Report plenary meeting
Report
De heer Dewinter heeft het woord.
Minister, u bent een van de vele woordvoerders van deze regering in dit dossier. Omdat u de minister bent die bevoegd is voor Mobiliteit, stel ik de vraag aan u want ik kan ze net zo goed stellen aan minister Crevits of aan minister-president Jambon die blijkbaar ook allemaal een helaas andere mening hebben over hetzelfde thema: Oosterweel. Al meer dan dertig jaar wordt dit parlement met dit dossier geconfronteerd. Het is het duurste bouwwerk ooit in Vlaanderen. Het zal 5 miljard euro kosten en klaar zijn in 2030. Maar de timing ziet er niet zo goed uit want perfluoroctaansulfonaat (PFOS) dreigt letterlijk en figuurlijk roet in het eten te gooien.
Naargelang de minister in kwestie ziet het ernaar uit dat uitstel niet uitgesloten wordt om die verontreiniging uiteindelijk weg te werken. Minister Crevits sluit uitstel niet uit. De voorzitter van CD&V zegt ronduit dat de werken hoe dan ook stilgelegd moeten worden in afwachting van mogelijke resultaten. Minister, u zegt dat we voort moeten met de werken maar niet ten koste van de volksgezondheid en er komt een studie van de stuurgroep van de een of andere instantie die aangesteld is om na te gaan in hoeverre die vervuiling al dan niet een feit is en wat er feitelijk moet worden gedaan. Dan was er de minister-president die dit weekend tijdens een interview op VTM liet weten dat uitstel uit den boze is en hij gaat daarmee zijn partijvoorzitter, de burgemeester van Antwerpen, achterna die zegt dat de Oosterweelwerken stilleggen zowat het allerdomste is wat je kunt doen. Wat is het nu feitelijk? Leg het me eens uit, minister. Zullen we de werken stilleggen en de studie afwachten?
Dat is duidelijk.
Zullen we verder werken en de studie afwachten? Of zullen we sowieso de principiële beslissing nemen om verder te werken en te kijken wat die studie brengt, maar hoe dan ook de werken niet en nooit stilleggen? Wat wordt het? Zeg het mij.
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Dewinter, ik dank u voor uw vraag. Ik denk dat wat we tot nu toe hebben gecommuniceerd, heel duidelijk is. U ziet klaarblijkelijk een aantal meningsverschillen of tegenstrijdigheden tussen de uitspraken van verschillende leden van de Vlaamse Regering. Ik kan u geruststellen: die tegenstrijdigheden zijn er absoluut niet. We zitten allemaal op dezelfde golflengte en dat houdt in dat de gezondheid primeert voor iedereen binnen de Vlaamse Regering. Verder zijn de Oosterweelwerken van groot belang. We willen natuurlijk het liefst dat ze kunnen doorgaan. Die werken houden niet alleen een mobiliteitsproject in, maar ook een leefbaarheids- en een bereikbaarheidsproject. Die zijn essentieel. We hebben er allemaal alleszins alle belang bij dat die werken kunnen doorgaan, maar uiteraard in de meest veilige omstandigheden.
Wat heb ik gedaan? Ik heb Karl Vrancken, die al was aangeduid als opdrachthouder van de Vlaamse Regering, gevraagd om een commissie van experts samen te stellen. We noemen die de Commissie Grondverzet, voor alle duidelijkheid. Binnen die commissie zal men onderzoeken wat er eventueel moet gebeuren en in welke omstandigheden en in welke mate het grondverzet met de meest vervuilde gronden moet gebeuren. Ik krijg van die commissie tegen 15 juli aanstaande een verslag. Ze heeft al een plaatsbezoek en dergelijke meer gedaan en is nu de resultaten aan het verwerken. Op 15 juli krijg ik een verslag en dan zullen we oordelen wat de resultaten van die commissie zijn, wat er moet gebeuren en welke aanbevelingen er komen. In afwachting van die resultaten heeft Leefbaar Antwerpen door Innovatie en Samenwerken (Lantis) me verzekerd dat het geen grondverzet doet met de meest vervuilde gronden, dus gronden met een hoger gehalte dan 70 microgram per kilogram droge stof.
Ik denk dat dat heel duidelijk is. Nog belangrijk om mee te delen is dat er ook heel veel zuivere grond wordt aangevoerd. Er wordt meer dan 2 miljoen kubieke meter zuivere grond van elders aangevoerd. Ook daar doet Lantis op dit moment werken meer. U ziet vandaag dat er werken gebeuren maar niet met de meest vervuilde gronden. Daarom wachten we op het verslag van 15 juli.
De heer Dewinter heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik stel twee dingen vast. Zo zullen er, tot de studie van de Commissie Grondverzet klaar is op 15 juli, geen werken worden stilgelegd of uitgesteld. Daarna is het onduidelijk, het is dan afwachten wat er in die studie staat. Wanneer die studie tot de conclusie zou komen dat bepaalde werken moeten worden uitgesteld, stilgelegd of wat dan ook, wat zal dan het standpunt van de Vlaamse Regering zijn? Het is bijzonder cruciaal om dat te weten. Zeker in functie van mogelijke schadeclaims van onderaannemers en in functie van de mobiliteit in Antwerpen lijkt het me absoluut noodzakelijk dat de Vlaamse Regering principieel, zoals de minister-president dat overigens al heeft gedaan – u bent veel voorzichtiger en minister Crevits is nog veel voorzichtiger – zegt dat de werken onder geen enkel beding, wat er ook in die studie aan bod komt, worden stilgelegd, dat de Oosterweelwerken doorgaan en dat zij er alles aan doet om die grondvervuiling weg te werken. Dit zal echter niet ten koste gaan van het verderzetten van de werken aan Oosterweel. Dat moet het principiële standpunt zijn en ik hoop dat dat de regering dat ook durft en wil innemen in functie van de mobiliteit in Antwerpen en de vele investeringen die Vlaanderen al heeft gedaan in de Oosterweelwerken.
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, deze vraag is intussen al drie keer gesteld, in de commissie Mobiliteit, in de commissie Leefmilieu, en dan ook nog eens in de onderzoekscommissie. Vandaag wordt ze hier opnieuw gesteld als actuele vraag. Ik heb de verschillende antwoorden van de ministers eens naast elkaar gelegd en die zijn consequent. Zo is Oosterweel een zeer grote werf met veel verschillende delen. Oosterweel stilleggen zou dan ook betekenen dat de betonwerken die ik elke dag zie – een magnifiek project –ter hoogte van Zwijndrecht, zouden worden stilgelegd. Dat wil zeggen dat de werken aan de veiligheidswanden en geluidswerende wanden langs de E17 zouden moeten worden stilgelegd. Ik doe een oproep vanuit het Waasland om dat alstublieft niet te doen. Oosterweel maakt, zodra het er volledig ligt, dat de vrachtwagens letterlijk niet meer door de Wase dorpen rijden. Minister, wij wachten mee die studie af over wat we kunnen doen en hoe. En ik ben blij dat Lantis nu zelf in de werkplanning heeft beslist om de zwaarst vervuilde grond ter plaatse te houden tot die studie er is.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, nu doet u me toch even de wenkbrauwen fronsen. Ik leg het antwoord van vorige donderdag naast uw antwoord van vandaag en dan stel ik vast dat u vorige week verklaarde dat de werken stilgelegd waren in alle vervuilde grond, ook grond vanaf 3 microgram per kilogram droge stof. Vandaag zegt u dat het gaat over grond vanaf 70 microgram per kilogram droge stof. Dat is wel een immens verschil, want daar gaat nu net de discussie over. En dus minister, vraag ik u nogmaals welke werken waar zijn stilgelegd. Gaat het over de werken vanaf 3 microgram, dus vanaf het moment dat we spreken van vervuilde grond, of over de werken vanaf 70 microgram in de meest vervuilde grond? De zone tussen 3 en 70 microgram is ook een zone met vervuiling en daar moeten extra maatregelen voor worden genomen. Het is heel belangrijk dat we daar duidelijkheid over krijgen en dat die werken daar nu ook worden stilgelegd omdat zij onveilige situaties opleveren. Minister, graag helderheid.
De heer Anaf heeft het woord.
Ik moet zeggen dat ik eerder van mijn stoel viel door de uitspraken van het Vlaams Belang. Mijnheer Dewinter, wanneer u aangeeft dat die werken sowieso, no matter what, moeten doorgaan, ook wanneer uit de studie zou blijken dat er zware gezondheidsrisico’s zijn voor de mensen op de werf of uit de omgeving, dan vind ik dat toch vreemd. Ik vind het een goede aanpak om dit met de opdrachthouder goed te laten bekijken. Natuurlijk zijn dat belangrijke werken maar we moeten er wel voor zorgen dat de gezondheid niet in gevaar komt.
Ik begrijp heel goed het antwoord dat volgende week donderdag de resultaten bekend zullen worden. Ondertussen hebben we ook al de bevestiging gekregen dat de heer Vrancken, opdrachthouder, volgende week vrijdag daarover in de onderzoekscommissie uitleg zal komen geven en we daar vragen over kunnen stellen. Ik vind dat een goede aanpak. We moeten snel duidelijkheid hebben over de gezondheidsrisico's. Het is belangrijk dat de werken worden stilgelegd op de plaatsen waar er vervuilde grond is. Het gaat over een week. Laat ons dat nu ernstig aanpakken en laat ons dan verder kunnen kijken hoe we de werken kunnen voortzetten op een manier die voor de gezondheid van alle mensen, op de werf en errond, haalbaar is. Dat moet de prioriteit zijn. Ik denk dat het op zich goed is dat we daar volgende week uitsluitsel over hebben.
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, ik heb in elk geval dezelfde vragen als mevrouw Schauvliege: duidelijkheid over welke normen worden gehanteerd voor welke grond wel en niet verzet zal worden, want grond is wel vervuild vanaf 3 microgram. Mijn vraag is ook voor de toekomst: wat als het rapport iets uitwijst – we weten nog niet wat het zal zijn –, is de Vlaamse Regering dan bereid om aanpassingen te doen aan de werken, ook als dat meerkosten zou betekenen, om ervoor te zorgen dat die op een veilige manier kunnen worden uitgevoerd en dat die werken geen extra verontreiniging voor de buurt zullen betekenen? Is de Vlaamse Regering bereid om dan aanpassingen te doen, ook als die financiële meerkosten zullen hebben?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Collega's, we hebben hier al een aantal keer vragen over gesteld. Het is belangrijk dat er duidelijke en eenduidige communicatie is. Het antwoord van de minister was zeer gelijklopend met datgene wat altijd gesteld werd. De minister neemt haar verantwoordelijkheid en stelt een expertencomité samen dat duidelijk twee opdrachten heeft: enerzijds klaarheid brengen of de werken veilig kunnen gebeuren en anderzijds bekijken of de normen die gehanteerd worden, ook correct zijn. Minister, ik heb begrepen dat aan Lantis de vraag is gesteld dat werken die niet veilig zouden kunnen gebeuren, in de planning worden verschoven en dat er eerst moet worden gewacht op de uitslag van het expertencomité, dat we in de onderzoekscommissie verder zullen bespreken.
Ik ga ervan uit dat alle partijen in de Vlaamse meerderheid, en ik hoop ook in heel het parlement, u ondersteunen in deze aanpak. U stelt heel duidelijk dat de gezondheid primeert en dat de garantie moet worden gegeven dat de werken veilig kunnen gebeuren, en als dat niet kan, ze niet kunnen doorgaan of eventueel met aangepaste maatregelen worden uitgevoerd. Dat is ook heel duidelijk ons standpunt. Wij steunen u daar ten volle in.
Minister, hanteert Lantis in dezen ook een veiligheidsmarge ten aanzien van de 70 microgram, wat de huidige norm is?
Minister Peeters heeft het woord.
Collega's, dank u wel voor de bijkomende vragen en/of de bevestiging dat deze aanpak de goede aanpak is.
Mijnheer Dewinter, ik ga nu niet vooruitlopen op de resultaten van de Commissie Grondverzet. Deze is vorige week ter plaatse geweest en is nu alles aan het analyseren. Tegen 15 juli krijgen we daaromtrent meer duidelijkheid, wat klaarblijkelijk in de commissie volgende week zal worden besproken. Ik ga dus nu niet vooruitlopen op wat de Commissie Grondverzet al dan niet gaat beslissen. Zal ze bijkomende aanbevelingen geven? Zal ze bijkomende veiligheidsmaatregelen opleggen of niet? Ik weet het niet. Ik heb geen glazen bol. Ik wacht wat dat betreft op de uitslag van de commissie, een commissie die ik zelf heb samengeroepen om duidelijkheid te krijgen en om garanties te krijgen dat de werken in veilige omstandigheden kunnen plaatsvinden.
Wat het grondverzet betreft, wil ik nog eens heel duidelijk de cijfers meegeven. Het grondverzet op Linkeroever is immens groot. Er is immens veel grond die wordt verplaatst van de ene locatie naar de andere. Het gaat over meer dan 4 miljoen kubieke meter grond die wordt verplaatst. Er is ook 2 miljoen kubieke meter zuivere grond die van elders wordt aangevoerd. Van die gronden is een deel met PFOS gecontamineerd. Ik nodig de collega's uit om het verslag van vorige week na te lezen. Daaromtrent heb ik duidelijk gezegd wat Lantis me ook heeft bevestigd: dat de meest vervuilde gronden, waaronder we allemaal verstaan de gronden die een hoger gehalte hebben dan 70 microgram per kilogram droge stof, op dit ogenblik niet worden aangeraakt en op dit ogenblik geen voorwerp van grondverzet zijn. Die blijven liggen tot we meer duidelijkheid hebben van de Commissie Grondverzet.
Dat is ook specifiek de grond die niet herbruikbaar is. Daarmee respecteert Lantis ten volle het toetsingskader, de normen die opgericht zijn binnen het kader van het grondverzet. Op zich is dat heel duidelijk. Er moet daar verder niet meer uitleg bij worden gegeven. Wat de gronden van meer dan 3 microgram per kilogram stof betreft, weten we dat die bruikbaar zijn, maar dan alleen op de eigen kadastrale percelen, en dat ze niet moeten worden afgevoerd. Dat zijn herbruikbare gronden.
De gronden die meer dan 70 microgram per kilogram droge stof hebben, zijn de meest vervuilde gronden. Daar wordt op dit moment geen grondverzet mee gevoerd. Dat zijn de risicovolle gronden en die worden op dit ogenblik niet aangeroerd.
Collega’s, het is goed dat we wachten op wat de Commissie Grondverzet volgende week zal meedelen. In afwachting daarvan herhaal ik dat Lantis mij heeft verzekerd dat de meest vervuilde gronden niet worden verplaatst. Ik wacht op de resultaten van 15 juli. Ik hoop dat we dan meer duidelijkheid hebben. Om u gerust te stellen, herhaal ik dat ook de andere leden van de Vlaamse Regering dat standpunt delen.
De heer Dewinter heeft het woord.
Ik twijfel er toch aan of deze regering wel degelijk op één lijn zit. Want het grote debat is natuurlijk: wat na 15 juli? Gaan we dan door met de werken? Of laten we toch de mogelijkheid open dat de werken worden stilgelegd?
Wij zijn voor maatregelen, maar met het duidelijke principe dat de werken niet worden stilgelegd. Ik ben ervan overtuigd dat gezondheid en veiligheid niet in tegenspraak zijn met het feit dat we dit principe naar voren schuiven. Het garanderen van de veiligheid en de gezondheid kan perfect gebeuren terwijl we de werken in hun totaliteit en globaliteit binnen de voorziene timing, met het voorziene budget, zonder al te grote meerwerken, kunnen voortzetten. Dat moet de leidraad zijn. Ik vraag me af of dat ook de intentie is van de Vlaamse Regering, die toch de mogelijkheid openhoudt dat er na 15 juli alsnog een stillegging van de werken komt, met alle problemen van dien.
De actuele vraag is afgehandeld.