een voorbeeld aan de uitspraak van de discothekensector, die vlakaf zegt dat ze op 18 februari 2022 sowieso opengaan.
Mijn vraag, minister, is: waarom geldt dit enkel in het lager onderwijs? Waarom ook de scholieren niet de vrijheid teruggeven die ze in het begin van dit schooljaar al hadden? Er zijn toch geen redenen meer om dat verschil te blijven maken. De meesten zijn dubbel gevaccineerd, de besmettingen lopen zeer sterk terug in die groep en ze worden amper ziek van omikron. Minister, houd alstublieft voet bij stuk en laat onze kinderen weer ademen.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Collega’s, er is eigenlijk nog maar net een barometer afgesproken in het onderwijs. Dat vinden we op zich een zeer goede zaak. Het geeft duidelijkheid en houvast. Daarin is afgesproken dat in code rood en in code oranje de regels qua mondmaskerplicht gevolgd worden die in de samenleving gelden. In code geel en code groen gaat de mondmaskerplicht op de schop. Het gaat natuurlijk de goede richting uit met omikron, maar we denken wel dat je voorzichtig moet blijven. We begrijpen vooral niet zo goed waarom er een barometer is als die bij de eerste gelegenheid compleet wordt genegeerd en op de schop gaat. Onze oproep, minister, is om het vooral veilig te houden en om goed te overleggen met experts. We hebben nood aan duidelijkheid en niet aan windhaangedrag.
De heer Keulen heeft het woord.
Er zijn twee specialisten en drie meningen. Eensluidende antwoorden zijn over de problematiek van mondmaskerplicht voor kinderen niet voorhanden. Wat ik wel begrijp, is dat vooral in de laagste, de eerste leerjaren, mogelijkerwijs in het leerproces problemen kunnen optreden omdat daar de gelaatsuitdrukking, zeker in lessen taal en taalverwerving, heel erg belangrijk is voor kinderen om dingen op te pakken en om dingen juist aan te leren. Misschien moet ook die nuance worden meegepakt in de volgende maatregelen die mogelijkerwijze volgen.
Minister Weyts heeft het woord.
Over het overleggen met experten, mevrouw Goeman, vertelde ik net dat ik deze voormiddag heb samengezeten met de collega-ministers van Onderwijs en experten en pediaters. Er waren ook virologen aanwezig. We hebben dit pleidooi heel duidelijk samen onderschreven. Wanneer je gaat versoepelen en overgaat naar code oranje, willen we prioriteit voor kinderen. Dat betekent ook prioriteit inzake mondmaskerplicht en de afschaffing ervan. Dat kan gefaseerd verlopen. Eerst kan het gelden voor de jongste kinderen, dat is evident, en vervolgens voor de oudere kinderen. Dat is allemaal bespreekbaar.
Waarom kan het nu bijvoorbeeld niet om in bepaalde scholen dit al wel door te voeren? Omdat er ook een koninklijk besluit (KB) is waarin een en ander is opgenomen.
En drie, toch even verduidelijken, mevrouw Vandromme, de mondmaskerplicht – ik onderschrijf wat de heer Keulen zegt – heeft natuurlijk ongelooflijke beperkingen, pedagogisch van aard, maar ook voor het welzijn van kinderen. Ik heb deze week mogen vernemen van federale ministers dat het allemaal niet zo belangrijk of zwaar is, dat het geen impact heeft. Op de klasvloer weegt dat wel degelijk op kinderen, leerkrachten en de kwaliteit van het onderwijs. Ik hoop dat we daar met zijn allen beseffen dat dat wel degelijk een inspanning is. Die leerkrachten en kinderen leveren hun bijdrage. Maar vervolgens zeggen dat het allemaal niet zo moeilijk of zwaar om dragen is! Neen, het is wel degelijk een inspanning die we moeten appreciëren. Maar als de tijd gekomen is dat we de mogelijkheid hebben om die inspanning niet langer op te leggen, dan moeten we dat ook gewoon doen. Als we keuzes moeten maken, moeten we met ons allen zeggen, want ik hoor veel pleidooien voor prioriteit voor deze en gene doelgroep, en alle begrip daarvoor, als we prioriteiten moeten stellen, kies dan voor de kinderen.
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Uw standpunt is duidelijk en helder. Met alle begrip voor de eerdere beslissingen: het is echt wel tijd voor een ommekeer. De voordelen van mondmaskers voor kinderen wegen echt niet langer op tegen de nadelen. De non-verbale communicatie valt weg, de taalontwikkeling wordt afgeremd en er zijn nefaste gevolgen voor het welzijn van de kinderen. Dat zijn niet te onderschatten lasten. Collega’s, wie zegt dat mondmaskers geen ongemakken opleveren voor kinderen, leeft in een andere wereld – die dwaalt. Minister, onze kinderen hebben dringend nood aan een normaal leven, in hun vrije tijd maar ook op school.
De actuele vraag is afgehandeld.